1. Titelbeschrijving: Naam auteur: Erwin Mortier
Titel: ‘Marcel’ Plaats van uitgave: Amsterdam
Jaar van uitgave: 1999 2. Titelverklaring: De Titel is eigenlijk heel makkelijk te beschrijven, want de titel is genaamd naar een personage. Die personage is dan wel dood maar dat maakt niet uit. Het boek heet ‘Marcel’ omdat de hoofdpersoon het hele boek door allemaal nieuwe ontdekkingen over Marcel doet. Hij is er nieuwsgierig naar Marcel, want er wordt door meerdere personen gezegd dat hij precies als Marcel is. Op het eind van het boek worden de spullen van Marcel begraven. Dit is nou waarom het boek Marcel heet. 3. Jaar van eerste druk: In mijn bundel is alleen het jaartal 1999.
1. Begin van het verhaal: a) Het begin is in medias res, want het verhaal begint dat het huis word beschreven en dat de schoonmaak van alle foto’s in de vitrinekast plaatsvindt. Een andere motivatie is dat het sowieso geen ab ovo begin is, want het chronologische verhaal begint pas op blz. 29. Alles daarvoor is een soort ‘inleiding’. Daarna zijn er wel wat flashbacks maar je kan daaruit niet concluderen dat het nu ineens ab ovo is. Het begin is dus medias res. b) Het huis leek op alle andere in de straat: ietwat scheefgezakt na twee eeuwen bewoning, stormwind en oorlog. Deze eerste zin geeft aan hoe de situatie daar was. Hoe het huis eruitzag, dat het wat ouderwets was en dat de oorlog toch een rol gaat spelen in het boek. 2. Slot van het verhaal: a) Het boek heeft een gesloten einde. Het heeft een gesloten einde want op het einde worden de spullen van Marcel begraven. Ik heb al eerder uitgelegd dat het boek gaat over het ontdekken van nieuwe dingen over marcel. Nou op het eind is de ik persoon erachter hoe het allemaal zit met Marcel, dus is er hier sprake van een open einde. b) De aarde heeft kamers genoeg. Ik denk niet echt dat deze zin een echte betekenis heeft. Maar het klinkt wel alsof de schrijven er iets bijzonders mee bedoeld. Volgens mij heeft het iets te maken met de mensen in de vitrinekast. Al deze mensen samen met Marcel zijn dood, dus ook begraven. De meeste mensen die dood zijn, zijn begraven. Ik denk dat hij met kamers de grafkisten bedoeld.
b) Er is geen epiloog 5. Structurering: a) Het boek is in acht hoofdstukken verdeeld
b) De hoofdstukken hebben geen titel. ( ze zijn alleen genummerd ) c) Er is geen sprake van andere structurering. Behalve dan de sterretjes na elke scène. 6. Personages: a) Andrea: Andrea is naaister (ze maakt kleren voor mensen uit het dorp). Haar leeftijd weet ik niet precies, maar ze is de oma van de ik persoon. Oma zal wel rond de 65 jaar oud zijn. De ik-persoon: De naam van de ikpersoon word het hele boek door niet beschreven. Het is een basisscholiertje. Je weet ook niet precies hoe oud hij is maar hij is rond de 10 jaar. Stella: Stella is het hulpje in huis. Zij help de grootmoeder overal bij. Stella zal wel rond de 30 jaar oud zijn. Bij haar dus hetzelfde verhaal als bij haar voorgangers. Veegaete: Dit is de lerares van ‘de kleine ik’. Ik weet niet hoe oud ze is, maar zij zal ook wel rond de 30 jaar oud zijn. Marcel: Marcel was een soldaat. Hij vocht aan het oostfront in Rusland. Ik weet ook eigenlijk niet eens hou oud Marcel geworden is. b) Laten we beginnen bij de grootmoeder. Dat is de grootmoeder van de ikpersoon. Dan Stella zij woont ook in het huis waar ‘de kleine ik’ woont. Stella is trouwens ook verre familie van de ikpersoon, want ze is een achternicht van de grootmoeder. Dan Jufvrouw Veegaete, zij is de lerares van de ikpersoon. Dan Marcel nog, de ikpersoon wil alles uitzoeken over Marcel. Ik denk dat je nu wel kunt zeggen dat de ikpersoon de hoofdpersoon is. 7. Karakter personages: a) Andrea: Andrea is een zorgelijke, strenge maar toch hele lieve grootmoeder. De ikpersoon hoor je niet zeggen dat hij het niet leuk vind bij zijn oma. De grootmoeder moet dan wel lief zijn, en goed weten hoe je met kinderen moet omgaan want rond de 10 jaar is toch een moeilijke leeftijd. Als de grootmoeder de maten van de jufvrouw gaat aftekenen dan is de ikfiguur nog in de kamer. Dat vind Andrea dan weer te vergaan
c) 143 / 10 = 14.2 bladzijden per maand
d) Nee, er zit geen echte tijdsversnelling in. Ja wel maar dat zijn kleine versnellingen, maar daar zijn er wel honderd van. Bijvoorbeeld dat ze in het café zitten waar opa en oma elkaar voor het eerst hadden ontmoet. En dan zitten ze ineens in de winkel van Cyriel. 9. Plaats: a) Het verhaal speelt zich ergens in België af, ze kunnen er in ieder geval Frans en Belgisch spreken. b) Als we alleen naar de handelingen kijken had het verhaal overal kunnen plaatsvinden, maar als we kijken naar het taalgebruik dan moet het wel in dat gebied zijn. 10. Vertelperspectief: Het is een ik-vertelsituatie. Dat is heel makkelijk te zien want je ervaart alle gebeurtenissen door de ogen van de ikpersoon. Je kan het ook afleiden uit het feit dat je (als lezen) niet meer weet dan de ikpersoon. En er is wel een ikpersoon. Nu zijn het sowieso niet de auctoriale vertellen of de personele vertelsituatie. 11. Genre: Het genre is epiek. Het gaat in dit boek om de gebeurtenissen. 12. Roman / novelle: a) Hier komt de ikpersoon er langzamerhand achter hoe het nou eigenlijk zit met Marcel => Roman. b) Het ‘conflict’ gaat hier alleen om Marcel en de ikpersoon. c) Het zijn allemaal ronde karakters => Roman. d) Je hebt te maken met vrij veel personages => Roman. e) En voorop het boek staat Roman => Roman. Het is dus een Roman.
Cyriel bezoeken. Anna had geschreven dat Cyriel ziek was. Als ze in de onbekende plaats aankomen waar Cyriel woont, hebben ze nog wat tij over voor de tram komt. Ze gaan naar ‘Hotel – Restaurant – Brasserie’. Daar hebben Andrea en Henri elkaar ontmoet. Aangekomen bij de winkel van Cyriel en Anna. De winkel lag aan de rand van het plein tegenover het tramhok. “Papier en Schrijfgoed Haevermans”. Anna zag er vermoeid uit. Ze zei dat ze beter het ergste konden verwachten. Tijdens dat gesprek ging de ikfiguur met Wieland (de zoon van Anna en Cyriel) mee naar boven. Wieland toonde de ikfiguur foto’s die hij van zijn vader had gekregen. Hij ziet ook een foto van Marcel en de Uberschaffuhrer. Maar dan probeert Wieland de ikpersoon ineens te kussen. Anna roept Wieland om het fototoestel te zoeken. Wieland maakt een laatste foto van Cyriel, Andrea, Henri, Anna en de ikpersoon. Een week of zes later overlijdt Cyriel. Zijn foto word later toegevoegd aan de collectie. Daarna vind ‘de kleine ik’ een brief van Marcel. Als hij dit leest denk hij dat het over tomaten gaat. De jurk van jufvrouw Veegaete is klaar. Tegen het einde van juni gaan de ikpersoon naar het huis van Veegaete om de jurk te brengen. Als ze daar binnenkomen zit daar ze broer van Veegaete (meester Norbert, die later de leraar van de ikpersoon zal gaan worden).Hij zit als een zombie achter de tv te kijken naar de tour de france. De zus van Veegaete komt dit keer ook taart en thee brengen. Ze heet Louise. Dan komt nog het blonde, bleke, bijna transparante, 2 voortandmissende meisje binnen. Ze logeert bij Veegaete want haar ouders zijn op vakantie. Na een tijdje komt Norbert er toch maar bij zitten. De ikpersoon merkt op dat hij een vieze en ongegeneerde man is. Als Andrea en de ikpersoon vertrekken pakt Veegaete haar portemonnee en zegt tegen Andrea, dat ze de laatste schooldag iets met dieren gaan doen. Het dondert die avond, wat heel raar is voor de tijd van het jaar. In de klas worden hamsters, opgezete fretten, pauwveren en nog wat andere rare dingen meegenomen. De ikpersoon heeft de brief van Marcel meegenomen, want er staan een hele mooi adelaar op (die een spin vast heeft). Dan laat de ikpersoon het zien en Veegaete schrikt. Op dat moment komt de pastoor binnen en hij komt de kinderen een wijze les lezen. Veegeate geeft de brief aan Stella. Stella zegt tegen de ikpersoon dat hij tegen Andrea moet zeggen wat hij gedaan heeft. Dat doet hij dus. En het viel allemaal reuze mee. Hij mag de brief nu zelf houden en het lijkt wel of Andrea gehuild had. En dat had hij nog nooit gezien. Andrea verteld hem wat dingen. Dan leest hij de brief en hij begrijpt het nu wel allemaal. Marcel was voor de ‘fouten’ aan het vechten. En Veegaete gaf ‘Kulturabenden’ in het dorp! Nu hij dit allemaal weet heeft hij zijn doel bereikt. Het verhaal is nu letterlijk en figuurlijk afgesloten. Hij begraaft alle spullen van Marcel. 14. Eigen mening: Ik vind het boek over het algemeen wel leuk maar lees goed mijn argumenten want het klinkt een beetje vaag. Er gebeurt helemaal niet zoveel, en de kleine dingen worden heel uitgebreid beschreven, en daar houd ik totaal niet van. Maar dit boek vind ik zo mooi geschreven. Het lijkt wel of de schrijver bij elke zin een achterliggende gedachte heeft. Hij schrijft het gewoon zo mooi. De inhoud van het boek vind ik helemaal niet zo goed. Dat is wel heel persoonlijk want ik kan me zeker goed voorstellen dat andere mensen het boek goed vinden omdat het boek zo ‘diep gaat’ en dat hele kleine voorwerpen of actie al hele ingewikkelde betekenissen hebben. Ik hou ( heel kinderachtig hoor ) meer van de detective boeken. Een boek waar je constant de spanning voelt, en niet waar je elke avond dat je zit lezen hoopt dat er een keertje iets gaat gebeuren. Ik vind het ook heel mooi van dit boek dat hier de trauma’s van de 2e wereld oorlog op een hele originele manier word beschreven. Het ligt op de achtergrond maar toch weer niet. Je leest er niet zoveel over in het boek, maar het boek gaat uiteindelijk over Marcel en dat heeft toch echt heel veel met de 2e wereldoorlog te maken. De schrijfwijze vind ik echt fantastisch. En na dit boek gelezen te hebben heb ik ook een gevoel van: “Ja, het heeft mijn nu volgende gedachtegang beïnvloed.“ Dat is toch het mooie van goede films en boeken?…
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
Z.
Z.
Dit hele verslag klopt niet, het boek heet niet Marcel waar deze scholier t over heeft, maar Sander.
17 jaar geleden
AntwoordenR.
R.
Godddomme wat een mooi boekverslag, alleen wel moeilijk. Rick Havo 4
22 jaar geleden
AntwoordenT.
T.
thnx.redder in nood tijdens de exames
20 jaar geleden
AntwoordenL.
L.
Zomg, dat klopt niet. Er zullen vast soortgelijke boeken in de omloop zijn, maar dit boekverslag gaat wel degelijk over Mortiers Marcel.
Het verslag is trouwens prima. De samenvatting is echter - naar mijn mening - incompleet.
12 jaar geleden
AntwoordenT.
T.
Wat een slecht verslag vol taalfouten, wel handig voor algemene kennis over het boek.
9 jaar geleden
AntwoordenM.
M.
Als je het boek niet gelezen hebt, ben je na het lezen van dit verslag niet veel wijzer. Verder erger ik me heel erg aan het taalgebruik. Dat van mij is ook niet perfect, maar dit is gewoonweg vervelend lezen.
9 jaar geleden
AntwoordenB.
B.
het verhaal speelt zich af in Vlaanderen (Ze spreken er Vlaams)
7 jaar geleden
Antwoorden