Het weer in grote steden verschilt duidelijk van dat op het platteland. Gebouwen en wegen absorberen veel zonlicht en slaan de warmte op, en industrieën en airconditioning produceren warmte. Daarom is het in de stad warmer dan daarbuiten, vooral tijdens stille, heldere nachten wanneer de temperatuur in het centrum van een mijoenenstad wel 10° Celsius hoger kan zijn dan op het naburige platteland.
Door de extra warmte stijgt er boven steden meer lucht op, wat samen met de smog en het stof voor meer wolken zorgt zodat er 5 tot 10% meer regen kan vallen, in de vorm van zwaardere onweersbuien in de zomer. Omdat de regen snel van asfalt en beton afloopt, is de kans op overstromingen in stedelijke gebieden groter.
Wolkenkrabbers kunnen windtunnels vormen, maar een grote groep gebouwen vormt een ongelijke barrière waardoor de gemiddelde windsnelheid op de grond lager is. Onder deze omstandigheden ontstaat 's zomers smog en is 's winters de kans op mist groter. De smog in combinatie met de hogere temperatuur maakt dat hittegolven in de stad moeilijker te verdragen zijn.
De stad heeft echter ook voordelen. Door de hogere wintertemperatuur is de energierekening lager en minder vorst betekent dat je in de stad beter planten kunt kweken die slecht tegen kou kunnen.
Veel eigenschappen van onze steden zijn niet gemakkelijk te veranderen, maar om de kwaliteit van de lucht te verbeteren moeten we de vervuiling terugdringen. Vrije zones en meer bomen kunnen bijdragen tot het voorkomen van overstromingen en andere problemen met de waterafvoer. Bovendien geven planten vocht af, waardoor de temperatuur minder stijgt, en bomen geven schaduw wat de vraag naar airconditioners een beetje doet afnemen.
Wat zijn de gevolgen van het broeikaseffect?
Er zal meer vocht in de lucht komen. Dat betekent dat het ook meer zal gaan regenen, en dus het waterpeil zal gaan stijgen. Laag gelegen ontwikkelingslanden zullen hiervan vooral last krijgen (zoals Bangladesh). Verder zal de landbouw er veel last aan ondervinden. Verder zal de verdamping van water sterk toenemen, doordat de lucht bij een hogere temperatuur meer water kan bevatten. En gletsjers zullen smelten en ook hierdoor zal de zeespiegel stijgen.
Gevolgen voor de mens
Landen die afhankelijk zijn van de landbouw zullen het zwaar krijgen. En de meeste landen die afhankelijk zijn van de landbouw, hebben het nu al moeilijk. De voedselproductie van die landen zal minder worden. Het gene wat ze nu produceren, is vooral bedoeld om de eigen bevolking te voeden. En vaak geeft dit nu al problemen.
Langs de kust en de rivieren zullen de mensen te maken krijgen met stijging van het waterpeil. Hoge waterstanden zullen er in de winter zijn. Nu al zijn in Nederland problemen, langs de rivieren. Afgelopen maand nog, bereikte onder meer de Maas het kritieke peil. Als het waterpeil nog meer zal gaan stijgen, zullen er overstroming komen in Nederland. Tenzij er maatregelen komen. In Nederland kunnen we deze problemen verhelpen en daar hebben we ook geld voor. Maar hoe moet dat in Bangladesh? Die hebben daar geen geld voor.
Ook tropische eilanden zullen last ondervinden van de zeespiegelstijging. Want het drinkwater in de bodem drijft als het ware op het zoute water. Als het zoute water stijgt, wordt het drinkwater omhoog gedrukt. De laag drinkwater wordt dan dunner. Veel van deze eilanden ondervinden daar nu al problemen van. Door dit zal ook een inkomstenbron van de eilanden verdwijnen, namelijk toerisme. Dus de bevolking zal niet alleen een tekort hebben aan drinkwater, maar bovendien inkomsten derven door het wegblijven van toeristen. Ook wintersportgebieden zullen te maken krijgen met inkomstenderving. Skiërs zullen steeds hoger de bergen in moeten om bij de sneeuw te komen.
Auto’s stoten Ozon uit. Nou denk je van, dat kan toch geen kwaad wat extra ozon? De ozonlaag is toch al zo dun! Maar nee! Te veel ozon is ook niet goed. Ozon op grootte hoogte kan geen kwaad, maar op laag niveau ( in de Troposfeer) is het giftig voor mensen. Dit heeft grote gevolgen voor de mens en natuur.
Gevolgen voor de natuur
Veel planten zullen zich moeten gaan verplaatsen richting het Noorden, omdat de temperatuur stijgt. De planten zullen moeten verschuiven, anders zullen ze het niet halen. Een grote groep dieren leeft van het eten van planten en de dieren zullen dus ook mee moeten verhuizen. Die verplaatsing van de planten duurt vele jaren. Maar de snelheid waarmee het broeikaseffect om zich heen grijpt, is niet bij te benen voor de planten. Gebergten zoals de Alpen, Caucasus en de Pyreneeën zullen onneembare obstakels zijn voor planten, daar komen ze nooit overheen.
Als de temperatuur blijft stijgen, zal dat als eerste problemen geven in het noorden. De planten die daar leven, zijn gewend aan de kou en leven daar in. Als de temperatuur opeens een paar graden stijgt, kunnen ze dat niet aan. Een aantal plantensoorten in het noorden zal dan uitsterven. De dieren die van die gewassen leven, zullen ook uitsterven. De roofdieren die van die diersoorten leven, zullen ook sterven. Zo kan je nog wel een tijdje doorgaan. Het hele ecologische evenwicht zal uit balans raken en heel veel kringlopen zullen verstoord worden.
Door temperatuurstijging volgt er meer neerslag. Dus ook in de zeeën. Dit kan de zeestroming beïnvloeden. Doordat het zeewater warmer wordt, kan het water op grootte breedtegraden daar niet meer wegzakken. Maar dit water moet wel weg, dus het zal op een andere plaats moeten. Maar dit zal niet mogelijk zijn. Het warme water zal circuleren aan de oppervlakte van het water.
Nu al merken we dat de zee flink invloed heeft op ons weer. ’s Winters als het vriest, vriest het in Limburg een paar graden harder dan hier in Noord-Holland. In de zomer is het hier een paar graden minder warm dan in Limburg.
Doordat het water dus niet weg kan stromen, verdwijnen de depressies die ons weer bepalen. Die worden vervangen door poollucht en dan zal Europa droger en kouder worden. dit heeft allemaal weer invloed op onze dieren en planten. De permafrost ( grond die altijd bevroren is) zal zich zuidelijker vestigen, hierdoor is daar geen landbouw meer mogelijk.
De zeespiegelstijging is een van de gevolgen, die het meeste gevolgen heeft. Als het op aarde een graad warmer wordt, zal de zee met 10 tot 20 centimeter stijgen. Havens zullen moeten worden verplaatst. En in zijn ergste geval dringt het zeewater door in het drinkwater. Dit noemt men verzilting.
Enkele gevolgen voor het milieu
● overstromingen
● stormen
● hittegolven
● droogtes
Weersomstandigheden uit het verleden zijn geen maatstaf voor die van het heden. Niemand kan dus precies vertellen wat er zal gaan gebeuren, men kan hooguit een voorspelling doen.
Men moet rekenen op extreme weersomstandigheden, die enorm veel schade aan zal richten.
Misschien is er een héél klein voordeel te noemen van de klimaatsveranderingen, zoals hogere landbouwopbrengsten en lagere stookkosten. U moet dan denken aan gebieden zoals Rusland en Canada. Door temperatuurstijging kan men daar in de toekomst misschien bepaalde landbouwproducten wel verbouwen. Maar om dat te bewerkstelligen is veel tijd en geld nodig om de mensen daar te veranderen.
In de noordelijk gelegen landen zullen de temperaturen stijgen en dus zal er minder gestookt hoeven te worden. Alleen in de zomer zal meer airconditioning nodig zijn.
Gevolgen voor economie en maatschappij
Om het versterkte broeikaseffect te verminderen, zullen we de energie voorziening moeten veranderen. Er is een hele andere aanpak voor vereist. Dit kost geld, veel geld. En ook veel tijd en zo veel tijd hebben we niet meer. Alle mensen op aarde moeten ervan bewust worden, dat maatregelen noodzakelijk zijn.
Als het geld bij elkaar gesprokkeld is, moet er een milieuvriendelijke manier van energie verwekken gevonden worden. Deze energie winning moet minder CO2 maken dan de huidige. Er zijn al enkele internationale verdragen en regels opgesteld, om het broeikaseffect te minderen. Een voorbeeld daarvan is het Kyoto-verdag. Deze werd in 1997 ontworpen, alle landen kregen een quota om de uitstoot van CO2 te verkleinen. Niet alle landen ondertekenden dit en een aantal landen die dit wel deden, kwamen met slimme trucjes toch over die quota heen. Wij komen hier later in het werkstuk terug op het verdrag van Kyoto. Er is ook en groep landen, dat het verminderen van het broeikaseffect niet kan betalen. Tot op heden dragen deze niet zo sterk mee aan het broeikaseffect, maar allicht in de toekomst wel.
Belangrijkste economische en maatschappelijke gevolgen;
● staatsschuld in landen stijgt
● belastingen moeten daardoor stijgen
● mensen kunnen minder besteden en gaan dus minder kopen
● bedrijven maken meer producten dan dat er gevraagd wordt, doordatmensen minder gaan kopen, en dus ontstaat er werkeloosheid.
Mensen kunnen dus op den duur minder kopen en moeten dus gaan bezuinigen op hun uitgaven. Mensen zullen als eerst in de secundaire behoeften gaan straffen, zoals luxe-artikelen en lidmaatschappen van de sportschool.
Maatregelen
Langzamerhand wordt men zich ervan bewust, wat de gevaren zijn van het versterkte broeikaseffect. De VN kwam met plannen en zo is het Kyoto-verdrag geboren. In Japan werd een verdrag opgesteld. Dit hield in dat landen de CO2 uitstoot zouden gaan beperken. De VN sprak en zei dat de wereldwijde CO2 uitstoot met 60% omlaag moest. Dit betekent voor rijke industrielanden zo’n 80%. Dit betekent dat de industrie ongeveer gehalveerd zou moeten worden. Het klinkt allemaal goed in de oren, maar de grote industrielanden wouden dit nooit. Het zou zwaar nadelig zijn voor de economie.
Kyoto, Japan.
In Nederland probeert men groene energie te bevorderen. Er worden subsidies gegeven aan degene die duurzame alternatieven bedenken. De overheid probeert men ook uit de auto te krijgen. De mensen moeten het Openbaar Vervoer boven de auto kiezen, aldus de regering. Maar met zo’n ongeorganiseerd zooitje als bij de NS kun je dat wel shaken!
Amerika is neemt 25% van de totale CO2 uitstoot voor zijn rekening. In eerste instantie deed Amerika mee met het verdrag, onder leiding van Clinten. Toen president Bush aan de macht kwam, was een van de eerste dingen die hij deed, Amerika uit het verdrag van Kyoto halen. Minister van Milieu, Jan Pronk, was de afgelopen jaren voorzitter van de klimaatcommissie van de Verenigde Naties. Hij heeft gevochten voor wat hij waard was, om het verdrag erdoor te krijgen. Dit is helaas niet gelukt, doordat vriend Bush aan de macht kwam.
Vroeger en ook nu nog zien veel mensen het rendement van de natuur niet in. Langzamerhand wordt dit beter en mensen beginnen te beseffen wat er aan de hand is.
Wat doet Nederland er zelf aan?
Ook Nederland zal problemen krijgen als er geen maatregelen worden genomen. Dat bedacht de regering zich ook. In Nederland moeten we dan vooral denken aan het stijgen van het waterpeil. Dat zal in eerste instantie het meeste gevolgen hebben van temperatuurstijging. In 1953 hebben we in Zeeland een ernstige watersnoodramp gehad, en om te voorkomen dat dit nog een keer zou gebeuren moest er heel wat veranderen. De overheid stelde een onderzoekscommissie in, onder leiding van Dhr. Tielrooij.
Uit dat onderzoek kwam naar boven, dat er heel wat moet worden veranderd. Deskundige hebben berekend en verwachtten dat de zeespiegel de komende eeuw 1 meter zal stijgen. Dit betekent voor Nederland dat dijken met minimaal 1 meter verhoogd moeten worden en dat er meer en zwaardere pompinstallaties gebouwd moeten worden. Door de toename van het hoogteverschil tussen land en water zullen de pompen het water meer omhoog moeten pompen. Er zijn dus meerdere pompen nodig, maar ook meer energie. Verder zal er meer regen gaan vallen. Dit betekent dat rivieren meer water gaan vervoeren. Via de Rijn, Maas, Schelde en de Eem komt al het water van west-Europa binnen. De vraag is dan of hogere dijken en zwaardere pompinstallaties genoeg zijn.
De commissie Tielrooij ging brainstormen en kwam met het volgende; Vasthouden, bergen en afvoeren. Dat wil zeggen dat we moeten zorgen voor meer wateroppervlak in Nederland en het water wat er nu al ligt, zoveel mogelijk daar proberen te laten (vasthouden). Met “bergen” moet u denken aan uiterwaarden langs een rivier. Als het waterpeil van de rivier stijgt, loopt het water in de uiterwaarden. Als het peil weer daalt, loopt het water er weer uit. Echter wat is er gebeurd in Nederland? Men heeft bijna al die uiterwaarden volgebouwd. We hebben teveel land gedempt, zoals de IJsselmeerpolders bijvoorbeeld. We moeten water meer de ruimte geven.
Het Rijk, de provincies en de gemeenten hebben een afspraak gemaakt, een convenant gesloten. Nederland is verdeeld in 18 stroomgebieden en voor elk gebied moet een plan gemaakt worden. In elk gebied moeten polders worden aangewezen die voor nood dienen, warneer er een watersnoodramp plaatsvindt. Deze “calamiteitenpolders” moeten natuurlijk onbewoonbaar zijn. Maar waar vind je in Nederland nog polders waar geen huizen staan? Nergens! Dus zal de overheid huizen moeten opkopen en mensen eruit zetten. Dit gaat uiteraard met veel moeite en de emoties lopen soms hoog op.
Er zijn al meerdere ideeën geopperd. Een aantal goede alternatieven. Zoals huizen die kunnen drijven en woonboten. Het zal nog lang duren voordat Nederland er klaar voor is, maar met Willem-Alexander als waterbeheerder moet dit wel lukken.
Alternatieven
Ook Nederland zal problemen krijgen als er geen maatregelen worden genomen. Dat bedacht de regering zich ook. In Nederland moeten we dan vooral denken aan het stijgen van het waterpeil. Dat zal in eerste instantie het meeste gevolgen hebben van temperatuurstijging. In 1953 hebben we in Zeeland een ernstige watersnoodramp gehad, en om te voorkomen dat dit nog een keer zou gebeuren moest er heel wat veranderen. De overheid stelde een onderzoekscommissie in, onder leiding van Dhr. Tielrooij.
Uit dat onderzoek kwam naar boven, dat er heel wat moet worden veranderd. Deskundige hebben berekend en verwachtten dat de zeespiegel de komende eeuw 1 meter zal stijgen. Dit betekent voor Nederland dat dijken met minimaal 1 meter verhoogd moeten worden en dat er meer en zwaardere pompinstallaties gebouwd moeten worden. Door de toename van het hoogteverschil tussen land en water zullen de pompen het water meer omhoog moeten pompen. Er zijn dus meerdere pompen nodig, maar ook meer energie. Verder zal er meer regen gaan vallen. Dit betekent dat rivieren meer water gaan vervoeren. Via de Rijn, Maas, Schelde en de Eem komt al het water van west-Europa binnen. De vraag is dan of hogere dijken en zwaardere pompinstallaties genoeg zijn.
De commissie Tielrooij ging brainstormen en kwam met het volgende; Vasthouden, bergen en afvoeren. Dat wil zeggen dat we moeten zorgen voor meer wateroppervlak in Nederland en het water wat er nu al ligt, zoveel mogelijk daar proberen te laten (vasthouden). Met “bergen” moet u denken aan uiterwaarden langs een rivier. Als het waterpeil van de rivier stijgt, loopt het water in de uiterwaarden. Als het peil weer daalt, loopt het water er weer uit. Echter wat is er gebeurd in Nederland? Men heeft bijna al die uiterwaarden volgebouwd. We hebben teveel land gedempt, zoals de IJsselmeerpolders bijvoorbeeld. We moeten water meer de ruimte geven.
Het Rijk, de provincies en de gemeenten hebben een afspraak gemaakt, een convenant gesloten. Nederland is verdeeld in 18 stroomgebieden en voor elk gebied moet een plan gemaakt worden. In elk gebied moeten polders worden aangewezen die voor nood dienen, warneer er een watersnoodramp plaatsvindt. Deze “calamiteitenpolders” moeten natuurlijk onbewoonbaar zijn. Maar waar vind je in Nederland nog polders waar geen huizen staan? Nergens! Dus zal de overheid huizen moeten opkopen en mensen eruit zetten. Dit gaat uiteraard met veel moeite en de emoties lopen soms hoog op.
Er zijn al meerdere ideeën geopperd. Een aantal goede alternatieven. Zoals huizen die kunnen drijven en woonboten. Het zal nog lang duren voordat Nederland er klaar voor is, maar met Willem-Alexander als waterbeheerder moet dit wel lukken.
Alternatieven
Het versterkte broeikaseffect moet dus minder. Dat is een simpele conclusie. Nu maken we vooral energie van fossiele brandstoffen. Dit is een van de grootste CO2 uitstoter. Welke alternatieven zijn er voor energievoorziening?
Kernenergie
Veel mensen vinden kernenergie ook niet duurzaam, door de radioactieve bijproducten. Deze bijproducten zijn zwaar giftig voor de mens. Kernenergie heeft ook een slechte naam, met name door de ramp in Tjernobyl. Als er in Nederland soms kernafval vervoerd moet worden, gaan milieubewegingen meteen protesteren. Op dit moment is er het een en ander gaande in de kerncentrale van Petten. Er zou een scheurtje in een vat zitten. Dit werd meteen groot nieuws. Het voordeel van kernenergie is dat het veel energie oplevert en dat het het minst schadelijk voor het milieu is. Het wachten is op een techniek om de bijproducten af te breken.
Zonne-energie
Dit wordt steeds meer gebruikt, ook in Nederland. Door middel van zonnepanelen op huizen. Het grote nadeel is natuurlijk dat in Nederland niet altijd de zon schijnt. Per huishouden zijn zo’n 20 tot 40 zonnepanelen nodig.
Windenergie
Deze is tot nu toe de meest gebruikte en de meest schone manier. Een moderne windmolen is in staat om een jaar lang 300 tot 500 jaar huishoudens te voorzien van energie. Het nadeel hiervan is, er moet wel wind staan. De meeste molens worden dan ook vlak bij water neergezet, omdat daar het meeste wind is. Sommige mensen lopen te zeuren dat de windmolens het uitzicht verpesten, hierdoor wil de regering windmolenparken in de Noordzee gaan bouwen. Daar heeft niemand er last van.
Waterkracht
Twintig procent van de energie die op aarde wordt gemaakt, wordt al door middel van waterkracht gemaakt. In Noorwegen worden alle huishoudens van energie voorzien door middel van waterkracht. Deze energiewinning kan alleen plaatsvinden in gebieden waar hoogteverschillen zijn. Je hebt grootschalige en kleinschalige waterkracht. Grootschalige houdt in met een stuwdam. Nadeel hiervan is dat grote gebieden onderlopen en dat er vaak mensen moeten verhuizen. Kleinschalig is door middel van een soort dynamo in een rivier te plaatsen.
Verbranding van biomassa
Dit houdt in het verbranden van biologische producten. Dit lijkt slecht te zijn voor het milieu, omdat warneer je biologische producten verbrand komt er veel CO2 vrij. In de energiecentrales waar ze biomassa’s verbranden zetten ze evenveel nieuwe bomen weer neer, als dat ze gekapt hebben en die halen evenveel CO2 uit de lucht als dat er vrij komt. Die “nieuwe” bomen worden weer als biomassa gebruikt. Deze energiebron wordt dan ook wel de hernieuwbare bron genoemd. De volgende zijn geschikt als brandstof
● houtafval uit de bosbouw
● plantaardig afval uit de landbouw
● plantaardig afval uit de landbouwverwerkende industrie
● speciaal geteelde energie gewassen
In Nederland zijn er nu twee van dit soort centrales. Vooral in Scandinavië komen ze veel voor. De energie wordt veelal gebruikt voor stadsverwarming.
Is het al te laat om de klimaatveranderingen en het vergroten van het gat in de ozonlaag tegen te gaan?
Echt een antwoord, wat we ook kunnen bewijzen, kunnen wij niet geven. Een concreet antwoord lukt dus niet. Maar in zekere zin is het al te laat ja.
Want als je nu ineens alle CO2-uitstoot zou stoppen of zou minimaliseren, zou het misschien nog wel kunnen. Als we dat zouden kunnen realiseren dan zou het gat in de ozonlaag niet groter worden, misschien een klein beetje. En dan zou ook het klimaat ongeveer constant blijven, misschien wat lichte schommelingen. Maar dat kun je nooit realiseren. De CO2-uitstoot verminderd al, langzaam maar zeker wordt het wat minder. Het bouwt zich af, maar dit zet geen zode aan de dijk. Het gaat namelijk te langzaam. Willen we echt de klimaatverandering stoppen het gat van de ozonlaag niet groter willen maken, moeten we per direct stoppen met CO2-uitstoot. Maar zoals we al zeiden, dat kan nooit. Dan zouden meer dan de helft van de Nederlandse bedrijven hun deuren kunnen sluiten en dus ongeveer de helft van de Nederlandse bevolking zonder werk zitten..
De aarde zal langzaam steeds warmer worden en de zeespiegel zal ongemerkt steeds toenemen, hier kunnen we weinig meer tegen doen. hooguit zullen we het vertragen, en op den duur zal het misschien wel helemaal verdwenen zijn, het “versterkte” broeikaseffect. Wij hebben er echter een hard hoofd in. Je hebt altijd wel een paar van die eigenwijze mannetjes zo president Bush.
REACTIES
1 seconde geleden
K.
K.
Amerika is neemt 25% van de totale CO2 uitstoot voor zijn rekening.
het hoort te zijn: Amerika neemt 25% van de totale CO2 uitstoot voor zijn rekening
17 jaar geleden
AntwoordenT.
T.
he super goed werkstuk..thx
23 jaar geleden
AntwoordenE.
E.
Slechte kwaliteit, joh!!!!!
22 jaar geleden
AntwoordenI.
I.
wajoow hoe leip is is deze shit
22 jaar geleden
AntwoordenS.
S.
leipe shit ouwe!
14 jaar geleden
AntwoordenT.
T.
Geen bronnenlijst?
8 jaar geleden
Antwoorden