Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Kaas door Willem Elsschot

Beoordeling 6.5
Foto van Jon
Boekcover Kaas
Shadow
  • Boekverslag door Jon
  • 4e klas vwo | 2204 woorden
  • 21 augustus 1998
  • 623 keer beoordeeld
Cijfer 6.5
623 keer beoordeeld

Boekcover Kaas
Shadow

Frans Laarmans is een beetje uitgekeken op zijn saaie ambtenarenbaantje. Als zich de kans voordoet om in ‘de handel’ te gaan, grijpt hij die met beide handen aan en zo wordt hij ‘algemeen en officieel vertegenwoordiger voor België en het Groot-Hertogdom Luxemburg’ van een Amsterdamse kaasfirma.

Meteen al krijgt hij een ‘proefzendi…

Frans Laarmans is een beetje uitgekeken op zijn saaie ambtenarenbaantje. Als zich de kans voordoet om in ‘de handel’ te gaan, grijpt hij die met beide handen aan en zo …

Frans Laarmans is een beetje uitgekeken op zijn saaie ambtenarenbaantje. Als zich de kans voordoet om in ‘de handel’ te gaan, grijpt hij die met beide handen aan en zo wordt hij ‘algemeen en officieel vertegenwoordiger voor België en het Groot-Hertogdom Luxemburg’ van een Amsterdamse kaasfirma.

Meteen al krijgt hij een ‘proefzending’van tienduizend volvette Edammers in zijn maag gesplitst, waar hij een geschikte opslagruimte voor moet zien te vinden. Het opzetten van een eigen kantoor en het werven van goede verkopers blijkt ook al niet zo makkelijk. Kortom: het wordt een – alleen voor de lezers hilarisch - drama. Een illusie armer keert Laarmans terug naar zijn oude nederige bestaan.

Kaas door Willem Elsschot
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Titel
Kaas

Auteur
Willem Elsschot (Alfons de Ridder)

Uitgever
Querido, Amsterdam

1e Druk
1933

Gelezen Druk
Verzameld werk uit 1976

Genre
Novelle, omdat het boek handelt om één persoon de vertelde tijd is betrekkelijk kort en uitgebreide karakterbeschrijvingen zijn afwezig. Ook is de omvang niet groot.

Titelverklaring
De titel slaat op het belangrijkste onderwerp van het boek, de handel in kaas.

Opbouw
Kaas bevat 77 bladzijden. Het begint met een inleiding door de schrijver, waarin hij het over stijl heeft. Dan stelt de schrijver de personages voor. Het verhaal is verdeeld in vierentwintig korte hoofdstukken.

Tijd
De gebeurtenissen bestrijken een periode van zo'n drie maanden.

Vertelsituatie
De schrijver gebruikt de ik-situatie. De hoofdpersoon richt zich soms tot de lezer, alsof het boek een brief was. Hij gebruikt de tegenwoordige tijd. Het verhaal is, afgezien van een flash-back aan het begin, chronologisch verteld.

Ruimte
Het verhaal speelt zich af in Antwerpen. Frans Laarmans maakt ook een reis naar Amsterdam.

Personages

  • Frans Laarmans. Hij is de hoofdpersoon van het verhaal. Hij is een gevoelsmens, zachtmoedig en verlegen, hoewel hij ook sarcastisch kan zijn om zijn ware gevoelens te verbergen. Op de sterfdag van zijn moeder lijkt hij grof en onverschillig, maar later denkt hij met liefde aan haar terug. Voor de handel is hij ongeschikt, een born-loser. Hij is niet berekenend, niet praktisch en niet doortastend.
    'En intussen sta ik daar, als een grote nul.'
  • Mevrouw laarmans. Zij is een verstandige vrouw en een goede moeder, met een nuchtere kijk op dingen.
  • Van Schoonbeke. Hij is de vriend van de broer van Frans Laarmans, Karel. Hij is vermogend, beschikt over veel relaties. Hij neemt Frans Laarmans op als zijn protégé in zijn snobistische vriendenkring. Hij meent het goed met Frans, maar ziet vaak tegen zijn verblijf op. Hij zorgde ervoor dat Frans zijn baan kreeg.
  • Karel Laarmans. Werkt als dokter en is een joviale man. Hij voelt zich verantwoordelijk voor zijn twaalf jaar jongere broer en laat dat merken.
  • Jan en Ida. De kinderen van Frans. Normaal en leven met hun vader mee.

Het verhaal


I. Frans Laarmans werkt als klerk op het kantoor van de General Marine and Shipbuilding Company. Hij vertelt dat zijn moeder overleden is. Zij was oud en kinds ('grondig versleten'). Zij herinnerde haar man niet meer en herkende ook haar kinderen niet meer.

II. Laarmans vertelt dat hij tot middernacht Pale-Ale heeft zitten drinken en kaarten. Toen hij in bed wilde stappen was zijn broer Oscar aan de deur, die vertelde dat zijn moeder op sterven lag. Zijn familie is in het huis van zijn moeder aanwezig. Na een uur is ze dood. Thuisgekomen is hij moe en zegt maar tegen z'n vrouw dat de situatie niet veranderd is. Op de begrafenis ontmoet hij Van Schoonbeke die hem uitnodigt om op bezoek te komen.

III. De vrienden van Van Schoonbeke zijn rechters, advocaten, kooplieden en bezitten allen auto's. Laarmans wordt voorgesteld als 'mijnheer Laarmans van de scheepstimmerwerven'. Hij voelt zich daar niet thuis. Ze praten daar over zaken waar Laarmans niet over kan meepraten. Van Schoonbeke vraagt hem op een zekere dag om vertegenwoordiger in België van een grote Nederlandse firma te worden. Het handelt in kaas.

IV. Op de tram naar huis voelt hij zich al een heel ander mens. Hij denkt na over het lot van klerken, die altijd nederig moeten zijn. Thuis gekomen probeert hij zo gewoon mogelijk te doen, maar zijn vrouw en zoon merken dat er iets aan de hand is. 's Avonds in bed vertelt hij het aan zijn vrouw. Laarmans wil al zijn baan bij de General Marine and Shipbuilding Company op zeggen maar zijn vrouw raadt hem dat af. Hij schrijft de volgende dag een brief naar de firma in Amsterdam en zal zich op kantoor ziek melden.

V. Laarmans wordt voor de firma Hornstra algemeen vertegenwoordiger voor België en het Groothertogdom Luxemburg. Hornstra zal hem om te beginnen twintig ton volvette Edammer sturen. Laarmans krijgt vijf procent van de verkoopprijs, een vast salaris van driehonderd gulden per maand en vergoeding van reiskosten. In Antwerpen aangekomen gaat hij naar de wekelijkse bijeenkomst bij Van Schoonbeke, die hem nu voorstelt als 'mijnheer Laarmans, groothandel in voedingswaren'. Laarmans gedraagt zich veel zelfbewuster dan voorheen en de gasten nemen nu ook een andere houding aan. Van Schoonbeke laat Laarmans uit.
'Nu wij alleen in de gang stonden noemde hij kaas eenvoudig kaas. Boven waren het voedingswaren. Welnu ja, kaas is kaas. En was ik een ridder, ik voerde drie kazen van keel op veld van sabel.'

VI. Thuis lichtte hij zijn vrouw pas in na het eten. Zij leest het contract nauwkeurig en stelt vragen over de maandelijkse uitkering. Dit blijkt niet bedoeld te zijn als salaris maar als een voorschot op het eventuele commissieloon. Laarmans is geïrriteerd dat hij dat niet gezien heeft en probeert zijn vrouw te overbluffen door vreemde woorden te gebruiken.

VII. Laarmans neemt geen ontslag op de werf maar zijn broer zorgt ervoor dat hij de komende drie maanden niet op hoeft komen te dagen. Hij lijdt aan 'zenuwen' en krijgt onbetaald ziekteverlof.

VIII. Hij begint nu vol goede moed met het inrichten van zijn kantoor. Het kantoor komt in een kamertje in het huis naast de badkamer. Hij wil een firmanaam hebben voor op zijn briefpapier. Hij begint met de naam 'Kaashandel' en komt uiteindelijk uit op 'General Antwerp Feeding Products Association', afgekort GAFPA. De familie Laarmans krijgt ook telefoon.

IX. Van Schoonbeke beveelt een notariszoon aan voor een eventuele associatie. Laarmans voelt daar niet zo veel voor. Thuis hoort hij dat de kaas aangekomen is. Iemand had gebeld maar niemand weet waar de kaas is. Ida was de naam vergeten. Er heerst een geprikkelde stemming.

X. De volgende morgen belt iemand van het Blauwhoedenveem om te vragen waar de kaas moet blijven. Laarmans vraagt wat er gewoonlijk met Edammers gebeurt en de man zegt dat hij een lijst met kopers nodig heeft. Laarmans gaat naar de opslagplaats toe en laat de 10.000 kazen, verpakt in 370 kisten, opslaan in de kelders. Hij laat daar merken dat hij erg onervaren is. Eén kist laat de man thuis bezorgen, omdat de man van het veem meent dat hij monsters nodig zal hebben.

XI. Thuis wil iedereen van de kaas proeven. Karel komt langs en vraagt of er al veel kaas verkocht is. Dat blijkt niet het geval te zijn en hij adviseert op te schieten met de verkoop. 's Avonds schrijft Laarmans een brief op Van Schoonbeke zijn schrijfmachine aan Hornstra. Hij neemt gelijk een halve kaas mee. Van Schoonbeke zegt dat hij ervoor zal zorgen dat Laarmans kandidaat wordt bij de aanstaande presidentsverkiezingen van de Vakbond van Belgische Kaashandelaren.

XII. Laarmans zoekt de hele week de stad af naar een tweedehands schrijfmachine en bureau. Hij loopt niet graag door de stad, omdat hij bang is z'n collega's te ontmoeten. Hij koopt een bureau en huurt een schrijfmachine. Op de bijeenkomst bewondert iedereen de kaas. Laarmans belooft de kaas te leveren tegen de prijs van de groothandel.

XIII. Laarmans bezorgt de kazen zelf. Het zijn er zeven en een half. Zijn broer rekent uit dat als dit in zo'n tempo voortgaat hij de kazen pas over dertig jaar verkocht heeft. Laarmans plaatst dan een advertentie om agenten aan te stellen. Hij krijgt ruim tweehonderd sollicitatiebrieven binnen. Op een middag staan er drie collega's van de scheepswerven op de stoep. Ze brengen een tric-trac spel met een zilveren plaatje met inscriptie erop.

XIV. Laarmans stelt dertig agenten aan, die werken op commissiebasis. Hij drukt fraaie bestelbonnen maar er komen geen bestellingen. Hij besluit twee agenten te bezoeken. De ene man blijkt onbekend te zijn aan het opgegeven adres en de andere man zegt dat de kaaszaken hem niet interesseren.
'Ik begrijp er niets van.'

XV. Laarmans is gekozen tot plaatsvervangend voorzitter van de Association Professionnelle des Négociants en Fromage. Hij moet verschijnen op het Departement van Handel met een deputatie onder zijn voorzitterschap. Men wil de verhoging van de invoerrechten ongedaan krijgen. Laarmans wil niet want hij is bang voor publiciteit. Als Laarmans daar zit met vier andere mensen in kaas nemen zij het woord. Op een gegeven staat Laarmans op en zegt met luide stem 'Ik heb er genoeg van'. De directeur-generaal, geschrokken, verlaagt de invoerrechten met vijf procent en hetzelfde voor het volgend jaar. Daarna treedt Laarmans af.

XVI. Hornstra belt dat hij langs zal komen om de verkochte kaaspartijen af te rekenen. Laarmans krijgt het benauwd, omdat er nog geen orders binnen zijn en gaat zelf op pad. Eerst neemt hij een korte les voor verkopers die moeite hebben met hun verkoop, waarover hij in de krant in gelezen. Met deze informatie gaat hij naar een comestibleszaak, na zich moed te hebben ingedronken in een café. Hij wordt ontvangen door de eigenaar die zegt hetzelfde beroep te hebben gehad als Laarmans.

XVII. Thuis hoort hij dat Jan een hele kist heeft verkocht aan de vader van een vriendje. Laarmans bezorgt de kaas per taxi. Ida had het ook geprobeerd en wordt nu voor kaasboerin uitgemaakt op school.

XVII. De zoon van de notaris zegt dat zijn vader bereid is de Gafpa-onderneming te 'commanditeren'. De zoon heeft een plan waarmee hij zijn vader kan oplichten. Laarmans antwoordt dat hij via Van Schoonbeke bescheid zal geven. Laarmans spijkert de kisten met kaas dicht die in de kelder stonden en brengt die per taxi terug naar Blauwhoedenveem. Hij denkt terug aan hoe hij die hele kaashandel heeft kunnen aannemen. Hij denkt dat hij te meegaand is, hij had de moed niet de aanbieding van Van Schoonbeke af te slaan.

XIX. Laarmans wacht op de komst van Hornstra, maar besluit de deur niet open te doen. Hij stuurt het geld per brief en de kazen ligt veilig opgeborgen. Als Hornstra komt doet hij of hij niet thuis is.
'Maar ik moet naar de keuken. Mijn vrouw staat daar zonder iets te doen en kijkt ons tuintje in. Ik ga op haar toe en sluit haar in mijn armen. En als mijn eerste tranen op haar verweerd gezicht vallen, zie ik dat zij mij tegenweent.'
(...) 'De kaastoren is ingestort.'

XX. Laarmans wordt hartelijk ontvangen bij de General Marine. Hij beseft nu dat hij het daar eigenlijk best naar z'n zin had.

XXI. Laarmans schrijft aan Hornstra dat hij niet door kon werken wegens gezondheidsredenen. Drie dagen later ontvangt hij alsnog een bestelbon voor vierduizend tweehonderd kilo van een ijverig agent.

XXII. Van Schoonbeke belt Laarmans om te vragen waar hij blijft. Hij gaat woensdag weer, de notariszoon is ook aanwezig. Deze is niet sympathiek.

XXIII. Laarmans bezoekt het graf van zijn ouders met een bos chrysanten, die hij zich liet aanpraten.

XXIV. Over kaas wordt thuis niet meer gesproken. Mevrouw Laarmans is zo verstandig de volgende tijd geen kaas meer op tafel te zetten.
'Brave, beste kinderen.
Lieve, lieve vrouw.'


Motieven
De relatie tussen Laarmans en zijn moeder is een belangrijk motief. Ook de onvrede van Laarmans met zijn maatschappelijke positie komt vaak tot uiting, net als zijn kleinburgelijke angst voor het oordeel van de buurvrouw, Peeters, wie, op haar beurt, niets ontgaat van wat er ten huize Laarmans voorvalt.

Thema
Het thema is: de sentimenten en de gedachtengang van een gevoelsmens in kontakt met de werkelijkheid.

Mening
Ik vond het boek mooi. Het is zeer realistisch, humoristisch, aangrijpend en goed geschreven.

Over de Schrijver
Willem Elsschot (eigenlijk Alphonsus Josephus de Ridder; 1882-1960) Belgisch (Vlaams) schrijver. Leidde na WO I te Antwerpen een eigen reclamebureau. Elsschot neemt in de Nederlandstalige literatuur een eigen plaats in door zijn laconieke, geconcentreerde stijl, waarachter grote bewogenheid schuilgaat. Zijn eerste roman was 'Villa des roses' (1913), in 1921 gevolgd door 'Een ontgoocheling' en 'De verlossing'. In 1924 verscheen 'Lijmen', de eerste van een serie ik-romans. De in wezen fatsoenlijke ik-figuur Frans Laarmans treedt eerst in de voetsporen van de doorgewinterde zakenman Boorman, maar in het vervolg 'Het been' (1938) keert hij terug tot zijn eigen fatsoensnormen. Laarmans treedt in een aantal romans op, te weten 'Kaas' (1933), 'Tsjip' (1934), 'De leeuwentemmer' (1940), 'Het tankschip' (1940) en 'Het dwaallicht' (1946), Elsschot's laatste werk. Daarnaast verschenen nog de novelle 'Het pensioen' (1937) en de dichtbundel 'Verzen van vroeger' (1934). Bekroond met onder andere de Belgische Driejaarlijkse Staatsprijs voor het Proza (1948) en de Nederlandse Constantijn-Huygensprijs (1951).

Het boekverslag gaat verder na deze boodschap.

Verder lezen
Gids Eindexamens

Alles wat je moet weten over de eindexamens

Het verhaal


I. Frans Laarmans werkt als klerk op het kantoor van de General Marine and Shipbuilding Company. Hij vertelt dat zijn moeder overleden is. Zij was oud en kinds ('grondig versleten'). Zij herinnerde haar man niet meer en herkende ook haar kinderen niet meer.

II. Laarmans vertelt dat hij tot middernacht Pale-Ale heeft zitten drinken en kaarten. Toen hij in bed wilde stappen was zijn broer Oscar aan de deur, die vertelde dat zijn moeder op sterven lag. Zijn familie is in het huis van zijn moeder aanwezig. Na een uur is ze dood. Thuisgekomen is hij moe en zegt maar tegen z'n vrouw dat de situatie niet veranderd is. Op de begrafenis ontmoet hij Van Schoonbeke die hem uitnodigt om op bezoek te komen.

III. De vrienden van Van Schoonbeke zijn rechters, advocaten, kooplieden en bezitten allen auto's. Laarmans wordt voorgesteld als 'mijnheer Laarmans van de scheepstimmerwerven'. Hij voelt zich daar niet thuis. Ze praten daar over zaken waar Laarmans niet over kan meepraten. Van Schoonbeke vraagt hem op een zekere dag om vertegenwoordiger in België van een grote Nederlandse firma te worden. Het handelt in kaas.

IV. Op de tram naar huis voelt hij zich al een heel ander mens. Hij denkt na over het lot van klerken, die altijd nederig moeten zijn. Thuis gekomen probeert hij zo gewoon mogelijk te doen, maar zijn vrouw en zoon merken dat er iets aan de hand is. 's Avonds in bed vertelt hij het aan zijn vrouw. Laarmans wil al zijn baan bij de General Marine and Shipbuilding Company op zeggen maar zijn vrouw raadt hem dat af. Hij schrijft de volgende dag een brief naar de firma in Amsterdam en zal zich op kantoor ziek melden.

V. Laarmans wordt voor de firma Hornstra algemeen vertegenwoordiger voor België en het Groothertogdom Luxemburg. Hornstra zal hem om te beginnen twintig ton volvette Edammer sturen. Laarmans krijgt vijf procent van de verkoopprijs, een vast salaris van driehonderd gulden per maand en vergoeding van reiskosten. In Antwerpen aangekomen gaat hij naar de wekelijkse bijeenkomst bij Van Schoonbeke, die hem nu voorstelt als 'mijnheer Laarmans, groothandel in voedingswaren'. Laarmans gedraagt zich veel zelfbewuster dan voorheen en de gasten nemen nu ook een andere houding aan. Van Schoonbeke laat Laarmans uit.
'Nu wij alleen in de gang stonden noemde hij kaas eenvoudig kaas. Boven waren het voedingswaren. Welnu ja, kaas is kaas. En was ik een ridder, ik voerde drie kazen van keel op veld van sabel.'

VI. Thuis lichtte hij zijn vrouw pas in na het eten. Zij leest het contract nauwkeurig en stelt vragen over de maandelijkse uitkering. Dit blijkt niet bedoeld te zijn als salaris maar als een voorschot op het eventuele commissieloon. Laarmans is geïrriteerd dat hij dat niet gezien heeft en probeert zijn vrouw te overbluffen door vreemde woorden te gebruiken.

VII. Laarmans neemt geen ontslag op de werf maar zijn broer zorgt ervoor dat hij de komende drie maanden niet op hoeft komen te dagen. Hij lijdt aan 'zenuwen' en krijgt onbetaald ziekteverlof.

VIII. Hij begint nu vol goede moed met het inrichten van zijn kantoor. Het kantoor komt in een kamertje in het huis naast de badkamer. Hij wil een firmanaam hebben voor op zijn briefpapier. Hij begint met de naam 'Kaashandel' en komt uiteindelijk uit op 'General Antwerp Feeding Products Association', afgekort GAFPA. De familie Laarmans krijgt ook telefoon.

IX. Van Schoonbeke beveelt een notariszoon aan voor een eventuele associatie. Laarmans voelt daar niet zo veel voor. Thuis hoort hij dat de kaas aangekomen is. Iemand had gebeld maar niemand weet waar de kaas is. Ida was de naam vergeten. Er heerst een geprikkelde stemming.

X. De volgende morgen belt iemand van het Blauwhoedenveem om te vragen waar de kaas moet blijven. Laarmans vraagt wat er gewoonlijk met Edammers gebeurt en de man zegt dat hij een lijst met kopers nodig heeft. Laarmans gaat naar de opslagplaats toe en laat de 10.000 kazen, verpakt in 370 kisten, opslaan in de kelders. Hij laat daar merken dat hij erg onervaren is. Eén kist laat de man thuis bezorgen, omdat de man van het veem meent dat hij monsters nodig zal hebben.

XI. Thuis wil iedereen van de kaas proeven. Karel komt langs en vraagt of er al veel kaas verkocht is. Dat blijkt niet het geval te zijn en hij adviseert op te schieten met de verkoop. 's Avonds schrijft Laarmans een brief op Van Schoonbeke zijn schrijfmachine aan Hornstra. Hij neemt gelijk een halve kaas mee. Van Schoonbeke zegt dat hij ervoor zal zorgen dat Laarmans kandidaat wordt bij de aanstaande presidentsverkiezingen van de Vakbond van Belgische Kaashandelaren.

XII. Laarmans zoekt de hele week de stad af naar een tweedehands schrijfmachine en bureau. Hij loopt niet graag door de stad, omdat hij bang is z'n collega's te ontmoeten. Hij koopt een bureau en huurt een schrijfmachine. Op de bijeenkomst bewondert iedereen de kaas. Laarmans belooft de kaas te leveren tegen de prijs van de groothandel.

XIII. Laarmans bezorgt de kazen zelf. Het zijn er zeven en een half. Zijn broer rekent uit dat als dit in zo'n tempo voortgaat hij de kazen pas over dertig jaar verkocht heeft. Laarmans plaatst dan een advertentie om agenten aan te stellen. Hij krijgt ruim tweehonderd sollicitatiebrieven binnen. Op een middag staan er drie collega's van de scheepswerven op de stoep. Ze brengen een tric-trac spel met een zilveren plaatje met inscriptie erop.

XIV. Laarmans stelt dertig agenten aan, die werken op commissiebasis. Hij drukt fraaie bestelbonnen maar er komen geen bestellingen. Hij besluit twee agenten te bezoeken. De ene man blijkt onbekend te zijn aan het opgegeven adres en de andere man zegt dat de kaaszaken hem niet interesseren.
'Ik begrijp er niets van.'

XV. Laarmans is gekozen tot plaatsvervangend voorzitter van de Association Professionnelle des Négociants en Fromage. Hij moet verschijnen op het Departement van Handel met een deputatie onder zijn voorzitterschap. Men wil de verhoging van de invoerrechten ongedaan krijgen. Laarmans wil niet want hij is bang voor publiciteit. Als Laarmans daar zit met vier andere mensen in kaas nemen zij het woord. Op een gegeven staat Laarmans op en zegt met luide stem 'Ik heb er genoeg van'. De directeur-generaal, geschrokken, verlaagt de invoerrechten met vijf procent en hetzelfde voor het volgend jaar. Daarna treedt Laarmans af.

XVI. Hornstra belt dat hij langs zal komen om de verkochte kaaspartijen af te rekenen. Laarmans krijgt het benauwd, omdat er nog geen orders binnen zijn en gaat zelf op pad. Eerst neemt hij een korte les voor verkopers die moeite hebben met hun verkoop, waarover hij in de krant in gelezen. Met deze informatie gaat hij naar een comestibleszaak, na zich moed te hebben ingedronken in een café. Hij wordt ontvangen door de eigenaar die zegt hetzelfde beroep te hebben gehad als Laarmans.

XVII. Thuis hoort hij dat Jan een hele kist heeft verkocht aan de vader van een vriendje. Laarmans bezorgt de kaas per taxi. Ida had het ook geprobeerd en wordt nu voor kaasboerin uitgemaakt op school.

XVII. De zoon van de notaris zegt dat zijn vader bereid is de Gafpa-onderneming te 'commanditeren'. De zoon heeft een plan waarmee hij zijn vader kan oplichten. Laarmans antwoordt dat hij via Van Schoonbeke bescheid zal geven. Laarmans spijkert de kisten met kaas dicht die in de kelder stonden en brengt die per taxi terug naar Blauwhoedenveem. Hij denkt terug aan hoe hij die hele kaashandel heeft kunnen aannemen. Hij denkt dat hij te meegaand is, hij had de moed niet de aanbieding van Van Schoonbeke af te slaan.

XIX. Laarmans wacht op de komst van Hornstra, maar besluit de deur niet open te doen. Hij stuurt het geld per brief en de kazen ligt veilig opgeborgen. Als Hornstra komt doet hij of hij niet thuis is.
'Maar ik moet naar de keuken. Mijn vrouw staat daar zonder iets te doen en kijkt ons tuintje in. Ik ga op haar toe en sluit haar in mijn armen. En als mijn eerste tranen op haar verweerd gezicht vallen, zie ik dat zij mij tegenweent.'
(...) 'De kaastoren is ingestort.'

XX. Laarmans wordt hartelijk ontvangen bij de General Marine. Hij beseft nu dat hij het daar eigenlijk best naar z'n zin had.

XXI. Laarmans schrijft aan Hornstra dat hij niet door kon werken wegens gezondheidsredenen. Drie dagen later ontvangt hij alsnog een bestelbon voor vierduizend tweehonderd kilo van een ijverig agent.

XXII. Van Schoonbeke belt Laarmans om te vragen waar hij blijft. Hij gaat woensdag weer, de notariszoon is ook aanwezig. Deze is niet sympathiek.

XXIII. Laarmans bezoekt het graf van zijn ouders met een bos chrysanten, die hij zich liet aanpraten.

XXIV. Over kaas wordt thuis niet meer gesproken. Mevrouw Laarmans is zo verstandig de volgende tijd geen kaas meer op tafel te zetten.
'Brave, beste kinderen.
Lieve, lieve vrouw.'


Motieven
De relatie tussen Laarmans en zijn moeder is een belangrijk motief. Ook de onvrede van Laarmans met zijn maatschappelijke positie komt vaak tot uiting, net als zijn kleinburgelijke angst voor het oordeel van de buurvrouw, Peeters, wie, op haar beurt, niets ontgaat van wat er ten huize Laarmans voorvalt.

Thema
Het thema is: de sentimenten en de gedachtengang van een gevoelsmens in kontakt met de werkelijkheid.

Mening
Ik vond het boek mooi. Het is zeer realistisch, humoristisch, aangrijpend en goed geschreven.

Over de Schrijver
Willem Elsschot (eigenlijk Alphonsus Josephus de Ridder; 1882-1960) Belgisch (Vlaams) schrijver. Leidde na WO I te Antwerpen een eigen reclamebureau. Elsschot neemt in de Nederlandstalige literatuur een eigen plaats in door zijn laconieke, geconcentreerde stijl, waarachter grote bewogenheid schuilgaat. Zijn eerste roman was 'Villa des roses' (1913), in 1921 gevolgd door 'Een ontgoocheling' en 'De verlossing'. In 1924 verscheen 'Lijmen', de eerste van een serie ik-romans. De in wezen fatsoenlijke ik-figuur Frans Laarmans treedt eerst in de voetsporen van de doorgewinterde zakenman Boorman, maar in het vervolg 'Het been' (1938) keert hij terug tot zijn eigen fatsoensnormen. Laarmans treedt in een aantal romans op, te weten 'Kaas' (1933), 'Tsjip' (1934), 'De leeuwentemmer' (1940), 'Het tankschip' (1940) en 'Het dwaallicht' (1946), Elsschot's laatste werk. Daarnaast verschenen nog de novelle 'Het pensioen' (1937) en de dichtbundel 'Verzen van vroeger' (1934). Bekroond met onder andere de Belgische Driejaarlijkse Staatsprijs voor het Proza (1948) en de Nederlandse Constantijn-Huygensprijs (1951).



Ingestuurd naar aanleiding van dit uittreksel:

  • Hallo,

    Ik heb jullie uittreksel gelezen maar een vitaal ding ontbreekt. Toen Elsshot zijn eerste boek publiceerde rond 1913 werd deze niet geaccepteerd door de literaire mensen in die tijd. Hij kreeg veel commentaar op zijn schrijf wijze. Zijn stijl paste niet in zijn tijd. Tot op een gegeven moment Jan Gressof, een van de redacteurs van het blad Forum, zijn werk las en dacht dat hij wel aardig kon schrijven. Dit gebeurde omstreeks 1932. Toen heeft hij het boek Kaas geschreven op aandringen van Gressof (zie gedicht). De mislukking van Laarmans is namelijk ook zijn mislukking in het schrijverschap: Laarmans houdt op met verkopen, net als hij een gtote order heeft; Elsschot wilde stopppen met schrijven en ging toch door.



Zie ook mijn andere uittreksel van Elsschot, Het dwaallicht. Bekijk ook eens de Elsschot homepage, http://www.fys.ruu.nl/~meeuwiss/elsschot/elsschot.html.

REACTIES

W.

W.

dit boekverslag is moo om te lezen maar verre van compleet. voor een 4 Vwo leerling is dit slecht. o.a. de opdracht, het mottoen de stijl en vorm ontbreken. ik als 4 havo leerling vint dit erg slordig

13 jaar geleden

M.

M.

@ Willemijn
Als je een reactie schrijft waarin staat dat je het een slordig verslag vind lees dan eerst je eigen berichtje eens door die tal van fouten staat ;)

13 jaar geleden

M.

M.

@Willemijn

dit boekverslag is MOO om te LEZE maar verre van compleet. voor een 4 Vwo leerling is dit slecht. o.a. de opdracht, het MOTTOEN de stijl en vorm ontbreken. ik als 4 havo leerling VINT dit erg slordig

Lekker gedaan dan Willemijn..

13 jaar geleden

A.

A.

ik vind het als VMBO leerling wel een goed verslag en ja willemijn zorg er wel voor bij een reactie dat je het zelf ook goed speld he

13 jaar geleden

L.

L.

@anoniem, het is 'spelt'

13 jaar geleden

J.

J.

lololol hoor deze bitchfight dan whahah xD

13 jaar geleden

W.

W.

Wat gaat de kwaliteit van het onderwijs toch achteruit. Jammer, jammer.

12 jaar geleden

L.

L.

mooi hoor echt goed gedaan

12 jaar geleden

A.

A.

als ik dit verslag niet had gelezen had ik waarschijnlijk een onvoldoende voor mijn boekverslag, dus ik vind het wel een mooi verslag :D

11 jaar geleden

X.

X.

Best goed hoor maar ik mis eigenlijk de Intentie van de schrijver om dit boek te schrijven.

10 jaar geleden

E.

E.

@ Masteressy, zelf ben je er anders ook niet al te best in. Vindt is met dt...

10 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Kaas door Willem Elsschot"

Ook geschreven door Jon