Feitelijke gegevens
- 3e druk, 2015
- 229 pagina's
- Uitgeverij: Ploegsma
Flaptekst
‘Sorry?' Zoë onderbreekt me. 'Sorry?' Ze proeft het woord in haar mond en besluit dat het het walgelijkste is wat ze ooit heeft gegeten. Zoete broodjes. Een laffe hap. Op dat moment weet ik dat ik een fout heb gemaakt. Mijn sorry betekent niets voor haar. In haar gedachten heeft ze me al duizend keer sorry horen zeggen: te midden van een volle klas, vastgebonden aan een stoel en met een pistool tegen mijn hoofd. De sorry die ik nu wil zeggen maakt totaal geen indruk op haar. Haar stem hapert kort. 'Je dacht toch niet dat ik ook maar één seconde vergeten was?'
Jade heeft haar verleden als pester diep weggestopt in haar geheugen. Maar dat verandert als Zoë na jaren van afwezigheid weer terug op school is. Jade wil niets liever dan sorry zeggen en alles vergeten, maar daar denkt Zoë heel anders over. Dan vindt Jade een vervelend anoniem briefje in haar kluis. En nog een. En nog een... Wat als sorry zeggen niet genoeg is?
Eerste zin
Ik haat eerste schooldagen. Ik weet dat iedereen dat zegt, maar ik haat ze echt.Samenvatting
Het boek begint met de eerste schooldag van Jade. Ze heeft een rotzomer gehad doordat haar vader is vreemdgegaan (hoewel haar ouders nu wel weer bij elkaar zijn) en haar vriendje Wout het heeft uitgemaakt. Finn, haar beste vriendin, zegt dat het ongeluk altijd in drievoud komt. Dat blijkt ook als Zoë, een meisje dat Jade vroeger heeft gepest samen met haar toenmalige vriendinnen Nikki en Babet, weer op school is. Jade probeert haar excuses aan te bieden, maar Zoë reageert hier slecht op. Daarna probeert Jade haar te ontwijken. Finn vraagt wat er aan de hand is, maar omdat zij gepest is, kan Jade het niet vertellen. Als klap op de vuurpijl heeft Wout ook nog een ander. Sofie, haar zus, troost haar en vertelt dat er iets is dat ze nog niet kan vertellen. Haar ouders steunen haar niet voor haar gevoel, maar gelukkig is Finn er wel voor haar.
Op school vindt Jade een briefje in haar kluisje: ‘wat als… iedereen je uitlacht?’. Het is geen vraag van wie het komt: Zoë. Na de gym blijkt dit dreigement werkelijkheid te worden: er zit stroop op haar broek, maar Jade laat zich er niet verslagen door voelen. In gedachten gaat ze echter wel terug naar enkele pesterijen en hoe zij zich voelde in het tweede jaar nadat haar vriendinnen van school gingen. Een meisje, die ook wel eens hielp bij de pesterijen, zit nog wel op school: Evi. Zij is van mening dat ze de wraakacties hebben verdiend. Jade besluit daarna naar haar zus Sofie te gaan. Zij geeft het advies om af te wachten of het echt zo erg was en dan nogmaals gemeend excuses te maken. Daarna vertelt Sofie eindelijk wat haar dwars zit: hun ouders hadden al langer problemen dan sinds afgelopen zomer, omdat hun moeder zich niet gelukkig voelde.
Het gepest van Zoë blijft doorgaan. Opnieuw geeft ze Jade een briefje: ‘wat als… je niemand meer kunt vertrouwen?’. Al snel blijkt dat Zoë Jade haar telefoon heeft gebruikt (terwijl haar vriendinnen Jade bezighielden op haar werk) om Finn uit te vragen, zonder dat Jade dit wist. Finn betrapt Jade als zij haar telefoon checkt om de berichtjes te lezen. Als Finn weer gaat dansen, confronteert Jade Zoë, maar zij ontkent alles. Jade heeft de volgende ochtend een goed gesprek met haar moeder, waarin ze hoort dat ze graag bij haar vader wil blijven en haar moeder steun geeft vanwege Wout. Omdat Jade het aan iemand kwijt moet, besluit ze Nikki en Babet te spreken. Nikki reageert geïrriteerd, maar Babet snapt Zoë wel en heeft medelijden met Jade. Wanneer Jade met Finn afspreekt, weet zij het gehele pestverhaal van Zoë te vertellen, alleen zonder Jades naam te hebben genoemd. Jade besluit het handschrift te wilen vergelijken, maar Zoë is haar voor met een nieuw briefje: ‘wat als… iedereen over je roddelt?’.
Jade wil enorm graag excuses maken, maar ze weet niet hoe. Sofie raadt haar aan om te vertellen hoe zij zich voelt en waarom ze het heeft gedaan. Jade bedenkt allerlei scenario’s, maar wordt dan in de les te kakken gezet: ze ontvangt een rouwboeket. Als Zoë begint te lachen, zegt Jade er wat van en krijgt ze een preek over zich heen. De hele school heeft het erover, dus Finn komt er op die manier ook achter. Ze is enorm boos, zeker als Wout het voor Jade opneemt terwijl hij nog met Zoë heeft gezoend. Het volgende weekend gaat ze uit met Lauren, een meisje van haar werk en vertelt ze het hele verhaal. Lauren geeft dan aan dat het niet klinkt alsof ze spijt heeft. De maandag erop vindt ze nog een briefje: ‘Wat als… je de genadeklap niet ziet aankomen?’.
Jade herinnert zich daarna ineens alles. Ook hoe ze Zoë, nadat zij heeft geprobeerd duidelijk te maken aan Jade dat ze moeten stoppen, van de trap heeft geduwd. Zoe had daar een gebroken arm aan over gehouden en zij is gewoon weggelopen. Na de laatste streek is Jade echter niet meer bang voor Zoe, maar dan komt de genadeklap: Lauren staat ineens voor haar en weet haar haarfijn uit te leggen dat ze Zoë haar zus is. Zij was al die tijd degene die wraak nam! Lauren duwt nu Jade van de trap, waardoor ze gewond raakt. Zoë is echter degene die haar vindt, omdat ze een vermoeden had dat Lauren erachter zat. Na een laatste spijtbetuiging in gedachten is het boek uit.
Dit verslag gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden