GS 3.2 Hofstelsel en horigheid 4Havo

Beoordeling 0
Foto van MB
  • Samenvatting door MB
  • 4e klas havo | 625 woorden
  • 22 april 2024
  • nog niet beoordeeld
Cijfer
nog niet beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
Methode

3.2 Hofstelsel en horigheid

Je moet kennen

  • Hoe in West-Europa een landbouwsamenleving in plaats kwam van de landbouwstedelijke samenleving
  • Kenmerken van de horigheid
  • Kenmerken van het Hofstelsel

Kenmerkend aspect

  • De vrijwel volledige vervanging in West-Europa van de agrarisch -urbane cultuur door een zelfvoorzienende agrarische cultuur, georganiseerd via het Hofstelsel en horigheid

Weer een landbouwsamenleving

  • 6e eeuw -> landbouw-STEDELIJKE-samenleving was verdwenen en het landschap was kaal en moerassig met wilde dieren, van de romeinse steden was niks meer over.
    • In de vroege middeleeuwen waren de steden weer verdwenen
  • Bijna de hele bevolking leefde van de landbouw
  • West-Europa had in 500-1000 (tijd van de monniken en ridders) een landbouwstedelijke samenleving
  • Sinds 3e eeuw -> handel en nijverheid had afgenomen en bevolking was gekrompen
    • Dit kwam door de instorting van het romeinse bestuur en de invallen van de Germanen (overheid kon handelaren en burgers niet meer beschermen tegen rovers)
    • Oorlogen tussen Germanen en romeinen en onder Germaanse stammen
  • Dit alles maakte dat de productie en dus handel daalde, overheid kon minder belasting vragen waardoor het leger ook nog verzwakte, dit maakte dat het nog onveiliger werd, waardoor de economie nog meer achteruit ging
  • Geld werd schaarser omdat er goederen uit het byzantijnse rijk werden gekocht zonder dat er genoeg producten gemaakt en verkocht werden om winst te maken
  • De handel verdween niet helemaal
    • Luxe goederen uit het middellandse zeegebied bleven beperkt naar West-Europa komen
    • 7e eeuw->er groeide tussen verschillende delen van west Europa regionale handel
      • Vooral wijn, graan en zout, maar ook glas en aardewerk
    • 8e eeuw-> ontstond handel met het Oostzeegebied
  • Toch bleef West-Europa vooral zelfvoorzienend
  • Plattelandsgemeenschappen maakten zelf wat ze nodig hadden en dreven nauwelijks handel : autarkisch

De horigheid

  • In het romeinse rijk bestonden grote landbouwbedrijven met slaven
  • Ook waren er vrije boeren met eigen land en pachtboeren die hun land huurden
  • 4e eeuw-> agrarische productie daalde sterk
    • Om te voorkomen dat de productie nog meer daalde, verbood de overheid boeren hun land te verlaten.
    • Daarnaast zochten boeren vanwege de onveiligheid bescherming bij een grootgrondbezitters
      • In ruil daarvoor gingen deze verplichtingen aan die over gingen op de kinderen, daardoor ontstonden horigen -> halfvrije boeren
  • Ook ontstond er een groep met erfelijke voorrechten, de adel.
  • Horigen waren niet helemaal rechteloos maar mochten niet zonder toestemming van het land
  • Tot de nieuwe klasse van horigen gingen ook veel slaven bij horen
    • Vroeger werden overwonnen volken tot slaaf gemaakt (slavernij verdween niet helemaal)
      • Veel slaven werden verkocht naar Zuidoost-Europa, verkocht aan het Arabisch of byzantijnse-rijk

Het Hofstelsel

  • Grondgebied van een edelman -> domein
    • Twee delen
      • Gebruik door de heer, akkers, weiden, moestuin, vijver, wijngaard en woeste gronden, ook stond er een herenhuis (het hof) met opslagplaatsen en een molen, weverij en andere gebouwen
      • Gebruik door horige boeren, ze beschikten een boerderij met een stuk grond waarmee ze hun gezin voedden -> hoeve
  • Naast deze hoeve mochten ze de woeste gebieden gebruiken om hun vee op te laten lopen
  • Maar om hier te kunnen wonen moesten ze wel een deel van de opbrengst afstaan aan de heer en hun graan in de molen van de heer te malen
  • Ook moesten ze onbetaald voor de heer werken -> herendiensten
    • Tijdens deze herendiensten moesten ze hun land bewerken, als smid of timmerman werken, vrouwen moesten spinnen en weven
  • Economisch systeem met horigen op een domein -> Hofstelsel
    • West-Europa gebruikelijk
  • Koningen, hoge edelen en kloosters hadden soms tientallen grote domeinen die ze lieten beheren door rentmeesters
  • Er waren ook veel verschillen op domeinen, tussen domeinen en tussen boeren
  • Niet alle boeren leefden op een domein
    • Noord Nederland leefden ze vaak in kleine dorpjes van 10-15 hoeven, ze betaalden een rentmeester in natura of geld (natura -> word betaald met producten of diensten)

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.