Brutaliteit bestraft: Latona en de Lycische boeren (Metamorphoses VI 337-381)

Beoordeling 8
Foto van Maya
  • Vertaling door Maya
  • Klas onbekend | 575 woorden
  • 11 mei 2023
  • 19 keer beoordeeld
Cijfer 8
19 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak

Brutaliteit bestraft: Latona en de Lycische boeren (Metamorphoses VI 337-381)

Een dorstige godin ...

Men vertelt dat de jonge moeder ook van hieruit  Juno ontvlucht heeft en dat ze haar kinderen, 2 godheden, op haar boezem  gedragen heeft. En reeds, toen de verzengende zon de velden verbrandde, kreeg de godin dorst, uitgeput door de lange inspanning en uitgedroogd door de hitte van de zon, in het de Chimaera voortbrengende Lycië,  en haar kinderen hadden haar melkgevende borsten dorstig leeggedronken. Toevallig zag ze in de verte een plas met ondiep water diep in een vallei; daar verzamelden de boeren wilgenhout vol jonge takken met biezen en riet aangenaam voor de moerassen. De Titanendochter naderde en nadat ze haar knie had neergelegd, boog ze zich diep voorover, om de koele vloeistof op te scheppen om te drinken.

... smeekt om wat water

De boerse menigte verbood het. De godin sprak zo de verbiedenden toe: 'Waarom houden jullie mij af van het water? Het gebruik van water is gemeenschappelijk: de natuur heeft noch de zon noch de lucht noch het heldere water tot persoonlijk bezit gemaakt: ik ben bij openbare geschenken gekomen, die ik toch smekend vraag dat jullie die zouden geven. Ik was niet van plan om mijn uitgeputte lichaamsdelen en ledematen hier af te spoelen, maar om mijn dorst te verzachten. Mijn mond heeft een gebrek aan het vocht van een spreker en mijn keel is droog en er is nauwelijks een weg voor mijn stem in die keel. Een slok water zal (als) godendrank zijn voor mij, en ik zal bekennen dat ik tegelijk het leven heb ontvangen: jullie zullen leven gegeven hebben in de vorm van water. Laat ook deze jullie ontroeren die van op mijn borst hun kleine armen uitstrekken. En als bij toeval strekten de kinderen hun armen uit. Wie hadden de vriendelijke woorden van de godin niet kunnen ontroeren?

Geen gastvrijheid 

Toch hielden ze niet op de smekende te verhinderen en ze voegden bedreigingen toe, als ze niet ver weggaat, en bovendien scheldwoorden; en het was niet genoeg: ze vertroebelden zelf ook de plas met hun voeten en handen en diep in het water bewogen ze de zachte modder van hier naar daar met boosaardige sprongen. De woede verdreef de dorst; want de dochter van Coeus smeekte niet meer tot hen die het niet waard waren en ze verdroeg niet langer woorden te zeggen die te min waren voor een godin en terwijl ze haar handpalmen naar de sterren (op)hief, zei: 'Hopelijk leven jullie voor eeuwig in die vijver/Laten jullie voor eeuwig in die vijver leven!'

De metamorfose

De wensen van de godin kwamen uit: ze vonden het plezierig om onder het water te zijn en nu eens hun hele lichaam onder te dompelen in het diepe moeras, nu weer hun hoofd tevoorschijn te halen, dan weer in het hoogste water te zwemmen, dikwijls op de oever van de vijver te blijven staan, dikwijls (naar) in de koele plas terug te springen; maar nu oefenden ze ook hun schandelijke tongen met ruzies en nadat de schaamte verdreven was, hoewel ze onder water waren, probeerden ze onder water slechte dingen te zeggen. Ook hun stem was al schor en hun opgeblazen halzen zwollen, en de scheldwoorden zelf verbreedden hun wijde bekken. Hun ruggen raakten hun hoofd, hun halzen schenen weggenomen, hun ruggengraat was groen, hun buik, het grootste deel van hun lichaam, was wit, en nieuwe kikkers sprongen in het modderige water.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.