Snowboarden

De geschiedenis van het snowboarden
Veel geschiedenisschrijvers zeggen dat het lastig is om te zeggen wanneer het eerste snowboard is uitgevonden. Omdat het snowboard van vandaag de dag niet lijkt op het eerste snowboard van toen. Maar is dat niet bij alle uitvindingen? De eerste auto van toen lijkt ook voor geen meter op de auto van nu.
Het verhaal gaat dat in 1965 een vader zag dat zijn dochter staand op haar slee naar beneden wilde. Toen kwam hij op het idee om 2 ski’s aan elkaar vastte maken. Dat werd een snurfer genoemd, van snow en surfer. Een snurfer kon alleen rechtdoor. Bochten maken, springen en zelfs remmen waren erg moeilijk.
Toch vonden veel mensen het leuk en een pasar jaar later werd de eerste snurfer wedstrijd gehouden. Langzaam werden door verschillende personen steeds betere modellen gebouw en veranderde de naam in snowboarding. Snowboarders werden door de skiwereld als zonderling gezien en mochten niet in de skiliften. In de jaren daarna kwam de snowboard productie op gang. In 1986 werden er in europa de eerste snowboard wedstrijden georganiseerd.


Professionele snowboarders moeten tussen deze twee organisaties. ISF staat als originele snowboardorganisatie hoog aangeschreven. Echter de FIS is de door het Olympisch commitee (IOC) aangewezen organisatie die het snowboard onderdeel organiseerd. Kortom, de beste ISF rijders kunnen niet meedoen aan de Olympische Spelen. In 1998 is snowboarden voor het eerst een officieel onderdeel op de Olympische Spelen van Nagano. Er waren twee disciplines waar medailles konden worden verkregen, te weten Giant Slalom en de Halfpipe. Het onderdeel snowboarden (georganiseerd door de FIS) liet zich direct van zijn goede kant zien. Ross Rebliagiati werd zijn gouden medaille afgenomen na het ontdekken van sporen van marihuana bij zijn doping controle. Deze drug bleek echter niet als verboden middel op de dopinglijst te staan zodat hij een paar dagen later zijn gouden medaille weer terug kreeg.
De Nederlandse snowboarder Thedo Remmelink was deelnemer aan de Giant Slalom en werd tiende. Het was het hoogtepunt uit de pioniers carriere van deze snowboarder. Ondertussen zijn er meer Nederlanders actief op het professionele snowboardvlak. We willen er hier een paar noemen want zij verdienen een plekje in de snowboardhistorie. Patrick van der Graaf, Marcel Jonker, Gerwin de Haan, Bibian Mentel, Mariek Sauerbreij en Miriam Vijfwinkel. En er zijn er meer.

Bekende snowboard merken:
- Nitro
- Nidecker
- Rossignol
- Salomon
- Ride

Kleding:

Als je gaat snowboarden zorg dan ook voor goede kleding. Zoals een waterdichte, stevige broek. Je valt, als beginner, erg vaak dus zit je vaak in de natte sneeuw. Ook waterdichte handschoenen en jas is erg belangrijk als je gaat snowboarden. Zorg ook altijd voor een goede zonnebril of skibril en een muts. Je moet goed beschermd zijn tegen de sneeuw, de zon en als je valt. Een aantal goede kledingmerken vind je hieronder:

- Protest Kleding

- O'neill
- Tenson Clothing
- Brunotti

Boots
Je hebt drie verschillende soorten boots, softboots, hardboots en step- in- boots.
SOFTBOOTS zijn boots die je voor freestyle boards nodig hebt. Soms heb je ze ook nodig op freeride boards. Ze lijken op sneeuwschoenen met veters. Ze zijn gemaakt van leer en canvas. Ze hebben rubberzolen. Je kan ze ook als sneeuwschoenen gebruiken. De bovenkant zit een beetje naar voren, dan kan je beter je knieën buigen. Ze hebben ook een flexibele buitenschoen, dat is handiger voor trucjes. Softboots hebben ook een losse binnenschoen, die is gemaakt van voorgevormd schuim. Freeride softboots zijn iets steviger, ze zijn ook hoger, want dat is beter voor je enkels.
HARDBOOTS zijn gemaakt van hard plastic, die met ijzertjes aan elkaar worden gehouden. Ze lijken op skischoenen, alleen zijn ze veel steviger dan skischoenen. Ze zijn ook helemaal niet flexibel. Dan kan je meer kracht zetten bij bochten. Je kan ook preciezer zijn met de bochten.
STEP- IN- BOOTS , deze boots zijn hetzelfde gebouwd als softboots, alleen zit er aan elke zijkant een pin.

Verschillende boards

Snowboards vallen op door hun wendbaarheid en hun gebruiksmogelijkheden zowel binnen als buiten de paden, op vaste sneeuw en poedersneeuw. Een smal board is snel en stabiel in de bochten. Een lang en breed snowboard is voor elk terrein geschikt. Er zijn verschillende stijlen van snowboarden. Daarbij zijn dan ook drie verschillende soorten snowboards. Wil je veel tijd doorbrengen in de halfpipe, dus je vooral richten op het springen, kies dan voor een freestyle board. Wil je naast het springen ook lekker kunnen snowboarden op of naast de piste? Dan kies je voor een freeride board. Als laatste zijn er zogenaamde carve boards. Deze boards zijn gericht op snelheid.

Trucs

flip = salto

back flip = salto achterover
tail grab = al springende de achterkant van je board vastpakken
nose grab = al springende de voorkant van je board vastpakken
180 = al springende 180 graden draaien
360 = al springende een hele draai maken
540 = al springende anderhalve draai maken
720 = al springende twee hele draaien maken
900 = twee en een halve draai
1080 = drie hele draaien

Makkelijke trucs:
Fakey:
Het houdt in dat je met je verkeerde been voor rijdt.

Switch rijden:
Dit houdt in dat je een fakey bocht maakt en dan fakey
door blijft rijden, tot je bijvoorbeeld een 180 of 540 maakt.

De Wheely:
Hierbij rijdt je met je tail (bijna) recht naar het dal.
Vervolgens leun je onder het rijden zo ver naar achteren dat je nose van de
sneeuw af komt, hoe verder hoe beter.

Deze truc wordt vaak aangeleerd om
de stap naar de Ollie te verkleinen.

De Ollie:
Deze truc houdt in dat je al boardend omhoog springt van de piste.
Hiervoor leun je eerst naar je nose (zover dat je tail een beetje
omhoog komt), dan naar je tail en vervolgens weer naar je nose.
Dan leun je nog een keer naar achter, maar verder dan je tot nu
toe gedaan hebt. Je trekt je voorste voet omhoog en dan je
achterste en je bent in de lucht. Ook het neerkomen doe je eerst
met je voorste been en dan met je achterste.
Als je deze truc op de piste beheerst kun je hem over kleine
heuveltjes proberen. En daarna:

De 180:
Hiermee begin je zodra de Ollie je goed lukt. Het begin is
gewoon hetzelfde, alleen maak je nu een draaibeweging als je in
de lucht hangt. Ook het neerkomen gaat weer gewoon zoals bij
de Ollie.


De Wally:
Terwijl je gewoon rijdt maak je 2 fakey bochten achter elkaar.
Je stuurt de voorkant van je board dus eerst tegen de
berg op, op het moment dat je met je tail naar het dal staat
rijdt je er fakey weer uit en stuurt gelijk weer je tail tegen
de berg op. Vervolgens kom je er weer gewoon uit. Het is leuk
deze move enkele keren te herhalen.

Soorten snowboards
Er zijn verschillende stijlen van snowboarden. Daarbij zijn dan ook drie verschillende soorten snowboards. Wil je veel tijd in de halfpipe doorbrengen, dus je vooral richten op het springen, kies dan voor een freestyle board. Wil je naast het springen ook lekker kunnen cruisen op/naast de piste? Dan zijn de freeride boards voor jou geschapen. Als laatste zijn er de zogenaamde race/carve boards. Deze boards zijn gericht op snelheid en carving door de sneeuw.

Staan op je board

Je kan op twee manieren op je board staan. Regular-stand betekent dat je met je linker voet in de voorste binding staat. Goofy-stand is precies andersom. Hoe weet je nou wat jou stand is? Daarvoor is een handig trucje. Laat je op een onverwacht moment in de rug duwen. Het been waarmee je naar voren stapt om je val op te vangen is je voorste been op het snowboard. Probeer het maar.

Stand tussen je bindingen
Een eenvoudige manier om de juiste afstand tussen je bindingen te vinden is de volgende: Meet de afstand van de grond tot aan je knieholte. Houdt deze maat aan als afstand tussen je bindingen. Algemeen geldt, bij carven dichter bij elkaar dan bij freestylen

De hoek van je bindingen
Het afstellen van je bindingen is een serieuze zaak. Als beginner begin je meestel met een grote hoek: front binding 45° en back binding 35°. Wordt je in de loop van de tijd een echte freestyler dan zal je steeds rechter gaan staan (richting 0° dus). Hiernaast vindt je een overzicht van algemene standen bij de verschillende snowboard stijlen.

De lengte van je snowboard

De lengte van je board is een van de essentiele zaken voor goed en lekker snowboarden. Ook hier geldt weer dat voor freestylen meestal een kort board wordt gebruikt en voor carven weer een langere. Om de juiste lengte voor je board te vinden zoek je je eigen lichaamsgewicht op in de linker kolom van de hiernaast afgebeelde grafiek. Volg de horizontale lijn en je komt bij de juiste lengte van je snowboard uit. Wil je gaan freestylen kies dan voor de afmeting die je het eerst tegenkomt bij jouw gewicht. Wil je meer gaan carven kies dan voor een langere afmeting

De juiste bril (Googles)
Een onderdeel van je uitrusting dat vaak onderschat wordt is de ski-bril. Een goede ski-bril kan je snowboard plezier zowel tijdens zonnige als slechte dagen vergroten. Elke weersituatie heeft zijn eigen kleur lens. Bij het zonnigste weer kan je heerlijk cruisen met een zonnebrilletje met donkerbruine lenzen. Gaat de zon weg dan zit je mooi met de problemen. Je ziet niks meer. Een skibril met oranje lenzen is de bril die zowel met zon blokkeert als met bewolking reflecteert. De gele lens is de enige oplossing als je in dikke mist of zware sneeuw-stormen zit.

Soorten Boards

Je hebt drie verschillende boards, freestyle board, alpine board (of carve board) en freeride boards

FREESTYLE boards zijn gemaakt voor trucjes, dus voor in halfpipes en op schansen. Ze zijn ook korter dan de andere boards, want dan kunnen ze beter kleine bochtjes maken. Ze zijn ook iets breder, maar daardoor zijn ze wel langzamer.het board heeft ook een "twin-tip" constructie. Dat betekent dat de voor en achterkant hetzelfde zijn. Het is handig voor fakie-rijden. Fakie-rijden betekent dat je achterstevoren rijdt.
ALPINE boards zijn gemaakt om snelheid te krijgen, dus om te racen. Ze zijn heel erg smal, daarom kan je hele scherpen bochten maken en snel van kant wisselen. Het board kan je bijna niet buigen, dan blijft hij sttabiel als je heel erg hard gaat. De achterkant is helemaal plat, dus je kan niet fakie-rijden met dit board. Als je wedstrijden speelt met slalommen moet je dit board hebben.
FREERIDE board is een kruising tussen een freestyle board en een alpine board. Als je off-piste gaat rijden, dan heb je dit snowboard nodig. Off-piste is dat je buiten de pistes gaat snowboarden. Meestal ga je dan met een helikopter naar de punt van een berg, daar spring je eruit en ga je snowboard je nar beneden. Ze zijn iets minder soepeler dan freestyle boards. Dit board heeft een asymmetrisch flex patroon, dat betekent dat de voorkant duidelijk anders is dan de achterkant. Het beste is om met dit board met de voorkant voor te rijden, maar je kan er ook wel fakie mee rijden. Bij dit board krult de punt ook meer omhoog dan bij een alpine board, omdat dit board voor meer terreinen geschikt is.
Je hebt nog veel meer uitbreidingen van snowboards. Bijvoorbeeld een snowboard met een inhaal erachter, zodat alleen je achterkant in de sneeuw blijft, zo "zweef" je over de poedersneeuw.

HOE ZIT HET BOARD IN ELKAAR?
PUNT:
dit is het voorste uiteinde van het board
BELAG:
dat zit op de onderkant van het board, het is van polyethyleenbasis gemaakt zodat de wax er beter aan hecht.
KERN:
dit is gemaakt van speciaal schuim of hout waar glasvezel omheen zit. De kern zorgt voor flexibiliteit en veerkracht.
DEKBLAD:
dit is de bovenkant van het board, er zit COATING op, dat beschermt de kern van je board. Er zit ook een plaatje op, van het merk board of iets anders.
KANTEN:
dit zijn ijzeren strips die aan beide zijkanten zitten. Ze zorgen voor controle bij draaien en stoppen.