Siegfried door Harry Mulisch

Beoordeling 4.7
Foto van een scholier
Boekcover Siegfried
Shadow
  • Boekverslag door een scholier
  • 4e klas vwo | 5492 woorden
  • 19 augustus 2006
  • 51 keer beoordeeld
Cijfer 4.7
51 keer beoordeeld

Boekcover Siegfried
Shadow

Rudolf Herter, hoofdpersoon in Siegfried, is een alter ego van Harry Mulisch die de gelegenheid heeft aangegrepen om zichzelf opnieuw met de nodige zelfspot ten tonele te voeren.
Samen met Maria, de moeder van zijn zoontje Marnix, brengt de schrijver Herter een bezoek aan Wenen, de stad van zijn Oostenrijkse vader en van Hitler. Bij uitstek de plek om, zoals he…

Rudolf Herter, hoofdpersoon in Siegfried, is een alter ego van Harry Mulisch die de gelegenheid heeft aangegrepen om zichzelf opnieuw met de nodige zelfspot ten tonele te voeren.

Rudolf Herter, hoofdpersoon in Siegfried, is een alter ego van Harry Mulisch die de gelegenheid heeft aangegrepen om zichzelf opnieuw met de nodige zelfspot ten tonele te voeren.
Samen met Maria, de moeder van zijn zoontje Marnix, brengt de schrijver Herter een bezoek aan Wenen, de stad van zijn Oostenrijkse vader en van Hitler. Bij uitstek de plek om, zoals het in de roman wordt genoemd, de Endlösung der Hitlerfrage te ondernemen.
Tijdens een televisie-interview komt Herter bij toeval op het idee hoe hij dat in een roman zou moeten uitwerken. Wat hij wil is Hitler postuum een 'gefingeerde spiegel' voorhouden, "waarin we zijn gezicht alsnog te zien krijgen". Maar als hij na afloop van zijn lezing in de Wiener Nationalbibliothek kennismaakt met het bejaarde echtpaar Ullrich en Julia Falk, van wie hij de volgende dag iets over Hitler verneemt wat niemand weet, blijkt de werkelijkheid absurder dan de auteur kon bedenken.

Siegfried door Harry Mulisch
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

Inhoudsopgave Verwachting en eerste reactie
Zakelijke gegevens
Samenvatting Analyse
Verwerkingsopdracht Eindoordeel
Evaluatie Gebruikte bronnen http://www.scholieren.com/boekverslagen/15532
Bron voor recensie 1: http://www.volkskrant.nl/ezine/boeken/995519351667.html
Bron voor recensie 2: http://www.groene.nl/2001/0107/tdv_mulisch.html Verwachting en eerste reactie In de folder van lijsters stond dat het boek over de zoon van Hitler zou gaan. Dus ik dacht dat het over het leven ging van Hitlers zoon als die er ooit geweest zou zijn. Wat voor een gevolgen dat zou hebben op de wereld en hoe deze jongen dan zou opgroeien. Maar dit was niet zo toen ik de achterkant van het boek las: De succesvolle schrijver Rudolf Herter bezoekt Wenen ter promotie van zijn nieuwste boek. Tijdens een tv-interview laat hij zich de bekentenis ontlokken dat hij bezig is met een roman over Hitler. Na afloop van een lezing wordt hij aangesproken door een hoogbejaard echtpaar, dat hem vertelt over belangwekkende informatie te beschikken. Hij bezoekt de Flaks bij hen thuis en krijgt het verbijsterende verhaal te horen over de onbekend gebleven zoon van Hitler, Siegfried, die door Eva Braun in het geheim is gebaard en door hen, eveneens in het diepste geheim is opgevoed. Hieruit bleek dat mijn gedachte gedeeltelijk waar was, het ging over hoe de zoon van Hitler opgroeid. Alleen in de folder werd niks verteld over een schrijver, ik werd toen wel nieuwsgierig naar wat de schrijver er mee te maken had. Zakelijke gegevens Het boek “Siegfried” is geschreven door Harry Mulisch. Het boek is uitgeven door Wolters-Noordhoff, Groningen. De eerste druk is in 2001 en het boek heeft 156 bladzijden.
Samenvatting Rudolf Herter is een internationaal bekende Nederlandse auteur. Rudolf Herter en zijn vriendin Maria arriveren in Wenen om het boek van Herter ‘De uitvinding van de Liefde’ te promoten en wat interviews te geven. Tijdens een van deze interviews komt hij naar aanleiding van een gestelde vraag opeens op een idee voor zijn nieuwe boek. Hij raakt gefascineerd door Hitler en door het feit dat hij nog door niemand verklaard is. Niemand is er ooit in geslaagd Hitlers daden en gedachten te begrijpen en Herter voelt zich geroepen deze taak te vervullen. Op dat moment heeft hij nog geen idee hoe hij dit zal gaan aanpakken. De volgende dag heeft hij een lezing in de Nationale Bibliotheek van Wenen en na de lezing begint de signeersessie. Pas wanneer alle mensen naar huis zijn, komt er een ouder echtpaar naar Herter toe: Ullrich en Julia Falk. Zij hebben zijn televisie-interview de voorgaande dag gezien en zij denken dat zij hem kunnen helpen om Hitler beter te begrijpen. Herter heeft het gevoel dat deze twee mensen iets weten wat niemand anders weet en dat deze informatie waardevol is. Hij besluit de volgende dag het echtpaar Falk te bezoeken. Ze vertellen dat zij vroeger in dienst zijn geweest bij villa Berghof: Hitlers buitenverblijf op de Obersalzberg in Berchtesgaden. Aangezien zij een van de laatste overlevenden waren van de Tweede Wereldoorlog en zij in die tijd aan de kant van Hitler stonden hebben zij ongelofelijke waardevolle informatie. De reden waarom zij hun verhaal met Herter wilden delen was dat zij niet wilden sterven met het verhaal. Herter mocht het verhaal pas na het overlijden van het echtpaar Falk publiceren. Julia Falk was in die tijd goed bevriend met Eva Braun. Eva Braun was de geheime vriendin van Hitler en was voor de hele wereld verborgen, omdat de Duitse vrouwen niet mochten weten dat Hitler een vriendin had: dit zou politiek ongunstig zijn want Hitler was in die dagen zeer geliefd onder zijn vrouwelijke onderdanen. Julia Falk had een goede band met Eva Braun en wist daardoor meer dan enig ander over het prive-leven van Hitler. Falk vertelde dat Eva Braun een kind verwachtte van Hitler. Omdat dit absoluut niet openbaar mocht worden, werd er een plan bedacht. Ullrich en Julia Falk zouden het kind opvoeden als hun eigen kind, zodat niemand wist dat dit het kind zou zijn van Hitler. In het geheim beviel Eva op 9 november 1938 (de Reichskristallnacht) van haar zoon Siegfried. Siegfried groeide op en leek enigszins wel op zijn vader: hij speelde graag oorlogje. Siegfried wist niet dat Adolf Hitler eigenlijk zijn vader was. In deze tijd had Eva het erg moeilijk, want zij hield veel van haar kind en het was moeilijk voor haar te accepteren dat zij niet mochten laten merken dat zij de moeder was en Siegfried dan ook met al zijn woede, vreugde en verdriet naar Julia ging, in plaats van naar haar. Ondertussen woedde de oorlog in heel Europa en Hitler begon terrein te verliezen. Op een dag kreeg Herter het bericht dat hij op Hitlers bevel Siegfried moest doden. Wanneer hij dit niet zou doen, zou Siegfried alsnog vermoord worden en zouden hij en Julia naar een concentratiekamp moeten. Hoe erg hij het ook vond, besloot hij het te doen om het leven van Julia te sparen. Hij nam hem mee naar de schietbaan en schoot Siegfried daar door zijn hoofd. Er werd geen onderzoek ingesteld, want het was een “ongeluk”. Na de dood van Siegfried werden Julia en Ullrich overgeplaatst naar Den Haag. Ondertussen was het duidelijk dat de dood van Siegfried een misverstand was: Hitler dacht namelijk dat Eva van Joodse afkomst was: dit stond namelijk in haar papieren. Dit had hem doen besluiten Siegfried te vermoorden. Wanneer men had ontdekt dat hij een half-Joods kind had, dan was dit voor hem rampzalig geweest. Achteraf bleek echter dat Eva helemaal niet Joods was, maar dat het bewijs vervalst was. Dit was gedaan door een van Hitlers handlangers om ervoor te zorgen dat niet Siegfried, maar hijzelf de opvolger van Hitler zou kunnen worden. Toen Hitler hier achterkwam draaide hij compleet door. Ondertussen ging het al heel slecht met het Duitse rijk en het einde van de oorlog naderde. Hitler en zijn handlangers bleven tot het einde bij elkaar in een soort van ondergrondse bunker. Op het laatste moment trouwde Hitler Eva en dat was haar gelukkigste moment in haar leven: hij deed dit dan ook haar als compensatie voor de dood van haar kind, waarna ze samen zelfmoord pleegden. Met de grote hoeveelheid ongelofelijke informatie keerde Herter terug in zijn hotelkamer. Hij had beloofd te zwijgen over het verhaal totdat Falk was overleden en hij deed dit dan ook, maar hij had wel behoefte zijn ideeen en gedachten te ordenen. Hij begon te praten in zijn dictafoon en dacht Hitler opeens helemaal te kunnen doorgronden. Hij praat en praat en Maria die hem niet helemaal kan volgen plaatst enkele kanttekeningen die Herter dan weer volledig weet te verklaren. Op een gegeven moment is Herter zo moe van de grote emotionele inspanning dat hij besluit even te gaan liggen en Maria gaat dan even wat drinken beneden. Wanneer zij later terugkomt ligt Herter dood op bed. De dokter komt en stelt een onmiddellijke hartstilstand vast. Wanneer Maria het bandje van het dictafoon afluistert hoort ze een tijdlang niks en dan opeens hoort ze plotseling een zacht rumoer, en pas na de derde keer luisteren verstond ze wat hij zei: ‘…hij …hij …hij is hier’. Herter is dus eigenlijk ook een slachtoffer van Hitler want deze laatste woorden suggereren dat Hitlers geest die van Herter is komen halen. Hitler zei ooit ook ‘…hij …hij …hij was hier’. Waarmee waarschijnlijk de duivel werd bedoeld. Analyse Motto: Warum holt mich der Teufel nicht? Bei ihm ist est bestimmt schoner als hier. Eva Braun, Dagboek, 2.III.35
Dit betekent: “Waarom haalt de duivel mij niet? Bij hem is het zeker mooier dan hier”. Deze gevoelens komen duidelijk terug in het verhaal. Eva Braun wordt steeds ongelukkiger en ze spreekt ook steeds minder met Hitler. Ze wordt steeds verwaarloosd en de wereld mag niet weten dat de Fuhrer een vriendin heeft. Het thema van dit boek is dat de schrijver Rudolf Herter probeert te ‘vangen’ in de fictieve wereld. Hij probeert er achter te komen wie of wat Hitler eigenlijk was. De motieven die ik in het boek gevonden heb zijn: liefde, haat, dood. De belangrijkste personages die in het boek voorkomen zijn: Rudolf Herter, Ullrich Falk, Julia Falk, Siegfried, Eva Braun, Maria, Adolf Hitler. Rudolf Herter: Hij is een beroemde Nederlandse schrijver van 72 jaar oud die naar Wenen komt om daar zijn nieuwe boek ‘De Uitvinding van de Liefde’ te promoten. Herter vergelijkt Hitler met een dirigent en hij maakt ook een vergelijking tussen Hitler en Nietzsch. Ook bedenkt hij aan het eind van zijn boek de theorie over het Niets. In deze theorie komen zoveel toevalligheden bij elkaar dat het bijna geen toeval meer kan zijn. Na het bedenken van deze theorie, sterft hij plotseling op zijn hotelkamer. Rudolf Herter is de hoofdrolspeler. Ullrich Falk: Hij was een kleine, magere man met blauwe ogen van 89. Hij zag er armelijk uit, maar toch verzorgd. Hij was kaal en tegelijk niet kaal. Zijn witte haar lag als een doorzichtige waas over zijn bleke schedel, die hier en daar roze vlekken vertoonde. Hij was een persoonlijke dienstbode van Hitler en speelde de vader van Hitlers zoon Siegfried. In opdracht van Hitler vermoordt hij onder dwang Siegfried. Dit geheim draagt hij al zijn hele leven mee. Hij heeft het nooit tegen iemand verteld. Behalve dan nu tegen Herter. Julia Falk: Zij is de vrouw van Ullrich Falk. Ze was een kleine, dikke vrouw van 85. Haar gezicht, omlijst door kleine grijze krullen, was breed, wat benadrukt werd door een goudkleurige bril met te grote glazen. Ze had een natuurlijke blos op haar wangen. Zij speelde de moeder van Siegfried en hield van hem alsof het haar eigen zoon was. Daarom had zij het er heel moeilijk mee toen Hitler Ullrich dwong om Siegfried te vermoorden. Siegfried: Afgekort als Siggi. Hij is de geheime zoon van Hitler en Eva Braun. Hij wordt doodgeschoten door Ullrich Falk op bevel van Hitler. Over Siegfried wordt erg weinig verteld. De nadruk van het boek ligt bij zijn biologische vader Hitler. Uit het dagboek van Eva Braun wordt duidelijk dat Siegfried dood moest omdat hij een achtste jood was. Eva Braun: Zij is de vriendin van Hitler. Het is een lieve, gevoelige vrouw. Ze was een geblondeerde, knappe, in gezelschap altijd goedgehumeerde, sportieve vrouw van toen der tijd vierentwintig. Toch was ze vaak alleen. Op die dagen las ze veel romans, draaide platen en hield haar dagboek bij. Doordat Hitler haar zo verwaarloosde, heeft ze verschillende zelfmoordpogingen gedaan. Zij nam Julia Falk al snel in vertrouwen en zij werden goede vriendinnen. Samen met Hitler heeft ze een geheim kind, Siegfried. Eva trouwt met Hitler vlak voordat hij zelfmoord pleegt. Maria: Zij is de vriendin van Rudolf Herter. Ze is rond de 40 jaar. Zij steunt hem en is met hem mee op reis naar Wenen. Ze is een lieve vrouw, die Rudolf niet altijd begrijpt. Je krijgt niet zo heel veel van haar te weten. Adolf Hitler: Wie was hij? Dat is de hoofdvraag die Mulisch heeft geinspireerd om dit boek te schrijven. In dit boek probeert hij erachter te komen wie Hilter werkelijk was. Hitler heeft het gevoel dat hij veel beter is dan de rest van de mensheid. Zelfs de mensen die van hem hielden behandelt hij slecht. Hij realiseert zich niet dat andere mensen ook gevoelens hebben en hij daar begrip voor moet hebben. Het perspectief ligt bij de verteller. Het verhaal is geschreven vanuit een auctoriaal perspectief. Je kunt alleen de gedachten van personen lezen, als deze het zelf ook werkelijk vertellen. De Falks, vertellen tijdens hun verhaal zelf wat ze toen dachten. Ook wanneer Herter zijn theorie bedenkt, lees je dat omdat hij hardop aan het denken is. Het fragment uit het dagboek van Eva Braun is vanuit een ik-perspectief geschreven. Het verhaal speelt zich af in Wenen de hoofdstad van Oosterijk. Berlijn, in de Berghof. Het Berghof is een grote villa waar Hitler graag was tijdens de tweede wereld oorlog. Het verhaal wat Ullrich en Julia Falk speelt zich grotendeels af in het Berghof. De historische tijd is van 1933 tot 1945, de Tweede Wereldoorlog dus. De vertelde tijd is ongeveer 3 dagen, de tijd die Herter doorbrengt in Wenen. Het verhaal speelt zich af in november 1999. Dit wordt duidelijk als Herter het boek van de Falks signeert met “Voor Ullrich Falk, die in tijden van het kwaad, een onvoorstelbaar offer bracht aan de liefde. En voor Julia. Rudolf Herter, Wenen, november 1999”. Het tijdperspectief is voor een groot gedeelte een flash-back, omdat het verhaal waar het om draait, namelijk dat van Ullrich en Julia, een terugblik is, het is dus al voorbij. De rest van het verhaal loopt erg door elkaar heen, omdat Herter uiteindelijk toch weer is beinvloedt door Hitler en daardoor sterft, loopt het terugblik en het heden door elkaar heen. Het gaat dus ook voor een gedeelte om de tegenwoordige tijd, over wat Herter stukje bij beetje allemaal kan verklaren wat betreft Hitler. Toch is het verhaal chronologisch verteld. De stijl van de schrijver is redelijk moeilijk te begrijpen. Hij gebruikt veel moeilijke woorden en is niet altijd even duidelijk. De titel vertelt waarover het hele verhaal naartoe werkt, Siegfried. In het boek zelf gaat het maar een klein gedeelte over Siegfried, het gaat meer over hoe Rudolf Herter het onbegrijpelijke probeert te begrijpen. Verwerkingsopdracht Ikzelf vind het boek wel mooi maar het wordt erg verwarrend in de laatste hoofdstukken. Recensie 1: DE HOOFDPERSOON uit Harry Mulisch' nieuwste roman Siegfried is een oudere, wereldberoemde schrijver. Hij is een opvallende verschijning: 'Het volle haar rondom zijn scherpe gezicht sloeg als vlammen uit zijn hoofd, maar tegelijk was het zo wit als het schuim van de branding. Hij droeg een groenig tweed pak met vest, dat tot taak leek te hebben zijn lange, smalle, breekbare, welhaast doorzichtige lichaam bij elkaar te houden.' Ooit schreef Rudi Herter, zoals de schrijver heet, een roman met de titel De uitvinding van de liefde, die bijna duizend bladzijden telt. Op zijn naam staat een boek over het proces van de SS'er Adolf Eichmann, en in 1967 bracht hij enige tijd op Cuba door. Herter is vergeleken met Homerus, Dalton, Milton en Goethe. Als hij vanwege het verschijnen van de Duitse vertaling van De uitvinding van de liefde met Maria, zijn dertig jaar jongere vriendin, een bezoek aan Wenen brengt, bedankt de gezagsvoerder van het vliegtuig hem voor zijn 'prachtige boek', en als hij voor de Oostenrijkse televisie geïnterviewd wordt, neemt hij in de blik van de interviewster een 'glanzende blik van bewondering waar', een blik 'die hij zo goed kende, maar die hem altijd in verlegenheid bracht'. Die bescheidenheid is gespeeld noch vals, maar domweg inherent aan zijn kunnen. Herter hoort, net als Bach en Rembrandt, tot het slag der genieën: 'Het sprak vanzelf dat hij mooie boeken kon schrijven.' Allemaal Mulischiaanse zelfspot, natuurlijk, en goed getroffen zelfspot bovendien. Wie wil, kan met het zoeken naar overeenkomsten tussen Herter en zijn bedenker een aardig avondje doorbrengen. Toch zou het een vergissing zijn de gelijkenis tussen Herter en Mulisch als een geestigheid af te doen. De overeenkomsten zijn dit keer zo zwaar aangezet, dat ze wel een betekenis moeten hebben. Niet dat we Siegfried - Een zwarte idylle als een autobiografische roman moeten beschouwen. Het boek lijkt eerder op een literair testament, of op een getuigenis van vijftig jaar schrijverschap - Mulisch debuteerde immers in 1951 met Archibald Strohalm. Voor die interpretatie spreekt Herters voortdurende pogingen zijn status als kunstenaar te begrijpen. Daarbij valt hij terug op het achttiende-eeuwse geniebegrip. Volgens dat begrip is een genie een überragender Ausnahmemensch die door de Natuur gebruikt wordt om de wetenschap en de kunst vorm te geven. Deze uitzonderlijke persoon is per definitie een man, en ondanks het jarenlange geloof in de eeuwigheidswaarde van het begrip is het aan mode onderhevig: Rembrandt werd in de achttiende eeuw als een klodderaar beschouwd, en Bachs muziek moest in de negentiende eeuw worden herontdekt. Maar met zulke details houdt Herter zich niet bezig. Hem interesseert alleen het idee van het genie als scheppende kracht. Tijdens het televisie-interview geeft hij daarvan een mooie omschrijving. 'Ik bedoel dat een kunstzinnige fantasie van een of andere soort niet zo zeer iets is dat begrepen moet worden', legt hij uit, 'maar eerder iets waarmee je begrijpt. Het is een werktuig.' Als de interviewster dat niet snapt, geeft hij een voorbeeld: Hitler. Hitler, zegt Herter, is een man aan wie honderdduizenden analytische studies zijn gewijd. Toch weten we nog steeds niet wie hij was, of wat hem dreef. Hij is door al die studies zelfs onbegrijpelijker geworden. 'Misschien', zegt Herter, 'is fictie het net waarin hij gevangen kan worden.' Daarmee is het idee voor een nieuwe Herter-roman geboren. 'Ik wil', zegt Herter tegen de overrompelde journaliste, 'vanuit een of ander verzonnen, hoogstonwaarschijnlijk, hoogfantastisch maar niet onmogelijk feit uit de mentale werkelijkheid naar de sociale werkelijkheid. Dat is denk ik de weg naar de ware kunst: niet van beneden naar boven, maar van boven naar beneden.' Hij wil, met andere woorden, Hitler begrijpen door iets over Hitler te verzinnen. Zover komt het echter niet. Nadat Herter in de Prunksaal van de Weense Nationalbibliothek uit De uitvinding van de liefde heeft voorgelezen, klampt een oud echtpaar hem aan. Het echtpaar heet, net als de huishoudster van Mulisch' vader, Falk, en heeft in de huishouding van Hitler en zijn geliefde Eva Braun gediend. Zij vertellen Herter een geheim dat zo afgrijselijk is, dat Herter zijn fantasie niet hoeft te gebruiken om tot een nieuw begrip van het fenomeen Hitler te komen. De auteur van Siegfried moest dat natuurlijk wel. Mulisch nam daarom zelf de verbeelding voor zijn rekening, en liet het aan zijn personage over om zijn filosofische ideeën over Hitler uit te werken. En hoewel op de fantasie van Mulisch niets is aan te merken, is het juist met deze taakverdeling misgegaan in Mulisch nieuwste roman. Herter houdt er namelijk meer achttiende-eeuwse ideeën op na dan het geniebegrip alleen. Hij deinst er bovendien niet voor terug om met clichés te goochelen, en hij is inconsequent als het om zijn opvattingen over literatuur gaat. Dat zou allemaal niet zo erg zijn - Herter is en blijft een personage, nietwaar - als Mulisch zijn personage die clichés en die ideeën en al die inconsequente uitspraken niet voortdurend met zo'n onrustbarende stelligheid laat poneren. Een voorbeeld. Tijdens een diner bij de Nederlandse ambassadeur komt het gesprek weer op Hitler. Dat is voor de vrouwen in het gezelschap 'het sein' om iets anders te gaan doen: 'Vrouwen zagen niets meer in Hitler, dacht Herter; dat was wel eens anders geweest.' Even later spreekt men over 'de' opera. 'Er bestaan eigenlijk maar drie opera's in de wereld', doceert Herter. 'De eerste is Orfeo van Monteverdi, de tweede Don Giovanni van Mozart. Wagner was natuurlijk een misselijk individu, een antisemiet van de bovenste plank, maar met zijn Tristan heeft hij de derde geschreven.' Tenzij Mulisch Siegfried als één grote grap bedoeld heeft, is het onbegrijpelijk dat dergelijke borrelpraat voor het bewijs van Herters uitzonderlijke wijsheid moet doorgaan. En zo gaat het maar door. Als Herter zijn gedachten over Hitler als manifestatie van het Niets op zijn vriendin loslaat, krijgt niet alleen zij, maar ook de lezer een stevig college filosofie over zich heen. Als Maria zijn betoog niet begrijpt zegt hij: 'Laat maar.' Zijn diepe gedachten bewaart hij liever voor een nieuwe roman over Hitler. Je zou je door die afwijzing bijna aangesproken voelen, ware het niet dat Herter hier zijn eigen idee over de literatuur verloochent. In de kunst, zegt hij, gaat het altijd slechts om het hoe, nooit om het wat. In de kunst is 'de vorm de eigenlijke inhoud'. Later herroept hij die overtuiging met een onzalig cliché. 'Er is een chinees gezegde dat luidt: grote mensen spreken over ideeën, middelgrote over gebeurtenissen, kleine over mensen.' In de literatuur gaat het volgens Herter 'om alle drie, maar meestal ontbreken de idee‘n'. Maar aan het eind van de roman is hij alleen nog geïnteresseerd in de uitdrukking van het Idee, waartoe de natuur hem, het genie, heeft uitgekozen. Dat hij daaraan ten onder gaat, is net zo symbolisch als de vele parallellen in de levens van Herter en Mulisch. Want ook Siegfried verzandt in de theoretische vertogen die Mulisch zijn held laat houden. Geen van beiden slaagt erin om inhoud en vorm te laten samenvallen. De schrijver laat zijn alter ego orakelen en oreren tot deze er letterlijk bij neervalt; lange monologen over de denkbeelden van Nietzsche, Schopenhauer en Heidegger worden afgewisseld met hele en halve citaten uit hun werk en opmerkingen over 'verbluffende ontdekkingen' die Herter daarin heeft gedaan. Je zou wensen dat Mulisch zich Herters opmerking over de eenheid van vorm en inhoud zelf ter harte had genomen. Blijft over de hamvraag. Is Siegfried het net waarin Hitler gevangen is? Wie Mulisch als überragender Ausnahmemensch beschouwt, zou dat kunnen denken. Lezers met een voorliefde voor laat twintigste-eeuwse opvattingen over de rol van de kunstenaar zullen daartoe minder geneigd zijn. Harry Mulisch: Siegfried - Een zwarte idylle
De Bezige Bij; 213 pagina's; fl 39,90. ISBN 90 234 6215 7.
Recensie 2: Mulisch' vondst om Hitler te definiëren als het Niets is vernuftig en vindingrijk. Het is alleen verduiveld jammer voor de miljoenen slachtoffers. - door Theun de Vries
Met enige beheerste fanfare heeft de nieuwe roman van Harry Mulisch, Siegfried: Een zwarte idylle, zijn intrede gedaan in het domein van de Nederlandse letteren waar altijd meer bij kan. Het is een roman waarvan over de inhoud geen eensluidend oordeel kan worden geveld: het werk valt in afzonderlijk te beoordelen onderdelen uiteen. Onze vaderlandse recensenten zijn te vaak gewend om boeken in 't algemeen één kwalificatie mee te geven; Mulisch althans kan zich niet beklagen over onwelwillendheid in dit opzicht. Siegfried verdient naar mijn mening een andere benadering, al kan men om te beginnen vaststellen dat het een interessante roman is. Deze zwevende omschrijving vraagt echter wel om een nadere analyse. De schrijver heeft het aangedurfd een definitief oordeel te vormen over de persoon (of on-persoon), het wezen (of on-wezen) van Duitslands door de voorzienigheid gezonden leidsman uit de jaren 1933-1945. Wat aan die twaalf jaren voorafgaat, is voor het begrip van Adolf Hitler niet te verwaarlozen, maar Mulisch bepaalt zich tot de periode van de onbeperkte machtsuitoefening door de nazi's, en dan vooral door hun voorman die het merk van zijn klauw op het Duitse volk en vervolgens op Europa heeft gezet - de jaren waarin de eigenlijke identiteit van de Führer op gruwelijke wijze aan het licht trad. Gedurfd is het pogen om - zoals dat bij de publicatie van menige in onze tijd geschreven biografie vaak gebeurt - een karakteristiek te geven die zich definitief wenst te noemen. Immers, waar gaat het hier om? Mulisch' protagonist in Siegfried is de Nederlandse, ook internationaal befaamde, gevierde, vertaalde, verfilmde en op ambassadeursniveau verkerende auteur Rudolf Herter - blijkbaar moet zijn naam een zekere assonantie hebben met die van Hitler. Hij is gefascineerd door het verschijnsel waaraan de naam Adolf Hitler is gekoppeld, het verschijnsel van Iets, om in de gedachtegang van Mulisch te blijven. Zoals menige schrijver in de gewelddadige twintigste eeuw kent ook deze Herter het diepzittende verlangen om zich te meten met dat fenomeen, het in zijn ware dimensies te peilen en daarmee afdoende te definiëren. Dit procédé wordt door Mulisch opgevat als een soort afrekening: Herter komt inderdaad, dankzij een rusteloos dóórdenken en een gelukkig toeval dat hem samenbrengt met twee van de intiemste Hitler-getuigen, tot een «laatste woord» over Duitslands maximale oorlogsmisdadiger. Een «laatste woord», waarvan het vinden de auteur Mulisch grote voldoening moet hebben verschaft en waarbij hij het besef moet hebben gehad dat hij een raadsel van de moderne wereldgeschiedenis heeft ontraadseld: een «laatste woord» waar de hele roman om draait. Immers, het is opvallend dat al wat in deze roman buiten het streven van Rudolf Herter valt om Hitler te grijpen en aldus te verslaan, nauwelijks behoort tot wat wij onder literatuur plegen te verstaan. Literatuur is wat literair is, en literair is wat ons in een geschreven werk pakt, meesleept en overtuigt, dat wat voorgoed een deel blijft van onze fantasie- en herinneringswereld. Uit dien hoofde noem ik de eerste zestig bladzijden van Siegfried gelegenheids- of ook mededelings-schriftuur die geur- en kleurloos op ons afkomt en weer wegglijdt. Deze zestig bladzijden vormen de aanloop tot Herters ontdekking aangaande Hitler, maar het is voor de stoute sprong die volgt wel een wat vertraagde aanloop. Men heeft mij willen verzekeren dat het hier om een ironisch zelfportret van Mulisch zou gaan, maar ik moet dan wel zeggen dat het een ironie betreft waar de rek uit is. Dat verandert echter, en wel zeer ten goede. Het is verwonderlijk om vast te stellen hoe Mulisch' stijl, wanneer het om de definitieve afrekening met Hitler gaat, aan sonoriteit en echtheid wint. Men ervaart dat Mulisch dan eigenlijk pas zijn authentieke geluid laat horen. Men hóórt hem spreken door de mond van de betogende Rudolf Herter, die zijn vriendin Marie uitlegt hoe het nu wezenlijk met dat Hitler-fenomeen is gesteld. Hier is Mulisch op z'n best, deels detective, deels profeet of als men wil paragnost. Hij heeft zich met respectabele intelligentie vastgewroet in de mollengangen van de Duitse filosofie en daaruit de merkwaardige constructie aan het licht gebracht die Adolf Hitler kenschetst als de niet-toevallige, niet uit de modder van de grote stad opgeklommen intrigant-samenzweerder die zich door sinistere politieke praktijken omhoogwerkte tot dictator over een heel volk (en weldra over een werelddeel) en ten slotte tot massamoordenaar. Het is veel erger. Adolf Hitler belichaamt (of belichaamt eigenlijk niet, maar is) het Niets, een godsgruwelijk negatiebeginsel, een filosofisch en zelfs theologisch niet meer te duiden horrendum, een «zwart gat» dat men alleen nog kan benaderen in bewoordingen, ontleend aan het befaamde geschrift Das Heilige (eerste druk 1917) van de Duitse theoloog Rudolf Otto: een grondeloos, numineus en schrikwekkend mysterie. Mulisch komt aldus, van Kant op Schopenhauer op Nietzsche overstappend (met een schuine blik naar Wagner, de antisemiet) tot zijn «laatste woord» over het Hitler-fenomeen. De citaten (Duits) uit genoemde filosofen, met wat Heidegger en Sartre als toegift, zijn met scherpe blik gekozen, en dat niet als min of meer toepasselijke uitspraken, maar als ieder toeval te buiten gaande, tot in het mystieke en occulte zwemende merktekens van een historische onafwendbaarheid. Het is Mulisch' ontdekking die hij Herter in een uitvoerig en sluitend betoog in de mond legt - een betoog waarin Hitler ten slotte wordt omschreven als «het Totaal Andere, het geïncarneerde nietigende Niets, de wandelende Singulariteit, die noodgedwongen alleen zichtbaar kan worden als een masker». Mulisch' vondst is niet alledaags en levert hem wat vernuft en vindingrijkheid betreft een hoog cijfer op. Het is alleen verduiveld jammer voor de miljoenen slachtoffers van deze singulariteit, de joden en hun kinderen, de zigeuners, de soldaten en verzetsstrijders, om van een paar miljoen burgers te zwijgen, dat zij hun leven hebben moeten offeren op het altaar van deze onderwereldgod, die zich bij zijn leven minder als een ontologisch onachterhaalbaar verschijnsel heeft gedragen dan als een krankzinnige mensenverdelger. In dat opzicht moet men Mulisch de vraag stellen of er niet een element van verfijnde Spielerei in zijn hele Hitler-definitie steekt: waar blijft Herters afrekening met het misdrijf als het misdrijf reeds heeft plaatsgevonden? Knap is het laatste deel van de roman, het «dagboek van Eva Braun», vanwege het realiteitseffect waarschijnlijk cursief gedrukt. Hier hebben wij te maken met een min of meer reële vrouwenfiguur, al is de hysterie niet afwezig. Dit ongelukkige schepsel (zijzelf vindt haar persoonlijk offer en het bunkerhuwelijk met haar «Adi» heerlijk) is volgens de roman in 1938 de moeder geworden van Hitlers zoon. Hoe zou die anders kunnen heten dan Siegfried? Omdat alle Duitse vrouwen een kind willen van Hitler en uit een soort nazi-victorianisme is Eva's zwangerschap en de geboorte van Siegfried aan Eva ontnomen en overgedragen op een nazi-echtpaar, Hitlers huishouders in Berchtes gaden, Ullrich en Julia Falk. Het is dit paar, dat na enkele decennia in een Weens oudedagstehuis (Eben Haëzer = steen der hulpe!) is terechtgekomen, en nu in sindsdien verkregen democratische, althans antifascistische gemoedsstemming de te hulp geroepen befaamde Nederlandse auteur het geheim van de Hitler-zoon wenst mee te delen. En niet slechts het geheim van Siegfrieds geboorte, maar ook dat van zijn dood: want wanneer SS-hoofdman Heinrich Himmler de geboorteregisters van de familie Braun heeft laten vervalsen, en het Germaanse knaapje voor een achtste joods bloed in de aderen zou hebben, geeft de Führer het bevel zijn zoon te laten doden. Deze kindermoord is maar een onderdeeltje van de algehele Götterdämmerung die zich vervolgens rondom en met Eva Braun in Hitlers laatste bunker voltrekt. Onder Mulisch' schrijvershanden krijgt de zwarte idylle vorm, en gaat wat wij al wisten, en wat Mulisch ons er bij vertelt, bij het machtig brullen van de Russische kanonnen ten onder. Siegfried is het symbool geworden van wat een Grote Nihilist met zich meesleurt in de afgrond. Dit laatste overigens tot genoegen van de hedendaagse lezer, die niet vaak genoeg ter kennis kan nemen hoe de grootste veldheer aller tijden zijn kale, gore ondergang heeft gevonden. Het laatste hoofdstuk van Mulisch' roman had er naar verwachting heel anders uit moeten zien: Herter, die de verbijsterde wereld deelgenoot maakt van het door hem ontdekte «laatste woord» over Hitler. Maar nee: Mulisch beschrijft hoe Herter, vlak voor het vliegtuig hem naar Nederland terug zal brengen, in zijn Weense hotelkamer aan een hartstilstand overlijdt, die vergezeld gaat van zonderlinge occulte verschijnselen. Ook hij wordt meegetrokken in het Nihil dat hij heeft ontsluierd. Hij mompelt zelfs nog als gestorvene: «hij... hij... hij is hier.» Wil Mulisch ons symbolisch laten geloven dat Hitler vanuit het dodenrijk nog macht uitoefent? Het is wat te veel van het Duitse Unheimliche. Trouwens, het is een eigenaardigheid van Siegfried dat men, Nederlandse woorden lezende, hier en daar niet kan ontkomen aan de indruk dat men met een Duitse roman te maken heeft. Oordeel recensie 1: Het is een mooi boek alleen de beargumentering in de laatste hoofdstukken had Harry Mulisch voor zichzelf kunnen houden. Dit wordt beargumenteerd door voorbeelden te geven van welke schrijvers er citaten van gebruikt worden. Oordeel recensie 2: Mooi boek alleen soms kan je niet aan de indruk ontkomen dat men met een Duitse roman te maken heeft. Dit wordt beargumenteerd door ook Duitse woorden te gebruiken in de recensie. Ik ben het met beide schrijvers wel eens, in de laatste hoofdstukken zou het fijner zijn al Harry Mulisch zijn gedacht voor zich had gehouden. En soms lijkt het inderdaad een Duitse roman omdat er zoveel Duitse woorden en citaten in worden gebruikt. Eindoordeel Het boek “Siegfried” van Harry Mulisch vind ik geen makkelijk boek om te lezen. Er staan ook vaak dingen in het Duits die ik niet helemaal begreep. De eerste hoofdstukken waren nog wel te volgen, vanaf hoofdstuk 16 werd het nogal ingewikkeld. Daar probeert Rudolf Herter zelf te begrijpen wat hij allemaal gehoord heeft bij de familie Falk. Dit probeert hij door allemaal opsommingen te maken van citaten die beroemde schrijvers ooit hebben gezegd. Ikzelf weet dan niet over wie hij het heeft of wat het te maken heeft met het verhaal. Ik heb wel respect voor het feit dat de schrijver van het boek al deze dingen erin heeft kunnen zetten. De schrijver moet hiervoor een grote fantasie hebben. Ook maakt Rudolf Herter een vergelijking met de geboorte van Hitler en het sterven van Nietzsch die ikzelf ook niet begrijp. Hij zou daarmee beweren dat Adolf Hitler al een moordenaar was terwijl hij nog geboren moest worden. En wie Rudolf Herter bedoelt met: ‘…hij …hij …hij was hier’ is mij nog steeds niet duidelijk. Het kan Hitler zijn, de duivel, god of Nietzsch. Hij heeft het over allemaal gehad. Soms verteld Herter iets en gaat hij van het ene onderwerp ineens naar het andere onderwerp waardoor het allemaal redelijk verwarrend is. In het kort vind ik het wel een mooi boek alleen redelijk verwarend, vanwege de moeilijke woorden en de onbekende citaten. Ook omdat er geen echt einde is. Het verhaal stopt ineens als Herter doodgaat aan een hartstilstand. Evaluatie Het verslag maken was deze keer moeilijker dan de vorige keer. Dit komt denk ik vooral omdat ik het boek deze keer minder begreep. De verwachting en eerste reactie was niet zo moeilijk om te doen want je kunt gewoon invullen wat je dacht toen je het boek voor het eerst zag. De zakelijke gegevens waren niet al te moeilijk omdat deze al in het boek staan. De verwerkingsopdracht was deze keer het moeilijkste. Dit komt vooral omdat het moeilijk is om recensies te vinden en die dan ook nog zo goed te begrijpen dat je kunt onderstrepen wat de belangrijkste uitspraken zijn. Het eindoordeel was niet te moeilijk omdat je dan gewoon je gedachte over het boek kunt opschrijven.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Siegfried door Harry Mulisch"