Madentherapie (MDT)
Inhoudspagina
- Inleiding
- De geschiedenis van MDT - Wat is MDT?
- Wanneer word het gebruikt?
- De behandeling
- Necrotische wonden
- Gebruik van madentherapie
- Lucilia Sericata
- Vergelijking met gewone behandeling
- Nadelen
- Bijlagen
- Bronnen
Inleiding
Maden, iedereen kent ze wel, vieze kleine slijmerige beestjes die vooral in de zomer overal te vinden zijn en daarbij ook erg stinken.
De meesten walgen van deze kleine beestjes, anderen gebruiken ze om bijvoorbeeld te vissen, maar sinds mensenheugenis worden ze ook voor wonden gebruikt. Onze voorvaderen gebruikten deze beestje ten goede, nu in de 21ste eeuw is deze methode hervonden, in grotere ziekenhuizen worden nu ook wonden behandeld met maden.
De geschiedenis van MDT
Er worden al duizenden jaren wonden genezen door levende larven in de wond te plaatsen, maar elke keer wordt het weer een beetje vergeten. Waarschijnlijk omdat de mensen deze therapie nogal vies vinden en steeds dachten een betere methode te hebben uitgevonden. Maar toch blijft het elke keer weer opduiken.
Voor zover wij weten waren de Maya indianen en de Ngemba stam van de Australische aboriginals een van de eersten die deze techniek gebruikten. De Maya indianen gingen zelfs zo ver dat ze kleding in het bloed van dieren doopten en die in de zon ophingen, zodat vliegen er hun eitjes op zouden leggen. Deze kledingstukken werden dan gebruikt om de wonden mee te verbinden. Het werkte wel, want de wonden begonnen na een korte tijd al te genezen. Natuurlijk ging er toen ook wel eens iets fout, als bijvoorbeeld de verkeerde vliegen eitjes op de kleding hadden gelegd.
De oude grieken maakte ook al gebruik van deze methode, tijdens veldslagen waren open wonden dagelijke kost. Na een paar dagen gingen deze wonden stinken, ze waren toen vlug ontstoken en gingen ook vlug afsterven, dit kwam natuurlijk door een gebrek aan hygiëne, oude heelmeesters kozen al vlug voor amputatie, medicijnen waren er nauwelijks en ze hadden ook geen effect. De stank van rottend vlees in de strijdkampen trokken veel vliegen aan, de vliegen legden zelfs toen al hun eitjes in de wond, de maden die hierbij ontstonden vraten het dode vlees weg, en de wond kon genezen. Het duurde niet lang totdatde heelmeesters dit mysterie ontrafelde en maden als geneesmiddel begonnen te gebruiken
De volgende keer dat MDT opdook was in de Middeleeuwen. In deze tijd werden er geregeld maden gezien in de wonden van de soldaten uit de oorlog. Maar er is verder geen bewijs dat maden toen ook gebruikt werden door dokters die het als therapie voorschreven. Maar in 1829 meldde de Franse militaire arts Baron Dominique Larrey, dit was de chirurg en lijfarts van Napoleon, dat de larven van een bepaalde soort vliegen alleen maar dood vlees aten en dat ze positief effect hadden op de genezing van de wonden. Hij zag dit tijdens een Egyptische veldslag en probeerde, zonder succes, de gewonde soldaten over te halen om de “kwellende wormen” in hun wonden te laten zitten. Zo ontdekten steeds meer artsen, vooral legerartsen de werking van de maden, maar niemand voerde de maden in als echte therapie.
Maar in 1929 kwam daar verandering in, want de Amerikaanse legerarts William S. Baer begon toen met het plaatsen van maden in wonden. Hij was een medische professor aan de Johns Hopkins University en hij zocht naar andere manieren om het lijden van patienten te verlichten. Hij kwam op het idee van de maden, doordat hij in 1917, tijdens de 1e WO soldaten verzorgde in Frankrijk. Hij zag daar 2 soldaten die al een week, zonder verzorging, in het niemandsland hadden gelegen en merkte op dat er in hun wonden duizenden maden zaten. Nadat hij deze had weggehaald, zag hij dat er geen rot vlees meer in de wond zat en dat er zich al nieuw weefsel vormde, iets wat bij zulke wonden niet echt normaal was.
Toen hij weer thuis was begon hij de maden te gebruiken bij 21 patiënten, die allemaal genazen van hun wonden. Hierna nam de populariteit van de madentherapie heel erg toe tot 1940. Toen peniciline werd uitgevonden, verdween de madentherapie weer naar de achtergrond. Zo bleef het een hele tijd, en pas rond 1990 begonnen de artsen het weer te gebruiken, omdat maden veel preciesser en natuurlijk goedkopen zijn, waar eerst honderden euro's aan antibioticum voor nodig was gebruiken we nu weer maden voor, simpel, goedkoop en effectief.
Wat is MDT?
MDT is een engelse afkorting die betekent: Maggot Debridement Therapy. In het Nederlands is dat ruwweg: genezing door madentherapie. Madentherapie is het gebruik van maden bij de behandeling van bijzondere wonden. De maden worden voor dit doel steriel gekweekt in een laboratorium. De maden eten dood weefsel en daarmee tegelijkertijd bacteriën op. Hierdoor ontstaat een betere doorbloeding en daarmee een betere genezing van de wond. Infectie en verdere achteruitgang van de wond wordt daardoor voorkomen.
Wanneer word het gebruikt?
Zowel bij necrotische wonden als bij ernstige wondinfecties kan gebruik worden gemaakt van madentherapie. Necrotische wonden wil zeggen dat het gaat om wonden waarbij de huid is afgestorven. Ernstige wondinfecties wil zeggen dat het gaat om wonden waarbij gebruikelijke wondbehandeling niet aanslaat. Dit kan verschillende oorzaken hebben, bijvoorbeeld:
-slechte doorbloeding en dus belemering van voedingstoffen.
-slecht voedingspatroon waardoor bepaalde eiwitten en vitamines niet aanwezig zijn.
Natuurlijk komt niet iedereen in aanmerking voor MDT en dan rest ook nog de vraag of de patient het wel wil, de meeste mensen haken af bij de gedachte dat er straks duizenden maden in en op hun lijf kruipen.
De behandeling
Vroeger was de behandeling zeer simpel, pak wat maden en leg ze in de wond. Tegenwoordig is het allemaal iets ingewikkelder, dit komt door de strenge hygienische eisen die aan het ziekenhuis worden gesteld. Eenmaal in het ziekenhuis gaat de behandeling als volgt;
De wond wordt eerst schoongemaakt op de operatiekamer, dit gebeurt onder algehele narcose of met een plaatselijke verdoving.
Dood en/of geïnfecteerd weefsel wordt verwijderd waarna gestart wordt met de madentherapie. De maden bevinden zich in ondoorzichtige zakjes (een soort theezakjes). Deze madenzakjes worden op of in de wond gelegd. De wond met de madenzakjes wordt vervolgens verbonden met steriele zwachtels. Drie tot vier keer per dag worden de madenzakjes nat gemaakt met een zoutoplossing (NaCl 0,9%), de zoutoplossing zorgt ervoor dat de maden niet uitdrogen waardoor een ideale leefomgeving voor de maden ontstaat, om de circa drie dagen worden de madenzakjes vervangen.
Tijdens het vervangen van de madenzakjes wordt er een wondinspectie uitgevoerd door een arts om te kijken of er vooruitgang is en wat er nog moet gebeuren. Ook word er een kweek afgenomen om te kijken of er en wat voor bacteriën in de wond zittten. Dan wordt de wond weer schoongemaakt en kan er een nieuw zakje in dat vervolgens weer verbonden wordt.
Als de maden de wond helemaal schoongemaakt hebben wordt de wond gehecht, meestal is hiervoor nog een kleine huidtransplantatie nodig.
Necrotische wonden
De scriptie gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
1 seconde geleden