Techniek 1 vwo Hoofdstuk 4 Overbrengingen Par. 1, 2, 3, 4, 5, 7
H4 par. 1 Inleiding
Dagelijkse overbrengingen: Fiets, je trapt > je achterwielen draait, (Rotatie > Rotatie)
Door te trappen gaat je achterwiel draaien: met tandwielen en een ketting breng je de beweging van de draaiende trappers over naar het achterwiel, dat ook gaat draaien.
Handrem: Je knijpt in de hefboom, De remblokjes tegen de velg (Rotatie>Translatie)
Waterkraan: Draait open, Hendel en schijfje gaan omhoog (Rotatie > Translatie)
Met een overbrenging kun je een beweging van het ene onderdeel overbrengen op een ander onderdeel. Dat kan een draaiende beweging zijn, maar ook een
heen-en-weer gaande.
H4 par. 2 Draaien maar!
Rotatie naar Rotatie
- Een aandrijfwiel is het wiel, waarmee de beweging begint.
- Een volgwiel wordt door een ander wiel aangedreven.
Als beide wielen draaien, noem je dat een overbrenging van rotatie naar rotatie.
Als er een snaar of riem gebruikt wordt draait het volgwiel dezelfde kant op als het aandrijfwiel.
Direct of Indirect
- Als de overbrenging dooor een snaar, riem of ketting wordt overgebracht
spreek je van een ‘indirecte’overbrenging.
- Overbrenginen waarbij de wielen tegen elkaar aan zitten, noem je een ‘directe’ overbrenging. Het volgwiel draait dan in tegengestelde richting.
Slippen
Een overbrenging met een snaar of riem kan ‘slippen’. Een overbrenging met tandwielen en een ketting of met alleen tandwielen kan niet slippen. Soms is het handig als een overbrenging een beetje kan slippen. Bij je fiets zou het niet handig zijn. Stel dat je al slippend een heuveltje oprijdt. Dan kom je nooit boven.
Versnellingsbak of Vertragingsbak
De aandrijving van een auto draait veel te snel. De versnellingsbak van de auto zorgt ervoor dat die vertraagd wordt.
De versnellingsbak heeft ook verschillende standen. Een 5 versnellingsbak heeft 5 verschillende vertragingen (en één achteruitstand). Eigenlijk zou de juiste naam ‘vertragingsbak’ moeten zijn.
Kroontandwiel
Bij een kroontandwiel zitten de tanden aan de zijkant. Het kleine tandwiel noem je een ‘rondsel’
Evenwijdig of Niet evenwijdig
Evenwijdig: Naast elkaar, met elkaar gelijk
Niet evenwijdig: Loodrecht, ook wel genoemd kegeltandwielen.
Als je met een overbrenging iets wilt laten draaien, gebruik je vaak snaren, riemen, kettingen en tandwielen.
H4 par. 3 Draairichting en draaisnelheid
Draaisnelheid
De draaisnelheid van een overbrenging met tandwielen (met aan elke as één tandwiel) wordt allleen bepaald door het aantal tandjes van het aandrijfwiel en van het laatste volgwiel. Het aantal tandjes van de tussenliggende tandwielen heeft niet te maken met de draaisnelheid.
Bij een even aantal assen verandert de draairichting.
Bij een oneven aantal blijft de draairichting hetzelfde
Met overbrengingen kun je de draairichting en de draaisnelheid veranderen.
H4 par. 4 Overbrengingsverhoudingen
Derailleur
Een derailleur zit op een fiets. Voor zitten twee of drie tandwielen. Achter kunnen wel zeven tandwielen zitten. De ketting kun je met een derailleur over de verschillende tandwielen verplaatsen. Als vóór twee tandwielen hebt en achter vijf zijn er tien combinaties mogelijk (2 x 5). Elke combinatie met een eigen overbrenging
Overbrengingsverhouding berekenen
De overbrengingsverhouding bij een tandwieloverbrenging is het aantal tandjes van het aandrijfwiel gedeeld door het aantal tandjes van het volgwiel.
Overbrengingsverhouding = aantal tanden aandrijfwiel : aantal tanden volgwiel
O = overbrengingsverhouding De overbrengingsverhouding geeft aan
a = aantal tanden aandrijfwiel hoeveel sneller of langzamer het volgwiel
v= aantal tanden volgwiel draait ten opzichte van het aandrijfwiel.
O = a : v
Ezelsbruggetje: gewoon oav onthouden bedenk er maar iets bij
Bijv. Olifanten aten vlees of Ons avondeten : vis
H4 par. 5 Van rotatie naar translatie
Bankschroef
Een bankschroef is gereedschap om iets in te klemmen. Je zou kunnen zeggen: een soort metalen hand, die bijvoorbeeld een buis stevig voor je vasthoudt, zodat je die buis kunt zagen of vijlen. Je klemt de buis door aan een hendel te draaien.
Draaien is ROTATIE, spanbek heen en weer is TRANSLATIE (rotatie> translatie).
Worm
Een worm is een as met aan de buitenkant een ‘schroefdraad’
In het gedeelte waarin de worm draait past de schroefdraad precies in waardoor die heen en weer gaat.
Voorbeelden met een worm: Bankschroef, ruitenwisser, schroefsleutel en waterkraan.
Rondsel en Tandheugel
Een auto bestuur je met een stuurwiel. Als je het stuur draait, gaan de wielen naar links of naar rechts. Voor de overbrenging is een ‘rondsel’ en een ‘tandheugel’ gebruikt. Een tandheugel is een stang met tanden aan één zijde. De tanden van het rondsel grijpen in de tanden van de tandheugel. Als het rondsel draait (rotatie), gaat de tandheugel heen en weer (translatie)
- Een rondsel is een klein tandwiel
- Een tandheugel is een staaf met tanden aan één zijde
- Een worm is een as met aan de buitenkant een ‘schroefdraad’
Voorbeelden met een tandheugel: Kolomboormachine, stuurrichting, knijpkat en ruitenwisser
Verschil tussen een worm en een tandheugel
Een worm, is van rotatie naar translatie, heeft een schroefdraad/tanden aan beide kanten
Een tandheugel is van translatie naar rotatie, heeft tanden aan één kant
De samenvatting gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
1 seconde geleden
S.
S.
wrm 4.6 niet?
11 jaar geleden
AntwoordenS.
S.
Hij is echt perfect
11 jaar geleden
AntwoordenR.
R.
heb je ook de antwoorden?
10 jaar geleden
AntwoordenS.
S.
Is dit wel voor havo/vwo? Best wel onduidelijk. Wel veel informatie hoor, maar sorry ik vind het niet echt overzichtelijk.
10 jaar geleden
AntwoordenS.
S.
THNXX! ik heb daardoor een 8 gehaald!
8 jaar geleden
AntwoordenS.
S.
het is wel een beetje vaag hoor
7 jaar geleden
AntwoordenS.
S.
béééééétje vaaaaaaaaaaaaaaag...................................echt random dit.
7 jaar geleden
Antwoorden