Bezonken rood door Jeroen Brouwers

Beoordeling 6.4
Foto van een scholier
Boekcover Bezonken rood
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 4e klas havo | 1580 woorden
  • 17 mei 2001
  • 46 keer beoordeeld
Cijfer 6.4
46 keer beoordeeld

Boekcover Bezonken rood
Shadow

Samen met zijn moeder bracht Jeroen Brouwers zijn kleuterjaren door in het Japanse interneringskamp Tjideng op Java. In de roman Bezonken rood heeft hij op aangrijpende wijze zijn herinneringen verwerkt aan deze periode uit zijn jeugd.

Bezonken rood werd door de critici unaniem lovend besproken. Inmiddels zijn er vertalingen verschenen in Frankrijk, Duitsland, Enge…

Samen met zijn moeder bracht Jeroen Brouwers zijn kleuterjaren door in het Japanse interneringskamp Tjideng op Java. In de roman Bezonken rood heeft hij op aangrijpende wijze zijn …

Samen met zijn moeder bracht Jeroen Brouwers zijn kleuterjaren door in het Japanse interneringskamp Tjideng op Java. In de roman Bezonken rood heeft hij op aangrijpende wijze zijn herinneringen verwerkt aan deze periode uit zijn jeugd.

Bezonken rood werd door de critici unaniem lovend besproken. Inmiddels zijn er vertalingen verschenen in Frankrijk, Duitsland, Engeland, de Verenigde Staten, Zwitserland, Noorwegen, Zweden, Polen, Portugal, Turkije en Servië.

Bezonken rood werd in 1995 in Parijs bekroond met de prestigieuze Prix Fémina Étranger.

Bezonken rood door Jeroen Brouwers
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Titel: Bezonken rood.
Auteur: Jeroen Brouwers.

Samenvatting van het boek:
De hoofdpersoon in het verhaal is de ik-figuur. Zijn moeder is in februari 1981 gestorven. Hij heeft haar nooit in het bejaardenhuis opgezocht. ‘s Ochtends wordt hij telefonisch op de hoogte gesteld van het overlijden van zijn moeder. Hij is niet bij de crematie aanwezig. Toen hij hoorde van de dood van zijn moeder begon hij te beven en kreeg hij het niet koud van ontroering, maar van angst. Hij neemt hier een pil tegen.
Zes à zeven jaar geleden, toen hij een tamelijk onevenwichtig leven leidde, heeft hij Liza ontmoet. Met haar is hij slechts drie dagen omgegaan. Nu heeft hij een vrouw en kinderen. Voor de dood van zijn moeder heeft hij Liza nog een keer ontmoet. Na de dood van zijn moeder moet hij zowel aan zijn moeder als aan Liza denken, in dezelfde hoeveelheid van liefde als van afkeer (hartstochtelijk en onhartstochtelijk).

De ik-figuur heeft zijn ouders nooit gekend. Samen met zijn moeder, grootmoeder en zusje heeft hij in het Jappenkamp Tjideng gezeten. Dit was een kamp voor vrouwen en jongetjes tot tien jaar.
De commandant van het kamp, Kenitji Son, heeft zijn moeder een keer afgeranseld. Op dat moment is de ik-figuur gestopt met van haar te houden.
Na de Tweede Wereldoorlog wordt de ik-figuur door zijn moeder naar de kostschool gestuurd, omdat hij door de oorlog ‘verwilderd’ was. Hij beschouwd dit als verraad van zijn eigen moeder.
Toen hij nog in het kamp zat was zijn grootmoeder overleden. Vele kampbewoners overlijden, maar hij voelt geen enkele gevoelens, zelfs niet als kampvriendjes overlijden.
De hoofdpersoon stelt zich voor wat zijn moeder allemaal op de avond voor haar door heeft gedaan.
Vanuit het bejaardenhuis wordt er gebeld of hij interesse heeft in de spullen van zijn moeder. Dat heeft hij niet, want hij wil niets ‘tjoepen’. Dit is een term die werd gebruikt in het Jappenkamp, voor het overnemen van spullen van overleden mensen.
Weken later krijgt hij een fotoalbum van zijn moeder. Hij kan zichzelf nauwelijks terugvinden in de foto’s. Op vrijdag 30 juni wordt zijn moeder om drie uur gecremeerd. Deze ceremonie wordt door hem uitgebreid beschreven. Die middag rijdt hij rond in zijn auto, zonder dat hij zijn pillen heeft ingenomen.
Hij verlangt naar Liza. Hij belandt in mist, en verdwaald. Dan stapt hij uit zijn auto en begint te lopen door het bos. Hij komt aan bij een zwart meer. Hier denkt hij aan zijn overleden moeder. Ook denkt hij terug aan het kamp. Hij wilde zijn moeder wel verzorgen, maar hij kon niets meer voor haar doen, dan voorlezen uit het boek Daantje. Nu zijn moeder dood is, hoopt hij dat Liza verschijnt. Maar ook zij is dood. Thuisgekomen gaat hij verder aan zijn studie over zelfdoding, maar die wil niet echt vlotten. Hij begint te drinken. Hoe meer hij drinkt, hoe minder hij trilt...

Waarom heb je het boek gekozen?
Ik hoorde van een vriend dat ‘Bezonken rood’ een goed boek is. Hij vertelde me een beetje waar het over ging, namelijk over de oorlog en over de Jappenkampen die er toen waren. Een maand later toen ik in de bibliotheek stond om een boek uit te zoeken dacht ik aan ‘Bezonken rood’. Ik heb de achterkant even doorgelezen, daarop staan een aantal lovende recensies, dus toen heb ik het boek maar gekozen.

Het boek ging inderdaad over de oorlog en over de kampen, maar was toch heel anders dan ik verwacht had. Anders dan andere boeken, naar mijn mening ook beter dan andere boeken.
Eerste reactie: Zoals ik al zei vind ik het een heel goed boek. Het sprak me daarom ook erg aan. In het boek worden sommige stukjes wel een beetje langdradig, dat komt doordat vaak hetzelfde verteld wordt. Ook een boek waarbij je als je het leest behoorlijk geëmotioneerd kan raken, maar ook heel kwaad als je sommige stukjes leest. 2 Daarvan heb ik er 2 staan bij de belangrijkste passages. Omdat de dingen die in de kampen gebeurden beleefd werden door een kleuter is het ook makkelijk uitgelegd en zo ook goed te volgen.

Belangrijkste passages:
Ten eerste heb ik twee passages uitgekozen, waarbij ik zoals ik al zei behoorlijk kwaad kan worden of geëmotioneerd kan raken. Deze lijken me ook heel belangrijk voor het verhaal, omdat de schrijver hiermee duidelijk maakt dat het niet alleen in de Duitse maar ook in de Japanse kampen verschrikkelijk kon zijn.

“Een naakte vrouw moet op handen en knieën door de straten kruipen, ze heeft een touw om haar nek dat door de Jap, die achter haar loopt, wordt vastgehouden. Als zij uitwerpselen tegenkomt wordt zij gedwongen daar als een hond aan te ruiken. De Jap slaat haar met een stok op haar rug en daar waar zij vroeger billen moet hebben gehad... ”

“Dan gaat de Jap met zijn laarzen op haar maag staan dansen. De vloeistof die haar uit al haar lichaamsopeningen ontsnapt heeft alle denkbare kleuren en komt op alle denkbare wijzen uit haar te voorschijn: Spattend, kabbelend, druppelend, als braaksel, als bloed, als pap”.

Wat ik ook een belangrijke passage vond was degene van bladzijde 28 t/m begin 31. Hierin wordt namelijk kort duidelijk gemaakt waar de hele relatie tussen de schrijver (Jeroen) en zijn moeder op gebaseerd is. Namelijk: Afscheid nemen. Dat deden ze altijd met de woorden: ‘Ketemoe Lagi’, wat betekent ‘heb het goed of wees gelukkig daar waar je bent of heengaat of zult verblijven’. Dit vind ik wel erg vreemd omdat onderaan bladzijde 31 staat: “Deze moeder verraadt mij, waarom heeft men haar in het Jappenkamp niet doodgeslagen?” Hiermee wordt de haat jegens zijn moeder overduidelijk.

Verwachtingen:
Omdat het boek heel anders is dan de boeken die ik al eerder gelezen had, had ik niet echt een idee over het verdere verloop van het boek. Het zou ook heel moeilijk zijn om wel het einde al proberen te voorspellen, omdat het ook geen verhaal is wat aan een stuk doorloopt.
Met wie kon je je het best identificeren? Ik denk dat de enige persoon met wie je je eventueel zou kunnen identificeren Jeroen zou kunnen zijn. De reden dat ik me niet zo goed met hem kon identificeren was dat hij er nogal vreemde ideeën op na houdt tegenover zijn moeder, ook omdat hij een heel andere leeftijd (leeftijden eigenlijk) heeft dan ik. Dat is ook de reden dat ik geen antwoord geven kan op de vraag: “Wat betekent dat voor je sympathie en antipathie voor de andere verhaalfiguren en het verloop van het verhaal?”

Belangrijkste personages:
Hoofdpersoon Jeroen Brouwer:schrijver van beroep. Hij is voor de tweede keer getrouwd; de kinderen uit zijn eerste huwelijk ziet hij liever niet meer. De gebeurtenissen die hij als kleuter in het Tjideng-kamp heeft meegemaakt hebben een onuitwisbaar stempel op de rest van zijn leven gedrukt. Hij heeft nooit geleerd te voelen, het lijkt alsof zijn gevoel met eelt bedekt is. De kampervaringen zijn de oorzaken van zijn schuldgevoelens en paniekangsten. Toen zijn moeder in het kamp werd mishandeld hield hij op van haar te houden. Zijn verdere leven is hij opzoek geweest naar een moederfiguur. 'De hele wereld was vol moeders, maar waar is de mijne', dacht hij toen hij bij Liza was. Hij vindt dat hij op de leeftijd is aangekomen waarop de onbeweeglijkheid begint, en daarom is hij onrustig. Hij heeft het gevoel dat hij zich moet haasten, want 'alles wat nog bij het Brouwersdom plaatsvindt, is, dat er gestorven wordt'.

De herinnering aan Liza en zijn nieuwe verliefdheidgevoelens voor haar vallen samen met de rouwgevoelens om de dood van zijn moeder. Aan de ene kant wekken deze gevoelens zijn weerzin op, hij heeft geen zin meer in nieuwe drama's en het liefst wil hij met rust gelaten worden, sterven desnoods. Maar gaandeweg merkt hij dat deze gevoelens, waarmee hij eigenlijk geen raad weet omdat hij nooit geleerd heeft wat voelen is, toch een zekere betekenis voor hem hebben: Ze kunnen de instrumenten zijn die hem helpen aan de toestand van onbeweeglijkheid te ontsnappen. Aan het eind van het boek smeekt de hoofdfiguur 'Maak het eelt zacht dat mijn lichaam overwoekert', waarmee hij aangeeft dat hij niet meer terughoudend staat ten opzichte van zijn gevoelens.

Bijpersonen:
Moeder van Jeroen: Mevrouw Brouwers is eind januari 1981 gestorven. Haar werkelijke naam is Henriette Maria Elisabeth van Maaren. Ze leed aan de ziekte van Parkison. Ze was volgens haar zoon, de hoofdpersoon, de mooiste vrouw op de wereld. Maar nadat ze in elkaar was geschopt door Sone, de hoofdcommandant, hield haar zoon op van haar te houden.

Liza: Liza doet mij denken aan de Heilige maagd Maria. Liza heeft vaak blauwe kleding aan, de kleur van Maria. Tevens loopt Liza mee in een Maria-processie. Maria heeft de bijnaam Troosteres der bedroefden en Eerwaardige maagd. Liza probeert de ik-figuur te troosten tijdens hun ontmoetingen, en als Liza met de ik-figuur gaat vrijen, is ze nog maagd. Tijdens het vrijen spreken ze over de Toren van David en Ivoren Toren, wat met de Bijbel te maken heeft.

Eindoordeel:
Het moeilijkste van de opdrachten vond ik het bepalen van de belangrijkste passages. Dat komt omdat er niet echt een aantal gebeurtenissen in het verhaal zitten die er uit springen vergeleken bij de rest. Wat ik wel leuk vind om er bij te zeggen is dat ik het boek 2 jaar geleden ook gelezen heb, en toen de gebeurtenissen heel anders heb ervaart dan de tweede keer dat ik het boek las.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Bezonken rood door Jeroen Brouwers"