1. Datum 22 mei 2001 2. Titel Het Achterhuis 3. Auteur Anne Frank 4. Genre Het hele boek is autobiografisch, een door Anne zelf geschreven dagboek. Een paar voorbeelden om dat aan te geven: Anne Frank heeft het allemaal echt meegemaakt, is echt ondergedoken (ook met de genoemde families uit het dagboek) en is ook echt weggevoerd naar een concentratiekamp in Duitsland. Je zou het ook een psychologisch boek kunnen noemen, omdat Anne in haar dagboek vooral gedachtes en gevoelens beschrijft die zij voelt. 5. Karakterbeschrijvingen Anne Frank is duidelijk de hoofdpersoon in het boek. Alles wordt vanuit haar oogpunt verteld. In het begin van het boek is ze een meisje van 13 wat zich gedurende de onderduiking ontwikkelt tot een jonge vrouw. Deze ontwikkeling is duidelijk te merken in haar schrijfstijl en gevoelens. Ze is een vrij opstandig meisje, ze gaat altijd tegen de 'ouderen' in. Ze heeft vaak ruzie met haar moeder, maar haar vader is haar grote steun en toeverlaat. Ze wordt verliefd op Peter die ze in het begin van de onderduiking een vrij saaie jongen vindt. Anne wordt sneller volwassen dan andere meisjes van haar leeftijd, waarschijnlijk door de invloed van de oorlog, dit verandert haar manier van denken. Anne is een vrij in zichzelf gekeerd meisje, als het om (haar) gevoelens gaat. Ze wil eens goed kunnen discussiëren met de andere mensen, maar die vinden haar maar een vervelend meisje en zodra ze tegen haar moeder ingaat wordt deze meteen kwaad. Anne begrijpt haar moeder niet en heeft een vrij kille band met haar. Anne heeft grote plannen voor de toekomst, ze is zeer ambitieus en wil schrijfster en journaliste worden. De rest van de personen die in het boek een rol spelen, worden alleen door Anne beoordeeld en beschreven. De karaktereigenschappen die Anne hen toeschrijft, zijn slechts haar mening. Margot Frank is de oudere zus van Anne. Margot is Anne haar grote voorbeeld. Ze vindt haar de knapte, mooiste, beste en de liefste. Margot is een serieuze jonge vrouw. Dit merk je aan haar opmerkingen en haar doen en laten. Margot houdt zich een beetje op de achtergrond in het achterhuis. Ze laat het allemaal maar over zich heenkomen en hoopt natuurlijk dat de oorlog zo snel mogelijk voorbij zal gaan. (Verder zijn er niet zoveel karaktereigenschappen aan Margot toe te schrijven, omdat Anne niet al te veel over haar uitweidt.)
6. Tijd Het verhaal speelt zich af in 1942, vanaf het moment dat Anne Frank haar dagboek krijgt (12 juni) en daar voor een periode van ruim twee jaar (tot 22 augustus 1944) haar gevoelens en belevenissen in uit. 7. Plaats Het grootste deel van Het achterhuis speelt zich af in het achterhuis, de achterste 'geheime' ruimte van het bedrijf Opekta (te Amsterdam), waar Otto Frank werkzaam is geweest. In het begin van Anne haar dagboek vertelt Anne verhalen over school, vriendjes en vriendinnetjes. Deze spelen zich af op school of bij Anne thuis. 8. Titelverklaring De familie Frank was gedwongen onder te duiken in Het Achterhuis, het huis wat zich bevond achter de boekenkast in het bedrijf van Otto Frank. Daar hebben de leden van de familie Frank, en de andere onderduikers, de zwaarste (en voor enkele de laatste) jaren van hun leven doorgebracht. 9. Thema Het thema is grof gezegd Oorlog. Door de Tweede Wereldoorlog is het leven van Anne Frank totaal veranderd. Ze schrijft in haar dagboek over de dingen die haar bezighouden. Zo vertelt ze over haar relatie tot de andere onderduikers. Haar ontwikkeling van een klein meisje tot een jonge vrouw vormt een belangrijk onderdeel van het boek. Tijdens het lezen is deze ontwikkeling goed op te merken. 10. Eigen mening Ik vond het boek qua inhoud niet echt mooi, spannend of goed geschreven. Het boek is ook in een hele andere tijd geschreven, waardoor Anne een ouderwets taalgebruik heeft in haar dagboek, wat het weer minder aantrekkelijk maakt om door te lezen. Desalniettemin is de hele achtergrond, de werkelijke inhoud van het boek heel intrigerend. Het feit dat dit alles waar gebeurd is maakt dat er een echt beeld wordt gevormd van de 'zoveel miljoen vermoorde Joden uit de Tweede Wereldoorlog'. Alles wat Anne beschrijft in haar dagboek (vooral gevoelens) zijn voor mij heel moeilijk te begrijpen. Het gevoel van opgesloten zitten, de onzekerheid en het verlangen naar vrede. Voor mij zo vanzelfsprekend, voor die mensen een droom. Daarom spreken Annes teksten mij niet zo aan. Ik probeer ze te interpreteren, maar het lukt gewoon niet. Voor de lezer van het dagboek is het zeer hard om de verlangens van een meisje naar vrede en vrijheid te lezen, als je weet dat ze uiteindelijk sterft. Een jong meisje, zoals ik, met toekomstplannen, zoals ik, gewoon niet te begrijpen dat zoiets is gebeurd. Het lezen van Het achterhuis (wat ik vier jaar geleden ook al had gelezen) is een deel van de algemene ontwikkeling. Niet omdat het boek zo goed is, maar om de symbolische betekenis. Ieder mens moet de gevoelens van een meisje zoals Anne Frank gewoon gelezen moeten hebben. Of je ze nou begrijpt, herkent of ze niet kan plaatsen.
11. Samenvatting. Anne Frank, een Duits Joods meisje, was met haar ouders en zus naar Amsterdam gevlucht in 1933, toen ze vier jaar was. In 1942, op haar dertiende verjaardag, krijgt ze een dagboek cadeau. Op deze dag schrijft ze voor het eerst in het boek. Ze verslaat haar belevenissen in de vorm van brieven die ze aan een denkbeeldige vriendin, Kitty, schrijft. In de eerste weken na haar verjaardag gaat ze nog naar het joods Lyceum in Amsterdam, maar al snel moet ze, samen met haar familie, onderduiken. Ze betrekken het achterhuis van het kantoorpand, waarin haar vader, Otto Frank, heeft gewerkt. Door middel van een boekenkast worden ze van de buitenwereld afgesloten. Het werk in het kantoor gaat gewoon door, dus de onderduikers moeten overdag muisstil zijn. Na een week komt de familie Daans (hun werkelijke naam is Van Pels) bij hen inwonen. Vier maanden later volgt Pfeffer, een tandarts, die in werkelijkheid Albert Dussel heet. Anne moet haar kamer met hem delen, hoewel ze hem niet zo mag. Via de radio, die ze 's avonds stiekem beluisteren, horen ze berichten over het verloop van de oorlog. De spanning is te snijden met zoveel mensen in zo'n kleine ruimte en Anne heeft vaak ruzie met haar moeder en mevrouw Daans. De enigen met wie Anne kan praten zijn haar vader en Peter Daans. Een aantal mensen van het kantoor voorzien de onderduikers van eten en boeken. De echte namen van deze helpers zijn Anne niet bekend: meneer Kleiman is voor haar meneer Koophuis, meneer Kugler wordt Kraler genoemd. Dan zijn er nog de dames Miep Gies, die Miep van Santen wordt genoemd, en Bep Voskuijl, voor de onderduikers Elli Vossen. Op 4 augustus 1944 valt de Grüne Polizei het achterhuis binnen. Anne Frank en de zeven andere onderduikers worden gearresteerd. Vanuit het doorgangskamp Westerbork in Nederland worden de acht onderduikers met het laatste transport naar Auschwitz getransporteerd. Na een maand in Auschwitz worden Anne Frank en haar zuster Margot in oktober 1944 op transport gesteld naar het kamp Bergen-Belsen. In dit kamp sterven duizenden mensen per dag door honger en ziekte. Margot en Anne krijgen tyfus en sterven kort na elkaar in maart 1945, enkele weken voor de bevrijding.