Samenvatting
Sjakie Stevens (Engelse naam Charlie Bucket) is een arm jongetje. Hij woont samen met zijn grootouders, vader en moeder in een klein huisje in dezelfde stad als de beroemde chocoladefabriek van Willy Wonka. Willy Wonka staat bekend als de beste producent ter wereld van chocola en ander snoepgoed. Hij heeft dingen uitgevonden die nog niemand had kunnen maken, zoals ijs dat nooit smelt of kauwgom die nooit zijn smaak verliest. . Al jaren heeft Wonka zich niet in het openbaar vertoond en in zijn fabriek lijken geen mensen te werken want de deuren zijn altijd gesloten.
Op een dag wordt een wedstrijd uitgeschreven. In vijf van de chocoladerepen van Wonka bevindt zich een Gouden Toegangskaart. De vijf kinderen die zo'n kaart vinden, mogen de fabriek bezoeken. Sjakie wil graag naar binnen, maar zijn ouders zijn erg arm en kunnen zich geen chocolade permitteren, afgezien van een reep voor Sjakies verjaardag. Als Sjakie op straat een tientje vindt, besluit hij er een Wonka-reep van te kopen. In die reep vindt Sjakie geen gouden toegangskaart maar hij besluit er nog een te kopen en daar zit de laatste gouden toegangskaart in. Nu mag hij een bezoek brengen aan de fabriek, samen met vier andere kinderen:
Caspar Slok (Augustus Gloop)
Een jongen die alleen maar aan eten en snoepen denkt en daardoor moddervet is geworden. Dat hij een Gouden Toegangskaart heeft is niet zo gek: omdat hij zo veel repen eet, maakt hij er meer kans op.
Violet Beauderest (Violet Beauregarde)
Een meisje dat voortdurend kauwgom kauwt. Het eerste wat opvalt aan haar zijn haar kaken, die machinaal op en neer gaan. Nooit zul je haar zonder kauwgum aantreffen: dat kan ze niet aan. . Hoewel ze nog maar een klein meisje is, is Violet ongelofelijk sterk, snel en behendig. Zo laat ze zien dat ze eigenhandig twee volwassen mannen kan vloeren. Ondanks haar indrukwekkende vaardigheden is Violet arrogant en geobsedeerd door het winnen van welke wedstrijd dan ook.
Veruca Peper (Veruca Salt)
Een verwend meisje dat van haar rijke pappie alles krijgt wat ze wil. Haar vader is een fabriekseigenaar die zijn werknemers alleen maar repen liet kopen en openen omdat Veruca zo graag een Gouden Toegangskaart wilde. Als ze die niet kreeg lag ze de hele avond op de grond te huilen. De naam Veruca Salt betekent 'wrattenzout', terwijl het meisje Veruca net als wratten een voortdurende ergernis vormt.Dankbaarheid staat niet in Veruca's woordenboek en ze is erg verwaand.
Joris Teevee (Mike Teavee)
Een jongen die verslaafd is aan televisiekijken, dag en nacht. Slechts voor het bezoek aan de chocoladefabriek komt hij achter zijn televisie vandaan. Hij is agressief en gewelddadig door het vele televisiegeweld waaraan hij is blootgesteld, maar ook een betweter die het voortdurend beter meent te weten dan Wonka. Mike haalt wetenschappelijke argumenten aan terwijl Wonka's werk gebaseerd is op verbeelding. Wonka reageert hier op met de opmerking dat Mike niet zo moet mompelen omdat hij er niets van verstaat.
De fabriek blijkt totaal anders te zijn dan men van een fabriek verwacht. Willy Wonka heeft er zijn eigen idee van een paradijs van gemaakt. Zo heeft hij onder andere een landschap aan laten leggen geheel gemaakt van eetbare producten, met in het midden een chocoladerivier. Ook wordt duidelijk hoe hij zijn fabriek draaiende houdt zonder menselijke arbeiders. Hij heeft een speciaal volkje ontmoet genaamd Oempa Loempa's, zij werken daar in ruil voor cacaobonen en een woonplaats in Willy Wonka’s fabriek.
De vier andere kinderen maken geen van allen de rondleiding af doordat hen een ongeluk overkomt dat een gevolg is van hun eigen (onopgevoede) gedrag:
Caspar valt in de vloeibare chocola doordat hij die per se wil opdrinken. Vervolgens wordt hij in een pijp opgezogen naar een van de fabriekshallen. De Oempa-Loempa's weten hem er uiteindelijk uit te halen maar door het omhoog geperst zijn in de nauwe pijp is Caspar een stuk slanker geworden.
Violet kauwt experimentele "maaltijdkauwgom" die nog niet volledig is getest. Het nagerecht, "bosbessentaart", laat haar opzwellen en maakt haar paars (violet). Ze wordt afgevoerd om te worden uitgeperst als een rijpe vrucht, maar na afloop blijkt dat ze nog steeds violet is.
Veruca valt af in de notenkamer, waar walnoten worden gekraakt door getrainde eekhoorns, voor verwerking in notenrepen. Wonka gebruikt die omdat slechts eekhoorns noten heel uit hun dop krijgen en omdat ze onderscheid kunnen maken tussen goede en bedorven noten. Veruca wil per se een getrainde eekhoorn maar Wonka wil die niet verkopen. Hierop probeert ze er zelf eentje te vangen. Ze wordt tot haar schrik overmeesterd wordt door de eekhoorns en tot 'bedorven noot' bestempeld, waarop ze in een vuilniskoker wordt gegooid. Haar ouders volgen. Ze is zo verwend ('spoiled') dat ze helemaal 'verrot' is en het riool dus een hele geschikte plaats is voor haar. Na afloopt ziet Sjakie haar en haar ouders naar buiten komen, bedolven onder afval.
Joris valt af in de televisiekamer, waar Wonka experimenteert met het overstralen van snoepgoed naar een televisiescherm. Dit snoepgoed wordt dan wel piepklein want dat gebeurt ook met televisiebeelden. Joris wil per se als eerste mens per televisie worden overgestraald en gaat zelf onder het apparaat staan. Het lukt, maar hij wordt daardoor wel piepklein. Zijn moeder stopt hem in haar zak en ze worden afgevoerd naar een trekzaal voor trekdrop, waar Joris uitgerekt wordt. Na afloop blijkt hij maar liefst 2 meter lang te zijn.
Sjakie, die bescheiden is, blijft alleen over. Willy Wonka onthult daarop de ware reden van de rondleiding: hij is op zoek naar een geschikte opvolger omdat hij zelf niet eeuwig door kan gaan met snoepproductie. Sjakie is volgens hem de perfecte kandidaat. Hij en zijn familie mogen in de fabriek wonen en zullen nooit meer honger hoeven te lijden. In het laatste hoofdstuk vliegen Sjakie, zijn opa en Willy Wonka met Wonka’s glazen lift naar Sjakies huis om de rest van de familie op te halen.
Einde
Samenvatting
Sjakie Stevens (Engelse naam Charlie Bucket) is een arm jongetje. Hij woont samen met zijn grootouders, vader en moeder in een klein huisje in dezelfde stad als de beroemde chocoladefabriek van Willy Wonka. Willy Wonka staat bekend als de beste producent ter wereld van chocola en ander snoepgoed. Hij heeft dingen uitgevonden die nog niemand had kunnen maken, zoals ijs dat nooit smelt of kauwgom die nooit zijn smaak verliest. . Al jaren heeft Wonka zich niet in het openbaar vertoond en in zijn fabriek lijken geen mensen te werken want de deuren zijn altijd gesloten.
Op een dag wordt een wedstrijd uitgeschreven. In vijf van de chocoladerepen van Wonka bevindt zich een Gouden Toegangskaart. De vijf kinderen die zo'n kaart vinden, mogen de fabriek bezoeken. Sjakie wil graag naar binnen, maar zijn ouders zijn erg arm en kunnen zich geen chocolade permitteren, afgezien van een reep voor Sjakies verjaardag. Als Sjakie op straat een tientje vindt, besluit hij er een Wonka-reep van te kopen. In die reep vindt Sjakie geen gouden toegangskaart maar hij besluit er nog een te kopen en daar zit de laatste gouden toegangskaart in. Nu mag hij een bezoek brengen aan de fabriek, samen met vier andere kinderen:
Caspar Slok (Augustus Gloop)
Een jongen die alleen maar aan eten en snoepen denkt en daardoor moddervet is geworden. Dat hij een Gouden Toegangskaart heeft is niet zo gek: omdat hij zo veel repen eet, maakt hij er meer kans op.
Violet Beauderest (Violet Beauregarde)
Een meisje dat voortdurend kauwgom kauwt. Het eerste wat opvalt aan haar zijn haar kaken, die machinaal op en neer gaan. Nooit zul je haar zonder kauwgum aantreffen: dat kan ze niet aan. . Hoewel ze nog maar een klein meisje is, is Violet ongelofelijk sterk, snel en behendig. Zo laat ze zien dat ze eigenhandig twee volwassen mannen kan vloeren. Ondanks haar indrukwekkende vaardigheden is Violet arrogant en geobsedeerd door het winnen van welke wedstrijd dan ook.
Veruca Peper (Veruca Salt)
Een verwend meisje dat van haar rijke pappie alles krijgt wat ze wil. Haar vader is een fabriekseigenaar die zijn werknemers alleen maar repen liet kopen en openen omdat Veruca zo graag een Gouden Toegangskaart wilde. Als ze die niet kreeg lag ze de hele avond op de grond te huilen. De naam Veruca Salt betekent 'wrattenzout', terwijl het meisje Veruca net als wratten een voortdurende ergernis vormt.Dankbaarheid staat niet in Veruca's woordenboek en ze is erg verwaand.
Joris Teevee (Mike Teavee)
Een jongen die verslaafd is aan televisiekijken, dag en nacht. Slechts voor het bezoek aan de chocoladefabriek komt hij achter zijn televisie vandaan. Hij is agressief en gewelddadig door het vele televisiegeweld waaraan hij is blootgesteld, maar ook een betweter die het voortdurend beter meent te weten dan Wonka. Mike haalt wetenschappelijke argumenten aan terwijl Wonka's werk gebaseerd is op verbeelding. Wonka reageert hier op met de opmerking dat Mike niet zo moet mompelen omdat hij er niets van verstaat.
De fabriek blijkt totaal anders te zijn dan men van een fabriek verwacht. Willy Wonka heeft er zijn eigen idee van een paradijs van gemaakt. Zo heeft hij onder andere een landschap aan laten leggen geheel gemaakt van eetbare producten, met in het midden een chocoladerivier. Ook wordt duidelijk hoe hij zijn fabriek draaiende houdt zonder menselijke arbeiders. Hij heeft een speciaal volkje ontmoet genaamd Oempa Loempa's, zij werken daar in ruil voor cacaobonen en een woonplaats in Willy Wonka’s fabriek.
De vier andere kinderen maken geen van allen de rondleiding af doordat hen een ongeluk overkomt dat een gevolg is van hun eigen (onopgevoede) gedrag:
Caspar valt in de vloeibare chocola doordat hij die per se wil opdrinken. Vervolgens wordt hij in een pijp opgezogen naar een van de fabriekshallen. De Oempa-Loempa's weten hem er uiteindelijk uit te halen maar door het omhoog geperst zijn in de nauwe pijp is Caspar een stuk slanker geworden.
Violet kauwt experimentele "maaltijdkauwgom" die nog niet volledig is getest. Het nagerecht, "bosbessentaart", laat haar opzwellen en maakt haar paars (violet). Ze wordt afgevoerd om te worden uitgeperst als een rijpe vrucht, maar na afloop blijkt dat ze nog steeds violet is.
Veruca valt af in de notenkamer, waar walnoten worden gekraakt door getrainde eekhoorns, voor verwerking in notenrepen. Wonka gebruikt die omdat slechts eekhoorns noten heel uit hun dop krijgen en omdat ze onderscheid kunnen maken tussen goede en bedorven noten. Veruca wil per se een getrainde eekhoorn maar Wonka wil die niet verkopen. Hierop probeert ze er zelf eentje te vangen. Ze wordt tot haar schrik overmeesterd wordt door de eekhoorns en tot 'bedorven noot' bestempeld, waarop ze in een vuilniskoker wordt gegooid. Haar ouders volgen. Ze is zo verwend ('spoiled') dat ze helemaal 'verrot' is en het riool dus een hele geschikte plaats is voor haar. Na afloopt ziet Sjakie haar en haar ouders naar buiten komen, bedolven onder afval.
Joris valt af in de televisiekamer, waar Wonka experimenteert met het overstralen van snoepgoed naar een televisiescherm. Dit snoepgoed wordt dan wel piepklein want dat gebeurt ook met televisiebeelden. Joris wil per se als eerste mens per televisie worden overgestraald en gaat zelf onder het apparaat staan. Het lukt, maar hij wordt daardoor wel piepklein. Zijn moeder stopt hem in haar zak en ze worden afgevoerd naar een trekzaal voor trekdrop, waar Joris uitgerekt wordt. Na afloop blijkt hij maar liefst 2 meter lang te zijn.
Sjakie, die bescheiden is, blijft alleen over. Willy Wonka onthult daarop de ware reden van de rondleiding: hij is op zoek naar een geschikte opvolger omdat hij zelf niet eeuwig door kan gaan met snoepproductie. Sjakie is volgens hem de perfecte kandidaat. Hij en zijn familie mogen in de fabriek wonen en zullen nooit meer honger hoeven te lijden. In het laatste hoofdstuk vliegen Sjakie, zijn opa en Willy Wonka met Wonka’s glazen lift naar Sjakies huis om de rest van de familie op te halen.
Einde
Genre
Sprookjes,Fantasie
Titel verklaring
Het verhaal heet sjakie en de chocoladefabriek omdat sjakie op bezoek gaat in de chocoladefabriek van Willie Wonka.
Perspectief
Het is door een alwetende verteller verteld. Dit blijkt al gelijk uit de eerste zin. Want dat begint met de beschrijving van sjakie’s huis en zijn familie en hoe arm sjakie wel is . Het blijkt ook uit het inleidende verhaaltje.Het verhaal heeft ook een hij-persectief
Tijd en plaats
Plaats :Engeland(londen) (hetverhaal speelt zich het meest af in de chcoladefabriek van Willie Wonka)
Tijd : de jaren 60 of 70
Personages
De protagonisten (de hoofdrolspelers) :
• Sjakie: Sjakie heet eigenlijk Jacques, maar word altijd Sjakie genoemd. Hij is een arm jongetje dat met zijn opa’s en oma’s en zijn ouders in een klein huisje woont.
• Willie Wonka: de eigenaar van de chocoladenfabriek.
• Opa Jakob: De opa van Sjakie. Hij is al heel oud, maar gaat toch met Sjakie naar de chocoladefabriek.
De antagonisten(de tegenstanders):
• Opoe Jakoba
• Grootvader Willem
• Grootmoeder Willemina
• Meneer stevens
• Mevrouw stevens
• Caspar Slok (een gulzige jongen )
• Veruca Peper (een vreselijk verwend meisje)
• Violet Beauderest (een meisje dat altijd kouwgom kauwt)
• Joris teevee (een jongen die niets anders doet dan televisiekijken)
Thema’s
- Fantasie :
- Blijdschap:
- Liefde :
- Vriendschap :
Symbolen
Structuur ,structuur
Het boek heeft een heel overzichtelijk samenhang bevoorbeeld het feit dat
Turning point en Outcome
Orginialiteit
Bijzondere passages
Het is wel zeker,lieve vrinden, Dat haast niets ergers is te vinden, Haast niets zo stuitend en zo fout Als een kind dat altijd kaugom kauwt. ’t Is bijna net zo walgelijk, heus, Als het pulken in je neus . Geloof ons,kaugom kauwen is Heel ongezond en heel onfris. En wie zich dat heeft aangewend Komt vaak onprettig aan zijn end. Heeft een van jullie soms gehoord Van ene juffrouw Hanekoord Dat ene mens zag geen bezwaar ? In kauwen, kauwen ,kauwen maar Ze kauwde bij radio en tv , Ze kauwde bij koffie en bij thee , Ze kauwde bij arm en ze kauwde bij rijk , T’was werkelijk afgrijselijk! Ze kauwde in huis en zelfs in de kerk Waar iedereen riep :”Dat is geen werk !” En had soms eenseven geen gum Dan kauwde ze op het linoleum Of op wat toevallig voorhanden was : Het oor van de melkboer of zijn das , Op de sleep van de bruid of een lint Op gras ,op boomschors of op grint . Dat kauwen was heel onverkwikkelijk; Haar kaakspieren groeiden verschrikkelijk Tot haar kin zover naar voren stak Dat die bijna leek op een kolenbak Dagelijks kauwde ze jaar na jaar Vijftig pakjes achter mekaar. Maar op een zomeravond,helaas Vond er iets ontzettends plaats . Die avond,vrienden,opgelet Ging juffrouw Hanekoord naar bed. Haar kaken stonden ook hier niet stil, Ze kauwde nog door als een krokodil . Ten slotte deed ze haar gommetje In het daarvoor bestemde kommetje. Ze telde tot tien en ging toen slapen, Maar al wat er sliep,toch niet haar kaken . Die reuzenkaken,die maalden maar voort, Die kauwde en kauwden,’t was ongehoord. Ze konden niet stilaan blijven happen En kauwen en malen en bijten en klappen, Ook Ze waren zo aan het ritme gewend , Ze moesten kauwen ,permanent. Je weet niet half hoe eng dat was toen er niet meer te kauwen viel In de grote mond van die arme ziel! In ’t holst van de nacht dat gekraak en geknars Van’t smoelwerk van de slapende vrouw. Al sneller en sneller ging het gekauw, Tot op ’t laatste haar reuzenkaken Even het werk schenen te staken!
Zij opende zich extra wijd En toen met een klap ,och heremetijd, Sloegen zij dicht.O wee,o wee, Ze beet haar eigen tong in twee. Daarna heeft niemand ooit meer gehoord De stem van juffrouw Hanekoord. Alleen door het kauwen van die gom Was ze nu voor altijd stom. En daarom doen we nu ons best Tot heil van Violet Beauderest Die anders dezelfde kant opgaat
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
N.
N.
Toffe bespreking heb er veel aan gehad
Heb 'm gebruikt voor mn Boekbespreking en jah.. 10/10 woouw was superblij :) Bedankt asmae x
11 jaar geleden
Antwoorden