Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

De adelaars door Kader Abdolah

Beoordeling 6.1
Foto van een scholier
Boekcover De adelaars
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • Klas onbekend | 1517 woorden
  • 7 november 2002
  • 93 keer beoordeeld
Cijfer 6.1
93 keer beoordeeld

Boekcover De adelaars
Shadow
De adelaars door Kader Abdolah
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Eerste Reactie Ik vind dit een heel mooi boek, het is indrukwekkend om te lezen hoe het eraan toe gaat in opvangcentra, en hoe er tegen een buitenlander die net in Nederland is wordt aangekeken. Samenvatting Het boek bevat 9 verhalen. Ze gaan of over een opvangcentrum, of over een van Kader Abdolah’s eerste baantjes, of over (z’n familie in) Iran. In de meeste verhalen laat hij duidelijk naar voren komen hoe erg het is om te vluchten, dat hij zijn ouders en het meisje waar hij verliefd op is heeft moeten verlaten, dat hij de taal niet spreekt, dat hij ergens komt waar hij niemand kent. Hij heeft in het boek ook vaak slapeloze nachten. Een onbekende trekvogel Het eerste verhaal gaat over een van de eerste baantjes in Nederland van Kader. Het is werk in een natuurmuseum. Hij werkt met Gerrit, die vogels op zet. Mensen komen dode vogels brengen, Gerrit meet alles op aan het lichaam, en zet het dan in de diepvries om het later op te zetten. Er komen alleen gewone vogels, maar op een dag ziet Kader een grote vogel uit de lucht vallen. Het was de voorste in een rij trekvogels in V-vorm. De vogel is dood. Gerrit prepareert de vogel maar kan het niet identificeren. Hij geeft de resten terug aan Kader. Buiten ziet hij een rij trekvogels in V-vorm zonder begeleider.
Het Amerikaanse bedrijf Het begint met de mededeling dat Kader voor niemand bang is behalve voor Koos en voor thuis zitten zonder werk. Koos is zijn directe chef bij een voedselbedrijf. Het is een Amerikaans bedrijf dus alles moet netjes en hygiënisch. Koos weet altijd wel wat te vinden wat Kader fout doet en zeikt daarover. Het verhaal speelt zich af in de tijd dat de Golfoorlog op het punt staat te beginnen, Koos luistert daarom constant naar de radio. Saddam heeft opgeroepen alle Amerikaanse eigendommen aan te vallen, Koos vreest dat Kader zijn Amerikaanse auto zal slopen. Als er Amerikanen op inspectie komen (Kader mocht eigenlijk niet daarbij zijn van Koos, maar ze kwamen onverwacht op een andere dag) begint een van de Amerikanen met Kader over de oorlog te praten. Opeens staat de auto van Koos in brand. Een nacht Het derde verhaal gaat over een opvangcentrum waar Kader voor een nacht in mag blijven. Een jonge vrouw, Jolanda, begint meteen tegen hem te praten als hij binnenkomt. Ze vertelt hem dat ze verliefd is geworden op een man in het centrum, Bert. Niemand mag het weten. Toevallig slaapt hij bij Bert op de kamer. Midden in de nacht komt Jolanda in hun kamer en vraagt of ze een nacht alleen mag zijn met Bert, omdat het misschien alleen die nacht kan. Kader vindt het goed, hij vergelijkt het met de vrouw waar hij van houdt, zij konden ook maar een nacht samen zijn. Die nacht duurde zo lang dat de rest van het leven kort leek. Nachtmerrie Dit verhaal gaat over een collega bij het natuurmuseum, Pieter. Pieter houdt van slangen. Kader krijgt juist nachtmerries van slangen, omdat toen hij klein was hij in een gebied woonde waar veel slangen waren. Er werden toen enge verhalen verteld over slangen. Pieter nodigt hem uit voor zijn verjaardag. Hij blijkt de enige te zijn. Als hij iets ziet bewegen onder een doek, merkt hij dat dat een slang is en rent weg. Zij moest haar verhaal nog vertellen In dit verhaal ontmoet Kader Maria, een mooi iraans meisje van 18 jaar. Het speelt zich af in een opvangcentrum. Omdat ze alletwee iraans zijn praten ze veel, het blijkt dat Maria het centrum uit moet omdat ze een appartement heeft gekregen. Ze wil niet, ze is bang omdat het appartement hoog in een flat is, en ze kent niemand in de stad. De eerste nacht hoort hij haar raar schreeuwen, alsof iemand haar keel dichtkneep. Maar hij mag niet naar haar toe van de nachtportier. De volgende dag gaan ze samen de stad in. Ze zien etalagepoppen, Maria vindt ze op dode vrouwen lijken. ‘Ze kijkt naar je, maar er is iets mis in haar ogen.’ De volgende ochtend is Maria’s kamer leeg. Maar drie weken later komt ze terug met de mededeling dat ze terug is van vakantie, ze wil haar kamer weer terug. De nachtportier vindt dat natuurlijk niet goed. Ze zegt dat ze al een paar keer is verdwaald, en nu kan ze haar huis helemaal niet meer terugvinden. Als ze haar kamer nog steeds niet terug mag raakt ze overstuur, ze stuurt het meisje wat in haar kamer zit eruit, doet de deur op slot. De nachtportier wil even later de deur openbreken, en Maria slaat een ruit in. Kader en een ander man beuken de deur in omdat ze bang zijn dat ze uit het raam springt. Dan komt de politie en ze wordt weggevoerd. Ze kijkt naar Kader, en die ziet dat er wat mis in haar ogen. Een ochtend in het opvangcentrum Er is een man met zijn dochtertje in het opvangcentrum. De vader voelt zich bedreigd door andere asielzoekers. Opeens komen er mannen die de vader een verrader noemen, en ze slaan hem in elkaar. Een tolk probeert hen uit te leggen dat dat zo niet gaat in dit land, zonder effect. De politie maakt een eind aan het geweld. Iedereen gaat naar andere ruimtes, en de vader en zijn dochtertje vertrekken.
De rode wijn Op een dag gaat Kader een café binnen, bang, want in Iran mag dat niet. Hij wordt door de serveerster aan een tafeltje bij een man gezet, en bestelt voor zichzelf en de man een glas wijn. De man wordt onrustig. Als hij de wijn krijgt wil hij weggaan, maar Kader vraagt hem te blijven. Hij is bang dat hij iets verkeerd heeft gedaan. De man stelt hem gerust, geeft hem zijn adres, maar verteld hem niet waarom hij weg wil. Hij gaat daarna weg. Op een avond gaat hij bij hem langs met een fles rode wijn. Het blijkt een ex-priester te zijn. Hij schrikt erg van de wijn. Niet omdat hij niet mag drinken, maar het is toevallig dezelfde rode wijn als dat zijn vrouw hem gaf, op een avond om het samen op te gaan drinken. Dat kwam er niet van, ze gingen slapen en de volgende ochtend was zijn vrouw overleden. De adelaars De adelaars gaat over de broer van Kader. Het speelt zich af in de tijd dat hij nog in Iran zat, in de hoofdstad. Op een dag belt zijn vader hem op dat er iets ergs is gebeurd met zijn broer. Hij gaat naar zijn vader toe, die hem vertelt dat zijn broer is geëxecuteerd. Ze moeten hem begraven, maar een officiële begraafplaats kan niet omdat het lichaam onrein is. Toch proberen ze het, maar bij de eerste stad worden ze weggejaagd. Bij de tweede stad worden ze vriendelijker weggestuurd. Ze krijgen de tip naar Rahmanali te gaan, een heilige. Die helpt hen het lichaam in de bergen te begraven. De Witte Schepen De witte schepen gaat over de vader van Kader, die hem opzoekt in Nederland. Ze bekijken het Nederlandse landschap. Aan een boer waar ze in de schuur naar de koeien mogen kijken belooft de vader een tapijt te knopen. Kader weet zeker dat hij het ook nog zal doen. ‘s Avonds gaan ze naar het carnaval kijken, maar ze worden lastig gevallen door kraaien. Kader’s vader gaat voor het eerst naar een café, een literair café waar Kader een lezing geeft. Dit is een grote stap voor hen, zijn vader zit voor het eerst in een café waar hij normaal met een grote boog omheen loopt. Kader geeft voor het eerst een lezing. Er staan tranen in zijn vader’s ogen, hij weet niet waarom. Beoordeling Ik vind dit een erg mooi boek. Wel erg raar soms, soms lijkt een verhaal in het midden te stoppen. Een nacht is daar het beste voorbeeld van. Hij bedenkt wat hij de volgende ochtend aan Jolanda zal vragen, en hij begint een gesprek met de serveerster en opeens stopt het. Maar als je terug denkt begrijp je dat hij toch het hele verhaal verteld heeft. Er kwamen weinig dialogen in voor. Toch was het niet saai. Door die weinige dialogen (hij verteld wat anderen aan hem zeggen, en wat hij daarvan denkt maar niet wat hij terugzegt) lijkt Kader Abdolah een hele stille man. Soms zelfs onbeschoft als hij geen antwoord geeft waar je het echt verwacht, bijvoorbeeld als iemand iets beleefd aan hem vraagt. Het was verrassend om te lezen hoe het er in een opvangcentrum aan toe gaat, iedereen leek heel aardig, behalve in het verhaal ‘een ochtend in het opvangcentrum’, maar dat komt denk ik door de verschillende culturen, niet door de mensen zelf. Al met al vind ik het een goed en mooi boek, doordat Kader Abdolah erg goed kan vertellen had ik het boek zo uit(ook door de geringe omvang) en ik heb me geen moment verveeld of de behoefte gehad het boek weg te leggen.

REACTIES

Delano

Delano

Dankjewel voor dit verslag. Ik heb alleen het derde verslag gelezen 'Een Nacht' (via Zoemer.nl). De man in het derde verhaal heet geen 'Bert' maar 'Ben'. Ik vroeg me al af wie de Ik-persoon zou zijn want zijn naam wordt nergens genoemd. Door jouw verslag begrijp ik dat het Kader zelf is. Dankjewel.

6 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "De adelaars door Kader Abdolah"