Moniek Ilegems:
Moniek maakt vaak misbruik van mensen. Ze is een carrière bewuste vrouw. 'femme fatale 'past subliem bij haar. Ze is ongeveer 50 jaar maar dat zie je niet aan haar.
Christa:
Christa laat snel over haar heen lopen en is een beetje onzeker. Ze heel erg braaf en ze heeft een bril.
Vertelperspectief
Tim Krabbé heeft voor deze roman gekozen voor een personele vertelsituatie. Je maakt bijna alle gebeurtenissen mee door de ogen van het personage Jacques Bekker. Zo ervaar je al zijn twijfels, angsten en verliefdheden. Het verhaal wordt niet in de ik-vorm, maar in de hij-vorm verteld, waardoor je soms even de indruk krijgt van een auctoriale (alwetende) verteller.
Opmerkelijk is de perspectiefwisseling in het vijftiende en laatste hoofdstuk. Het point of view blijft personaal, maar nu maken we de ontwikkelingen mee door de ogen van Moniek Illegems. Deze perspectiefwisseling vindt niet zo maar plaats. In dit hoofdstuk wordt verteld hoe Moniek het grapbriefje voor Jacques schrijft en het aan hem geeft. Zo kom je ook de Monieks beleving van deze onvergeeflijke daad te weten. Je weet nu dat ze wel degelijk wist wat ze ging doen, maar dat weerhield haar er uiteindelijk niet het toch te doen.
Thema
Voor het vaststellen van het thema is het gedachtegoed van Moniek belangrijk. Zij neemt het heft in eigen handen, te beginnen bij het uitmaken van de relatie met de jonge Jacques, terwijl ze toch van hem hield. Het thema is: maak actief je eigen keuzes, en neem de consequenties ten volle. Het maakt niet uit of de gevolgen positief of negatief zijn. De rol van Jacques is ondersteunend. Hij is passief en komt pas weer uit de problemen als hij actief weigert met Moniek verder te vluchten. Daarop neemt Moniek de ultieme consequentie van al haar handelen: het plegen van zelfmoord.
Vertraging is opgebouwd uit vijftien genummerde hoofdstukken. Tot en met hoofdstuk acht lezen we de gebeurtenissen in het heden (in Australië) in de oneven hoofdstukken, de even hoofdstukken zijn een stuk korter en laten zien wat dertig jaar geleden in België heeft plaatsgevonden. Hoofdstuk negen bestaat uit een brief die Bekker tijdens zijn vlucht door Australië aan zijn vriendin Sonja schrijft. Hoofdstuk tien gaat ook weer over het heden. Daarna gaat de oude structuur weer verder: hoofdstukken elf, dertien en vijftien spelen zich weer af in het verleden.
Motieven
De motieven zijn liefde en toeval. Verder kun je de gedroomde of gefantaseerde werkelijkheid als leidmotief zien.
Liefde: In het begin van het boek heeft Jacques in Nederland een vriendin, Sonja. Als zijn vliegtuig vertraging heeft, in Sydney. Gaat hij zijn jeugdliefde, Moniek, opzoeken. Dan vlucht hij met haar en denkt dat hij verliefd op haar is, hij verliest Sonja.
Toeval: Heel veel dingen in het boek hangen af van het toeval. De vertraging van het vliegtuig, dat Jacques Monieks adres vindt, dat hij op tijd bij haar huis is, dat het vliegtuig net weg is als hij op het vliegveld aankomt.
Gedroomde werkelijkheid: Als Jacques in de Leichhardt Street komt, ziet hij een vrouw, maar weet niet of het Moniek is. Dan komt de gedachte bij hem op dat hij haar Moniek kon maken.
Nadat ze enige tijd door Australië rijden vraagt Jacques zich af 4
Recensie 1
Schrijver: Tim Krabbé
Titel: Vertraging
Jaar van uitgave: 1994
Bron: Nederlands Dagblad
Publicatiedatum: 10-09-1994
Recensent: Hans Werkman
Recensietitel: Geen
Tim Krabbé''s roman Het gouden ei (1984) is en besteller geworden, vooral door de beide verfilmingen en door schoolgebruik. Het boek was vorig jaar de meest gelezen roman op literaturlijsten van scholieren. Na tien jaar verscheen zijn roman Vertraging. Waar gaat h verhaal over? Over een vertraging dus. In Sydney heeft het vliegtuig waarmee Jacques Bekker in een reisgezelschap naar Amsterdam vliegt, vertraging. hij gebruikt de uren om een vriendin op te zoeken die hij dertig jaar geleden voor het laatst zag. Ze liet hem stikken, hij kon haar niet vergeten en ontmoet haar dan opnieuw als bijna-vijftiger tegenover vijftiger.
Spannend De geschiedenis wentelt terug naar Ostende. Vertraging. Hals over kop besluiten ze hun beider leven in vertraging te houden en samen te verdwijnen. Voor haar is het bittere noodzaak; de justitie jaagt op haar. Noodzakelijk is het ook dat ze zich beiden onherkenbaar maken: hij is een bekend auteur, zij is de bekendste zakenvrouw van Australië. Het nemen van onverantwoordelijkheid is spannend voor hen. Deze spanning weet Krabbé helder over te brengen in een goed gedoseerd verhaal. Op gezette tijden voert de roman ons terug naar de tegenwoordige tijd van het verleden, dertig en een half jaar terug, naar de bron van hun avontuur. Met volle teugen genieten ze in hun nieuwe leven van hun onbekendheid. Ze belijden een vitalisme zonder ethiek, omdat ze de basis van de ethiek niet in zich toegelaten: verantwoordelijkheid.
Lege mensen Daardoor onderga ik dit boek, bij alle spanning, als een verhaal over lege mensen, dat wil zeggen: mensen die alleen vol zijn van zichzelf. Er zitten te grote gaten in hun psychologie. De onverantwoordelijkheid is net niet geloofwaardig, de volgzaamheid van Jacques net iets te groot, de toevalstreffers waarop het verhaal scharniert, zijn niet iets te opvallend. Taal en spanning kunnen deze gaten niet vullen. De roman wordt er soms hol en retorisch van.
Mortalisme De zakenvrouw weet als mens mij slechts op één moment werkelijk te boeien, namelijk wanneer ze haar hart lat spreken, een pistool tegen de zijkant van haar hoofd houdt en schiet, omdat ze niet kan verdragen dat Jacques haar verlaten zal. Daarin is haar vitalisme omgeslagen tot mortalisme, maar dat is in de geschiedenis van de literatuur meer vertoond (Marsman). Met deze daad is zij gebleven die ze dertig en een half jaar gelden was. Ik citeer van de laatste bladzijde: "Ze had het volbracht - iets onvergeeflijks, maar dat was ook steeds de bedoeling geweest. Een keus maken, daar ging het om. Niet of het de goede keus was - juist de verkeerde was goed, daar was meer kracht voor nodig. Ze kon trots op zichzelf zijn."
Recensie 2
Schrijver: Tim Krabbé
Titel: Vertraging
Jaar van uitgave: 1994
Bron: Vrij Nederland
Publicatiedatum: 13-08-1994
Recensent :Jeroen Vullings
Recensietitel:De maakbaarheid van de liefde : Nederlands proza
In ''Vertraging'' zie je de landschappen en wilde achtervolgingen al voor je: in de film. Maar de personages zijn nu al levensecht Tim Krabbé. Niemand zal ervan opkijken dat Tim Krabbés roman Vertraging verfilmd gaat worden: zijn boek is erop gemaakt. Krabbés vorige roman Het gouden ei, waarin ontsluierd wordt hoe een psychopaat een toeriste liet ''verdwijnen'', leidde zelfs tot twee verfilmingen: de Nederlandse Spoorloos en de Amerikaanse The vanishing. Toch is Vertraging geen kant-en-klaar scenario. In deze psychologische thriller wordt het heden hoofdstukgewijs afgewisseld met het verleden. Die voorbije tijd speelt in het België van 1960 en de gebeurtenissen daar zouden zo''n fijnzinnige Engels televisiedrama op kunnen leveren: op reis leert de zeventienjarige Amsterdammer Jacques Bekker in een dancing in Oostende de kuise Belgische turnster Christa kennen. Hij wisselt enige tijd hooggestemde brieven met haar uit, maar aarzelt kort na hun weerzien, in diezelfde dansgelegenheid, niet om op de avances van de twintigjarige secretaresse Moniek Ilegems in te gaan. Door haar wordt hij ingewijd in de liefde en vervolgens postaal aan de kant gezet. Later blijkt dat Moniek haar zinnen al op Jacques zette toen Christa haar argeloos zijn foto liet zien. Het was allemaal een geplande grap - en tegelijkertijd ook weer niet. Moniek verdringt haar amoureuze gevoelens om de macht over haar leven te hebben. In de mooie slotalinea van Vertraging staat het nog preciezer: ''Ze had het volbracht - iets onvergeeflijks, maar dat was ook steeds de bedoeling geweest. Een keus maken, daar ging het om. Niet of het de goede keus was - juist de verkeerde was goed, daar was meer kracht voor nodig. Ze kon trots op zichzelf zijn. Ze had een zet gedaan in een spel dat ze nog niet kon overzien, maar iets zei haar: een beslissende.'' Dertig na die ervaring, in het heden van de roman, is de schrijver en quizmaster Jacques Bekker even in Australië. Op de terugweg van Nieuw-Zeeland naar Amsterdam is zijn vlucht vier uur vertraagd en hij besluit in die verloren tijd zijn naar Sydney geëmigreerde jeugdliefde Moniek op te sporen. Heel toevallig lukt dat meteen: ''En hij herkende haar, of eigenlijk was het andersom: het was alsof hij terug was in Oostende, en van daaruit in deze verre toekomst mocht kijken.'' Inmiddels is ze een beroemde zakenvrouw, ''Madame Twenty'', die wegens allerlei frauduleuze praktijken juist op het punt staat voor de politie te vluchten. Jacques is bereid haar te helpen als ze zijn hulp inroept en vanaf dat moment komen ze in een maalstroom van oncontroleerbare gebeurtenissen terecht. Wat nog speels begint bij vermommingen en vluchtauto''s, eindigt tenslotte wel erg serieus met geweld, zodat van de roman behalve een liefdesfilm ook een ''roadmovie'' te maken is. Bij een verfilming van die Australische passages zou het uitgestrekte en ongenaakbare landschap nog pregnanter worden dan in het boek; nu komt die verloren stemmen de omgeving al naar voren als dé plek om in te verdwijnen. Maar dat exotische past ook goed bij het wat glossy karakter van Vertraging. Krabbés fatale helden zijn beroemde mensen met bijzonder veel geld die in den vreemde uiterst onalledaagse avonturen beleven. Om die reden is het niet altijd eenvoudig om in het door Krabbé nagestreefde realisme te geloven. Wanneer de geliefden - het verleden is onmiddellijk opgepakt - met geringe overlevingskans in de woestijn stranden, verwacht je toch eigenlijk wel dat er een flying doctor uit het werk geparachuteerd wordt. Maar nee, een dronken belastinginspecteur fungeert dan als reddende engel. Niet de daadwerkelijke belevenissen van Krabbés hoofdpersonen roepen dan ook de spanning in Vertraging op, maar eerder de vraag hoe ze telkens op het onverwacht toeslaan- de noodlot zullen reageren. Door de geleidelijke ontraadseling van het - ogenschijnlijk onschuldige maar zo bepalende - onverwerkte verleden krijgen ze bovendien psychologisch meer diepte. Krabbé laat het verhaal zich aldus, als een film op papier, ontrollen. De hamvraag bij Vertraging is natuurlijk: wat zal er in Hollywood uitgemikt worden? Eerst het sombere en open einde, waaruit blijkt dat aards geluk niet voorhanden is en dat de dood de echte samenbrenger van geliefden is. Het is niet netjes om de dramatische afloop weg te geven, maar ik mag er wel over zeggen dat Christa niet hard genoeg gebeden heeft: '' "Och Jacques," zuchtte ze, "ik bid dat er nooit een slechte vrouw mag komen in uw leven." '' Dan heeft ze buiten Moniek gerekend, die Jacques'' fatum zal belichamen. Maar ook Krabbés thematiek loopt gevaar. Wanneer Jacques gadeslaat hoe Moniek aan een journaliste tegen betaling het verhaal van haar carrière uiteenzet en de schuld van haar uiteindelijk falen op een zakenpartner schuift, denkt hij: ''Wat deed het ertoe? Dat alles lag toch ver achter haar - wat kon het de vlinder schelen dat de rups ooit onrecht was aangedaan (...).'' Die gedachte is van toepassing op de dertigjarige vertraging van hun liefde, niet op het gedeelde verleden waaraan beiden trouw zijn gebleven. Jacques beseft de reden daarvan: ''Ik had kunnen denken: secreet, en op de volgende verliefd worden, maar ik heb haar gebruikt om mijn karakter te kiezen, en haar de idee van de liefde te laten worden.'' In Sydney kreeg hij de kans ''trouw te zijn aan die dag, aan de Jacques die ik door haar ben geworden''. Ook denkt hij na over wat werkelijk en gedacht, echt en onecht is. ''Moniek zou voor niets dertig jaar in hem hebben voortgeleefd als hij niet, toen hij de kans kreeg, met haar was meegegaan. Ze was iets van buiten de werkelijkheid en om toch bij haar te kunnen zijn had hij samen met haar moeten verdwijnen in hun eigen luchtbel in de werkelijkheid.'' Hij is zich bewust van de maakbaarheid van hun liefde, van het kunstmatige, en waant zich - zoals menig Krabbé-personage - kort meester over het toeval. Misschien zou dit alles nog cinematografisch over te brengen zijn, maar de volgende fraaie vergelijking gaat zeker teloor: om een akelig iemand te kunnen doodschieten, moet Moniek haar vuurwapen uit een zwart rugzakje vissen, ''alsof daar het "weggaan " in zat dat ze dan nu maar zou pakken''. Wacht niet op de film.
In ''Vertraging'' zie je de landschappen en wilde achtervolgingen al voor je: in de film. Maar de personages zijn nu al levensecht Tim Krabbé. Niemand zal ervan opkijken dat Tim Krabbés roman Vertraging verfilmd gaat worden: zijn boek is erop gemaakt. Krabbés vorige roman Het gouden ei, waarin ontsluierd wordt hoe een psychopaat een toeriste liet ''verdwijnen'', leidde zelfs tot twee verfilmingen: de Nederlandse Spoorloos en de Amerikaanse The vanishing. Toch is Vertraging geen kant-en-klaar scenario. In deze psychologische thriller wordt het heden hoofdstukgewijs afgewisseld met het verleden. Die voorbije tijd speelt in het België van 1960 en de gebeurtenissen daar zouden zo''n fijnzinnige Engels televisiedrama op kunnen leveren: op reis leert de zeventienjarige Amsterdammer Jacques Bekker in een dancing in Oostende de kuise Belgische turnster Christa kennen. Hij wisselt enige tijd hooggestemde brieven met haar uit, maar aarzelt kort na hun weerzien, in diezelfde dansgelegenheid, niet om op de avances van de twintigjarige secretaresse Moniek Ilegems in te gaan. Door haar wordt hij ingewijd in de liefde en vervolgens postaal aan de kant gezet. Later blijkt dat Moniek haar zinnen al op Jacques zette toen Christa haar argeloos zijn foto liet zien. Het was allemaal een geplande grap - en tegelijkertijd ook weer niet. Moniek verdringt haar amoureuze gevoelens om de macht over haar leven te hebben. In de mooie slotalinea van Vertraging staat het nog preciezer: ''Ze had het volbracht - iets onvergeeflijks, maar dat was ook steeds de bedoeling geweest. Een keus maken, daar ging het om. Niet of het de goede keus was - juist de verkeerde was goed, daar was meer kracht voor nodig. Ze kon trots op zichzelf zijn. Ze had een zet gedaan in een spel dat ze nog niet kon overzien, maar iets zei haar: een beslissende.'' Dertig na die ervaring, in het heden van de roman, is de schrijver en quizmaster Jacques Bekker even in Australië. Op de terugweg van Nieuw-Zeeland naar Amsterdam is zijn vlucht vier uur vertraagd en hij besluit in die verloren tijd zijn naar Sydney geëmigreerde jeugdliefde Moniek op te sporen. Heel toevallig lukt dat meteen: ''En hij herkende haar, of eigenlijk was het andersom: het was alsof hij terug was in Oostende, en van daaruit in deze verre toekomst mocht kijken.'' Inmiddels is ze een beroemde zakenvrouw, ''Madame Twenty'', die wegens allerlei frauduleuze praktijken juist op het punt staat voor de politie te vluchten. Jacques is bereid haar te helpen als ze zijn hulp inroept en vanaf dat moment komen ze in een maalstroom van oncontroleerbare gebeurtenissen terecht. Wat nog speels begint bij vermommingen en vluchtauto''s, eindigt tenslotte wel erg serieus met geweld, zodat van de roman behalve een liefdesfilm ook een ''roadmovie'' te maken is. Bij een verfilming van die Australische passages zou het uitgestrekte en ongenaakbare landschap nog pregnanter worden dan in het boek; nu komt die verloren stemmen de omgeving al naar voren als dé plek om in te verdwijnen. Maar dat exotische past ook goed bij het wat glossy karakter van Vertraging. Krabbés fatale helden zijn beroemde mensen met bijzonder veel geld die in den vreemde uiterst onalledaagse avonturen beleven. Om die reden is het niet altijd eenvoudig om in het door Krabbé nagestreefde realisme te geloven. Wanneer de geliefden - het verleden is onmiddellijk opgepakt - met geringe overlevingskans in de woestijn stranden, verwacht je toch eigenlijk wel dat er een flying doctor uit het werk geparachuteerd wordt. Maar nee, een dronken belastinginspecteur fungeert dan als reddende engel. Niet de daadwerkelijke belevenissen van Krabbés hoofdpersonen roepen dan ook de spanning in Vertraging op, maar eerder de vraag hoe ze telkens op het onverwacht toeslaan- de noodlot zullen reageren. Door de geleidelijke ontraadseling van het - ogenschijnlijk onschuldige maar zo bepalende - onverwerkte verleden krijgen ze bovendien psychologisch meer diepte. Krabbé laat het verhaal zich aldus, als een film op papier, ontrollen. De hamvraag bij Vertraging is natuurlijk: wat zal er in Hollywood uitgemikt worden? Eerst het sombere en open einde, waaruit blijkt dat aards geluk niet voorhanden is en dat de dood de echte samenbrenger van geliefden is. Het is niet netjes om de dramatische afloop weg te geven, maar ik mag er wel over zeggen dat Christa niet hard genoeg gebeden heeft: '' "Och Jacques," zuchtte ze, "ik bid dat er nooit een slechte vrouw mag komen in uw leven." '' Dan heeft ze buiten Moniek gerekend, die Jacques'' fatum zal belichamen. Maar ook Krabbés thematiek loopt gevaar. Wanneer Jacques gadeslaat hoe Moniek aan een journaliste tegen betaling het verhaal van haar carrière uiteenzet en de schuld van haar uiteindelijk falen op een zakenpartner schuift, denkt hij: ''Wat deed het ertoe? Dat alles lag toch ver achter haar - wat kon het de vlinder schelen dat de rups ooit onrecht was aangedaan (...).'' Die gedachte is van toepassing op de dertigjarige vertraging van hun liefde, niet op het gedeelde verleden waaraan beiden trouw zijn gebleven. Jacques beseft de reden daarvan: ''Ik had kunnen denken: secreet, en op de volgende verliefd worden, maar ik heb haar gebruikt om mijn karakter te kiezen, en haar de idee van de liefde te laten worden.'' In Sydney kreeg hij de kans ''trouw te zijn aan die dag, aan de Jacques die ik door haar ben geworden''. Ook denkt hij na over wat werkelijk en gedacht, echt en onecht is. ''Moniek zou voor niets dertig jaar in hem hebben voortgeleefd als hij niet, toen hij de kans kreeg, met haar was meegegaan. Ze was iets van buiten de werkelijkheid en om toch bij haar te kunnen zijn had hij samen met haar moeten verdwijnen in hun eigen luchtbel in de werkelijkheid.'' Hij is zich bewust van de maakbaarheid van hun liefde, van het kunstmatige, en waant zich - zoals menig Krabbé-personage - kort meester over het toeval. Misschien zou dit alles nog cinematografisch over te brengen zijn, maar de volgende fraaie vergelijking gaat zeker teloor: om een akelig iemand te kunnen doodschieten, moet Moniek haar vuurwapen uit een zwart rugzakje vissen, ''alsof daar het "weggaan " in zat dat ze dan nu maar zou pakken''. Wacht niet op de film.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden