Troost door Ronald Giphart

Beoordeling 5.7
Foto van een scholier
Boekcover Troost
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • Klas onbekend | 4152 woorden
  • 20 februari 2006
  • 22 keer beoordeeld
Cijfer 5.7
22 keer beoordeeld

Boekcover Troost
Shadow
Troost door Ronald Giphart
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
De Romananalyse Giphart, Ronald. Troost. Uitgeverij Podium, Amsterdam, 2005 Motto ‘’Ik wil een dubbele regenboog achter mijn tanden, mijn gehemelte bombarderen met een perfecte afgestemd smaaktapijt mijn slokdarm overrompelen en mijn maag in opperste staat van bevrediging brengen, voor minder doe ik het niet.’’ Genre Een psychologische roman over de ondergang van een Michelin-sterren kok. Samenvatting Ho 1: Bitter (blz. 11-41) Chef -kok Art Troost ligt in de badkamer van het Franse kasteel waar hij een tv-programma maakt: hij lijkt een voedselvergiftiging te hebben opgelopen. Van onder en van boven komen de lichaamsstoffen er in vloeibare vorm uit. Zo wordt hij gevonden door zijn souschef Bruna. De kots die uit zijn mond is gekomen, laat een bittere nasmaak achter. Hij ligt in zijn badkamer, in een poel van bloed, kots en poep en stelt zichzelf een flink aantal vragen. 'Waar is het misgegaan? Ben ik ooit gelukkig geweest? Ben ik tevreden? Hoe ga ik om met tegenslag en verraad? Wat heb ik nodig? Wat wil ik? Wie troost mij?' In een flash back wordt door hem verteld hoe een en ander die week is verlopen met zijn nieuwe tv-gasten, de filosoof-hardloper Hansen Fennema Klein en de Surinaamse schrijfster Helmke Draaibaar. Ze waren nog niet bij het ontbijt verschenen en toen de tv-ploeg naar de kamer van Helmke Draaibaar was gegaan, bleek daar ook de filosoof zich op te houden. Hij maakte nogal wat problemen als dat deel zou worden uitgezonden op tv. De tv-producer doet nogal wat toezeggingen om te voorkomen dat ze weer naar huis gaan. Enkele keren gaan we met de ikverteller terug naar de badkamer, waar hij nog steeds misselijk is. In een soort visioen ziet hij dat zijn geliefde Andrea ( van wie tussen de regels door gelezen kan worden dat ze hem vaarwel heeft gezegd) hem aan het schoonwassen is. Het hoofdstuk Bitter is dus symbool voor een aantal dingen die erg tegenvallen: vooral de toestand van Art in de badkamer die de smaak van de bittere kots in zijn mond heeft en in het laatste deel van het hoofdstuk de onthulling dat zijn geliefde Andrea hem verlaten heeft.
Ho 2: Zout (blz. 45-75) In het tweede hoofdstuk wordt hij werkelijk schoongewassen door het personeel van het kasteel. Hij vertelt daarna hoe hij met het tv-programma in aanraking is gekomen en wat hij met het programma zelf wil. Het wordt een programma waarin de gasten ook over het leven praten en waarin Art nogal wat wetenswaardigheden over het eten wil prijsgeven. Hij wil geen populair programma maken zoals dat van Oliver James. Eigenlijk vindt hij dat geen echt koken, maar een triviale vorm van koken. Als je op tv bent, word je eigenlijk beroemder dan een echt goede kok. Het eten koken zit hem in de genen: ook zijn vader is een gerenommeerd kok geweest. Als klein mannetje is Art onder de indruk geraakt door een vol-au-vent die zijn vader hem in de keuken heeft voorgezet. Op de Derde Kerstdag had hij eens een heerlijke ganzenleverpastei klaargemaakt, al was dat met de nodige problemen gebeurd tijdens het werken als stagiaire in het restaurant van een beroemde kok die concurrent van zijn vader was. (Habermas) Zijn vader heeft ooit eens gezegd dat koks het zout der aarde zijn: ” Wij zijn het zout en we koken het zoet.” Met andere woorden de koks zijn de smaakmakers in het leven. Voor Art geldt dat wel, want hij denkt in eettermen. Als hij bijvoorbeeld op straat drie vrouwen ziet lopen, beschrijft hij ze in termen van zijn gerechten. In dit hoofdstuk wordt ook verteld over de breuk van Art met zijn geliefde Andrea. Ze is niet langer bestand tegen het horecahuwelijk dat ze hebben: door zijn werk zien ze elkaar nooit. Art ontmoet ook de 17-jarige dochter Sanne van zijn tv-producer die een sigaar wil opsteken. Hij laat het gebeuren, maar als de producer Louis terugkeert is hij woedend op Art, omdat hij zijn dochter tot roken aanzet. Ho 3: Zoet (blz. 79- 112) In dit deel vertelt Art Troost over de geschiedenis van de ganzenlever. Het was vroeger eerst een nagerecht, maar tegenwoordig wordt het als een hoofdgerecht geserveerd. Art vertelt in flashbackvorm hoe hij vroeger als stagiaire diende bij een concurrent van zijn vader Habermas. Deze man die een beul was voor Art, helpt hem op een avond tenslotte toch nog met het geven van tips voor de bereiding van ganzenleverpastei, die Art op Derde Kerstdag aan zijn vader heeft voorgezet. Daarna vertelt Art over de vorige Kerst en de diners die hij moest klaarmaken. Zijn souschef Bruna was te laat gekomen, maar ze had bij de souschef van Habermas (Hollander) geslapen en ze was op die manier te weten gekomen hoe diens kerstdiner er uit zag. Dan gaan we nog een tijdje verder terug in de tijd en vertelt Art een anekdote over Oude Ik (hijzelf dus) die een relatie aanknoopt met een meisje. Ze zijn niet getrouwd, maar hij brengt ongeveer drie jaar met haar door. Ook bij haar liep het stuk op de zogenaamde horecarelatie (d.i. elkaar nooit zien, omdat je het te druk met je werk hebt.) Dan vertelt Art over zijn kennismaking met Andrea die hem als journaliste voor een tijdschrift had geinterviewd. Na het interview had hij eten voor haar klaargemaakt, waarna ze verliefd op hem geworden was. Art vertelt verder over het laatste kerstdiner wanneer zijn gasten worden lastig gevallen door een groep demonstranten, omdat ze het vetmesten van ganzen op de bekende methoden afkeuren. Op een bepaald moment heeft Bruna een idee, waarbij ze kerstbrood ingesmeerd met LSD aan de demonstranten aanbiedt. Deze worden high en zijn niet langer van plan om fel tegen de ganzenlevers te protesteren. Deze vorm van gevaarlijk koken die Art aanhangt, krijgt in de loop van de avond nog een vervolg, wanneer ze met het personeel na-eten met een vleugje waarheidsserum. Bruna vraagt dan hoe hij over haar denkt en of hij wel eens seksuele fantasieen over haar heeft. Art kan dat niet ontkennen en ze hebben die avond een sprankelende vrijpartij, waarop ze bovendien later nooit meer teruggekomen zijn. Het hoofdstuk zoet staat dus wel symbool voor een aantal leuke en gezellige dingen: de geslaagde ganzenlever voor het kerstmaal, de afgebroken demonstratie en de seks tussen Bruna en Art, de start van de liefdesrelatie met Andrea, het avontuur van Oude Ik (Art) en een meisje uit zijn restaurant. Ho 4: Zeep (blz. 115-148) Art vertelt over de zelfmoord van een Franse kok die zijn restaurant (Le Cote d’Or) met een aantal punten minder beoordeeld zag. Het gaat in het gesprek met Bruna daarna over de waardering van chefkoks. Ze vertelt hem dat op Internet een aantal zeer negatieve kritieken over Art en diens restaurant staan vermeld. Art schrikt van zoveel agressie. In Frankrijk komt de filosoof vragen waarover hij zijn column die de deadline nadert, moet schrijven. Van Art en Helmke krijgt hij het advies om de column te wijden aan de mondaine schrijfster Helmke. Dan verdwijnt de filosoof en Helmke blijft alleen achter met Art. Ze doet hem denken aan een Surinaams meisje in Amsterdam. Hij had haar eens de weg gevraagd en ze had hem aangeboden hem af te trekken. Toen hij dat had geweigerd, had ze om hulp geroepen en ineens was Art omringd geweest door een aantal bevriende jongeren. Hij had zich hulpeloos gevoeld, net als nu met Helmke. Hij had er een ingebeelde angst aan overgehouden voor vrouwen die zich al te nadrukkelijk aanbieden. Hij biedt aan voor haar te koken en haalt daarvoor uit de kasteelkeuken de nodige ingredienten. Dat wordt hem later niet in dank afgenomen door de chefkok van het restaurant, omdat door een blokkade van Franse vrachtwagens de bevoorrading met voedsel maar niet op gang komt. Helmke heeft trekjes van een nymfomane en vraagt hem te vertellen waar op haar tong de plaatsen zitten die zout van zoet en bitter van zuur kunnen onderscheiden. Art laat zich verleiden tot tongzoenen en op dat moment staat de filosoof achter hem om dat gade te slaan. Helmke rept over de basissmaak van zeep die in enkele gerechten zit en Art voelt zich genoodzaakt om een zogenaamde “midnight snack” voor zijn gasten klaar te maken. De volgende morgen is de chefkok van het kasteel boos omdat hij spullen uit de keuken heeft gebruikt en Art gaat die ochtend met de dochter van Louis Sanne (die hem min of meer verleidt) op zoek naar etensmiddelen. Hollandse mensen worden in restaurants geweigerd, omdat er geen voedsel is en datgene wat er is het liefst aan Fransen wordt geserveerd. Art vertelt over de keer dat zijn vader hem uit eten heeft meegevraagd nota bene in het restaurant van Habermas. Aan het einde van de avond komt de aap uit de mouw: hij wil zijn restaurant verkopen en heeft het niet aan zijn zoon aangeboden, maar aan de souschef van Habermas, Hollander. Op deze manier neemt hij toch wraak op zijn grote concurrent, door zijn souschef bij hem weg te kopen. “Wraak moet je opdienen in iemands eigen restaurant. (blz. 148). Ho 5: Zuur (blz. 151- 182) Bij terugkomst van zijn zoektocht naar etensmiddelen krijgt hij van de receptie van het kasteel een brief uit Brussel. Onmiddellijk begint daarna een flashback over Bruna. Hij vertelt eerst over de relatie met Andrea en het weekend dat hij en zij met elkaar in Antwerpen hebben doorgebracht in een poging elkaar weer te vinden. Dan blijkt dat tijdens zijn afwezigheid een man van de Michelin-sterren een bezoek heeft gebracht aan hun restaurant en dat bezoek is niet goed verlopen. Er waren wat dingen mis met het eten en Bruna had zich niet behoorlijk gedragen tegenover de gast van wie ze niet wist dat hij een Michelin-mannetje was, Dan wordt de boodschap uit de brief bekend gemaakt. Art raakt in de komende maand januari in een klap zijn beide Michelin-sterren kwijt. Hij zakt van twee sterren naar nul sterren. Zuurder kan het moment voor hem niet zijn. Tegelijkertijd gaat het slecht met de opnamen van het programma Sterallure omdat de gasten lang op hun bed blijven liggen en er eigenlijk veel te weinig uitkomt. Maar ook omdat de blokkades op de Franse wegen de kwaliteit van het voedsel in de weg zitten. Wanneer Helmke een onzinnig rekensommetje maakt over de kilometers erectie die mannen over de gehele wereld dagelijks produceren, komt de volgende onheilsboodschap. Andrea heeft in de column van Hansen Fennema Klein in het NRC gelezen dat Art heeft staan “muilen”met Helmke en ze is daarover erg kwaad. Als hij meer gedaan heeft dan bekken, kan hij zijn koffers pakken. Ook zijn vader belt hem op om te zeggen dat hij een grote hufter is geweest door met Helmke te gaan zoenen. Art vertelt dan weer in een flashback van het laatste etentje met Andrea in zijn vaders restaurant. Zijn vader heeft de ziekte van Parkinson en dat is eigenlijk de reden dat hij zijn restaurant heeft verkocht. Art mag dan zelf een kreeft klaarmaken voor zijn vader en Andrea en hij doet dat zo goed dat Andrea hem toevoegt, dat ze maar eens aan kinderen moeten denken op het moment dat hij weer terugkomt van zijn opnamen in Frankrijk. Zijn vader vindt dat een prima idee. Aan het einde van de avond heeft hij nog een keer telefonisch contact met Andrea. Ze biecht hem op dat ze het niet meer kan volhouden, de relatie met hem. Het ging niets eens om de column in de krant, maar ze ziet de horecarelatie niet meer zitten. Ho 6: Bloed (blz. 185- 218) Andrea blijkt gekozen te hebben voor een jonge filmster. Het zijn harde tikken voor Art: zijn twee sterren kwijt en Andrea. Art wordt de ochtend erna wakker gemaakt door Just, die hem vertelt dat het toch wel nodig is dat er wat goede beelden worden geschoten, anders is ook de uitzending van Sterallure van die week mislukt. Maar er is nauwelijks eten voorradig voor het Grote Laatste Avondmaal (La Grande Bouffe) Art moet gaan smeken bij de Franse kok La Rue. Die zegt dat hij alleen nog maar een bak met animelles (stierenkloten) heeft. Bruna moet dat voedsel van Art klaarmaken. Ze komt hem ook nog helpen door te vertellen dat ze zelf een fles absint heeft gebrouwen. Deze drank was lang verboden in Nederland vanwege de hallucinerende werking, maar recent weer vrij gegeven. Nu heeft ze zelf een fles heel sterke absint (groen van kleur) gemaakt. Ze zal die de avond uitschenken tijdens het Laatste Avondmaal. Intussen komt er ook bericht uit Nederland. Helmke Draaibaar heeft in haar column in het AD de seksuele wantoestand in Sterallure aangekaart en de tv-zenders staan er op te wachten om opnamen te komen maken. Bovendien komt de netmanager van Ned3 te weten van Just dat Art zijn Michelin-sterren kwijt is. Dat betekent meteen het einde van het programma Sterallure, kondigt de manager aan. Dan komt het grote laatste avondmaal met de bijzondere gasten van de week. De absint gaat rond en de stierenkloten worden in diverse gangen opgediend. Het loopt tijdens de maaltijd aardig uit de klauw, niet in de laatste plaats door de absint. Hansen Fennema Klein gaat in discussie met Helmke. Ook Sanne doet een duit in het zakje en dan blijkt dat de filosoof in die week het bed heeft gedeeld met Helmke, Bruna en de jonge Sanne. In de ruzies die volgen, hoort Bruna nu ook dat Art zijn sterren is kwijt geraakt en ze is erg verbolgen over het feit dat hij dit voor haar verzwegen heeft. Tegelijkertijd onthult ze dat ze op televisie zijn opvolger zal worden in een nieuwe kookshow die Sterallure gaat opvolgen. Art is nu echt helemaal wanhopig. Hier maakt hij een opmerking dat hij eigenlijk zou moeten kotsen. Dat zou erop kunnen wijzen dat het begin van hoofdstuk 1 chronologisch op deze plaats hoort. In het laatste deel van dit hoofdstuk maakt hij nog een ochtendwandeling. Wanneer die precies plaatsvindt, is niet eenvoudig uit de vertelling op te maken. Hij ziet een hinde die hij tot op anderhalve meter kan naderen. Hij kan haar pakken, haar nek breken en het maal ervan bereiden voor de laatste aflevering van Sterallure. De hinde laat hem nog dichterbij komen en hij staat op het punt het prachtige dier te omhelzen. Is dit de afsluiting van een rampzalige periode en misschien de nieuwe start van een begin? De hinde lijkt puur in tegenstelling tot alle mensen die hem tot dusver hebben omringd in de wereld van eten en showbizz, waar haat en nijd en egobuilding een belangrijke rol spelen.
Personages Hoofdpersoon, Art Troost, is topkok met een eigen tv-programma waarin hij voor en samen met bekende gasten kookt in de sfeervolle setting van een Frans kasteel. Hij komt als enig personage redelijk goed uit de verf omdat zijn gevoelsleven, via het ikperspectief, wordt beschreven. Als zoon van een topkok weet hij zijn vader voorbij te streven en zijn succes is heel belangrijk voor hem. Daarom zegt hij ook ja tegen een eigen tv-programma. Maar tegelijkertijd heeft hij een lichte afkeer van zijn eigen 'mediageilheid'. Hij is iemand die heel veel zelfhaat heeft, zegt Giphart hierover in een interview met BOEK (mei/juni 2005). Tot die conclusie is Troost zelf ook min of meer gekomen als hij zich afvraagt waarom hij een paar maanden verslaafd is geweest aan het aanklikken van kritiek op hemzelf op internet. Troost maakt een ontwikkeling door van succesvol naar afgedaan, van geluk naar ellende. De andere personages worden door de ikverteller, Troost, soms beschreven aan de hand van een vergelijking met een gerecht of een ingrediënt. Deze gerechten en ingrediënten zijn niet erg doorsnee en daarom is het vaak niet direct duidelijk wat het voor 'n personage is. Zo vergelijkt Troost zijn mannelijke gast, Hansen Fennema Klein, met een "brokkige pecorino. Een schorseneer die te lang op het land is gebleven" (p. 32). Deze Hansen is een filosoof die vaker met zijn gezicht op tv is te zien. Hij is getrouwd maar ontrouw aan zijn vrouw, want tijdens het verblijf op het kasteel gaat hij naar bed met de andere gast van Troost, Helmke Draaibaar, en met de dochter van de regisseur, Sanne. Hij maakt er een punt van dat hier niks van uitgezonden mag worden, maar schrijft in zijn column wel zonder enig schroom over de kussende Troost en Draaibaar. Zijn vrouwelijke gast, Helmke Draaibaar, is een wulpse schrijfster. Als Troost tijdens een kleine opnamepauze naar haar kijkt, dwalen zijn gedachten af: "Verse amandel-kokosmelk met rum. Een salade van batjauw en cassave met komro komro tapoe asing, cassavechips, gefrituurd brood en een dressing van tomaten met bosui. Redie ajoeng nanga birambie tapoe asing" (p. 36). Helmke is een open, zelfstandige en sensuele vrouw, die goed weet wat ze wil en altijd wel in is voor een lolletje. De 17-jarige regisseursdochter Sanne wordt door Troost omschreven als "Saffraansoufflé. Choux au safran. Saffraanmirepoix. Saffraanijs met rozensabayon" (p. 25). Hierop volgt dan de uitleg waarom saffraan het ingrediënt is dat het beste bij haar past: het is namelijk hét middel tegen melancholie en spleen, maar een overdosis kan leiden tot een euforie die de dood tot gevolg heeft. Sanne valt op oudere mannen en doet erg haar best om zich onder het ouderlijk gezag van haar vader uit te worstelen. Ze zit vol bravoure en flirt openlijk met Troost, die daar op dat moment niet veel oog voor heeft. Twee personages die een belangrijke rol spelen in het leven van Troost zijn Andrea, z'n ex-vriendin en zijn vader, ook topkok. Beide relaties worden gekenmerkt door afstoten en aantrekken. Deze personages spelen met name een rol in de flashbacks waarin Troost terugkijkt op het verloop van de relaties met hen. Andere personages zijn voornamelijk figuranten, zoals de drie Tonnen, regisseur Louis, souschef Bruna, de Franse chef-kok La Rue. Perspectief en verteller Het verhaal kent een ikverteller, de topkok Art Troost. Hiervan wordt nergens afgeweken waardoor de lezer alle gebeurtenissen slechts vanuit één perspectief krijgt voorgeschoteld. Dit geeft een eenzijdig beeld en de gevoelens van andere personages blijven daardoor onderbelicht, of worden in ieder geval sterk gefilterd door de interpretatie van Art Troost. Hierdoor komen Troosts gevoelens extra hevig naar voren. Structuur Troost is opgebouwd uit 6 hoofdstukken met aan koken en eten gerelateerde titels, de zes basissmaken: Bitter, Zout, Zoet, Zeep, Zuur en Bloed. Op pagina 129 legt hoofdpersoon Art Troost aan een van zijn gasten uit hoe er in de verschillende werelddelen over de basissmaken wordt gedacht. Over zeep en bloed als basissmaken wordt door sommige gastronomen getwijfeld, maar de lezer krijgt via uitgebreide informatie over ingrediënten en gerechten een beeld van deze smaken. Het verhaal begint in medias res, het hoofdpersonage hangt doodziek op een wc-pot terwijl het eten van alle kanten zijn lichaam verlaat. Via sprongen in de tijd wordt langzaam duidelijk wat er aan deze situatie vooraf is gegaan. De plaats waar dit zich afspeelt is een kasteel in Frankrijk waar topkok Troost twee gasten ontvangt voor zijn tv-programma 'Sterallure'. In dit vertelheden wordt verhaald van de problemen die de televisieploeg ondervindt met de gasten en de plaatselijke stakingen waardoor er geen voedsel meer geleverd kan worden. Ook ontvangt Art Troost slecht nieuws van Michelin, de organisatie die sterren toekent (en afneemt) van toprestaurants. Via flashbacks wordt verteld over de relatie van kok Troost met zijn vader, die ook topkok is, en met zijn vriendin Andrea. Deze flashbacks gaan niet verder dan een paar jaar terug; in beide verteltijden is de hoofdpersoon een volwassen man. De sprongen in tijd worden binnen de hoofdstukken van elkaar gescheiden door een klein symbool van een gekruist mes en vork. Tijd en Ruimte De roman speelt zich af in de recente tijd in de 21 eeuw. Op blz. 115 wordt verteld dat een bekende Frans kok zelfmoord heeft gepleegd omdat zijn restaurant een aantal beoordelingspunten minder kreeg. Hij stak zijn mond om de loop van een jachtgeweer. Dat was in februari 2003. De roman moet dus daarna spelen, waarschijnlijk in de zomer van 2004. Het voorval met de zelfmoord is bovendien een vooruitwijzing naar de problematiek van Art Troost later in het hoofdstuk Zuur. Het decor is een Frans kasteel-restaurant waar de crew van het tv-programma ‘s zomers verblijft om opnamen te maken. Het kasteel schijnt echt in het stadje Sassetot de Mauconduit te bestaan, maar Giphart geeft in zijn nawoord aan dat de overeenkomsten geheel uit zijn brein zijn ontsproten. Thematiek Het verhaal gaat over de keerzijde van roem. Je betaalt een prijs om die roem te bereiken. Troost betaalde met het einde van zijn relatie met Andrea, want hij had nooit tijd voor haar omdat hij altijd achter zijn 'kachel' stond. Bovendien wordt grote roem haast onvermijdelijk gevolgd door ondergang. Troost verliest niet alleen zijn geliefde, hem wordt ook zijn twee Michelin-sterren ontnomen en als gevolg daarvan wordt hij ook bedankt als presentator van zijn tv-programma. Zijn souschef, Bruna, mag hem opvolgen, wat best ironisch is, aangezien zij de verantwoordelijke in de keuken was op de dag dat de Michelin-inspecteur een onverwacht bezoek bracht aan Troosts restaurant. Net die ene dag was Troost afwezig omdat hij bezig was zijn relatie met Andrea te redden.
Motieven Een terugkerend motief is smaak. Op verschillende momenten houdt Troost een verhandeling, bijvoorbeeld tegen een van zijn gasten, over smaak. Bijvoorbeeld op pagina 33: "De hoofdwet van de smaakleer zegt: balans". Ook de hoofdstukken hebben elk een aan smaak gerelateerde titel. Een tweede motief dat daar mee samenhangt, is eten als kunst. Dit wordt op pagina 21 verwoord als: "'Echt goed koken' is een verfijnde, doordachte kunst die met vakmanschap, creativiteit, concentratie en toewijding gepaard gaat". Ook op pagina 47 wordt hiernaar verwezen als Troost een oude leermeester aanhaalt: "Alles voor je kunst, leerde hij ons". Topkoks streven in hun kookkunst altijd de perfectie na. Net als bij kunst is het daarbij van belang om vernieuwend te zijn. Ook moet het verleiden, troosten en opbeuren. "Koks hebben de taak het leven - in ieder geval gedurende de maaltijd - een beetje meer zin te geven". Een variant op 'eten als kunst' staat verwoord op pagina 57: 'eten is de kunst van het vernietigen'. Een derde motief is overspel en seks. Niet alleen Hansen Fennema Klein pleegt overspel als hij tijdens de opnameweek met meerdere vrouwen het bed deelt. Ook Andrea maakt zich schuldig aan overspel tijdens haar relatie met Troost, zelfs tijdens een bijna-hereniging. Ook Troost heeft zich er in een eerdere relatie aan bezondigd, hij vertelt het verhaal met enige schroom en spreekt over zichzelf als 'oude ik'. Seks is sowieso een bezigheid die veel wordt beoefend in het restaurantwezen. De late werktijden en het eenzame, soms hechte teamwerk maken dat collega's (en concurrenten) het regelmatig met elkaar doen. Het personage Helmke Draaibaar wordt neergezet als een nymfomane en ook Sanne is niet vies van seks, liefst met oudere mannen. Een vierde motief is angst versus gevaar. Troost denkt: "Ik heb áltíjd de onderhuidse angst niet te kunnen overtuigen, en ik kan me niet voorstellen dat er chefs zijn die die angst niet voelen" (p. 116). Op pagina 208 komt dezelfde gedachte weer bij Troost boven. Maar tegelijkertijd zoekt hij graag de grenzen van het gevaarlijke op. Dat wil zeggen dat hij spannende combinaties van ingrediënten uitprobeert en werkt met ingrediënten die niet zonder gevaarlijke bijwerkingen zijn (zoals rogge, waarheidsserum, absint, kogelvis). Titelverklaring De eerste verklaring voor de titel is niet zo moeilijk te vinden. De ikverteller van deze culinaire roman heet Art Troost. Hij is de eigenaar van het restaurant in Overdam aan de Schoo. Maar troost is ook de manier waarop je met je verdriet kan worden geholpen. Wanneer je het niet naar je zin hebt, kan iemand je troosten of je kunt ergens troost in vinden. Zo formuleert Art op blz. 100, wanneer hij eenzaam in het Franse kasteel is, dat hij overweegt een stuk ganzenlever af te snijden. “Dat is vermoedelijk de enige smaak die me in de huidige toestand een beetje troost kan bieden.” Andrea, de geliefde van Art, heeft zich tijdens het horecahuwelijk laten troosten door een aantrekkelijke filmster. (blz. 154 “Je had verdriet. De filmster door wie je je tijdens onze relatie voor mijn permanente afwezigheid had laten troosten, had het uitgemaakt.”) Het motief “troost” komt daarom een flink aantal keer in de roman voor. Taalgebruik Giphart schrijft in een soepele en losse stijl, waarin veel gebruik gemaakt wordt van spreektaal. Giphart staat bekend om zijn nieuwe woorden en woordcombinaties die ook in Troost te vinden zijn, zoals 'zonnebankcriminelen', een 'dubbele regenboog achter mijn tanden', 'tv-alleskankeraars' en 'abject schijfje gesuikerd vrijbankvlees' (als metafoor voor een hamburger van McDonald's). Daarnaast voert de auteur in deze roman het culinaire thema door in zijn taalgebruik, zo heeft zijn vriendin bijvoorbeeld 'gepofte kastanjes' in haar stem, en is het hele boek doortrokken van smaken en geuren. Dit alles maakt zijn schrijfstijl erg beeldend en levendig. En ook ontbreekt het niet aan humor, hier en daar van de melige soort, maar over het algemeen is het geestig en aanstekelijk.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Troost door Ronald Giphart"