1. Inleiding
a. Ik heb het boek “De pagode” van Gerrit Komrij gelezen. Dit is een nouvelle, uitgegeven in 1990 door Magazijn de Bijenkorf ter gelegenheid van de literaire Boekenmaand van maart 1990.
b. Gerrit Komrij is geboren op 30 maart 1944 in Winterswijk. Hij maakte zijn debuut in 1968 met de poëziebundel: “Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten.” Gerrit Komrij houdt zich niet aan 1 genre. Hij experimenteert met verschillende genres: Poëzie, romans, novelles, korte verhalen, essays, toneel, columns, bloemlezingen.
Enkele van zijn jongere werken zijn: Een zakenlunch in Sintra en andere Portugese verhalen (1996, verhalen), Niet te geloven (1997, essay ter gelegenheid van de Boekenweek), Pek en zwavel (1997, polemieken en essays, een keuze), In Liefde Bloeyende. De Nederlandse poëzie van de twaalfde tot en met de twintigste eeuw in honderd en enige gedichten (1998, poëzie en commentaren), Poëzie is geluk (2000, rede).
Het is ontzettend moeilijk om de literaire stroming van Komrij’s oeuvre te bepalen. Doordat de schrijver steeds een ander karakter hanteert in zijn werken, is het ook voor critici moeilijk hem tot een 1 bepaalde stroming te rekenen. Hij gebruikt literaire technieken uit verschillende stromingen, zoals surrealisme, neoromantiek, symbolisme, classicisme en modernisme.
Er is ook nog een bijzonderheid om te vermelden: Gerrit Komrij is Dichter des Vaderlands.
Zijn citaat is: “Dat is misschien wel mijn diepste drijfveer: misplaatst zigeunerschap. Lange stok, knapzak eraan en fluitend langs 's Heren wegen. Snotneuzen, boeven, zigeuners, dieren, die hebben de wijsheid in pacht.” (HP/De Tijd, 21-5-1993)
2. Kern
a. De nouvelle die ik gelezen heb, “De pagode”, gaat over een butler met de naam Thomas, die jarenlang bij een rijke familie dient. Hij heeft vooral een goede band met de zonen van het gezin, Edmund en Victor. Met hen speelde hij altijd toen ze klein waren. Edmund is getrouwd met Adelaide. Ook zij woont nu in het landhuis. Op een dag treft Thomas haar dood aan in haar kamer. Zo begint het verhaal eigenlijk. Naarmate ik het boek verder las, ging het verhaal steeds verder terug in de tijd. Wie is de moordenaar? En wat voor geheimen verschuilen zich in de pagode? (dit is een soort huisje met 3 verdiepingen in Japanse bouwstijl). De nieuwsgierigheid van Thomas groeit met de dag, tot hij de levenloze Adelaide ontdekt. Nu wil hij antwoorden, en dit geeft hem eindelijk het excuus om de geheimzinnige pagode te betreden.…
b. 1. Emotionele argumenten
De emoties die bij mij werden opgewekt door het lezen waren: groot ontzag voor Thomas en butlers in het algemeen. Deze mensen werken hard en moeten nuchter zijn. Ze moeten er zijn om te bedienen, maar zonder op te vallen en in de weg te lopen. En ik voelde afschuw en schrik toen werd verteld hoe de dode Adelaide erbij lag in haar bed: (…)”In een gootje gleed het bloed langs haar blote hals naar beneden, de ene druppel gewillig na de andere…”
2. Esthetische argumenten
De tekst is mooi geschreven met een grote vocabulaire en goede onderbouwende zinnen. Soms ook erg grappige woordkeus: (…)“En, met zijn vinger tikkend op de pagina van het boek vervolgde hij:‘Een viool is een instrument dat het mensenoor prikkelt door de beweging van het haar van een paard over de darmen van een kat.” 3. Morele argumenten Ik vind het standpunt van de hoofdpersoon (Thomas) erg kortzichtig en bekrompen: Nuchterheid kan overdreven worden, dat is hier goed laten zien. Thomas is echt te nuchter en gaat totaal niet met de tijd mee. Hij heeft altijd dezelfde ‘livrei’ en altijd op dezelfde manier geknoopt en strak gevouwen. Ook zijn strikte routine vind ik storend, maar ik begrijp dat oudere mensen liever geen veranderingen hebben. 4. Realistische argumenten Dit is een heel realistisch verhaal. Het zou zomaar kunnen voorkomen in het dagelijks leven: een rijke familie, een landhuis met bedienden, een moord wordt gepleegd. Er gebeurt niets surrealistisch in het verhaal. 5. Structurele argumenten Er staan geen overbodige zinnen in het boek, en er wordt geen onnodige informatie gegeven. De vorm is goed; hangt goed met de inhoud samen, en er is erg goed gelet op het overbrengen van details op de lezer. Ook op het grote geheel van het verhaal is niets negatiefs aan te merken. 6. Intentionele argumenten De boodschap, de moraal van het verhaal wordt niet echt duidelijk. Het verhaal eindigt ook erg raar en open: “Het servet is uit de ring gehaald en verfrommeld. Aan een van de geroosterde boterhammen ontbreekt een hoekje.” Dit zijn een van de laatste zinnen van het boek. Het duidt erop dat Adelaide toch wat van haar ontbijt heeft gegeten. Maar dat is onmogelijk aangezien zij dood is! Ik begrijp hier echt niets van. Bovendien begrijp ik niet wat de auteur mij duidelijk wilde maken d.m.v. het boek. 7. Stilistische argumenten Het verhaal is niet echt moeilijk geschreven. Soms kwam ik een woord tegen dat ik nog niet kende als: ‘livrei’ en ‘lambriseerden’. Maar verder is het boek goed te lezen en zo ongeveer op het niveau van wat een 4eklasser kan lezen. De stijl van schrijven vind ik ook erg goed: veel verschillende soorten woorden en de schrijver kan goed onder woorden brengen wat hij bedoelt.
3. Afsluiting
a. Mijn uiteindelijke waardeoordeel over dit boek is positief: het is een goed boek, nodigt uit om verder te lezen, wat erg belangrijk is, en de lezer wordt alert gehouden door de moord. Bijna het hele boek staat in de verleden tijd geschreven, tot op het moment, helemaal achter in het boek, dat er opeens wordt overgeschakeld naar tegenwoordige tijd.
Het feit dat de auteur goed kan uitleggen en er geen onbegrijpelijke anekdotes in voorkomen, maakt het boek leuk om te lezen.
b. Ik zou mijn klasgenoten dit boek sterk aanraden voor een verslag, maar mijn leeftijdsgenoten niet echt. Het lezen van dit boek vereist wel een grote woordenschat en soms moet je echt even nadenken voordat je verder kan leest. Ik zou mijn leeftijdsgenoten van het VMBO dit boek afraden, en ook iedereen die jonger is dan 14 jaar. Voor volwassenen is dit boek ook goed te lezen, maar het gaat erom dat jongeren een wat lichtere vorm van literatuur tot zich nemen, en zo is dit boek ook. Niet te dramatisch en niet te psychologisch, erg goed.
De tekst is mooi geschreven met een grote vocabulaire en goede onderbouwende zinnen. Soms ook erg grappige woordkeus: (…)“En, met zijn vinger tikkend op de pagina van het boek vervolgde hij:‘Een viool is een instrument dat het mensenoor prikkelt door de beweging van het haar van een paard over de darmen van een kat.” 3. Morele argumenten Ik vind het standpunt van de hoofdpersoon (Thomas) erg kortzichtig en bekrompen: Nuchterheid kan overdreven worden, dat is hier goed laten zien. Thomas is echt te nuchter en gaat totaal niet met de tijd mee. Hij heeft altijd dezelfde ‘livrei’ en altijd op dezelfde manier geknoopt en strak gevouwen. Ook zijn strikte routine vind ik storend, maar ik begrijp dat oudere mensen liever geen veranderingen hebben. 4. Realistische argumenten Dit is een heel realistisch verhaal. Het zou zomaar kunnen voorkomen in het dagelijks leven: een rijke familie, een landhuis met bedienden, een moord wordt gepleegd. Er gebeurt niets surrealistisch in het verhaal. 5. Structurele argumenten Er staan geen overbodige zinnen in het boek, en er wordt geen onnodige informatie gegeven. De vorm is goed; hangt goed met de inhoud samen, en er is erg goed gelet op het overbrengen van details op de lezer. Ook op het grote geheel van het verhaal is niets negatiefs aan te merken. 6. Intentionele argumenten De boodschap, de moraal van het verhaal wordt niet echt duidelijk. Het verhaal eindigt ook erg raar en open: “Het servet is uit de ring gehaald en verfrommeld. Aan een van de geroosterde boterhammen ontbreekt een hoekje.” Dit zijn een van de laatste zinnen van het boek. Het duidt erop dat Adelaide toch wat van haar ontbijt heeft gegeten. Maar dat is onmogelijk aangezien zij dood is! Ik begrijp hier echt niets van. Bovendien begrijp ik niet wat de auteur mij duidelijk wilde maken d.m.v. het boek. 7. Stilistische argumenten Het verhaal is niet echt moeilijk geschreven. Soms kwam ik een woord tegen dat ik nog niet kende als: ‘livrei’ en ‘lambriseerden’. Maar verder is het boek goed te lezen en zo ongeveer op het niveau van wat een 4eklasser kan lezen. De stijl van schrijven vind ik ook erg goed: veel verschillende soorten woorden en de schrijver kan goed onder woorden brengen wat hij bedoelt.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden