5) Het boek heeft eigenlijk twee thema’s: -het goede overwint het slechte -door samenwerken kun je veel bereiken
6)geen A. de korte inhoud van het verhaal. Het verhaal begint in de Ligusterlaan, waar meneer en mevrouw Duffeling wonen. Ze hadden een zoontje, Dirk. Meneer en mevrouw Duffeling vonden het een fantastische baby en waren zo trots als een pauw. Als meneer Duffeling naar zijn werk gaat ziet hij allerlei vreemde dingen, mensen die in mantels rondlopen, een kat die naar een straatnaambordje keek enzovoorts. Ook hoorde hij regelmatig de naam Potter. De zus van mevrouw Petunia Duffeling was getrouwd met een Potter. De Duffelings wilde echter niets met de Potters te maken hebben. Er liepen vreemde mensen door de Ligusterlaan, Albus Perkamentus en een kat. De kat was Professor Anderling. Uit hun gesprek blijkt dat James en Lily Potter vermoord zijn door de boze tovenaar Voldemort. Hij wilde ook Harry vermoorden, maar wonder boven wonder is dat mislukt. Harry heeft er wel een litteken aan overgehouden op zijn voorhoofd, in de vorm van een bliksemstraal. Perkamentus, Anderling en Hagrid (een reusachtige harige man), brengen de kleine Harry naar de familie Duffeling. Harry's enige familie die hij nog heeft. Harry woonde bij de Duffelingen, maar werd totaal genegeerd en deed niets goed. Zoon Dirk was alles voor de Duffelingen en Harry deed hen niets. Dirks verjaardag werd uitbundig gevierd, Harry kreeg op zijn verjaardag sokken van oom Herman. Al die tijd dat Harry bij de Duffelingen woonde hadden ze hem nooit verteld wat hij eigenlijk was, namelijk een tovenaar net als zijn ouders. Harry merkte dat hij een bijzondere gave had toen hij op Dirks verjaardag in de dierentuin met een boa-constrictor sprak en deze ontsnapte daarna uit zijn kooi. Dit incidentje kostte Harry een lange tijd opgesloten in de bezemkast. Dirk bleef Harry Pesten. Dirk ging naar Ballings en Harry moest naar het J.F. Treitercollege. Dan verschijnt er een brief voor Harry, maar hij krijgt hem niet van oom Herman. Er bleven brieven voor Harry komen, zoveel dat de Duffelingen en Harry het huis uit vluchtten, maar waar ze ook heengingen, de brieven bleven komen. Dan duikt Hagrid plotseling op. Harry kent hem natuurlijk niet. Hagrid ging er vanuit dat Harry alles van zijn achtergrond wist, maar dat was dus niet waar. Hagrid is woedend op de Duffelingen en legt Harry veel uit. Harry kreeg de brief, het was een uitnodiging om te komen studeren op Zweinstein Hogeschool voor Hekserij en Hocus Pocus. Hagrid sprak met Harry af dat hij de volgende dag met hem schoolspullen ging kopen. Ze gingen naar de Wegisweg, een voor dreuzels niet zichtbare winkelstraat in Londen speciaal voor tovenaars. Er was een bank, Goudgrijp, waar Harry's ouders geld hadden. Zo kon Harry zijn schoolspullen kopen, ook kreeg hij een uil, waarmee hij brieven kon versturen. Iedereen in de Wegisweg was verbaasd om Harry te zien, Harry werd als een held ontvangen. Op 1 september was het zover, hij moest naar het station van Londen en op Perron 9 3/4 zou de Zweinsteinexpress hem naar zijn nieuwe school brengen. Op het perron werd Harry zenuwachtig, hij zag nergens perron 9 3/4 totdat hij een familie tegenkwam die zo te zien ook naar Zweinstein moesten. Het was de familie Wemel. Ze lieten hem zien hoe hij op perron 9 3/4 moest komen. Op Zweinstein werd een sorteerceremonie gehouden. Er zijn 4 afdelingen, Griffoendor, Huffelpuf, Ravenklauw en Zwadderich. De sorteerhoed bepaalde in welke afdeling je komt. Bij Harry moest de hoed even nadenken, Harry wilde absoluut niet in Zwadderich, al vond de hoed dat Harry bij Zwadderich veel zou kunnen bereiken. Maar het werd gelukkig Griffoendor, net als zijn nieuwe vriend Ron. Harry had het erg naar zijn zin op Zweinstein, de vakken waren leuk, hij had veel vrienden gemaakt. Voor hem was het een paradijs in vergelijking met het leven bij de Duffelingen. Toch waren er twee mensen die hij niet uit kon staan, Draco Malfidus (een leerling van Zwadderich) en Professor Severus Sneep, leraar toverdranken en afdelingshoofd van Zwadderich. Harry bleek uitzonderlijk talent voor Zwerkbal (een balsport op bezemstelen) te hebben en kwam als jongste speler ooit in het team van Griffoendor. Hij was de Zoeker, de belangrijkste speler van het team. Harry en zijn vrienden komen toevallig iets te weten over De Steen der Wijzen. Met deze steen heb je het eeuwige leven en kun je zoveel goud maken als je maar wilt. Ook komen ze erachter dat Jeweetwel (Voldemort) die nog maar half leeft, waarschijnlijk op zoek naar deze steen is. Ze denken dat Sneep de hulp is van Jeweetwel om bij de steen te komen. Ze ontdekken dat de steen bewaakt wordt door een reusachtige hond met drie koppen, Pluisje. De enige die met Pluisje overweg kan is Hagrid. Op een dag wanneer Perkamentus weg is naar een congres van het Ministerie van Toverkunst, komen ze erachter dat Sneep het luik probeert binnen te gaan waar de steen verborgen moet zijn. Ze besluiten hem achterna te gaan. Dan komen ze erachter dat niet Sneep, maar Professor Krinkel de hulp van Jeweetwel is. Krinkel moet de steen hebben zodat Jeweetwel het eeuwige leven krijgt. Gelukkig houdt Harry hem tegen, maar Harry is zwaargewond. Op het moment dat het voor Harry afgelopen had kunnen zijn komt Perkamentus binnen, Jeweetwel vlucht en de steen wordt vernietigd. Het eerste jaar op Zweinstein is voorbij en Harry moet voor de zomervakantie terug naar de Duffelingen. B. de hoofdpersonen. Harry Potter: klein en mager voor zijn leeftijd. Smal gezicht, knokkige knieen zwart haar en felgroene ogen. Hij droeg een ronde bril die van plakband aan elkaar hing. Hij heeft ook een litteken op zijn voorhoofd in vorm van een bliksemschicht. Hij is een slimme en aardige jongen
Dirk: neefje van Harry. Hij leek op zijn vader Herman duffeling. Groot roze gezicht, bijna geen nek. Kleine waterige blauwe oogjes en dik blond haar. Dat sluik op zijn dikke bolle hoofd lag. Hij had een dik bol lijfje. Hij is een verwend, klierig jongetje. Oom Herman Duffeling: directeur van Drillings, een boormachine fabriek. Een grote gezette man. Hij had bijna geen nek, wel een enorme snor. Het is een saaie man. Mevrouw Pentunia Duffeling: tante van Harry. Blond haar en mager. Ze heeft een super lange nek wel 2x zo lang als normaal. Nieuwsgierige en saaie kattige vrouw. Ron Wemel: vriend van Harry. Mager en slungelig. Hij had grote handen en voeten en een lange neus. Hermelien griffel: vriendin van Harry en Ron. Ze had een hoop bruin krullend haar. Ze had ook nogal grote voortanden. Een bazige stem. Ze is erg leergierig en een kwebbeltante. Albus perkamentus: het huidige hoofd van zweinstein. Hij heeft een grote kromme neus, lang zilvergrijs haar en snor en baard. Hij draagt ook een half rond brilletje. Hagrid: reusachtige harige man. Met zwarte oogjes. Hij is de sleutelbewaarder van zweinstein. Hij is heel aardig voor Harry en praat een beetje apart. Verder zijn er nog wat leraren maar die zijn niet zo belangrijk.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
H.
H.
Eh Anita ik vind het geweldig dat je jou boekverslag op i'net hebt gezet,je hebt mij een grote dienst bewezen bedankt daarvoor. Groetjes xxx Hans
20 jaar geleden
Antwoorden