6.1 Hannibal: de schrik uit Afrika
De hannibalis iureiurando, naar Cornelius Nepos
Toen ik een jongetje van niet meer dan negen jaar oud was, bracht mijn vader Hamilcar, die als opperbevelhebber uit Carthago naar Spanje vertrok, een offer aan Jupiter Optimus Maximus. Op hetzelfde moment stelde hij me de vraag of ik met hem naar het kamp wou vertrekken. Omdat ik dit met plezier gehoord had en ik hem begon te vragen dat hij niet zou twijfelen me mee te nemen, zei hij toen: ‘Ik zal het doen, als je me de trouw betoont, die ik vraag.’ Tegelijk bracht hij me naar het altaar en hij beval mij, terwijl ik het altaar aanraakte en nadat de anderen verwijderd waren, te zweren dat ik nooit in vriendschap met de Romeinen zou leven. Die eed, gegeven aan mijn vader, hou ik tot op deze leeftijd zo in ere dat het voor iedereen vaststaat dat ik die nooit zal schenden.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden