De Engelenmaker door Stefan Brijs

Beoordeling 6.9
Foto van een scholier
Boekcover De Engelenmaker
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 6e klas vwo | 1492 woorden
  • 6 juli 2017
  • 6 keer beoordeeld
Cijfer 6.9
6 keer beoordeeld

Boek
Auteur
Stefan Brijs
Lezen voor de lijst
Niveau 4 (15-18 jaar)Lezen voor de lijst Niveau 4 (15-18 jaar)
Genre
Psychologische roman
Taal
Nederlands
Vak
Eerste uitgave
oktober 2005
Pagina's
428
Geschikt voor
bovenbouw havo/vwo
Punten
4 uit 5
Oorspronkelijke taal
Nederlands
Literaire thema's
Godsdienst,
Zin van het bestaan
Prijzen
Gouden Uil (2006 Winnaar), Libris Literatuur Prijs (2006 Genomineerd)

Boekcover De Engelenmaker
Shadow

Op 13 oktober 1984 keert na een afwezigheid van bijna twintig jaar Doktor Victor Hoppe terug naar zijn geboortedorp Wolfheim, vlak bij het drielandenpunt in de buurt van Vaals en Aken. De bekrompen dorpelingen reageren argwanend op zijn komst, zeker als blijkt dat hij drie kinderen van een paar weken oud bij zich heeft: een identieke drieling met een schrikwekkende af…

Op 13 oktober 1984 keert na een afwezigheid van bijna twintig jaar Doktor Victor Hoppe terug naar zijn geboortedorp Wolfheim, vlak bij het drielandenpunt in de buurt van Vaals en A…

De Engelenmaker door Stefan Brijs
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

Uitwerkingsvragen:


4. Personages

Victor Hoppe

Victor Hoppe is de hoofdpersoon in het verhaal. Hij is een dokter. Hij heeft rood haar, een baard en een hazenlip, die later gehecht wordt. Victor is door zijn moeder verstoten en heeft daarom zijn jeugd in een gesticht doorgebracht. Hij wordt in het gesticht debiel verklaard. Victor is autistisch, hij is heel erg slim maar sociaal kan hij niet veel. Hij is altijd serieus, vat alles letterlijk op en heeft geen humor. Hij kan alleen in hokjes denken. Zo gelooft hij dat mensen goed of kwaad zijn, er zit niks tussenin. Door zijn verblijf in het gesticht raakt hij geobsedeerd door God. Hij gelooft dat God slecht is en Jezus goed. Victor wil zelf ook goed doen. Daarom begint hij te experimenteren met klonen, zodat hij leven kan geven. Victor kan ook geen emoties tonen. Hij zegt altijd wat hij denkt en denkt niet na over wat anderen daarvan zouden vinden.

Charlotte Maenhout

Charlotte Maenhout is een oudere vrouw, ze is een gepensioneerde lerares. Ze woont in het dorp Wolfheim en wordt door Victor gevraagd om op zijn drieling te passen. Ze kookt voor de kinderen, wast ze en geeft ze les, omdat Victor niet wilt dat zijn kinderen buiten komen en naar school gaan. Charlotte maakt zich zorgen over de kinderen, ze denkt dat ze ziek zijn en vindt dat hun vader hen mishandeld. Meestal gaat ze er niet over in discussie met Victor. Als ze uiteindelijk toch met Victor in discussie gaat over de manier waarop hij zijn kinderen behandeld, valt ze van de trap en sterft ze.

5. Setting

Het boek speelt zich af rond 1980, in het Belgische dorpje Wolfheim, dichtbij het drielandenpunt in Vaals. Het drielandenpunt komt meerdere keren in het boek voor, zo wordt de Boudewijntoren, die in Vaals staat, uitgebreid beschreven. In 1984 komt Victor Hoppe in Wolfheim te wonen, hij gaat er werken als dokter. Het is wel een beetje te merken dat het boek zich in 1980 afspeelt. De personages gebruiken geen mobiele telefoons en de wetenschap is nog niet heel verg gevorderd. Ook wordt Victor als kind opgenomen in een gesticht omdat hij een hazenlip heeft. Dat zou in 2016 nooit gebeuren.

Het verhaal begint in 1945, wanneer Victor Hoppe geboren wordt. Het eindigt in 1990, wanneer Victor sterft. In totaal duurt het verhaal dus 45 jaar.

6. Chronologie

Het verhaal loopt in het eerste deel chronologisch. In het tweede deel wordt verteld over Victors jeugd en zijn vroegere wetenschapscarrière. Het derde deel loopt verder als vervolg op het eerste deel. Het verloopt dus chronologisch, maar met een groot tussendeel over de jeugd van Victor. Er komen verder geen flashbacks in voor.
7. Motieven

Leidmotief: Boudewijntoren
De Boudewijntoren komt in het boek een aantal keer terug. In het begin van het verhaal wordt de toren gesloten voor verbouwing. Een van de zonen van Victor is eigenwijs en klimt op de toren. Eenmaal boven komt hij vast te zitten en moet hij gered worden. Rex Cremer wil ergens in het boek zelfmoord plegen door van de toren af te springen, net zoals Judas, maar later bedenkt hij zich, hij gaat eerst terug naar Wolfheim. Aan het einde van het boek blijkt dat Rex Cremer met zijn auto in de bouwput van de Boudewijntoren is gereden, waarbij hij is overleden.

Leidmotief: Bijbel
De bijbel speelt een grote rol in het boek. Victor leert spreken door veel verzen uit de bijbel op te lezen, samen met zuster Marthe. In het gesticht proberen ze de duivel uit Victor te drijven door de hele tijd voor te lezen uit de bijbel. Victor gebruikt de bijbel ook vaak om beslissingen mee te nemen. Zodra hij een keuze moet maken bedenkt hij een psalm die er mee te maken heeft en hij vergelijkt dingen steeds met situaties die voorkomen in de bijbel.


Leidmotief: Muizen
Victor gebruikt muizen voor zijn kloonexperimenten. Er wordt in deel twee uitgebreid verteld over de resultaten van zijn experimenten. De muizen, en de kleur van de muizen, zijn dingen die steeds terugkomen.

Verhaalmotief: Religie
Religie is een van de belangrijkste motieven in dit boek. Een groot deel van het boek draait om Victors’ zicht op religie en hoe hij de bijbel interpreteert. De pastoor, meneer Kaisengruber, is een belangrijk persoon in het boek. Hij beïnvloedt wat alle dorpelingen denken. Victor heeft zijn gekloonde kinderen naar aartsengelen vernoemd. Victor gelooft ook dat je alleen in de hemel kan komen als je goed doet. Daarom probeert hij leven te creëren door te klonen. Aan het einde van het boek kruisigt Victor zichzelf, net zoals Jezus dat deed.

Verhaalmotief: Goed en kwaad
Goed en kwaad is ook een belangrijk motief. Victor denkt dat God kwaad is, en Jezus goed. Toen Victor geboren werd, dachten alle omstanders dat hij het kwaad in zich had. Daarom werd hij naar een gesticht gestuurd. Victor probeert heel hard om goed te doen, en zo God tegen te werken. Als een van zijn experimenten mislukt, beschouwt hij dat als een persoonlijke tegenwerking van God.

Verhaalmotief: Abortus
Abortus is iets wat ook een aantal keer voorkomt in het boek. Bij zuster Marthe wordt ongewild een abortus gepleegd waarna zij een waardevolle les geeft aan Victor. Victor moet later een abortus plegen op een zwangere vrouw maar dat lukt hem niet. Hij kan geen levens nemen.



8. Perspectief

Het verhaal wordt verteld met een alwetende verteller, in de hij/zij vorm. Je leest iedere keer vanuit een ander personage. In deel een en deel drie lees je uit het perspectief van verschillende dorpsbewoners en personen als Rex Cremer, Charlotte Maenhout en Rebekka Fischer. In het tweede deel wordt vanuit Victor Hoppe zelf geschreven, over zijn jeugd en zijn experimenten. Er wordt wel informatie achtergehouden voor de lezers. Dit maakt het boek spannender om te lezen.




9. Titel

De titel slaat op het feit dat Victor Hoppe mensen kloont. Hij wil levens geven en zo dus mensen maken terwijl alleen God dat kan. Ook vernoemt hij zijn drie klonen naar drie aartsengelen; Michaël, Rafaël en Gabriël.

Thema
Themawoorden: Goed en kwaad, religie
Het grootste thema van dit boek is goed en kwaad. Victor Hoppe is geobsedeerd met God en Jezus. Over hoe je alleen in de hemel kan komen als je goed doet. Daarom gaat Victor heel ver in het geven van levens via zijn onderzochte kloonmethode. Hij vindt dat mensen alleen maar goed kunnen zijn, of kwaad. Er zit niks tussenin. Er wordt in het boek ook veel verwezen naar religie. Victor is religieus opgevoed, maar hij heeft wel rare ideeën over religie.


















10. Mijn mening


Ik vond ‘’De engelenmaker’’ het leukste boek van mijn leeslijst. Veel mensen uit mijn klas hadden het boek gekozen, en daarom besloot ik om het ook te gaan lezen. In het begin vond ik het een lastig verhaal om in te komen, ik werd wat ontmoedigd door het feit dat het boek 400 bladzijden had. Maar aan het einde vond ik het juist jammer dat het al was afgelopen, wat best wel knap is voor een boek dat zo dik is.

Het boek was spannend en onvoorspelbaar. Omdat klonen in het echt niet op deze manier kan, was het niet te voorspellen hoe het verhaal zou lopen. Ik was erg benieuwd naar de afloop van het verhaal en tot op de laatste bladzijde was het nog spannend hoe het ging eindigen.

Een passage die vaak in het boek voorkwam en mij wel aansprak was: ‘’Soms is wat onmogelijk lijkt, alleen maar moeilijk’’. Dit laat zien hoeveel doorzettingsvermogen Victor heeft en hoe hard hij probeert om zijn plan door te zetten.

Ook vind ik het knap hoe Stefan Brijs het boek heeft geschreven. Het maken van gekloonde muizen die allemaal gekke mutaties krijgen is niet een heel realistisch beeld, maar toch is het op zo’n manier geschreven dat het in het echt ook gebeurd kon zijn. Het bevat dus wel wat fantasie-elementen, ik vind dat dat het boek extra spannend maakt. Helaas heb ik verder op de leeslijst geen een boek gevonden die op deze manier geschreven is. Ik heb dus tot nu toe geen boeken gevonden waar ik het mee kan vergelijken.

Het taalgebruik vond ik prettig om te lezen. De zinnen waren makkelijk geformuleerd en er werd aan het begin van elk hoofdstuk duidelijk aangeduid over welk personage het ging. Ook het thema vond ik interessant om te lezen. Ik ben zelf niet religieus, maar het was boeiend om te lezen hoe Victor dingen interpreteert en hoe hij op dingen reageert. Ik heb eigenlijk nog nooit een boek gelezen met religie als een van de hoofdthema’s, ik vond het dus een origineel thema.

Kortgezegd vind ik ‘’De engelenmaker’’ een geweldig boek. Het is heel spannend, heeft een interessant thema en het is makkelijk om te lezen. Ik zou het dus zeker aan iedereen aanraden. (375 woorden)

Boekenquiz 10 vragen

Nieuw! Open vragen worden nagekeken door AI
Wat gebeurt er op een nacht met het haar van de drieling?
Wie van de drieling valt er uit het raam tijdens het kinderfeestje?
Wanneer krijgt Victor het idee dat God de personificatie van het kwaad is?
Welke studie gaat Victor volgen?
Hoe hebben Lothar en Vera Weber hun zoontje genoemd, dat ze met hulp van Victor hebben gekregen?
Wat is het thema van deze roman?
Wat is géén motief in de roman?
Bewering I: de roman is chronologisch opgebouwd
Bewering II: er is sprake van een impliciet auctoriale verteller
Het dorp Wolfheim is een fictieve plaats.
Uit hoeveel delen bestaat de roman?

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.