Algemene gegevens
Hella S. Haasse
Oeroeg
Querido’s Uitgeverij B.V.
Amsterdam 1948
(42e druk, 1995)
Gegevens over de schrijver
Hella S. Haasse schreef Nederlandse romans, essays, toneel en poëzie. Ze was geboren op 2 februari 1918 in Batavia.
Haar bekendste werken zijn onder andere: ‘Oeroeg’, ‘Heren van de thee’, ‘Sleuteloog’ en ‘Het woud der verwachting’. De schrijfster behoort tot de in het buitenland meest gelezen Nederlandse schrijvers.
Haar werk ‘Oeroeg’ beschrijft haar ervaring over hoe het voelt om een ‘vreemdeling in je eigen land’ te zijn, toen zij Indonesië bezocht wegens heimwee.
"nu heb ik het gezien, ik besef nu pas dat ik een vreemdeling ben, ook al is het mijn geboorteland." Hella S. Haasse 1976
Net als ‘Oeroeg’ spelen een paar van haar andere werken zich ook af in Nederlands-Indië, die de verschillen tussen de Nederlanders en inlanders aan bod brengen.
Samenvatting
De ik-persoon kijkt terug naar zijn leven toen Oeroeg nog zijn vriend was. Oeroeg was een inlandse jongen en zoon van Deppoh en Sidris. De ik-persoon is een Nederlander en is zoon van een plantersfamilie, waar Oeroeg zijn vader, Deppoh, werkt als mandoer.
De ik-persoon deed vroeger alles met Oeroeg. Hij pikt zelfs wat Soendanees op uit het huishouden van Oeroeg. Oeroeg spreekt heel slecht Nederlands. De vader van het ik-persoon merkt dit op en stoort zich hier aan. De ik-persoon heeft als kind niet door dat inlanders als minderwaardig worden gezien vergeleken met Nederlanders. Hierdoor begrijpt hij niet waarom zijn vader zich zo ergert aan de vriendschap tussen hem en Oeroeg, waar hij en zijn vader vaak onenigheden over hebben. Oeroeg merkt de ergernis van de ik-persoon zijn vader en begint zich te schamen voor zijn afkomst
De relatie tussen de ik-persoon en Oeroeg begint verder te vervagen wanneer het misgaat bij een bezoek aan Telaga Hideung, een diep, zwart meer waar de ik-persoon en Oeroeg altijd al heen wilden gaan als ontdekkingsreizigers. Tijdens de boottocht vallen een aantal mensen in het water en verdrinkt de ik-persoon bijna. Na het ongeluk komt de ik-persoon er achter dat hij was gered door Deppoh. Wanneer de ik-persoon vraagt waar hij is, krijgt hij te horen dat hij het niet heeft gered. Hierbij denkt de ik-persoon dat Deppohs dood zijn schuld was. Hij voelt zich schuldig tegenover Oeroeg. Zijn ouders betalen Oeroegs scholing. Verder komt Oeroeg op de onderneming van de ik-persoon zijn vader te wonen. Ze gaan allebei in Soekaboemi naar verschillende scholen sindsdien.
Nadat de ik-persoon zijn moeder, en later ook zijn vader, weggaan, komt de ik-persoon en later ook Oeroeg bij Lida te wonen. Lida is met pension en begint Oeroeg als zoon te beschouwen. Na de basisschool blijft Oeroeg bij Lida wonen en is hij van plan om met Lida’s hulp naar de Nederlands Indische Artsenschool te gaan. De ik-persoon gaat naar het internaat van het hbs, waar na enige tijd ook Oeroeg terecht komt.
De ik-persoon beseft zich dat hij en Oeroeg uit elkaar drijven. Oeroeg probeert zo min mogelijk met zijn afkomst te maken hebben en gaat meer om met zijn vriend Abdullah. Hij en Oeroeg willen allebei een onafhankelijk Indonesië.
Wanneer de ik-persoon vertrekt naar Nederland om ingenieur te worden, probeert hij ondanks de afstand tussen hem en Oeroeg nog gedag te zeggen. Oeroeg en de ik-persoon krijgen een heftige discussie en Oeroeg wil niks met de ik-persoon te maken hebben. De ik-persoon kent Oeroeg helemaal niet meer en de vriendschap is voorbij. Dit is vermoedelijk de laatste keer dat hij Oeroeg heeft gezien.
De ik-persoon krijgt heimwee en besluit na zijn opleiding Nederlands-Indië nog één keer te bezoeken. Wanneer hij nog voor een laatste keer bij Telaga Hideung staat, is hij oog in oog met een inlander die een geweer op hem gericht heeft. De ik-persoon denkt dat het Oeroeg is maar de inlander laat daar niks van merken. De ik-persoon vertrekt uit Nederlands-Indië en zal verder nooit weten of hij op dat moment Oeroeg tegenkwam. Hij heeft geaccepteerd dat hij niet langer thuis hoort in zijn geboorteland.
Verhaalanalyse
Ruimte
Het verhaal speelt zich eerst af in Nederlands-Indië, waar de ik-persoon en Oeroeg opgroeien. Later gaan de ik-persoon en Oeroeg studeren in Nederland. Wanneer de ik-persoon is afgestudeerd bezoekt hij nog één keer Nederlands-Indië omdat hij zijn geboorteland mist. Daarna blijft hij definitief in Nederland.
De tijd waarin het verhaal zich afspeelt is de periode toen Indonesië nog een kolonie van Nederland was. Nederlands-Indië is bijna onafhankelijk aan het einde van het verhaal. Het is daarom heel logisch dat het verhaal zich op deze plekken afspeelt. De hoofdpersonen zijn direct betrokken in deze periode omdat ze in Nederlands-Indië zijn opgegroeid en in Nederland hebben gestudeerd.
Personages
Ik-figuur: De ik-figuur groeit samen met Oeroeg op in Nederlands-Indië. Hij is de zoon van een plantersfamilie. Hij heeft Oeroeg leren kennen omdat zijn vader bij de ik-figuur zijn vaders onderneming werkt.
Hij is een round character omdat zijn gevoel over zijn geboorteland en Oeroeg verandert. Aan het begin van het verhaal lijken Oeroeg en de ik-figuur onafscheidelijk. Maar na de traumatische ervaring waarbij Oeroegs vader om het leven komt, houdt het ik-figuur een schuldgevoel over tegenover Oeroeg. Dit schuldgevoel vergroot wanneer Oeroeg hem als vijand ziet, omdat zijn vader en de Nederlanders in het algemeen de Indiërs als minderwaardig behandelden. De ik-figuur herkent Oeroeg niet meer en de vriendschap is voorbij.
Ook zijn gevoel over zijn geboorteland is anders. Waar hij zich eerst thuis voelde, daar wordt hij nu behandeld als een vreemde en een vijand.
De naam en het uiterlijk van de ik-figuur worden niet vermeld.
Oeroeg: Oeroeg is een intelligente inlandse jongen. Hij is vaak stil en zijn ogen worden als diep en ondoordringbaar beschreven. Hij is een round character. Zijn politieke opvattingen en zijn relatie met de ik-figuur zijn allebei aan het einde van het verhaal anders.
Al vanaf jongs af aan beseft hij zich dat hij anders wordt behandeld dan de ik-figuur. Ondanks dat hij weet dat hij minderwaardig is, kan hij steun zoeken bij de ik-figuur en later ook bij Lida. Zonder hen was hij waarschijnlijk niet ver gekomen. Wanneer hij studeert veracht hij zijn afkomst en wil hij er niets mee te maken hebben.
Tijdens zijn studie ontmoet hij mensen waarmee hij later zijn mening deelt. Wanneer hij afgestudeerd is, veracht hij juist de Nederlanders inclusief de ik-persoon. Hierdoor eindigt de vriendschap.
Vertelwijze
Perspectief
Het verhaal heeft maar één verteller, de ik-persoon. Dat is al duidelijk te concluderen vanaf het begin.
“Oeroeg was mijn vriend. Als ik terugdenk aan mijn kindertijd en mijn jongensjaren, verschijnt zonder uitzondering het beeld van Oeroeg in mij, als was mijn herinnering gelijk aan een van die toverplaatjes die we vroeger plachten te kopen, drie voor een dubbeltje: geelachtig glanzende stukjes met lijm bestreken papier, waarover men een potlood krassen moest, totdat de verborgen voorstelling aan het daglicht kwam. Zó komt ook Oeroeg tot me terug, wanneer ik me verdiep in het verleden.” Oeroeg blz. 5
Chronologie en structuur
Ondanks dat de ik-persoon terugkijkt op zijn tijd met Oeroeg, loopt het verhaal op chronologische volgorde. Hij begint zijn verhaal met hem en Oeroeg toen ze jong waren. Na Deppoh’s dood gaat het verhaal verder naar hoe Oeroeg en de ik-figuur samen in Soerabaja naar aparte scholen gaan. In de tijd dat ze naar de basisschool gaan, zijn de ouders van de ik-persoon gescheiden en hij komt samen met Oeroeg te wonen bij Lida.
Het verhaal versnelt naar de tijd dat de ik-persoon en Oeroeg naar hun opleidingen in Nederland gaan. De omstandigheden tijdens het studeren wordt kort uitgelegd over hoe de twee elkaar nog weinig zien. Nadat ze zijn afgestudeerd brengt de ik-persoon een bezoek aan Oeroeg, waar ze een conflict hebben en de vriendschap beëindigt. Kort daarna gaat de ik-persoon voor de laatste keer naar Batavia en komt hij tot het besef dat hij daar niet meer thuis hoort. Dat is waar het verhaal eindigt.
Thema en motieven
Het thema is een één zin samengevat: De jarenlange vriendschap tussen twee jongens die verwatert vanwege de ongelijkheid.
Wat steeds aan bod komt in het verhaal is de ongelijkheid tussen Oeroeg en de ik-persoon. Er wordt Oeroeg en de ik-persoon er steeds weer op gewezen dat ze niet met elkaar zouden moeten omgaan, De vader keurt het af en Oeroeg werd vaak geplaagd door het personeel. Later begint Oeroeg hier zelf ook in te geloven en schaamt hij zich voor zijn afkomst.
Nadat Oeroeg mensen ontmoet die hetzelfde als hem hebben ervaren begint hij een hekel te hebben aan de Nederlanders en alles wat met Nederland te maken heeft. Hij is boos om zijn hele leven een lager rang dan de ik-figuur te hebben gehad in Batavia.
Telaga Hideung, het Zwarte Meer, is ook een belangrijke plek in het verhaal en het heeft meerdere betekenissen voor het ik-persoon. Deppoh is daar gestorven en heeft een schuldgevoel tegenover Oeroeg achtergelaten aan de ik-persoon. Het diepe meer stelt de diepte en ondoordringbaarheid van Oeroeg en zijn donkere ogen voor. En het bevestigt zijn eenzaamheid wanneer hij zijn jarenlange vriendschap kwijtraakt en een vreemdeling is van zijn eigen geboorteland.
Titelverklaring
‘Oeroeg was mijn vriend.’ Oeroeg blz. 5
Oeroeg is de naam van de inlandse jongen waar de ik-persoon bevriend mee was. Zijn relatie met Oeroeg is waar het hele boek om draait.
Schrijfstijl
Wanneer er iets beschreven wordt, wordt het heel gedetailleerd beschreven waardoor het lange zinnen worden. Maar wanneer een van de personages een handeling vertoont, wordt dat gewoon simpel en kort genoteerd.
“Het vroegste beeld dat ik in mijn herinnering kan terugroepen, toont me de twee vrouwen tussen de marmeren zuilen van de achtergalerij, omringd door stapels wit verstelgoed. Oeroeg en ik kropen in eendere hansoppen van gestreepte stof rond tussen de potten met varens, die de stoep van de achtergalerij omzoomden. Rondom waren lichte, helkleurige vlekken, rood, geel en oranje, die in de wind heen en weer bewogen – in later jaren wist ik dat dit de camera’s waren, dicht opeengeplant op het achtererf. Oeroeg en ik zochten tussen het grind naar de enigszins doorschijnende steentjes, die inlanders wel polijsten tot ze op halfedelstenen lijken. De lucht was vol van het gezoem van insekten, woudduiven roekoeden in hun bamboestaken opgehesen kooien achter hun bediendenkamers. Een hond blafte, kippen stoken kakelend de weg over het erf, en bij de put klonk het plassen van water. De wind die van de bergen kwam, was koel, en voerde een vage rooklucht mee van de verderop gelegen desa’s. Mijn moeder schonk ons vanillestroop in gekleurde glazen – rood voor mij, groen voor Oeroeg. Het ijs tinkelde tegen de rand. Nooit kan ik de geur van vanille opsnuiven zonder dat dit beeld in mijn bewustzijn terugkomt – Oeroeg en ik, aandachtig drinkend, op de met steentjes bezaaide stoep – het wuiven van varens en bloemen in de wind, en alle ochtendgeluiden op het zonnige erf.” Oeroeg blz. 7-8
Af en toe worden er wel inlandse termen gebruikt, zoals mandoer, desa’s en koelies, maar het valt nog wel te snappen.
Plaats in de literatuurgeschiedenis
Het boek ‘Oeroeg’ was geschreven in 1940. In de jaren 1940 tot 1945 kwamen de thema’s zoals oorlogsbelevingen aan bod in de literatuur. Ook onderwerpen die daar dicht bij betrokken zijn zoals een pessimistische houding tegenover de wereld, verzet over taboes en dekolonisatie komen in deze literatuur voor. Hella S. Haasse schrijft de ik-persoon niet als een iemand met een pessimistische blik op de wereld, maar beschrijft juist de omstandigheden als realistisch, wat kenmerkend is voor haar. Aan het eind van haar boek, ‘Oeroeg’, is Nederlands-Indië bijna gedekoloniseerd.
Verfilming
De verfilming van ‘Oeroeg’ heeft een ander begin en einde aan het verhaal. De ik-persoon heeft in de film natuurlijk wél een naam gekregen, Johan ten Berghe. Ook werkt hij niet als ingenieur zoals in het boek, maar als luitenant in het Nederlandse leger.
De film begint in Nederlands-Indië. Het Nederlandse leger krijgt de opdracht om de mensen die strijden voor een onafhankelijk Indonesië onder controle te houden, beter bekend als de politionele acties. Johan merkt dat zijn geboorteland niet hetzelfde is als toen hij kind was. De film laat flashbacks zien van hoe het er vroeger aan toe was en zijn jeugd die hij doorbracht met Oeroeg.
Nog een verschil vergeleken met het boek is dat Johan niet was opgegroeid in Batavia, gelegen aan de noordkust van Java, maar in West-Java.
Hoe ze met elkaar omgaan komt overeen met het boek. Oeroeg zou zich ook regelmatig verstoppen in de les die Johan kreeg van zijn privédocent.
In de verfilming gaat Deppoh, de vader van Oeroeg, dood aan verdrinking. De aanleiding die hiervoor gegeven wordt, is anders dan in het boek. In het boek, redt Deppoh de ik-persoon van verdrinking in Telaga Hideung. In de film, ligt het anders. Wanneer Johan het water in valt, gaat zijn vader hem achterna en probeert hij hem te redden. Hij verliest alleen zijn horloge in het proces. Deppoh dook achter het horloge aan, sinds het eigendom is van zijn meester.
Terug in het heden, besluit Johan, net zoals de ik-persoon, Telaga Hideung te bezoeken en krijgt hij dezelfde confrontatie met een inlander zoals in het boek. In het boek is dit het einde van het verhaal. Echter, in de film gaat het verhaal nog wat verder. Nederlands-Indië wordt onafhankelijk en Johan krijgt Oeroeg nog een keer te zien. Terwijl er in het boek geen sprake is van verzoening, geeft Oeroeg aan in de film dat ondanks dat ze geen vrienden zijn vanwege de ongelijkheid, dat ze altijd broeders blijven. Johan geeft Oeroeg het horloge van zijn vader en de twee nemen afscheid.
De belangrijkste verschillen tussen de roman en de verfilming is dat de terugkeer van de ik-persoon in het boek vrij kort is, en in de verfilming wordt er hier veel meer aandacht aan besteed. Omdat verfilmingen nooit alles kunnen laten zien, hebben de makers gekozen om alleen de centrale momenten tussen Johan en Oeroeg te filmen en leggen ze extra nadruk op de ongelijkheid die er tussen de twee is, met de bioscoop scene, en dat ze daardoor verder uit elkaar drijven. Ook zijn de andere personages minder van belang in de film, dan in het roman, de focus ligt op Johan en Oeroeg. Het grootste verschil is vermoedelijk wel dat er soort van sprake is van verzoening tussen de twee is in de verfilming, hierdoor heeft het verhaal in de film een iets meer gesloten einde dan in de roman.
Beoordeling
Ik vond het boek interessant. In het begin was dit niet echt het geval, maar ik was alsnog nieuwsgierig naar wat voor persoon Oeroeg was. Toen de ik-persoon en Oeroeg minder met elkaar te maken kregen, kreeg ik sympathie voor de ik-persoon, omdat hij ondanks de verschillen, de vriendschap probeerde vol te houden. Ik vond het jammer dat uiteindelijk de twee elkaar vermoedelijk niet meer te zien krijgen.
Het boek motiveerde mij genoeg om de verfilming ook te zien. En persoonlijk, vond ik de verfilming boeiender. Ten eerste, omdat ik toch niet zo van het lezen ben en omdat mijn voorkeur veel meer gaat naar films en series. Ten tweede, omdat ik hoopte dat het goed zou komen tussen de ik-persoon en Oeroeg, en in de film is er toch soort van sprake geweest van een verzoening. Ik houd sowieso meer van gesloten eindes van open eindes, en in de verfilming is hier meer sprake van dan in het boek.
REACTIES
1 seconde geleden