En dan is er koffie door Hannes Meinkema

Titel: En dan is er koffie
Auteur: Hannes Meinkema Hoofdstuk 1A: Samenvatting Het boek begint bij Rosa in haar flat. Rosa is 26 jaar oud en is lerares Nederlands.Ze leeft in een hippie milieu, waarin alcohol, hasj en seks centraal staat. Op de school waar ze werkt wordt ze door haar collega's niet geaccepteerd. Ze is de oudste dochter in een gezin van drie kinderen. Ze heeft een andere vader als de andere twee kinderen. Haar vader is een Duitse officier, die haar en haar moeder Cora heeft laten zitten. Haar stiefvader Jaques heeft haar aangenomen als haar eigen kind en ze draagt dus zijn achternaam net als de andere kinderen. Jaques en zij kunnen het niet zo goed met elkaar vinden en de relatie tussen haar en haar moeder is ook niet al te best. Ook door haar familie wordt ze niet geaccepteerd zoals ze is. Tussen haar stiefvader en haar moeder gaat het ook niet zo goed. Cora (haar moeder)vind dat Jaques te onbeleefd doet tegen mensen. En Jaques vindt dat Cora lui is. Rosa heeft een halfbroer die Jaap heet en 22 jaar oud is. Jaap heeft een liefdes relatie met Josien en ze wonen stiekem samen. Dit doen ze zodat de vader van Jaap geld op blijft sturen.Jaap denkt dat hij de eerste is die seks met Josien heeft, maar op zondag verteld ze hem dat ze al eerder een relatie heeft gehad, met Harry. Harry heeft haar laten zitten toen ze zwanger was. Ze heeft toen een onvakkundige abortus gepleegd. Door dit vehaal was Jaap erg geschokt, dit zorgde voor een spanning tussen hun. Rosa heeft ook een halfzusje die Arja heet en 20 jaar oud is. Ze is waarschijnlijk lesbisch en zit acher haar vroegere lerares Marion aan. Ze doet zelfs boodschappen in de winkel waar Marion dat ook doet. Rosa heeft een vrije relatie met Douwe. Ook heeft ze een relatie met Boudewijn, die ze heeft leren kennen toen ze in een café met haar moeder koffie ging drinken. Douwe heeft ook een relatie met een ander meisje, Louise. Op vrijdag is er een feest in het cultureel centrum. Rosa gaat er met Boudewijn heen en Douwe gaat er met Louise heen. Op het feest trekken Douwe en Rosa heel erg naar elkaar toe. En Louise gaat alleen naar huis. Rosa wordt door Douwe en Boudewijn thuisgebracht. Louise volgt het drietal. Op straat schopt Rosa een hoop stennis. De volgende dag maakt Rosa het uit met Boudewijn. Op zondag viert Jaques zijn achtenvijftigste verjaardag. De hele familie is er(ook Josien), maar de sfeer is gespannen.Er wordt maar weer eens koffie gedronken, maar er blijft een nare sfeer hangen. Cora vertelt aan Josien dat Rosa een andere vader heeft. Dat neemt Rosa haar niet in dank af. Rosa is dan ook blij dat Douwe belt. Douwe nodigt haar uit om de volgende dag een kopje koffie te komen drinken. Hoewel ze geen koffie meer kan zien neemt ze het aanbod toch aan. Na he telefoontje gaat ze gelijk terug naar Amsterdam. Hoofdstuk 1B Analyse 1A Titelverklaring: En dan is er koffie is spottend bedoeld. Spottend over de manier waarop er met koffie geprobeerd wordt om gezelligheid te scheppen. In dit boek doen ze dat, omdat ze allemaal zo anders zijn en ze anders niet weten wat ze met elkaar moeten doen.
1B Thema: Het verschil van cultuur binnen de familie 2 Genre: Psychologische roman 3 Motieven: Eenzaamheid, cultuurverschillen 4 Perspectief: De verschillende romanfiguren worden vanuit de derde persoon beschreven (hij-perspectief). 5 Tijd: Het boek is verdeeld in zeven hoofdstukken en hebben een titel (van maandag tot en met zondag). Elk hoofdstuk bevat de gebeurtenissen van 1 dag. Het tijdsverloop is chronologisch met een aantal flash-backs. Het verhaal begint op maandag en eindigt op de zondag. De zondag is het hoogtepunt. 6 Ruimte: En dan is er koffie speelt zich voornamelijk af in Amsterdam. Verder nog in een stad waar Rosa's ouders en halfzusje wonen.
7 Opbouw: De roman bestaat uit 7 hoofdstukken, die elk de gebeurtenissen van één dag beslaan. De namen van de dagen zijn de hoofdstuktitels. Strikt genomen is En dan is er koffie niet zozeer een roman maar meer een reeks schetsen, waarin dezelfde figuren voorkomen en de gebeurtenissen in chronologische volgorde plaatsvinden. 8 Personages: Rosa Verburgt: Rosa is 26 jaar en lerares Nederlands in Amsterdam. Ze gedraagt zich geëmancipeerd, maar is eenzaam en erg onzeker. Rosa leeft in een milieu waar drank, seks en hasj centraal staan en ze ziet er uit als een hippie. Ze zet zich erg af tegen haar familie en haar werkkring. Die vindt ze allemaal wel heel erg burgerlijk. Ze is de dochter uit het eerste huwelijk van haar moeder met een Duitse officier. Dit hoort ze echter pas op de verjaardag van haar stiefvader. Rosa heeft een verhouding met Douwe, die wat jonger is. Rosa heeft af en toe tijdelijke vriendjes, op dit moment is dat Boudewijn. Ondanks de ruzies met Douwe voelt ze zich nergens zo prettig als bij hem. Rosa is een rond karakter. Arja Verburgt: Arja is de halfzus van Rosa. Ze is 20 jaar, studente en verliefd op de ex-lerares Marion. Ze hangt zeer aan haar vader en verwijt haar moeder dat deze te weinig voor hem doet. Arja durft ook niet goed zelfstandig te zijn. Zij is een vlak karakter. Jaap Verburgt: Jaap is de halfbroer van Rosa, 23 jaar, student medicijnen. Hij is zeer conservatief , egoïstisch en afhankelijk van de mening van anderen. Hij is het evenbeeld van zijn vader. Jaap leeft samen met Josien, een meisje van eenvoudige komaf. Zijn vader mag absoluut niet weten dat hij met haar samenwoont, want daarmee zou hij de toelage van zijn vader op het spel zetten. Hij is een vlak karakter. Cora Verburgt: Cora is de moeder van Rosa, Arja en Jaap. Ze heeft conservatieve opvattingen en probeert haar knorrige echtgenoot te verontschuldigen. Cora is kortstondig getrouwd geweest met een Duitse officier en uit deze relatie is Rosa geboren. Cora kan het echter niet zo goed vinden met haar oudste dochter. Ook de relatie met Jacques verloopt niet soepel. Cora's pogingen om contact te leggen met dominee Karel en zijn vrouw Christa worden door Jacques de grond ingeboord. Zij is een vlak karakter. Jacques Verburgt: Jacques is 58jaar en getrouwd met Cora, de stiefvader van Rosa en de vader van Arja en Jaap. Hij is huisarts en zeer egoïstisch. Jacques' uiterlijk wordt als een karikatuur beschreven : kaal, te dik en dunne beentjes. Hij is een vlak karakter. Josien Verkerk: Josien woont samen met Jaap. Ze wil het leven hem zo aangenaam mogelijk maken en probeert de rol van aanstaande huisvrouw zo goed mogelijk te vervullen. Ze wordt door Jaap onderdrukt en mag zelfs de telefoon niet opnemen. Dit uit angst dat de vader van Jaap er achter komt dat ze samenwonen. Omdat Josien ook door haar vorige vriend, Harry, slecht is behandeld en zij de herinnering aan een abortus met zich meedraagt, heeft ze een sterk minderwaardigheidscomplex. Dit maakt haar onzeker. Jaap weet hier niets van. Ze is een vlak karakter. Hoofdstuk 2: De schrijver Hannes Meinkema is het pseudoniem voor Hannemieke Stamperius. Ze is in september
1943 geboren toen haar moeder, Jaco Stamperius, tijdens de tweede wereldoorlog zat ondergedoken in Tiel. Haar moeder leerde haar vader kennen in een Utrechtse verzetsgroep en heeft altijd gedacht dat ze na de oorlog zouden trouwen, maar na de oorlog weigert haar vader haar als zijn kind te erkennen. Als Hannemieke bijna vijf jaar is, trouwt haar moeder met een arts. Deze arts neemt een van zijn drie dochters uit een vorig huwelijk mee in dit huwelijk met haar moeder. Hannes Meinkema heeft onder deze omstandigheden geen prettige jeugd. Zij en een van haar halfzusjes, Maartje, worden voortdurend tegen elkaar uitgespeeld en haar stiefvader is ontzettend streng en slaat haar. Haar moeder keurt dit alles goed, gaat er ook in mee, want ze heeft heel veel respect voor haar man. Meinkema heeft dan ook een haat-liefde verhouding met haar moeder. Later, als Meinkema al een dertiger is, overlijdt haar moeder aan longkanker. Ze is er niet bij als ze sterft door bemoeienis van haar stiefvader. Kort daarop hertrouwt deze man met zijn secretaresse. Meinkema is in 1968 getrouwd met een man die ze aanduidt met E. in interviews. E. is een polygame man, terwijl Meinkema heel preuts en monogaam is. Ze heeft zich aan hem aangepast, maar uiteindelijk is ze toch van hem gescheiden. In 1987 adopteert ze als alleenstaande vrouw een Braziliaans meisje, Vita. Meinkema heeft Nederlands in Utrecht gestudeerd en promoveert in 1977 cum laude op een proefschrift over Verzen van Hendrik Marsman. Voordat ze romans gaat schrijven heeft ze dan ook eerst een universitaire loopbaan geprobeerd. En tijdens het solliciteren bij verschillende universiteiten, valt het haar op dat ze slecht behandeld wordt omdat ze een vrouw is. Ze weet zich met subsidies toch te redden en tegen haar dertigste schrijft ze haar eerste roman, De maaneter (1974). Pas met haar roman En dan is er koffie (1976) krijgt ze succes. Dit boek wordt opgepakt als een cultboek, een boek dat volgens velen als geen ander de tijdgeest van de jaren zeventig uitademt. In de jaren zeventig schrijft ze verder nog Het wil nog maar niet zomeren, De groene weduwe en Het binnenste ei. Enkele van haar meer recentere werken zijn: Moeders kindje (1992), Een geluid als van onweer (1993), De speeltuin van Teiresias (1994) en dan nu Dora (1995). Hoofdstuk 3: De cultuurhistorie Het verhaal speelt in de jaren '70. Het gaat namelijk over de hippie tijd en de jaren '70 worden een aantal keer genoemd. Je kunt zien dat het de jaren '70 speelt omdat Rosa zich afzet tegen haar ouders, de rest van de familie en het katholieke geloof. Ze rookt joints, haar kamer is een rotzooi en ze besteedt geen aandacht aan haar werk en heeft allemaal rare kleren aan. Mensen wonen stiekem samen en gaan vroeg trouwen. Iemand pleegt zelf abortus omdat het eigenlijk niet mag. Dat zijn allemaal dingen die vaak voorkwamen in de hippie tijd. Hoofdstuk 4: De lezer Ik vind 'En dan is er koffie' geen goed boek. Het onderwerp (familieproblemen, drank en drugs, de jaren '70) leek mij een leuk onderwerp. In dit boek wordt alles echter heel erg uitgebreid verteld. Het verhaal duurt te lang, of eigenlijk te kort want het hele boek duurt maar een week. Er zijn weinig gebeurtenissen, Rosa maakt eigenlijk niets ingrijpends mee, wat ik wel belangrijk vind voor een verhaal. Ik vind dat belangrijk omdat je dan ook wilt doorlezen, omdat je dan wil weten wat er gaat gebeuren. In 'En dan is er koffie' word er naar de verjaardag van haar stiefvader toegewerkt. Dat is vind ik nou niet echt boeiend. Er gebeurt uiteindelijk wel iets, voor Rosa, ingrijpends. Rosa krijgt te horen dat haar vader, niet haar echte vader is. Het is alleen jammer dat het einde zo wordt afgeraffeld. Ik vind de personen wel grappig en boeiend. Ik vind het leuk om van iedereen gedachtes te weten te komen, zo hoor je twee kanten van een verhaal en kun je het karakter van die personen beter leren kennen. Ik vind de opbouw goed. Ik kan het verhaal goed volgen. Ondanks alle gedachten van alle personages, en de informatie die je van de schrijver verkrijgt wat soms heel verwarrend was omdat je dan niet meer wist van wie de gedachten kwamen, of dat de verteller wat vertelde. Ik stoorde me niet aan het taalgebruik hoewel het af en toe wel grof was. Bijvoorbeeld: En dan smijt ze het gebarsten glas ook nog iets te hard in de vuilnisbak. Komt die hele zak vol scherven. Snijdt ze straks haar poten als ze dat kloteding op straat zet. Er staan er al vijf. En stonken, man. Niks stinkt zo godvergeten stinkerig als ouwe vuilniszakken.