Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Sil de strandjutter door Cor Bruijn

Beoordeling 7.9
Foto van een scholier
Boekcover Sil de strandjutter
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 4e klas vwo | 2566 woorden
  • 12 juli 2001
  • 105 keer beoordeeld
Cijfer 7.9
105 keer beoordeeld

Boekcover Sil de strandjutter
Shadow
Sil de strandjutter door Cor Bruijn
Shadow
ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Samenvatting Het boek “Sil de Strandjutter” speelt zich af op Oost-Terschelling. In een boerderij wonen Sil met zijn vrouw Jaakje en zijn zonen Jelle en Wietse. Drie jaar geleden kregen Sil en Jaakje een dochtertje dat stierf bij de geboorte. Sil is boer van beroep, daarnaast jut hij aks de kans zich voordoet. Sil is niet alleen boer, hij jut daarnaast ook nog als de kans zich voordoet. Bij Sil en Jaakje leeft een stil verlangen naar een kindje, een dochtertje. Deze wens werd niet vervuld, omdat Jaakje onvruchtbaar werd. In een zware stormnacht ligt Jaakje hierover te piekeren. Maar in die stormnacht gebeurt er iets, wat hun leven totaal zou veranderen. Die nacht wordt Sil gewekt met het geroep dat er een schip in de problemen is, zodat er kans op jutten is. Als Sil bij het strand komt is het schip nog niet vergaan en proberen de schepelingen een reddingsboot uit te zetten. Dit lukt, alleen vallen er een heleboel mensen uit. Sil gaat dan op zijn paard naar de reddingsboot. Het lukt hem om bij de sloep te komen. Daar slaat hij de sloep met een haak vast en trekt hem samen met zijn paard op het strand. In die sloep liggen twee mensen een vrouw en haar kind, de vrouw is overleden, meisje leeft nog. Sil neemt haar mee naar huis en adopteert haar. Dit gaat niet zonder problemen, want de gemeente weet niet of er nog familie is die dat kind terug wil hebben. Gelukkig voor Sil blijkt dit niet het geval te zijn. Sil en Jaakje geven hun pleegdochtertje nu de naam Lobke. Een ander probleem dat er nu voordoet is dat de dominee Lobke niet wil dopen voor ze een jaar bij Sil en Jaakje woont. Sil wordt hier woedend om en breekt de band met de kerk. Zijn kinderen mogen niet naar de zondagschool en hij gaat niet meer naar de kerk voor er een andere dominee is. Na een jaar laat hij Lobke toch dopen al gaat het met veel moeite gepaard. Op het eiland wordt Lobke door iedereen geaccepteerd en krijgt ze de naam Sils Lobke Swede, dit omdat ze uit Zweden kwam. Lobke en Jelle en Wietse groeien gewoon op, ze gaan naar school en helpen thuis mee. Thuis helpt Lobke Jaakje en de zoons Sil. Jelle is erg onberekenbaar de ene keer werkt hij voor twee en de andere dag dwaalt hij over het wad of in de duinen. ‘s Avonds gaat hij ook nog op meidenjacht. Sil is hier niet op tegen, als hij het overbuurmeisje Maam maar pakt. Dit omdat zij enig kind is en haar vader een grote boerderij heeft. Zo krijgt Jelle dat land en Wietse het land van Sil. Wietse is net zo als zijn vader; een echte doorzetter. Op de boerderij helpt hij erg goed, als hij maar uit de buurt van Sil blijft. Dit komt omdat hij en Sil een verschil van mening hebben over het jutten. Wietse vindt dat de gevonden spullen naar de strandvonderij moeten worden gebracht, maar Sil vindt dat je ze gewoon zelf mag houden. (De strandvonderij bewaart dus de gebrachte spullen en verkoopt ze. De opbrengst hiervan wordt verdeeld tussen de vinder, burgemeester en de strandvonderij. De meeste jutters brachten de spullen niet hierheen, maar hielden ze zelf.) Wietse ging toen niet meer jutten met zijn vader, maar ging zijn moeder helpen. Sil vindt dit jammer, maar niet verschrikkelijk. Sil is vreselijk kwaad als hij van Jelle hoort dat Wietse weer is gaan jutten en alles naar de strandvonderij brengt. Sil verbiedt hem dan om nog eens met de wagen weg te gaan. Hij gehoorzaamt niet. Als op een ochtend weer een schip verloren gaat is Wietse er eerder bij dan Sil. Wietse die brengt alles wat hij vindt naar de strandvonderij. Als hij halverwege de morgen terugkomt laat hij het formulier aan Sil zien waarop staat wat hij allemaal bij de strandvonderij heeft gebracht. Dan wordt Sil ongelofelijk kwaad op Wietse en slaat hem. Dit is iets wat een bewoner van Terschelling nooit zou doen. Wietse besluit om naar zee te gaan. En vertrekt zo snel mogelijk naar zee. Dit krijgen ze te horen via de afscheidsbrief die hij laat bezorgen. Sil verbiedt zijn huisgenoten naar Wietse te schrijven en wil Wietse niet meer zien. Als ze een brief van Wietse krijgen wil Lobke hem al meteen terug schrijven, maar daar wordt Sil erg kwaad om. Na enkele brieven te hebben gekregen schrijft Lobke met toestemming van Jaakje toch een brief naar Wietse. Sil vindt het niet goed, maar kan niet tegen Lobke en Jaakje op. Jelle en Lobke maken op een dag, met de wagen, een flinke tocht naar de Bosplaat. Dit is een stuk wad dat bij eb droog staat. Als ze bij een drenkelingenhuisje zijn gaan ze te voet verder en maken dan een flinke wandeling. Dan barst opeens het noodweer los. Dit is erg gevaarlijk omdat de Bosplaat dan snel onderloopt. Ze proberen zo snel mogelijk het huisje weer te bereiken om nog met de wagen naar huis te gaan. Als ze daar zijn is het paard weggelopen, zodat ze daar niet mee naar huis kunnen gaan. Nu slaan ze daar alarm. Jelle wil daar blijven wachten, omdat Lobke dat eind lopen waarschijnlijk niet redt. Lobke wil wel gaan en zegt dat ze het wel haalt. Het water stijgt snel en Lobke wordt al snel vermoeid. Als het water tot hun knieën komt kan ze niet meer en moet Jelle haar dragen. Ternauwernood komen ze bij de duinen aan en zijn ze veilig. Daar ontmoeten ze Sil en een reddingswerker die naar hun toe waren gekomen, door het alarm dat Jelle sloeg. Jelle krijg gelijk een preek van Sil waarom hij zover weg is geweest. Lobke die neemt het nog wel voor Jelle op, maar dat helpt niet. Zo wordt de relatie tussen Jelle en Sil nog slechter. Door deze tocht is Sil ook bang dat Jelle met Lobke zal gaan vrijen. Lobke vindt dit onzin, omdat ze er zelf ook nog bij is. Op zes december is er het feest van de Sunderums, de jongens gaan dan onherkenbaar verkleed met de meisjes dansen op een plein. Lobke die gaat er ook heen, samen met Maam. Die avond danst zij met Jelle, terwijl zij denkt dat het Aike is. Maam wordt ook beet genomen, want die danst die avond met Aike, terwijl zij denkt dat het Jelle is. Als aan het eind van de avond de maskers worden afgedaan komen Lobke en Maam er achter. Terwijl het feest nog verder gaat loop Lobke woedend weg. Als Lobke in bed ligt komt Jelle naar haar toe, ze stuurt hem weg, maar hij blijft toch. Hij zegt tegen Lobke dat hij van haar houdt, en niet van Maam. Sil die hoort hen en komt naar hen toe en verkoopt Jelle een klap. De nachten erna probeert Jelle nog vaker bij Lobke te komen, maar ze doet haar kamertje op slot. Als Lobke op een avond zich aan het wassen is komt Jelle weer. Hij wil haar zeggen dat hij van haar houdt, maar Sil komt en wordt woedend op Jelle en stuurt hem weg. In de vroege morgen hoort Sil dat er een schip in nood is, zodat er gejut kan worden. Bij het strand aangekomen zien ze het schip. Er zijn nog mensen op, maar de zee is te wild om bij het schip te komen. Dan rijdt iemand met behulp van een lijn op een paard de zee in. Sil ziet dat het Jelle is. Jelle redt het om bij het schip te komen. Eenmaal op het schip valt hij eraf. Zo sterft Jelle en raakt Sil zijn tweede zoon kwijt. Jelle’s lichaam wordt nog wel de zee uit gehaald en hij wordt als een held begraven. Sil die rouwt hier erg om en gaat ook weer naar de kerk. Ondanks dat hij geholpen wordt door de dominee pijnigt Sil zich, omdat hij zichzelf de schuld ervan geeft. Wietse schrijft een brief naar huis, waarin hij zegt dat hij van plan is om in de zomer naar huis te komen. Hij kan toch eerder komen en is al in mei op het eiland. Lobke die naar West-Terschelling moet komt hem tegen. Als Wietse thuis komt begroet iedereen hem hartelijk en is hij weer welkom. Door de thuiskomst van Wietse fleurt Sil weer helemaal op. Ondertussen heeft Maam verteld dat zij in verwachting is door Jelle. Wietse die dit ook heeft gehoord, vindt het een schande voor de familie, vooral omdat Jelle dood is. Hij wil dat dus rechtzetten. Hij vindt dat een kind niet zonder vader kan en wil dus wel gaan trouwen met Maam. Maam komt dan met de echte waarheid en zegt dat het kind van Aike is. Zo touwen Aike en Maam dus met elkaar. Wietse is opgelucht en kan dus trouwen met wie hij echt wil trouwen, namelijk Lobke. Titel De titel is: “Sil de Strandjutter”. De titel is een bijnaam voor de hoofdpersoon Sil Droeviger. Hij is een erg goede jutter, vandaar die naam. De titel is wel goed gekozen, omdat het jutten van Sil een belangrijke rol in het boek speelt. Maar het ging Sil in de eerste plaats om het redden van mensen. Zo had de schrijver beter voor de naam Sil de Mensenredder kunnen kiezen.
Personages
Hoofdpersonen:
- Sil Droeviger
Hij heeft als bijnaam Sil de Strandjutter, omdat hij een bekwaam jutter is. Zijn leven wordt beschreven van ongeveer zijn 30ste tot 45ste. Hij is een boer op Oost-Terschelling en het jutten doet hij ernaast. Het gaat hem in de eerste plaats om het redden van de drenkelingen. Daarmee heeft hij er ook vele uit het water gehaald, waaronder Lobke. Als vader trekt hij Lobke wel voor, maar dat zorgt niet voor spanning. Deze spanning komt wel, als Wietse of Jelle het niet met Sil eens is. Hij heeft niks tegen zijn kinderen, hij wil ze zelfs een goede toekomst bieden. Zo koopt hij al land voor Wietse. Desondanks hebben Sil en zijn zoons vaak ruzie en verliest hij ze allebei. Als hij Wietse verliest blijft hij even koppig als hij was. Maar als Jelle sterft geeft hij het op een maakt het weer goed met de kerk en Wietse. - Lobke
Zij is van oorsprong Zweeds, maar wordt geadopteerd door Sil en Jaakje. Zo groeit zij op als een Terschellings meisje. Als zij wordt gered, is zij drie jaar en als zij trouwt is ze rond de achttien. Thuis is zij het lievelingetje van iedereen en zorgt voor een goede sfeer. Dikwijls als Sil driftig is komt Lobke naar hem toe en vergeet Sil zijn driftbuien. Door haar vrolijke doen en laten fleurt het hele huis op. Zij is erg leergierig, want als zij van school af moet, wil ze extra boekjes om te leren. En ze wil ook graag dingen weten over het geloof. Maar ze moet tevreden zijn met de verhalen van Jaakje, omdat ze niet naar de zondagschool mag van Sil. Bijpersonen: - Jaakje
Is de vrouw van Sil. Zorgt voor de huishoudelijke dingen. Zij probeert een goede sfeer in het huis te krijgen en ruzies te voorkomen, net zoals Lobke. Zij denkt erg veel naar, vooral over het geloof en de aparte manier van gebedsverhoring. Ze bad veel voor een dochter, maar werd onvruchtbaar. En toen kwam Sil thuis met Lobke. - Jelle
Is de zoon van Jaakje en Sil. Hij is erg wispelturig. Zo werkt hij de ene keer voor twee en de andere keer is hij weg. Het is een echte meidenjager, maar vindt dat niet fijn van zichzelf. Want hij houdt maar van een meisje namelijk Lobke. Hij kan niet zo goed met Sil opschieten, omdat Sil nogal vaak kwaad naar hem uitvalt. - Wietse
Is de tweede zoon van Jaakje en Sil. Het is een harde werker en denkt veel over dingen na. Hij kan over die dingen erg goed met Lobke praten en vertelt haar erg veel. Als jongen heeft hij erg veel naar de zee verlangd, maar na zijn terugkeer kiest hij voor Terschelling en Lobke. Vertelsituatie Het verhaal wordt verteld door een persoon die niets met het verhaal te maken heeft, het wordt dus alwetend verteld. Je voelt je wel bij het boek betrokken, omdat hij vertelt wat ze denken en voelen. De personen in het boek worden meestal bij naam genoemd. De schrijver gebruikt alleen de persoonlijke voornaamwoorden als er in een stukje vaker dezelfde persoon voorkomt.
Opbouw Het verhaal begint met de inleiding dat Sil en Jaakje zo graag een dochter willen, maar die niet meer kunnen krijgen. Daarna begint het ‘echte’ verhaal dat Lobke wordt gered. De inleiding is niet zo lang, zodat je snel in het verhaal zit. Het grootste probleem is: hoe voed je de kinderen goed op? Sil zit erg met dit probleem, want hij wordt ouder en kan niet zonder de hulp van zijn zonen. Dit lukt hem door streng op te treden, maar daar trekken ze zich op een gegeven moment niets meer van aan. Zo gaat hij over tot slaan, waardoor Wietse wegloopt en Jelle zich zover van hem verwijdert, waarvoor hij niets meer om zijn leven geeft. Zo verdrinkt hij bij een overmoedige reddingsactie. Op het eind komt het weer goed tussen Wietse en Sil. Het belangrijkste punt is een dieptepunt, namelijk het overlijden van Jelle. Daar gaat Sil beseffen hoe fout hij is geweest. Hij laat dit wel heel duidelijk merken, door vele onderdelen van de boerderij zwart te verven en de hele dag niks te doen. Het hoogtepunt is de terugkeer van Wietse. Door die terugkeer vrolijkt het hele huis op. Hierdoor vergeet Sil een beetje het gebeuren met Jelle en gaat hij weer gewoon aan het werk. Het boek eindigt als Sil en Wietse aan het strandrijden zijn en praten over vroeger en hoe het nu verder moet met Sil en Jaakje. Want Wietse en Lobke gaan trouwen en krijgen de boerderij. Thema en Motieven Het thema: “Door schade en schande wijs worden”. Dit thema heb ik gekozen, omdat Sil een sterke wil heeft, zijn kinderen moeten precies doen wat hij zegt. Als ze dat niet deden, kreeg hij driftbuien en de enige die hij dan verdragen kon was Lobke. Doordat Wietse en Jelle wat betreft karakter wel op hun vader lijken, komt het vaak tot een uitbarsting. Door dit gedrag van Sil loopt Wietse weg, maar Sil leert daar niks van en verliest ook nog Jelle. Dit is een erg grote klap voor hem. Hierdoor verandert hij en kan hij het weer goed maken met Wietse. De motieven: de karakters van Sil, Wietse en Jelle; ze zijn allemaal koppig en hebben een sterke wil. Maar de grootste schade werd wel aangericht door de driftbuien van Sil. Schrijver De schrijver is Cor Bruijn. Hij is geboren op 17 mei 1883 in het plaatsje Wormerveen. Hij was een onderwijzer en schreef boeken voor de jeugd en voor de volwassenen. Hij debuteerde met een toneelspel in verzen voor de jeugd, dit was in 1909. Hij had vooral een groot succes met dit boek, het is namelijk verscheidene malen vertaald en zelfs verfilmd. Voor het onderwijs heeft hij het boekje “Uit het sagenland” geschreven. Verdere sagen heeft hij opgeschreven in een bundel met de naam “Nederlandse sagen”. Een ander boek dat hij schreef is “Koentje van de Kattenburg”.

REACTIES

E.

E.

Hartelijk bedankt Timmie

22 jaar geleden

M.

M.

Onwijs goed! Ik heb er veel aan gehad

22 jaar geleden

M.

M.

Hoi ik ben Margreet en doe Havo-Vwo. Ik moest voor nederlands een boekverslag maken. Van onderandere Sil de Strandjutter. Ik heb de film daarvan al een keer gezien en het boek staat bij ons in de kast. Maar omdat ik de film al heb gezien heb ik geen zin om nog eens een boek van 500 bladzijde te lezen. (soms ben ik lui, weet je dat? Nou ja als ik huiswerk heb) Bedankt voor het boekverslag. Ik zal niet alles zo overpennen want dat valt wel op. Thanks!

Groetjes Margreet

22 jaar geleden

E.

E.

Beste Schrijver van het goede verslag,

Ik heb jou verslg gelezen en ik heb er veel aan gehad. Dank je! Ik moest er een Boekbespreking over houden.

Nogmaals,Hartelijk bedankt,

22 jaar geleden

S.

S.

hehe, eindelijk een goed boekverslag van sil de strandjutter! ik heb het voor mijn nederlands tentamen gebruikt. dankjewel :D

11 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Sil de strandjutter door Cor Bruijn"