Volledige titelbeschrijving
Willem Elsschot, Kaas. Querido’s Uitgeverij, Amsterdam, 198925 (19331 ).
Genre: Realistische Novelle
- Waarom gekozen? Verwachting en eerste reactie
Ik heb dit boek niet heel bewust gekozen, de titel sprak mij wel aan en ik ging er zonder al te veel verwachtingen in. Na een stukje te hebben gelezen kwam ik erachter dat het boek is geschreven in 1933, dit vond ik wel interessant maar ik maakte mij wel zorgen dat het boek mij hierdoor niet zou aanspreken of dat het heel saai zou zijn. Uiteindelijk viel dat gelukkig wel mee, ook doordat het en niet al te dik boek is en ik er vrij snel doorheen was.
- Beknopte samenvatting
Op een avond komt Frans Laarmans dronken thuis en krijgt hij het bericht dat zijn moeder op sterven ligt. Nadat zij is overleden ontmoet hij op haar begrafenis mijnheer Van Schoonbeke. Hij stelt Frans voor om een kaasimportfirma op te richten waar hij als alleenvertegenwoordiger kan werken. Frans meldt zich voor vier maanden ziek bij zijn kantoorbaan door een neppe doktersverklaring en begint aan zijn nieuwe carrière. Toch gaat dit niet heel soepel en heeft hij veel moeite met contacten en met het zakendoen. Hij stelt een aantal agenten aan om de kaas te verkopen maar is zelf eigenlijk alleen maar bezig met onbelangrijke zaken. Hij zorgt er wel voor dat alles in detail word verzorgd maar de kaas wordt nauwelijks verkocht. Hij schopt het wel tot vicevoorzitter van de Association Professionele des Negociants en Fromage en is heel succesvol in deze functie. Toch wil Frans liever kaas verkopen. Op het gebied van zakendoen wordt hij geholpen door Boormans, maar ook dit lijkt niet te werken omdat Frans weigert om een kaaswinkel te betreden. Uiteindelijk wordt er nog steeds bijna geen kaas verkocht en blijft hij zitten met twintigduizend kilo kaas in een opslagruimte. Frans keert terug naar zijn kantoorbaan.
Bron: https://www.scholieren.com/verslag/boekverslag-nederlands-kaas-door-willem-elsschot-64955
- Analyse
Open plekken:
Het verhaal is heel duidelijk en zakelijk geschreven en bevat hierdoor geen open plekken. Voor mij waren er ook geen onduidelijkheden of gedeeltes die vragen opriepen.
Tijd en ruimte:
Het verhaal speelt zich af in 1933 in Vlaanderen, vooral Antwerpen. De tijd en het verhaal zijn erg met elkaar verbonden, dit omdat het verhaal speelt in 1933 en de gang van zaken toen heel anders verliep dan nu of zelfs 30 jaar geleden. De plaats is ook belangrijk, Frans is vertegenwoordiger van een Nederlands kaasfirma in België, het zou zich wel in een andere grote stad in België kunnen afspelen. De verteltijd is 3 uur en de vertelde tijd ongeveer 2 a 3 maanden.
Vertelinstantie:
Het verhaal wordt verteld vanuit de ik-persoon. Je weet verder niks over wat andere personages doen of denken, dit maakt het verhaal heel duidelijk en overzichtelijk.
Gebeurtenissen en verhaallijnen:
Twee belangrijke verhaallijnen zijn de persoonlijkheid van Frans en het verkopen van de kaas. Het lukt Frans maar niet om de kaas te verkopen en dat heeft hij deels te danken aan zichzelf. Hij is erg bescheiden en durft niet een kaaswinkel in te gaan om klanten te maken.
Personages:
De hoofdpersoon is Frans Laarmans. Hij is een hele bescheiden en nederige man, zo omschrijft hij zichzelf ook. Je leert hem dus direct kennen. Dit wordt ook duidelijk wanneer hij instemt om vertegenwoordiger te worden van de Kaasfirma. Hij kan moeilijk meedraaien in het bedrijfsleven en durft niet tegen de plannen van Schoonbeke in te gaan. Een andere gebeurtenis wat een voorbeeld hiervan is, is wanneer Frans gaat praten bij de club van Schoonbeke. Hij schrikt hier van zijn eigen stem.
Een bijpersoon is Van Schoonbeke. Hij is een vriend van Frans’ broer en brengt Frans in contact met Hornsta, een kaashandelaar. Hij is de opdrachtgever van Frans.
Een ander bijpersoon is Dokter Laarmans, de broer van Frans. Hij helpt Frans aan een doktersverklaring zodat hij weg kan blijven van zijn werk. Hij twijfelt wel over zijn nieuwe beroep als kaashandelaar.
En als laatste: Fine Laarmans, de vrouw van Frans. Een slimme vrouw die hem helpt en aanvult. Ze heeft wel twijfels over het nieuwe plan van Frans maar steunt hem wel.
Motieven:
Een motief dat steeds terugkomt en heel belangrijk is in het verhaal is dat Frans niet in het bedrijfsleven past en hier steeds weer mee geconfronteerd wordt. Hij raakt hierdoor gefrustreerd maar blijft proberen zich omhoog te werken. Een ander motief is kaas, het hele verhaal draait om de verkoop van kaas. Ook de buurvrouw van Frans komt vaker terug in verhaal, ze bemoeit zich heel veel met Frans.
- Biografische gegevens over de auteur
Willem Elsschot is in 1882 geboren in Antwerpen. Hij gaat daar naar het Atheneum en komt voor het eerst in contact met literatuur door zijn leraar Nederlands, Pol de Mont. Hij wordt verwijderd van het Atheneum vanwege baldadigheid. Later sluit hij zich aan bij kunstenaarsclub De Kapel en wordt hij dichter. Uiteindelijk haalt hij ook nog een diploma. Zijn eerste roman is Lijmen uit 1924 maar deze wordt nog niet echt opgemerkt. Pas in de jaren dertig wordt Elsschot bekender. Hij overleed in 1960.
- Evaluatie : gebeurtenissen, personen, opbouw en taalgebruik
Ik vond het een leuk boek omdat het heel duidelijk verteld werd en daardoor ook makkelijk was te lezen. De hoofdpersoon kwam ook heel echt over op mij en je leert meteen wat voor soort persoon hij is. De hoofdpersoon gedroeg zich heel anders dan dat ik zou doen maar dat maakte het juist interessant. Ik vond het verhaal niet spannend omdat het over het verkopen van kaas gaat, maar dat was ook niet echt nodig bij dit boek.
- Recensie
Tijdloze humor die charmant geschreven is
door Marvin O. 16 november 2017
De boeken van Willem Elsschot (1882-1960) worden momenteel in een nieuwe uitgave op de markt gebracht, inclusief een nawoord en wat annotaties. Elk van deze uitgaven is voorzien van een nieuw omslagontwerp van de hand van Herman Houbrechts. Het nawoord is telkens van een andere hand. Voor het nawoord van Kaas zorgde Peter Vandermeersch.
In Kaas mag Elsschots alter ego Frans Laarmans opnieuw optreden. Hij speelde al een hoofdrol in Lijmen, dat tien jaar eerder verscheen. Laarmans is nog steeds kantoorklerk maar krijgt kort na de dood van zijn moeder de kans om kaashandelaar te worden. Mijnheer Van Schoonbeke, een man die hij toevallig ontmoette op de uitvaart van zijn moeder, regelt deze kans voor hem. Zonder dat hij er zelf veel aan te beslissen heeft, wordt hij importeur van de Edammer kazen van de Nederlandse firma Hornstra, en dit voor heel België en het Groothertogdom Luxemburg. Vrijwel meteen krijgt Laarmans het wat hoog in de bol. Hij heeft geen … ahum … kaas gegeten van deze stiel en iedere lezer weet daarom meteen dat Laarmans gedoemd is om te falen. Ook Laarmans’ familie weet dat maar niemand werkt hem tegen. Laarmans houdt zich meer bezig met de inrichting van zijn kantoor dan met het verkopen van kaas en dat moet wel op een fiasco uitdraaien.
Kaas laat zich in geen tijd uitlezen, en dat is kenmerkend voor alle boeken van Elsschot. Elsschot is nooit een veelschrijver geweest, noch wat betreft aantal boeken, noch wat betreft volume. Altijd opnieuw beperkte hij zijn woorden tot deze die nodig waren. In zijn teksten staan geen punten, komma’s, bijwoorden of bijvoeglijke naamwoorden te veel. Dat rechtuit zeggen waar het op staat of het kunnen situeren van een situatie met slechts een paar rake woorden, gecombineerd met personages waarvan we geloven dat we ze morgen zomaar op straat tegen kunnen komen, is precies wat Elsschots boeken zo charmant en populair maakt. Alhoewel sommige boeken van Elsschot ondertussen reeds ouder zijn dan zijn lezers en zijn schrijfstijl dus per definitie wel ouderwets moet zijn, werkt deze net verfrissend in een tijd waarin het gemiddelde boek minstens dubbel zo dik is als Kaas en waarin protagonisten veelal over een haast onmenselijke moed en uithoudingsvermogen lijken te beschikken. Elsschots personages zijn niet moedig en geen falen is hen vreemd. Daarbovenop is het idee van dit boek ook nog steeds heel fris. Er zijn maar weinig aanpassingen nodig om het verhaal te laten passen in een hedendaagse context. Kaas is niet zonder reden de meest vertaalde Vlaamse roman aller tijden geworden. Nog niet zo heel lang geleden (1999) werd het boek ook verfilmd.
Elsschot portretteert de hoofd- en bijfiguren naar zichzelf en vrienden of familieleden. Laarmans is een karikatuur van de schrijver, waarin hij zijn meest laffe kenmerken uitvergroot heeft. Die uitvergroting maakt van Kaas een heel grappig boek. Scène na scène ontvouwt zich en niets van wat Laarmans wil bewerkstelligen, lukt, maar toch blijft de man zichzelf een gewichtig zakenman vinden die omwille van zijn status niet ontbijt, maar dejeuneert. Esschot was zelf een reclameman van beroep en alhoewel hij succesvol was, vond hij de publiciteitswereld toch weerzinwekkend. Daar wilde hij over schrijven maar hij maakte er een kaashandel van omdat hij kaas nog weerzinwekkender vond. Laarmans vindt dit ook en dat net hij dan in de kaashandel terechtkomt, zorgt voor de nodige grappige momenten. De humor in het boek lijkt wel tijdloos te zijn want hij werkt nog steeds. Dat Laarmans uiteindelijk mislukt is niet de clou van dit boek. Het is de manier waarop dat gebeurt dat het boek zo aangenaam om te lezen maakt.
Deze recensent is erg positief over het boek. Hij schrijft dat Elsschot zijn woorden beperkte tot deze die nodig waren, wat zorgt voor een dun en snel te lezen boek. Ik vond dit ook heel prettig omdat je er snel doorheen ben en je geen langdradige en overbodige informatie krijgt. Ook vindt de recensent het een grappig boek door de manier waarop Elsschot kenmerken van zichzelf terug heeft laten komen in de hoofdpersoon. Hier ben ik het ook mee eens, de eigenschappen van de hoofdpersoon zorgen voor grappige situaties in het verhaal.
REACTIES
1 seconde geleden