17.1 Arbeidsmarkt: beroepsbevolking en werkgelegenheid
Arbeidsmarkt: geheel van vraag naar een aanbod van arbeid → ondoorzichtige markt (werknemers en werkgevers hebben nauwelijks overzicht van wat de markt te bieden heeft)
Werkloosheid: aanbod van arbeidskrachten is groter dan de vraag van werkgevers → overschot op de arbeidsmarkt
Tekort op de arbeidsmarkt/gespannen arbeidsmarkt: aanbod arbeidskrachten is kleiner dan de vraag werkgevers
De UWV WERKbedrijven hebben de plicht werkzoekenden en werkgevers bij elkaar te brengen. De WERKbedrijven zijn ingesteld door de overheid en als je als werkloze in aanmerking wilt komen voor WW of de bijstand, moet je je verplicht hierbij (WERKbedrijven) inschrijven.
Uitzendbureaus zijn particuliere bedrijven die bemiddelen tussen werkgevers en degene die zoeken naar (vooral) tijdelijk werk.
Verschillen UWV WERKbedrijven & uitzendbureaus
-
UWV behoren tot sector niet commerciële dienstverlening en uitzendbureaus behoren tot de sector commerciële dienstverlening
-
Uitzendbureaus bemiddelen vooral in tijdelijk werk zonder proefperiode & UWV bemiddelen in meer duurzame arbeid met proefperiode
-
Via UWV aangenomen is salaris via werkgever betaald, via uitzendbureau aangenomen is salaris via uitzendbureau (je bent dus bij uitzendbureau in dienst)
-
Uitzendbureaus hebben in tegenstelling tot UWV geen bemoeienis met sociale uitkeringen
De officiële geregistreerde beroepsbevolking van Nederland bestaat uit alle personen tussen 15 en 65 jaar die ten minste 12 uur per week werken óf werk zoeken in de formele sector (bedrijven + overheid)
Bedrijven + overheid zijn de vragers naar arbeid. Vraag naar arbeid wordt bepaalt door de omvang van de werkgelegenheid → het werkende deel van de beroepsbevolking.
Deeltijdwerkers = werknemers die geen volledige weektaak hebben
Flexwerkers = Flexibele werknemers zoals uitzendkrachten, op- en afroepkrachten, invalkrachten
Arbeidsjaar = een fulltime baan op jaarbasis
Arbeidsvolume = de werkgelegenheid in arbeidsjaren
De officiële werkzame beroepsbevolking van Nederland bestaat uit alle personen tussen 15 en 65 jaar die ten minste 12 uur per week werken in de formele sector (bedrijven + overheid)
Aanmoedigingseffect/aanzuigeffect = Wanneer de economie aantrekt en de werkgelegenheid stijgt, bieden zich extra werkzoekende aan op de arbeidsmarkt. Zij gaan op zoek naar een baan omdat de kans op een baan groter is geworden.
Participatiegraad/deelnemingsgraad is het percentage dat aangeeft hoeveel procent van de beroepsgeschikte bevolking een baan heeft of werk zoekt.
Participatiegraad = beroepsbevolking x100%
beroepsgeschikte bevolking
Verborgen werkgelegenheid = bv. Zwart werk, vrijwilligerswerk, minder als 12 uur werkende, 65+
17.2 Werkloosheid
Tot de officiële werkloze beroepsbevolking behoren alle personen die:
-
als werkzoekende bij een UWV WERKbedrijf staan ingeschreven
-
ouder zijn dan 15 jaar en jonger dan 65 jaar
-
een baan zoeken van minimaal 12 uur per week
-
daarvoor onmiddellijk beschikbaar zijn
-
nu niet of minder dan 12 uur per week werken
Werkloosheidpercentage → geeft aan hoeveel procent vd officiële beroepsbevolking werkloos is
Berekening= officiële werkloze beroepsbevolking x100%
officiële beroepsbevolking
Verborgen werkeloosheid = alle niet geregistreerde werkloosheid
Nadelen werkloosheid:
1. Persoonlijke nadelen → geen leen meer maar uitkering. Ook psychische gevolgen; je gaat je nutteloos voelen, het gevoel er niet meer bij te horen en minder sociale contacten met collega's.
2. Maatschappelijke nadelen → bij toenemende werkloosheid en daling vd welvaart kan er maatschappelijke onrust ontstaan. Protestacties, demonstraties, vandalisme en stakingen kunnen het gevolg zijn. Sommige denken dat er een verband bestaat tussen een stijging vd werkloosheid en de toenemende criminaliteit
3. economische gevolgen → werklozen hebben minder geld te besteden, waardoor er minder geconsumeerd wordt; minder productie; nog meer werkloosheid
De overheid heeft minder inkomsten, minder werkende is minder inkomsten uit belastingen en sociale premies, terwijl er juist meer mensen gebruik van moeten maken
Geen loonsverhoging, bij grote werkloosheid zijn hogere looneisen vrijwel onmogelijk, werkgevers kunnen gemakkelijk aan arbeidskrachten komen, lonen kunnen zelfs dalen
Totale welvaart neemt af, want doordat er niet voldoende gebruik wordt gemaakt van alle arbeidskrachten in een samenleving, zou er meer geproduceerd kunnen worden en zou de welvaart hoger kunnen zijn als dat die is.
17.3 Oorzaken werkloosheid
(vraagzijde?)
Conjuncturele werkloosheid wordt veroorzaakt door (tijdelijk) afnemende bestedingen waardoor de productiecapaciteit niet meer helemaal wordt benut. (onderbesteding of laagconjunctuur)
Oorzaken:
– daling van belasting en premies
– toename vd overheidsuitgaven
– daling van rente
– deeltijd WW
(aanbodzijde?)
Structurele werkloosheid wordt veroorzaakt door blijvende veranderingen in het productieproces
1. Kwantitatieve structurele werkloosheid → als de productiecapaciteit in bedrijven en bij de overheid te klein is om de hele beroepsbevolking in te schakelen. Oorzaken:
-
Onvoldoende uitbreidingsinvesteringen waardoor de productiecapaciteit te weinig groeit om de groei van de beroepsbevolking bij te benen
-
Mechanisatie, automatisering en robotisering zorgt ervoor dat veel werk door machines is overgenomen
-
Concurrentiestrijd tussen bedrijven kan leiden tot minder winst en toenemende verliezen, waardoor bedrijven krimpen of zelfs failliet gaan
-
Fusies zorgen ervoor dat verschillende bedrijven worden samengevoegd, waardoor minder personeel nodig is.
-
Verplaatsing van bedrijfsactiviteiten naar lagelonenlanden leidt tot minder arbeidsplaatsen in Nederland.
-
Verzadiging van de vraag naar goederen zorgt ervoor dat de productie daalt.
De samenvatting gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden