Bewegen en samenleving:
Opdrachten:
Opdracht 1:
Lichamelijke opvoeding werd tot voor kort op school door veel mensen niet als een gelijkwaardig vak beschouwd. Geef met voorbeelden aan waaruit dat blijkt.
Opdracht 2:
Wat verstaan we onder een steeds rijkere bewegingscultuur?
Opdracht 3:
Wat verstaan we onder een gevaarlijke levensstijl?
Als je niet sport dan kan je gezondheid in gevaar komen.
Opdracht 4:
Wat zijn de belangrijkste redenen dat mensen naar sport kijken?
De belangrijkste redenen zijn:
- Sport kan heel spannend zijn (uitslagen zijn vooraf niet te voorspellen).
- Sport biedt voortdurend actie.
- Sport kan inspelen op groepsgedrag (bijvoorbeeld op gevoelens van nationale trots).
Opdracht 5:
Noem een aantal redenen waarom er een toename in belangstelling is, voor sport en lichamelijk actief zijn.
Een aantal redenen zijn:
- We beschikken over meer vrije tijd.
- Er is een toenemend besef dat lichamelijke activiteit goed is voor een "gezond leven" en daaraan gekoppeld, het besef dat bepaalde levensstijlen gevaarlijk zijn (roken, vet eten, alcohol, enz.).
- Er is een duidelijk invloed van de media en van commerciële instellingen.
- Bij meer beroepen komt het van belang van lichamelijke opvoeding en sport tot uiting.
Opdracht 6:
Waarom komen er meer beroepen die een relatie hebben met lichamelijke opvoeding?
Omdat er meer beroepen komen die geheel of gedeeltelijk te maken krijgen met sport en lichamelijke opvoeding. Zelfs als je achter een computer werkt, kan de baas je verplicht stellen omdat af en toe te sporten, om zo RSI te voorkomen.
Twee testen
Opdracht 9:
Je bent van plan om het resultaat (advies) van je sportkeuzetest op te volgen. Zoek uit waar voor jouw de dischtbijzijnde plek/plaats is (vanaf je eigen huis), waar de sportactiviteit die voor jouw het hoogst scoort, wordt beoefent. Vermeldt het volledige adres in je antwoord.
Mijn hoogste resultaat kwam bij de sport tennis.
Het adres van de dichtstbijzijnde tennisvereniging bij mij in de buurt is:
Tennisvereniging Den Ham
Kerkallee 1
7683 PX Den Ham
0546-673098
Opdracht 10:
Zoek uit of er leeftijdsgenoten lid zijn en wanneer deze trainen (dag en tijdstip)
A: Is er de mogelijkheid van een kennismakingsperiode?
B: Zo ja, wanneer is deze en hoe lang duurt deze kennismakingsperiode?
C: Zijn er nog kosten aan de kennismakingsperiode verbonden?
Er zijn leeftijdsgenoten lid. Mijn leeftijdsgenoten trainen op vrijdagavond van 18.00-19.00 en op zaterdagmorgen van 10.00-11.00.
A: Elk voorjaar organiseert de tennisvereniging Den Ham de actie maak kennis met tennis. Deze actie is bedoelt om je kennis te laten maken met tennis en je misschien zo wel te interesseren voor de sport.
B: De kennismaking loopt elk voorjaar. Ik weet niet precies wanneer, maar in Den Ham gaan dan huis-aan-huis folders rond of er staat een advertentie in de plaatselijke krant.
C: De kennismaking kost € 35,00. Dit is voor 10 lessen.
Opdracht 11:
Ga na wat de kosten zijn om deze sport te gaan beoefenen: denk hierbij aan lidmaatschap en de eventuele kosten voor aanschaf van de benodigde kleding en materiaal.
De eventuele kosten zijn:
Lidmaatschap: €
Lesgeld (16 lessen): €
Kleding:
Broekje ± € 15,=
Shirt ± € 10,=
Materiaal:
Tennisballen € 5,00 voor 3 ballen
Racket: 2de hands ± € 20,00
Nieuw ± € 100,00
Opdracht 12:
Het verschil tussen sport en lichamelijke activiteit is niet altijd duidelijk. Denk maar eens aan dansen en het maken van een wandeltocht. Noem nog twee voorbeelden van een duidelijke lichamelijke activiteit die je niet zomaar als sport mag betitelen.
Opdracht 13:
Tot welke categorie behoort de activiteit(en) die jij beoefent.
Tennis: wedstrijdsport en recreatiesport
Hardlopen: recreatiesport
Skeeleren: recreatiesport
Opdracht 14:
Geef in het kort aan welke rol de factor leeftijd speelt bij deelname aan sport.
Leeftijd speelt een grote rol in de sport. Als je bijvoorbeeld nog klein bent dan kun je nog niet zoveel. Tot 16 jaar sport je best wel veel, want dan zit je meestal nog op school en dan heb je gym. Ik denk na dat je na je 16 wel iets minder gaat sporter, omdat je dan waarschijnlijk meer dingen gaat ondernemen. De mensen die na hun 16 blijven sporten, zijn meestal ook diegenen die heel hun leven of in ieder geval een groot deel ervan blijven sporten.
Opdracht 15:
Waarom zouden mensen minder aan sport doen als ze ouder worden?
Ze hebben minder tijd omdat ze zelf dingen gaan ondernemen.
Opdracht 16:
Noem een aantal typische 'meisjessporten' en een aantal typische 'jongenssporten' op.
Opdracht 17:
Noem een aan tal redenen waarom vrouwen bij vrijwel iedere sport een achterstand hebben in deelname.
Vrouwen mochten vroeger een heleboel sporten niet doen. Voetbal mochten ze bijvoorbeeld niet doen omdat gezien werd als een 'echte mannensport'. Ze vonden het te ruw voor vrouwen. En vrouwen mochten vroeger bij atletiek niet meer dan 800 meter lopen.
Opdracht 18:
Waarom noemen we sport waardevrij?
Omdat sport niet gekoppeld is aan religie of een politiek systeem. Je hoeft niet verplicht te sporten, je mag zelf weten of je dat gaat doen.
Opdracht 19:
Wat is de feitelijke reden dat een sport niet aan religie of politiek is gekoppeld?
Mensen uit andere culturen kunnen normaal op grote afstand staan, maar met sporten komt iedereen bij elkaar en zijn er feitelijk geen verschillen meer. Een Nederlandse jongen kan een Marokkaanse jongen pesten omdat hij Marokkaans is maar als de Nederlandse jongen ziet dat hij bijvoorbeeld wel kan voetballen dan zijn het binnen de kortste keer de beste maatjes op het veld.
Opdracht 20:
Waarom gebruiken politieke leiders sportevenementen om propaganda te maken?
De politieke leiders kunnen zo goedkoop reclame maken voor zichzelf.
De antwoorden gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
1 seconde geleden