Hoofdstuk 6 Aardrijkskunde SET.
6.1
Vegetatie in Zuid-oost Azie verdwijnt snel.
Ontbossing in ZO-A
Natuurlijke vegetatie
Het grote deel van ZO-A is tropisch regenwoud. Dit komt door de ligging rond de evenaar. Bomen houden 90% van het zonlicht tegen, hierdoor overleven kleine planten die veel licht nodig hebben niet op de bodem, die groeien op de bomen. In regenwoud is enorme biodiversiteit door:
- Veel eilanden met verschillende omstandigheden. Planten specialiseren en evolueren zich naar deze omstandigheden.
- Landen liggen op de grens van twee biogeografische regio’s(Aziatisch en australisch). Biografische regio’s zijn regio’s met specifieke planten- en diersoorten die alleen in die regio voorkomen.
- Landen hebben veel hoogteverschil > planten passen zich aan aan hoogtes > meer soorten.
Menselijk gebruik van de vegetatie
Vroeger toen er weinig mensen woonde in ZO-A werden er bos gekapt voor landbouw. Dit was echter niet veel. Door verhoogde bevolkingsdruk(Verhouding tussen aantal mensen en aantal bestaansmiddelen) werden er steeds meer bossen gekapt voor landbouwgrond en voor brnadhout/bouwmateriaal. Ook zwerflandbouw(Boeren leven op akker > akker word onvruchtbaar door verdwijnen van voedingsstoffen in bodem en ontbreken van humus > boeren trekken verder en kappen nieuw stuk bos) is een balngrijke bijdrage aan de ontbossing.
De regeneratietijd, tijd waarin het oerwoud zich weer in oorspronkelijke staat hersteld, duurt eeuwen.
Ook door ongelijke verdeling wordt ontbossing gestimuleerd; Dit zijn transmigratieprojecten. Politiek wil overbevolking van Java voorkomen en spoort veel mensen aan om naar perifere gebieden(niet centrale gebieden) te gaan. Hier wonen echter al mensen met landbouw grond, er word dus snel veel nieuw bos gekapt voor ruimte, terwijl er misschien plekken zijn waar nog landbouwgrond over is in ZO-A.
Export
Voornaamste oorzaak van ontbossing is hout kappen voor de westerse landen en europa. ook toenemende vraag naar deze landen naar producten als koffie, rubber, bananen en palmolie zorgt voor ontbossing. Voor het verbouwen van deze producten word bos gekapt. Maleisië en Indonesië zijn de twee grootste palmolie producenten van de wereld. Palmolie word is toenemende mate ook gebruikt voor het produceren van groene stroom en biobrandstof.
Kappen gebeurd vaak illegaal dus er is geen controle over. Er worden ook begroeiingsresten weggebrand die hinderlijk zijn voor landbouw met grote bosbranden tot gevolg. ook toerisme en infrastructurele werken hebben ruimte nodig > ontbossing.
Gevolgen ontbossing..
..voor planten, dieren en bewoners.
- Biodiversiteit word minder. Doordat de regeneratietijd lang is, duurt het eeuwen voordat alleen weer is zoals het was. Tweederde van de tien miljoen plant- en diersoorten leven in het tropische regenwoud.
- Door verdwijnen van bepaalde plantsoorten verdwijnt ook een vooraad aan geneesmiddelen. Wetenschappers komen erachter dat sommige planten uit het tropische regenwoud ons verder kunnen helpen om AIDS en kanker te bestrijden. Ook Ibuprofen(pijnstiller) en Kinine(Geneesmiddel voor malaria) komen uit het tropische regenwoud. Er komen elke dag veel soorten planten bij, de kans dat daar een nu nog onbekend geneesmiddel bij zit is dus groot. Cacao, suikerriet enz. gaan ook verloren, maar deze zijn gecultiveerd en worden ook in andere landen verbouwd.
- Oorspronkelijke bewoners hielden de natuur erg goed in evenwicht(weinig kappen van bossen, lieten grond ook herstellen) dat kan nu niet meer.
..voor klimaat, waterhuishouding en bodem.
- Minder regen. Planten nemen water op > groot deel hiervan verdampt weer op bladoppervlak > lucht wordt vochtiger > rond de evenaar is het warm en warme lucht stijgt > door stijgen van lucht koelt de lucht af > waterdamp condenseert en er ontstaan regenwolken. Als er minder bomen zijn, is met minder bladoppervlak en verdampt er minder dus minder regen.
- Na een regenbui houden bomen regen vast. Dit drupt in droge tijden naar de grond, die krijgt genoeg water. Maar als er minder bomen zijn gaat het niet alleen minder regenen, er drupt ook minder naar beneden dus grond word droog. Er zijn nu minder plekken waar putten gemaakt kunnen worden voor drinkvoorzieningen. Dit alles heet bufferwerking.
- Door bufferwerking geven bomen ook water af aan rivieren in kleine hoeveelheden. maar als die bomen gekapt worden stroomt de regen direct naar de rivieren in grote hoeveelheden. De regen spoelt ook de bodem weg. Dit heet bodemerosie. Rivieren kunnen verstopt raken door modder. Waterplanten of dieren die schoon water nodig hebben gaan dood. Wanneer er erg veel regen valt in een korte tijd overstromen rivieren. Wanneer er dus teveel bos is gekapt en er op de vrijgemaakte grond bijv. alleen graan word verbouwd, kunnen er bij heftige regenbuien modderstromen en soms zelfs aardverschuivingen ontstaan. Ontbossing leidt uiteindelijk tot verwoestijning.
- Bomen nemen energie op van de zon om water op te nemen en te laten verdampen. Hierdoor word die energie dus niet omgezet in warmte > minder warm. Regenwolken die ontstaan door verdampen van water zijn er ook minder door ontbossing. Regenwolken reflecteren zonlicht en dus warmte, dit heet het albedo-effect. Door ontbossing word het warmer.
- Door hitte en droogte neemt kans op bosbranden toe. Er komt meer CO2, dus versterkt het broeikaseffect.
Oplossingen
Er zijn al veel projecten en organisaties die ontbossing tegen willen gaan en meer bomen willen planten.
1) Verplaatsen van houtwinning naar ander land zoals Scandinavië en Canada waar speciale bosgebieden zijn geplant voor houtkap.
Nadeel - Die bosgebieden hebben geen hardhout (misschien kan dit genetisch gemanipuleerd worden).
- Landen waar houtwinning plaats vindt verliezen inkomen van houtwinning.
2) Met fairtrade producten hopen ze de illegale houtkap te minderen.
3) Geboortebeperking, minder bewoners dus minder landbouw grond nodig.
Filipijnen
1985 – kwart van oorsprokelijke bos over.
Regering zorgde ervoor dat de gekapte gebieden herbebost werden. Ze leende hiervoor veel
geld. Door corruptie werd veel geld in eigen zak gestoken zonder ook maar een
boom te planten. De bomen die wel geplant waren bestonden uit een monocultuur van
snelgroeiende en niet-oorspronkelijke boomsoorten. Biodiversiteit werd niet hersteld. Erosie
werd niet voorkomen > planten waren niet diep genoeg geplant. Uit de nieuwe bomen komen
geen zaden die voor nieuwe bomen zorgen.
2006 – 10% van oorspronkelijke bos over.
Andere oplossingen in Filipijnen zijn:
- Lokale gemeenschappen moeten centrale rol spelen in herbebossingsprojecten.
- Er moeten premies komen die zwerflandbouw en het platbranden van beboste gebieden voorkomen.
- Voor de productie van comercieel te exploideren hout moeten plantages worden opgezet waar onder strikte voorwaarden wordt gewerkt.
- aan mijnbouwbedrijven moeten beperkingen worden gesteld.
De samenvatting gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
1 seconde geleden
Z.
Z.
te lang.
14 jaar geleden
AntwoordenM.
M.
ik vind hem prima, alleen jammer dat het niet heel hoofdstuk 6 is, maar hier schiet ik al een heel stuk mee op!
14 jaar geleden
AntwoordenW.
W.
Er zit veel overbodige informatie in, en soms ontbreekt er wat in de samenvatting, en vooral veel spelfouten. Misschien even spelcheck?
14 jaar geleden
Antwoorden