Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Charlie and the chocolate factory door Roald Dahl

Zeker Weten Goed
Foto van een scholier
Boekcover Charlie and the chocolate factory
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • Zeker Weten Goed
  • 27 april 2020
Zeker Weten Goed

Boekcover Charlie and the chocolate factory
Shadow
Charlie and the chocolate factory door Roald Dahl
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

Feitelijke gegevens

  • 58e druk, 2005
  • 176 pagina's
  • Uitgeverij: De Fontein

Flaptekst

'Meneer Willie Wonka is de ongelofelijkste, gewedigste, meest verbazingwekkend chocoladefabrikant op deze aarde!'

Sjakie Stevens' fantastische avontuur begint wanneer hij een van de vijf Gouden Toegangskaarten vindt en daarmee een rondleiding wint in de mysterieuze chocoladefabriek. Hij heeft geen idee welke verrassingen hem allemaal te wachten staan.

Eerste zin

Deze twee heel oude mensen zijn de vader en moeder van meneer Stevens.

Samenvatting

Sjakie Stevens woont in een klein houten huisje aan de rand van de stad. Hij woont daar samen met zijn ouders en met zijn grootouders die de hele dag in bed liggen: opa Jakob, opoe Jakoba, grootvader Willem en grootmoeder Willemina. Ze zijn heel arm en kunnen daarom ook alleen maar aardappelen met kool eten. In de stad waar Sjakie woont staat ook een enorme chocoladefabriek. Deze fabriek is het eigendom van meneer Willie Wonka, die daar de meest geweldige lekkernijen produceert. Sjakie is dol op chocola, maar omdat het gezin zo arm is, krijgt hij maar één chocoladereep per jaar, op zijn verjaardag.

De fabriek is een paar maanden gesloten geweest, omdat meneer Willie Wonka erachter was gekomen dat er spionnen aan het werk waren die zijn recepten probeerden te stelen. Op een dag begon de fabriek ineens weer te werken, maar er gingen gek genoeg geen arbeiders meer naar binnen of naar buiten. Het was dus een raadsel voor iedereen in de stad wie er in de fabriek aan het werk waren. 

Op een dag ziet de familie Stevens een stukje in de krant waar in wordt verteld dat meneer Willie Wonka vijf kinderen zal gaan toelaten in zijn fabriek. Hij zal vijf gouden wikkels verstoppen onder de gewone verpakking van vijf chocoladerepen en verspreiden over de hele wereld. Wie de wikkel vindt, zal door Willie Wonka persoonlijk rondgeleid worden in zijn fabriek en krijgt daarna een chocola voor de rest van zijn leven. Dit is Sjakie's grootste droom, maar met zijn één chocoladereep per jaar maakt hij weinig kans. 

In de dagen die volgden werden de eerste twee gouden wikkels al gevonden: eentje door een enorm dikke jongen genaamd Caspar Slok en de ander door een verwend meisje genaamd Veruca Peper. Dan is Sjakie jarig. Hij krijgt zijn jaarlijkse chocoladereep, maar hier zit helaas geen gouden wikkel onder. Die avond werden de volgende twee wikkels gevonden. Deze keer door een Violet Beauderest, die heel erg verslaafd was aan kauwgom en door Joris Teevee, die verslaafd was aan tv-kijken. De familie Stevens vinden het maar akelige kinderen. 

De volgende dag geeft opa Jakob Sjakie stiekem geld om nog een chocoladereep te kopen. Hier zit helaas ook geen gouden wikkel onder. Inmiddels werd het steeds kouder en kreeg Sjakie steeds meer honger. Op een middag liep hij over straat en zag hij net onder de sneeuw een tientje liggen. Zonder twijfel pakte hij het briefje een ging naar de dichtstbijzijnde winkel om een Wonka's marsepein-gevulde roomreep te kopen. Binnen een halve minuut was de reep op. Met het wisselgeld koopt hij nog een reep. Hij maakt hem open en onder de gewone verpakking zien hij ineens het glimmen van een gouden wikkel. Sjakie heeft de laatste Gouden Toegangskaart gevonden. Hij rent zo hard als hij kan naar huis. 

Eenmaal thuis gelooft eerst niemand hem, maar als opa Jakob de wikkel eens heel goed bekijkt springt hij voor het eerst sinds in twintig jaar uit bed. Op de wikkel staat dat Sjakie de volgende dag om tien uur verwacht wordt bij de fabriek en iemand mee mag nemen. Opa Jakob is de gelukkige. 

De volgende dag staat er een enorme menigte voor de fabriek te wachten, omdat iedereen de vijf kinderen wilde zien. Caspar, Veruca, Violet en Joris hebben allemaal hun beide ouders meegenomen. Precies om tien uur verschijnt meneer Willie Wonka en leidde de kinderen naar binnen. De enthousiaste man draagt een fluwelen pak en een hoge hoed. De rondleiding begint. Na een wandeling door een doolhof van gangen komt de groep aan bij de chocoladehal. Hier kijkt iedereen zijn ogen uit. Er is een chocolade waterval, eetbare bomen en gras met pepermuntsmaak. Ook lopen er allemaal kleine mannetjes rond die aan het werk zijn. Willie Wonka noemt ze 'Oempa-Loempa's'. Die had hij uit Loempaland meegenomen om in de fabriek te laten werken, omdat hij de normale arbeiders niet meer kon vertrouwen. 

Nadat de groep is bijgekomen van het zien van de Oempa-Loempa's zien ze dat een geknielde Caspar met zijn handen chocolade uit de rivier aan het halen is. Voordat iemand hem kan stoppen valt hij voorover en wordt hij meegesleurd door de stroming. 

  Sjakie Stevens woont in een klein houten huisje aan de rand van de stad. Hij woont daar samen met zijn ouders en met zijn grootouders die de hele dag in bed liggen: opa Jakob, opoe Jakoba, grootvader Willem en grootmoeder Willemina. Ze zijn heel arm en kunnen daarom ook alleen maar aardappelen met kool eten. In de stad waar Sjakie woont staat ook een enorme chocoladefabriek. Deze fabriek is het eigendom van meneer Willie Wonka, die daar de meest geweldige lekkernijen produceert. Sjakie is dol op chocola, maar omdat het gezin zo arm is, krijgt hij maar één chocoladereep per jaar, op zijn verjaardag.

De fabriek is een paar maanden gesloten geweest, omdat meneer Willie Wonka erachter was gekomen dat er spionnen aan het werk waren die zijn recepten probeerden te stelen. Op een dag begon de fabriek ineens weer te werken, maar er gingen gek genoeg geen arbeiders meer naar binnen of naar buiten. Het was dus een raadsel voor iedereen in de stad wie er in de fabriek aan het werk waren. 

Op een dag ziet de familie Stevens een stukje in de krant waar in wordt verteld dat meneer Willie Wonka vijf kinderen zal gaan toelaten in zijn fabriek. Hij zal vijf gouden wikkels verstoppen onder de gewone verpakking van vijf chocoladerepen en verspreiden over de hele wereld. Wie de wikkel vindt, zal door Willie Wonka persoonlijk rondgeleid worden in zijn fabriek en krijgt daarna een chocola voor de rest van zijn leven. Dit is Sjakie's grootste droom, maar met zijn één chocoladereep per jaar maakt hij weinig kans. 

In de dagen die volgden werden de eerste twee gouden wikkels al gevonden: eentje door een enorm dikke jongen genaamd Caspar Slok en de ander door een verwend meisje genaamd Veruca Peper. Dan is Sjakie jarig. Hij krijgt zijn jaarlijkse chocoladereep, maar hier zit helaas geen gouden wikkel onder. Die avond werden de volgende twee wikkels gevonden. Deze keer door een Violet Beauderest, die heel erg verslaafd was aan kauwgom en door Joris Teevee, die verslaafd was aan tv-kijken. De familie Stevens vinden het maar akelige kinderen. 

De volgende dag geeft opa Jakob Sjakie stiekem geld om nog een chocoladereep te kopen. Hier zit helaas ook geen gouden wikkel onder. Inmiddels werd het steeds kouder en kreeg Sjakie steeds meer honger. Op een middag liep hij over straat en zag hij net onder de sneeuw een tientje liggen. Zonder twijfel pakte hij het briefje een ging naar de dichtstbijzijnde winkel om een Wonka's marsepein-gevulde roomreep te kopen. Binnen een halve minuut was de reep op. Met het wisselgeld koopt hij nog een reep. Hij maakt hem open en onder de gewone verpakking zien hij ineens het glimmen van een gouden wikkel. Sjakie heeft de laatste Gouden Toegangskaart gevonden. Hij rent zo hard als hij kan naar huis. 

Eenmaal thuis gelooft eerst niemand hem, maar als opa Jakob de wikkel eens heel goed bekijkt springt hij voor het eerst sinds in twintig jaar uit bed. Op de wikkel staat dat Sjakie de volgende dag om tien uur verwacht wordt bij de fabriek en iemand mee mag nemen. Opa Jakob is de gelukkige. 

De volgende dag staat er een enorme menigte voor de fabriek te wachten, omdat iedereen de vijf kinderen wilde zien. Caspar, Veruca, Violet en Joris hebben allemaal hun beide ouders meegenomen. Precies om tien uur verschijnt meneer Willie Wonka en leidde de kinderen naar binnen. De enthousiaste man draagt een fluwelen pak en een hoge hoed. De rondleiding begint. Na een wandeling door een doolhof van gangen komt de groep aan bij de chocoladehal. Hier kijkt iedereen zijn ogen uit. Er is een chocolade waterval, eetbare bomen en gras met pepermuntsmaak. Ook lopen er allemaal kleine mannetjes rond die aan het werk zijn. Willie Wonka noemt ze 'Oempa-Loempa's'. Die had hij uit Loempaland meegenomen om in de fabriek te laten werken, omdat hij de normale arbeiders niet meer kon vertrouwen. 

Nadat de groep is bijgekomen van het zien van de Oempa-Loempa's zien ze dat een geknielde Caspar met zijn handen chocolade uit de rivier aan het halen is. Voordat iemand hem kan stoppen valt hij voorover en wordt hij meegesleurd door de stroming. In de rivier staan grote glazen pijpen die de chocola door de hele fabriek verspreiden. Caspar wordt opgezogen door een van de pijpen. Meneer en mevrouw Slok zijn in paniek, maar Willie Wonka zorgt ervoor dat een Oempa-Loempa ze naar de bonbonhal brengt, waar Caspar naartoe is gezogen. 

De groep gaat verder met de rondleiding en om de rest van de fabriek te zien stappen ze in een van zuurtjes gemaakte roze boot die op de chocoladerivier vaart. Ze varen langs allerlei kamers, maar stoppen uiteindelijk bij de uitvindkamer. Hier laat Willie Wonka de nieuwe uitvindingen zien waar hij de laatste tijd mee bezig is geweest. Hij eindigt bij kauwgom dat een compleet diner van drie gangen is en dus telkens van smaak verandert. Violet, die verslaafd is aan kauwgom, grist een stukje uit de handen van meneer Willie Wonka ook al had hij gewaarschuwd dat de kauwgom nog niet helemaal af is. Violet begint te kauwen en proeft al snel tomatensoep, biefstuk en aardappels. Op het moment dat ze bosbessentaart proeft, begint haar gezicht paars te kleuren. Ook begint ze als een ballon op te zwellen. Ze begint steeds meer op een blauwe bosbes te kijken. Willie Wonka geeft de Oempa-Loempa's het bevel om Violet naar de vruchtensaphal te rollen om haar weer uit te persen. De geschokte ouders van Violet gaan mee. 

De overgebleven bezoekers zetten hun tocht voort. Willie Wonka leidt hen opnieuw door allerlei gangen en langs allerlei kamers. Ze stoppen uiteindelijk bij de notenkamer. Hier zitten honderd eekhoorns te testen welke walnoten goed en welke rot zijn. Veruca, het verwende meisje, begint de zeuren tegen haar ouders dat zij ook zo'n eekhoorn wil, maar Willie Wonka vertelt dat ze niet te koop zijn. Veruca is eigenwijs en gaat de kamer in, maar terwijl ze naar één van de eekhoorns toeloopt rennen alle eekhoorns op haar af en pakken haar vast. Eén eekhoorn klopt met zijn knokkels op het hoofd van Veruca en stelt vast dat ze rot is. Alle eekhoorns werken samen om haar naar het vuilnisgat te tillen. Meneer en mevrouw Peper renden ook de notenkamer in en keken het vuilnisgat in. De eekhoorns gaven hen allebei een klein duwtje en ook meneer en mevrouw Peper vielen het gat in. Willie Wonka zegt dat hij hoopt dat de vuilnisverbranding niet aangaat vandaag. 

Alleen Joris Teevee met zijn ouders en Sjakie met opa Jakob zijn nu nog over, maar Willie Wonka zet de rondleiding weer voort. Omdat Joris zeurt dat hij moe is, stappen ze in een grote glazen lift. Joris wil graag naar een televisiekamer en nadat hij op het knopje gedrukt heeft, springt te lift met een grote vaart weg. Ze gaan omhoog, opzij en als een baksteen weer naar beneden tot ze uiteindelijk uitkomen bij de televisiechocoladekamer. De kamer is verblindend wit en iedereen moet een zonnebril op. In het midden van de kamer staat een grote camera. Willie Wonka vertelt dat hij een nieuwe techniek voor reclamemaken heeft uitgevonden, zodat mensen thuis terwijl ze tv-kijken kunnen proeven van zijn chocoladerepen. Om dit te demonstreren zet hij een enorme chocoladereep voor de camera en nadat deze flitst is de reep verdwenen. Aan de andere kant van de kamer zet Willie Wonka een tv-scherm aan en de chocoladereep verschijnt. Sjakie raakt het scherm aan en ineens heeft hij de reep vast. Joris wordt heel enthousiast en vraagt of je zo ook mensen kunt versturen, maar voor Willie Wonka echt kon antwoorden rent hij al naar de camera toe. Hij haalt de hendel over, de camera flitst en Joris is weg. En jawel, even later verschijnt hij op het tv-scherm. Mevrouw Teevee steekt haar hand uit en pakt Joris uit de tv, die was gekrompen tot drie centimeter. Meneer en mevrouw Teevee raken in paniek. Willie Wonka zegt dat hij een machine heeft om de rekbaarheid van kauwgom te testen en dat die machine er wel voor kan zorgen dat Joris weer wat langer wordt. Hij geeft wat Oempa-Loempa's de opdracht om Joris en zijn ouders daarheen te brengen. 

Toen was alleen Sjakie nog over. Wanner meneer Willie Wonka dit doorheeft ploft hij bijna uit elkaar van opwinding en vertelt hij dat Sjakie gewonnen heeft. Hij zegt dat ze nog veel te doen hebben en leidt Sjakie en opa Jakob weer terug in de glazen lift. Sjakie was in de war, maar deed wat hem gezegd werd. Willie Wonka drukt op het knopje 'omhoog en eruit' en de lift schiet als een raket omhoog. Ze stijgen steeds hoger en vliegen zo door het dak heen. Terwijl ze boven de stad zweven zien ze de andere kinderen de fabriek uit lopen. Caspar slok is door de druk van de buis heel mager geworden, Violet Beauderest is uitgeperst maar nog wel blauw, Veruca Peper en haar ouders zitten onder het afval en Joris Teevee is teveel uitgerekt, waardoor hij nu twee meter lang is.

De lift vliegt verder en Willie Wonka vertelt dat hij de fabriek cadeau wil doen aan Sjakie zodra hij oud genoeg is om hem te leiden. Hij legt uit dat hij de Gouden Toegangskaarten bedacht had om zijn opvolger te zoeken. Het plan was om het kind te kiezen dat hij aan het einde van de dag het aardigst vond, maar Sjakie was het enige overgebleven kind. Sjakie en opa Jakob kunnen het niet geloven. Willie Wonka vraagt waar ze wonen en voor ze het weten vallen ze met de lift zo door het dak van hun kleine houten huisje. De oudjes in bed schrikken zich een hoedje. Sjakie en opa Jakob leggen alles uit en stellen voor om met zijn allen terug naar de fabriek te gaan, maar de grootouders willen de lift niet in. Daarom duwen meneer Wonka, opa Jakob en Sjakie het complete bed maar zelf de lift in, met meneer en mevrouw Stevens erachteraan. De lift stijgt op en vliegt weer richting de fabriek. Eindelijk zal iedereen weer te eten hebben.

Dit verslag gaat verder na deze boodschap.

Verder lezen
Gids Eindexamens

Alles wat je moet weten over de eindexamens

Personages

Sjakie Stevens

Sjakie wordt op de eerste bladzijde al de held van het verhaal genoemd. Hij wordt beschreven als een vriendelijke jongen die erg van zijn familie houdt. Hij heeft het niet makkelijk thuis, maar je zal hem hier niet over horen klagen. Op het moment dat hij een chocoladereep krijgt, deelt hij deze het liefst met iedereen van het gezin. Ook is hij het laatste kind dat overblijft tijdens de toch door de chocoladefabriek, waaruit je kan opmaken dat Sjakie een braaf kind is.

Willie Wonka

Meneer Willie Wonka wordt beschreven als een merkwaardig mannetje met een sik. Hij heeft een zwarte hoge hoed op zijn hoofd en draagt een geelbruin fluwelen rokkosstuum met een grasgroene broek erbij. Hij heeft handschoenen aan en loop met een wandelstok. Ook wordt hij telkens beschreven als een briljante man die de lekkerste en prachtigste uitvindingen doet. Er wordt verder gezegd dat hij een soort eekhoorn was met zijn kwieke bewegingen.

Caspar Slok

Caspar wordt beschreven als een gulzige jongen. Hij eet enorm veel en is dus ook heel erg dik. Hij kan zichzelf er niet van weerhouden om chocola uit de chocoladerivier te proeven, wat betekent dat hij op het gebied van eten eigenlijk geen grenzen kent. Zijn ouders, meneer en mevrouw Slok, gaan allebei mee naar de chocoladefabriek.

Veruca Peper

Op de eerste bladzijde wordt gezegd dat Veruca een vreselijk verwend meisje is. Alles dat ze tegenkomt in de fabriek wil ze hebben en haar rijke ouders doen niets anders dan er in meegaan. Dit loopt niet goed af als Veruca perse een eekhoorn wil en ze hierdoor uiteindelijk in het vuilnisgat belandt.

Violet Beauderest

Van Violet wordt gezegd dat ze altijd kauwgom kauwt. Ze praat erg snel en heeft dus altijd kauwgom in haar mond. Dit zal fout gaan op het moment dat ze de nog niet goed ontwikkelde kauwgom van meneer Willie Wonka probeert en verandert in een bosbes. Ook Violet heeft allebei haar ouders mee.

Opa Jakob

Opa Jakob is een stokoude man van zesennegentig-en-een-halfjaar. Hij ligt, samen met de andere oudjes, al twintig jaar in bed. Hij is groot fan van Willie Wonka en wil dan gelijk heel graag mee wanneer Sjakie de gouden wikkel vindt.

De rest van de familie Stevens

Naast opa Jakob heb je nog opoe Jakoba, grootvader Willem en grootmoeder Willemina. Ook zij liggen altijd in bed. Meneer en mevrouw Stevens zijn de ouders van Sjakie. Meneer Stevens werkt in een tandpastafabriek waar hij dopjes op tubes tandpasta schroeft.

Quotes

"'Knáp!' riep de oude man. 'Hij is veel meer dan dat. Hij is een tovenaar met chocola! Hij maakt alles en alles, wat hij maar wil. Is het niet zo, beste mensen?'" Bladzijde 18
"'Natuurlijk!' riep meneer Wonka. 'Natuurlijk zijn het echte mensjes! Het zijn Oempa-Loempa's.'" Bladzijde 81
"'Toe, wees maar niet bang,' zei hij, 'het is volkomen veilig. En we gaan naar de heerlijkste plek op aarde!'" Bladzijde 176

Thematiek

Goed en kwaad

In 'Sjakie en de Chocoladefabriek' staat het verschil tussen goed en kwaad centraal. Het wordt heel duidelijk gemaakt dat Sjakie het goede, brave kind is en dat de andere vier kinderen dit juist niet zijn. Doordat Sjakie zo braaf is, krijgt hij uiteindelijk de chocoladefabriek van Willie Wonka. Hieruit is dan ook de les te halen dat als je je goed gedraagt, er ook goede dingen op je af zullen komen.

Motieven

Armoede

Sjakie en zijn familie zijn erg arm en dit komt duidelijk en meerdere keren in het boek naar voren. Ze wonen in een klein vervallen huisje en kunnen alleen maar kool eten. Dit beeld wordt nog verder versterkt door de andere kinderen die naar de chocoladefabriek komen, omdat zij het allemaal veel beter hebben dan Sjakie.

Hebzucht

Het feit dat alle vier de kinderen na elkaar in de problemen komen komt door hebzucht. Caspar kan niet van de chocoladerivier afblijven, Violet wil perse het stukje kauwgom proberen, Veruca moet en zal een eekhoorn krijgen en ook Joris wil perse de camera uitproberen. Door deze hebzucht eindigen ze allemaal in een slechte situatie.

Opdracht

Voor Theo

Trivia

Er zouden twee verloren hoofdstukken bestaan die Roald Dahl uiteindelijk niet in het boek heeft opgenomen. Deze hoofdstukken heetten in het Engels 'Spotty Powder' en 'Fudge Mountain'. Verder waren er in het oorspronkelijke script wel vijftien kinderen die naar de fabriek zouden gaan. Dit heeft Dahl uiteindelijk dus verminderd tot vijf kinderen.

Titelverklaring

Het complete verhaal gaat over Sjakie die op bezoek mag in de chocoladefabriek. 

Structuur & perspectief

Het boek is opgedeeld in 29 hoofdstukken en elk hoofdstuk heeft een titel die beschrijft waar dat hoofdstuk over zal gaan. Ook wordt de tekst ondersteund door tekeningen, gemaakt door Quentin Blake.

Het verhaal is in de hij/zij-vorm geschreven (in de derde persoon) en wordt dus verteld door een alwetende verteller. Voorbeeld: 'Sjakie keek omlaag door de glazen vloer en zag de kleine verre huisjes en de straten en de sneeuw, die alles met een dikke laag bedekte.' Hier zie je dat de verteller óver Sjakie verteld en dat Sjakie dus niet de ik-persoon is. De verteller zweeft dus als het ware boven het verhaal en vertelt wat hij ziet.
Verder hebben de personages ook dialogen met elkaar.
Voorbeeld: 'Is alles in orde?' riep opa Jakob. 'Hoe blijft dit ding hangen?' 'Op suikergoekracht!' zei meneer Wonka.
Hier zie dat opa Jakob en meneer Wonka met in gesprek zijn en dus een dialoog voeren.

Decor

Het is in het verhaal niet heel duidelijk in welk land het zich allemaal afspeelt. We weten alleen dat de familie Stevens in een klein houten huisje aan de rand van de stad woont. Verder is bekend dat meneer Willie Wonka de vijf Gouden Toegangskaarten over heel de wereld had verspreid en dat de vijf kinderen dan waarschijnlijk ook uit verschillende landen komen. Welke landen dit zijn en waar Sjakie precies woont, is niet bekend.

Ook weten we niet precies in welke tijd het verhaal zich afspeelt. Wel weten we bijvoorbeeld dat Joris Teevee verslaafd is aan tv-kijken. De tv kwam bijvoorbeeld in Nederland pas op rond 1950, dus hierdoor kunnen we wel de conclusie trekken dat dit verhaal zich ook na die tijd afspeelt. Het boek is uitgebracht in 1964, dus de kans is aanwezig dat Roald Dahl dit boek gewoon heeft geschreven aan de hand van de tijd waarin hij toen leefde.

Stijl

Roald Dahl staat wel bekend om zijn vreemde en grappige schrijfstijl. Zijn verhalen zitten vaak vol fantasie en de personages komen vaak terecht in bizarre situaties. Ook gebruikt hij vaak namen voor personages die een reflectie zijn van het personage zelf. Deze noem je ook wel 'speaking names'. In Sjakie en de Chocoladefabriek heb je bijvoorbeeld Joris 'Teevee', die verslaafd is aan tv-kijken of Caspar 'Slok' die een heel gulzige jongen is.
Ook verzint Roald Dahl vaak zelf nieuwe woorden. Een voorbeeld in Sjakie en de Chocoladefabriek zijn de woorden 'waffelvullers en haartoffees'.

Slotzin

'O, jullie zullen niet weten wat je ziet!'

Bijzonderheden

Er is een vervolg op dit boek geschreven genaamd 'Sjakie en de grote glazen lift'. Ook is het boek twee keer verfilmd. Eén keer in 1971 en één keer in 2005.

Beoordeling

Roald Dahl is een kinderboekenschrijver, maar zijn verhalen blijven toch ook interessant voor volwassenen. Zijn schrijfstijl zorgt voor een makkelijk leesbare tekst en je wordt als het ware in het verhaal getrokken. Hij maakt heel duidelijk wie de goede en wie de slechte personages zijn, waardoor je je goed kan identificeren. De manier waarop Roald Dahl dingen kan beschrijven zorgt ervoor dat je eigenlijk zelf het liefst eens rond zou kijken in de chocoladefabriek van Willie Wonka. Sjakie en de Chocoladefabriek blijft een klassieker die iedereen een keer gelezen moet hebben.

Recensies

"Dit fantastische kinderboek, dat in 1968 voor het eerst werd uitgegeven, zal werkelijk álle kinderen aanspreken. De hoofdpersoon Sjakie en zijn opa Jakob zijn zó sympathiek dat je ze direct in je hart sluit. Samen met hen ontdek je de meest ongelooflijke en wonderbaarlijke fabriek waar je ooit van zult horen. Zelden is er een boek geschreven dat de fantasie zo prikkelt als dit verhaal. Een boek dat elk kind gelezen zou moeten hebben." https://leesbevorderingin...defabriek/

Bronnen

Over het verloren hoofdstuk in Charlie and the Chocolate Factory.
https://www.imdb.com/news...i57682480/
Je hebt nog 2 Zeker weten goed verslagen over.

Wil je onbeperkt toegang tot alle Zeker Weten Goed verslagen? Meld je dan aan bij Scholieren.com.

35.432 scholieren gingen je al voor!

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Charlie and the chocolate factory door Roald Dahl"