Feitelijke gegevens
- 1e druk, 2004
- 224 pagina's
- Uitgeverij: Querido
Flaptekst
Een grote liefde is meestal een onmogelijke liefde. En juist die smaakt naar meer. Daarom brandt hij zich in het geheugen in. Voor altijd.
Curaçao in de jaren vijftig. Een mondain Caribisch eiland op het hoogtepunt van zijn welvaart, zelfs zijn koloniale gezicht is vriendelijk. In dat paradis van eeuwige passaat, blauwe baaien en wit koraalzand bloeit tussen de vrouw van een architect en een journalist een geheime liefde op. Maar deze buitenechtelijke verhouding blijkt zo verslavend dat de passie hun levens dreigt te ontwrichten.
Eerste zin
Heden, 18 november Gewassen en aangekleed.Samenvatting
In hoofdstuk 1 maken we kennis met de hoofdfiguur van de roman. Het is Ro Weller en ze is zojuist overleden: ze wordt afgelegd en opgebaard. Ook wordt ze in de koelcel geschoven om er een volgende dag weer uitgehaald te worden. Ze wordt opgebaard voor de condoleance. Ze is heel benieuwd naar wie er allemaal naar haar zullen komen kijken, maar aanvankelijk verschijnt er niemand. Ro beschrijft ironisch wat er met haar gebeurt: ze geeft de mensen van de begrafenisonderneming complimentjes: ze kan ze bij iedereen aanbevelen. Omdat er niemand komt, heeft ze even de tijd om terug te denken aan haar leven.
Ze was beeldhouwster en getrouwd met de architect Rudi Weller. Ze hebben een meisje Ingi, een stug, mooi kind. In de vijftiger jaren verhuizen ze naar Curaçao als Ro 35 jaar oud is. Bij de upper ten van het eiland worden ze vrijwel direct opgenomen. Bij de eerste ontmoeting met Bob Krone, de plaatselijke journalist, gaat er een schok door haar heen. Even wisselt het perspectief en ook Bob Krone heeft de eerste aanblik, de eerste aanraking ervaren als een schok. De echte liefde maakt een slaaf van je. Ro is een Hollandse vrouw, maar Bob is iemand van het eiland met zijn typische, flamboyante levensstijl.
Bob maakt snel nader kennis met Rudi en Ro, omdat ze elkaar op feestjes ontmoeten. Op een dag redt Bob het leven van Rudi door haar voor een vrachtauto weg te trekken. Rudi geeft aan dat ze daarmee vrienden voor het leven zijn geworden en schenkt hem als dank voor de redding een prachtig Omega-horloge. Bob draagt het met trots. Bob is een bekend journalist die bovendien nog radioprogramma’s op het eiland verzorgt en Rudi is een goede architect. Hij wil met zijn werk op Curaçao de Rothschild Architectuurprijs in de wacht slepen. Bob neemt de Wellers ook mee op zijn zeilboot, Hij slooft zich uit voor Ro om indruk te maken. Op het eiland is het min of meer de gewoonte dat de vrouwen van de mannen een enigszins leeg bestaan hebben en dat de mannen er een zogenaamd buitenvouw bij hebben. Ro oppert op één van de feestjes de gedachte dat ze wel een kind wil krijgen en dat wil afstaan aan een van de kennissen op het eiland die geen kinderen kan krijgen.
Ro en Rudi nodigen Bob en Helen (zijn vrouw) uit om te eten. Ro heeft een specialiteit met eten bereiden, maar aangezien Helen de superkokkin van de groep kennissen is, wordt haar afgeraden deze viskoekjes te maken. Toch maakt Ro de koekjes en een chocoladetaart. Dat laatste kan Helens goedkeuring wel krijgen, maar over de kwaliteit van de koekjes doet ze zuinig.
Rudi lijkt wel van Helen gecharmeerd en zeker van haar lage decolleté. Bob heeft twee zoons Ralf en Randy. Het jongetje Randy is autistisch. Hij doet daar wat minachtend over.
Bob raakt steeds meer bezeten van zijn verliefdheid voor Ro. Hij kan zich slecht concentreren op zijn werk. Hij kan zich niet tegen de verliefdheid verzetten. Intussen worden Rudi en Bob echt goede vrienden. Bob geeft Rudi zeilles en Rudi laat hem bij een van hun borrelafspraken ontvallen dat hij een oogje heeft op een andere vrouw. Hoe gaan ze daar op Curaçao mee om?
Bob stelt hem gerust. Bovendien ziet hij kansen voor zijn verliefdheid voor Ro. De laatste neemt ook weer initiatieven om hem te ontmoeten. Ze drinken samen wat en eten een ijsje in een bar dicht bij het strand. Bob geeft aan dat hij haar vaker moet zien.
Bob twijfelt er aan of hij zijn verliefdheid aan Helen moet opbiechten. “Nee, net als in het leger en in de jungle gelden alleen keiharde beslissingen: geen woord over mijn lippen, het is zinloos om als zottenkop te worden betiteld,als je er al een bent. Want een ding mag duidelijk zijn: de verliefde weet heel goed dat hij een gevangene is van een illusie en toch wil hij niets liever dan gevangen zijn, zolang hij maar naar zijn lief mag verlangen. Laat ons voor even in deze illusie.” (blz. 101).
Ook Ro kan haar verliefde gevoelens niet meer bedwingen. Ze ontmoeten elkaar weer op een feestje van de gouverneur. Rudi heeft tevoren gevraagd of Ro hem bij haar vriendinnen wil promoten voor de Rothschildprijs. Natuurlijk raakt ze in gesprek met Bob, die haar vertelt dat hij zo verliefd op haar is. Ro vertelt: “Het is heerlijk om begeerd te worden, ogen te zien die jouw zoeken, jouw blik indrinken, verstandhouding eisen. Een minnaar te hebben die het liefst met jou een auto, een garderobe, een bijkeuken in wil verdwijnen. Een begenadigde positie, die je boven het sterfelijke uit doet toornen. De keerzijde ervan is een ondraaglijke zuigelingenhonger als deze toestand er niet is. Dit verlangen kan rampen aanrichten. Als de liefde haar zin niet krijgt, gelden de wetten van het oerwoud. En erger.” (blz. 108).
Wat later komt haar kindermeisje Gwenny haar vertellen dat Ingi op school is gevallen en gewond is. Ro gaat er heen en ontmoet daar ook Bob, die gezien heeft dat haar auto voor de school stond. Het valt wel mee met de verwondingen van Ingi en ze besluiten samen naar het strand te gaan. Daar in de zee, vrijen ze voor de eerste keer met elkaar en het geeft een geweldige dimensie aan hun verliefdheid. Ze nodigt hem meteen uit mee naar haar huis te gaan. Daarna realiseert ze zich pas dat ze Ingi nog van school moet halen.
In een beschrijving van een gedachte van Bob komen we te weten dat hij al een eerder wat heeft gehad met een vrouw Regina. Toch was dat een ander gevoel. De situatie wordt wat gecompliceerder als Rudi aan Bob vertelt dat hij verliefd is geworden op zijn stagiaire. Tegelijkertijd ziet Bob nu kansen voor zijn eigen relatie met Ro. Die belt hem op om te vragen elkaar weer te zien. Ze besluiten naar de jachthaven te gaan, maar onderweg rijden ze een vrouw aan. Deze is gewond aan haar been en ze moeten een ambulance laten komen. Eigenlijk begint daar de ellende. Ze spreken af dat ze niets over het ongeluk vertellen en ze nemen een maand lang geen contact op met elkaar, wat voor beiden ondraaglijk is.
Rudi vertelt later in een bar dat er die ochtend twee mannen zijn komen die geld van hem wilden hebben, omdat van hun zuster een been moest worden geamputeerd. Rudi is ervan geschrokken omdat hij van niets weet, maar betaalt de mannen wel. Hij wil niets tegen Ro vertellen, zegt hij tegen Bob, omdat ze zich anders schuldig gaat voelen over de vrouw met geamputeerde been. Bob ervaart het als onprettig: twee mannen bij elkaar die janken over de psychische toestand van een vrouw van wie ze allebei veel houden.
Ro en Bob vrijen op de onmogelijkste plaatsen (wordt overigens niet op erotische wijze beschreven). Ze denken dat Rudi op een dag weg is, maar hij komt eerder terug en betrapt hen in de slaapkamer. Hij schopt Bob het huis uit en wil zijn chequeboek terug van Ro. Later belt Rudi Bob op en vertelt hem dat de vriendschap voorgoed over is en dat hij zich bedrogen voelt door zijn vriend. Ook deelt hij mee dat hij voor de tweede keer afgeperst is door de broer van de vrouw met het geamputeerde been. Bob legt het Omega-horloge op de trap neer: hij vindt dat hij niet meer verdient. Daarna drinkt hij zich een stuk in zijn kraag.
De volgende dag vertelt Bob aan Ro de gang van zaken. Ze besluiten de vrouw Carmela Sassa op te zoeken, maar vinden haar in eerste instantie niet, omdat ze het verkeerde adres van het ziekenhuis hebben doorgekregen. Wanneer ze verder zoeken, merken ze dat Carmela meedoet in een praktijk met paranormalen voodooachtige geneeswijzen en zo mensen beduvelt.
Ro is intussen mentaal zover dat ze Bob aanbiedt om met haar te vluchten naar Zuid-Amerika en daar een nieuw bestaan op te bouwen. Bob twijfelt, Ro niet. Ze is bereid om haar kind Ingi achter te laten bij Rudi: die zal wel weer een nieuwe vrouw treffen.
In het openbaar wordt voor de minder bedeelden van het eiland de Braziliaanse film Orfeu Négro opgevoerd: de zwarte Orpheus. Opnieuw bekijkt Ro deze film: ze had hem al eens gezien in de bioscoop. De zwarte Orpheus is verliefd op het meisje Euridice, maar hij moet vluchten voor een belager. In film leidt passie vaak tot de dood, in werkelijkheid slechts tot verminking, denkt Ro bij het zien van de film. Ro vermaakt zich na de film met de minder bedeelden in een volksfeest: ze drinkt rum, ze danst met jan en alleman. Ze raakt vervuld van de gedachte dat je maar een keer leeft en dat je moet doen wat je moet doen. Ze gaat opnieuw naar het huis van Bob en biedt hem nog een keer aan weg te gaan. Bob weigert opnieuw. Dan belt ze vanuit diens huis naar Rudi die haar vraagt terug te komen.
De naam Bob wordt taboe. Hij mag niet worden uitgesproken in het huis van Rudi. Het is moeilijk voor Ro: “De tijd zal zijn beeld wel doen stilliggen als een gevallen herfstblad, zijn stem zal alleen nog gevoileerd klinken tegen de achterwand van mijn schedel. Deze grote liefde hebben we samen moeten laten sterven, als een dood kind.”.
Rudi geeft zijn aanspraken op de Rotschildprijs op en wil met Ro terug naar Holland. Ingi was constant bezig om de beide partijen weer op goede voet met elkaar te brengen. Ze houden nog een grote uitverkoop van hun huisraad. Carmela Sassa krijgt van Ro bij die gelegenheid nog een prachtig antiek speeldoosje. Aan het einde van de dag huilt Rudi. Niemand heeft ooit zo om haar gehuild, denkt Ro. Ze zal hem nooit meer verlaten, maar denkt: “Ik geloof dat een seconde, een millimeter, iemand scheidt van beslissende daden en gedachten, een seconde waarin iets op een geheimzinnige manier tot je wezen doordringt nog voor je het begrepen hebt.”.
De laatste twee hoofdstukken (30 en 31) worden weer verteld vanuit de dode Ro. Ze beschrijft de mensen die bij haar kist komen kijken heel ironisch. Dan is er ineens de schok. “Dag lieve Ro”, het is Bob die afscheid van haar komt nemen. Hij bekent dat hij altijd van haar blijven houden is en dat ze geen dag uit zijn gedachten weg is geweest. Hij haalt de herinneringen op van het samen ijs eten in de bar aan het strand. Je hoeft de kopersdraadjes maar weer aan elkaar te verbinden en de lamp brandt weer, veertig jaar na dato. De lezer komt zo ook nog te weten dat Helen en Rudi beiden dood zijn. Bob laat het Omega-horloge aan de dode Ro zien. Dat kreeg hij zomaar opgestuurd, zonder commentaar met Rudi’s naam op een kaartje. Hij heeft haar zijn hele leven overal gezocht en gedichten voor haar geschreven. Het is heel grappig te zien dat Ro antwoordt op die gedachten van Bob. Ze herinneren zich allebei hun laatste afscheid vanaf de kade in Curaçao. Eigenlijk wil hij de dode Ro meenemen terug naar Curaçao en haar daar begraven. Hij vertelt nog dat hij een verrassing in petto heeft.
Wat die verrassing is, blijkt spoedig daarna. Ro wordt naar haar laatste rustplaats gedragen en terwijl ze haar in het graf leggen, hoort ze de klanken van een steelband. Dat idee was door Ingi en Bob bedacht om de sfeer van het eiland terug te halen. De scheppen zand worden op de kist geworpen en de klanken van de steelband worden daardoor steeds vager. Daarna hoort ze niets meer.
“Ken je dat? Het zwart aan het einde van een film of een toneelstuk, een moment waarin het besef van alles wat je daarvoor gezien hebt wordt samengebald, en je ziel die dan even opveert...” Een prachtige slotzin van een schitterende roman.
Dit verslag gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden