Uitgever: Atlas, Amsterdam
Jaar van eerste uitgave: 1999
Aantal bladzijden: 499
Druk: Eerste
Korte inhoud van het verhaal:
Het verhaal speelt zich af vanaf eind 19e eeuw tot en met de hele 20e eeuw. Catrinus Mak is de vader van Geert Mak, de schrijver. Er wordt eigenlijk nooit over Catrinus gesproken maar eigenlijk altijd over ‘mijn vader’. Catrinus Mak wordt geboren op 28 september 1899. Hij groeit op in Schiedam. Er wordt veel over de politiek in Nederland in die tijd geschreven. Als de Eerste Wereld oorlog uit is gebroken leert Catrinus Mak Geertje van der Molen kennen, die in het verhaal wordt aangeduid met ‘mijn moeder’, en hij trouwt met haar in 1924. Samen gaan ze dan in Brielle wonen waar Catrinus dominee wordt. Maar omdat Catrinus het eens was met de ideeën van J.G. Geelkerken moesten Catrinus en Geertje het land uit, ze zijn toen naar Indonesië gegaan.
In deze periode van Geert Maks vader worden zijn eerste kinderen, Anna, Cas, Tineke en Gjalt geboren, later worden dan nog Koosje en Hans geboren maar Koosje overlijd na de geboorte. Anna en Cas worden op zekere leeftijd terug naar Nederland gestuurd om daar op school te gaan. Als dan de Tweede Wereld oorlog uitbreekt moet Catrinus Mak aan een spoorlijn werken en wordt De vrouw van Catrinus samen met de rest van de broers en zussen van Geert (die dan nog niet geboren is) in een Jappenkamp gezet.
Na de Tweede Wereldoorlog ontmoeten de familie elkaar weer in het begin van februari 1946 en in maart 1946 gaan ze weer terug naar Nederland. Geert wordt in december dat jaar geboren.
In de naoorlogse periode word er veel verteld over de economie, politiek en over het geloof. Na 1973 gaat het steeds slechter met de Nederlandse economie en politiek. Ook gaat het slechter met de vader en moeder van Geert Mak, ze besluiten hun laatste jaren van hun leven door te brengen in een verzorgingshuis in Drachten, waar ze beiden overlijden.
Verklaring van de titel:
Het boek heet “De eeuw van mijn vader”, want het hele verhaal is namelijk een beschrijving van de eeuw waarin de vader van de Geert Mak leefde.
Perspectief:
Het is een auctoriale vertelsituatie (ik perspectief), want de schrijver weet alles en er wordt veel gesproken over “mijn vader”.
Citaat: “Mijn vader was voornamelijk woedend. Een van de eerste brieven die hij uit Nederland kreeg, was afkomstig van zijn oude vriend Scheps, dé journalist van de gereformeerde wereld.”
Personages:
Er is één hoofdpersoon, Catrinus Mak.
Catrinus Mak is een jongen die op 28 september 1899 werd geboren, te Schiedam en hij had donker gekleurde haren.
Als hij zijn vrouw Geertje van der Molen leert kennen gaat hij theologie studeren en in 1924 trouwt hij met haar. De twee verhuizen en Catrinus wordt in hun nieuwe woonplaats dominee.
Catrinus Mak is een round character, want hij wordt voluit beschreven en je begint steeds meer over hem te weten naarmate het verhaal vordert.
Tijd:
Het verhaal duurt een levensjaar van iemand dus dat is 84 jaar in dit geval. En het verhaal speelt zich af vanaf eind negentiende eeuw tot eind twintigste eeuw, ik weet deze getallen zo precies omdat er heel veel jaartallen in het boek staan.
Het verhaal is chronologisch verteld, want er zitten geen flashbacks in.
Er is in een aantal stukken wel sprake van een tijdsverdichting, want er wordt in een weinig aantal bladzijden een groot stuk verhaal verteld.
Plaats en ruimte:
Het verhaal speelt zich voornamelijk in Nederland af in Schiedam waar Catrinus Mak opgroeit en in Brielle waar hij samen gaat wonen met zijn vrouw Geertje. Ook speelt het verhaal zich voor een groot gedeelte af in Indonesië en dan vooral in de Jappenkampen waar de vrouw en kinderen van Catrinus zaten en langs de spoorlijn waar hij zelf moest werken.
Structuur:
Het is een informatieve opening, want het verhaal bouwt zich langzaam op.
Er is in dit boek sprake van een gesloten einde, want het eindigt met de dood van de vader en moeder van Geert. En het laatste hoofdstuk genaamd “Epiloog” daarin wordt beschreven hoe het met de rest van de broers en zussen is van Geert.
Thema:
Het hoofdthema in het boek is: geschiedenis, want het boek stond ook tussen de geschiedenis boeken in de bibliotheek, maar als het hier niet bij had gestaan dan was het thema nog overduidelijk tevoorschijn gekomen want het boek beschrijft een deel van de geschiedenis van Nederland door de schrijver gezien..
Genre:
Het boek is biografisch, want Geert Mak beschrijft het leven van zijn vader Catrinus Mak, maar ook is het boek een soort van geschiedenisboek, want er staan heel veel historische feiten in.
Taalgebruik:
Het taal gebruik is soms wat ingewikkelder dan zoals in ieder ander boek, dit komt misschien ook wel omdat er soms over dingen werd gesproken die best ingewikkeld waren. Maar voor de rest zijn er geen speciale kenmerken aan het taalgebruik van in dit boek.
Auteur:
Achternaam: Mak
Voornaam: Geert
Geboren: December 1946 Te: Vlaardingen
Geert Mak wordt wel de volksjournalist van Nederland genoemd, zoals Gerard Reve onze volksschrijver is en Lou de Jong onze volkshistoricus. Geert Mak werd geboren in 1946 als zevende, en jongste kind van de familie. Zijn ouders waren toen al bijna vijftig.
Hij studeerde staatsrecht en rechtssociologie in Amsterdam. Daarna koos hij al snel voor de journalistiek. Hij schreef onder meer voor het opinieweekblad De Groene Amsterdammer. Hij publiceerde een aantal boeken over bestuur, politiek en de stad Amsterdam. Met ‘Hoe God verdween uit Jorwerd' en ‘De eeuw van mijn vader' is hij doorgebroken bij het grote publiek.
De eeuw van mijn vader laat niet alleen de positieve kanten van de familie zien. Ook minder goede kanten komen onverbloemd naar voren, zoals hun racistische ideeën over de oorspronkelijke bevolking van Nederlands-Indië. Zo wordt er zo min mogelijk met de 'inlanders' gesproken en mogen de kinderen niet met ze spelen. Overigens zijn dat in die tijd wel de gangbare omgangsvormen.
Mening:
Ik heb dit boek gekozen, omdat ik een boek moest kiezen dat voldoende punten opleverde voor mijn boeken lijst, en toen ik zo door mijn boekenlijst aan het bladeren was viel dit boek mij op en het leek me wel een leuk boek, omdat het over de twintigste eeuw ging.
Ook vond ik het ook boeiend om te lezen hoe een familie een hele eeuw heeft beleeft, met goede tijden en slechte tijden.
Het is niet zo moeilijk om in het verhaal te komen omdat het boeiend verteld wordt maar soms zaten er stukken tekst tussen die best lastig waren.
Af en toe vond ik sommige stukken tekst beter passen in een geschiedenisboek dan in een “leesboek.”
REACTIES
1 seconde geleden