Verslag Harry Potter en de geheime kamer. Harry zat weer bij de Duffelingen, want het was weer zomervakantie. Hij was vandaag jarig maar dat waren de Duffelingen weer vergeten. Harry ging maar naar boven om zijn eigen feestje te bouwen, maar toen hij op zijn kamer was zag hij iemand op zijn bed zitten, het was Dobby de huiself van de familie Malfidus. Dobby kwam waarschuwen dat Harry niet naar Zweinstijn mocht gaan, het zou er te gevaarlijk voor hem worden. Na een ongelukje werd Harry opgesloten in zijn kamer, gelukkig kwamen Ron (zijn beste vriend), Fred en George hem bevrijden doormiddel van een vliegende auto. Harry ging bij de Wemel’s logeren, het is er geweldig zei hij. Samen met de Wemel’s en Hermelien gingen ze naar de Wegisweg, om de nieuwe schoolboeken te kopen. Ze gingen samen naar het perron 9 ¾, maar toen Harry en Ron door de poort wouden, werden ze niet toegelaten, het hek was dicht! Hoe moesten ze nu bij Zweinstijn geraken, Ron had een idee met de vliegende auto! Waarna ze daar terecht komen, valt de motor bijna uit en moeten een noodlanding houden. Ze vliegen recht in een grote boom, terwijl ze daar zaten hoorde ze veel geluid en de boom begon te trillen en te bewegen. Het was een betoverende boom, die ze plat wou slaan. Maar gelukkig konden ze er net op tijd uit. Ze wilden Zweinstijn binnen gaan, maar werden tegengehouden door Professor Sneep. Hij wou dat ze van school werden getrapt, maar door Professor Anderling kregen ze alleen een waarschuwing en strafwerk. Daar was Sneep niet blij mee, Professor Sneep kon Harry wel wurgen maar andersom was dat ook het geval. Maar voor der rest ging alles goed. Ze krijgen ook les van Professor Smalhart, een Professor die alleen zich zelf erg geweldig vindt. Heel vreemde is dat Harry steeds vreemde stemmen hoort, en samen met Ron gaan ze op zoek waar de stem vandaan komt. Ze lopen een gang en in ze zien een bord met daarop geschreven: DE KAMER IS GEOPEND. HOEDT U, VIJANDEN VAN DE ERFGENAAM, ook zien ze Mevrouw Norks hangen. De kat van Vilder. De kat is versteen en hangt aan een kaarsenstandaard. Hermelien komen achter de geschiedenis van de Geheime kamer: Zalazar Zwaderich was tegen Dreuzel kinderen daardoor kreeg hij ernstige conflicten met Goderic Grifoendor, waardoor Zwaderich een tijdje de school verliet. Volgens de legende heeft Zwaderich een geheime kamer in het kasteel gebouwd, waar alleen hij van wist. In de jaren daarna zijn er verschillende onderzoeken gedaan naar de kamer gedaan, maar zonder resultaat. Harry, Ron en Hermelien denk dat Malfidus de erfgenaam is, maar komen niet veel te weten. Maar ondertussen worden meer mensen aangevallen en versteend waaronder: Hermelien en Kasper Krauwel. Dan vind Harry een dagboek bij Jammerende Jenny, een spook dat in de meisjes wc woont. Op het dagboek staat M.A. Vilijn, er staat niets in maar toch is Harry geboeid door het boekje. Als Ginny Wemel Harry met het boekje ziet, wordt ze doodsbang. Harry gaat in het boekje schrijven, het dagboek schrijft terug, Marten Vilijn vertelt hem over de Geheime kamer. Hij zegt dat jaren terug Hagrid de kamer heeft geopend. Een paar dagen later komt Perkamentus Hagrid halen, hij wordt van school gehaald hij moet naar de gevangenis Azkaban. Hagrid heeft tegen Harry gezegd dat hij spinnen moet volgen. Dat gaat hij doen samen met zijn vriend Ron ook halen ze de hond van Hagrid die nog wel rond loopt in Zweinstijn. Ze vinden in het verboden bos een grot, waar veel spinnen naar binnen gaan, ook Harry en Ron sluipen naar binnen. Ze vinden Aragog, de spin vertelt heel het verhaal aan Harry en Ron en ze komen te weten dat Hagrid de kamer helemaal niet heeft geopend. Harry en Ron wouden weg gaan maar ze werden tegengehouden door de andere spinnen. Net op tijd kwam daar de vliegende auto weer aangereden. En konden ze op tijd weg. Harry en Ron gingen naar Hermelien die nog steeds versteend was, Harry vond een briefje in Hermelien’s hand. Het ging over de basilisk, de koning der slangen, met zijn blik kon hij mensen vermoorden. Als ze niet rechtstreeks keken werden ze versteend. Ginny blijkt door het monster meegesleurd te zijn naar de Geheime kamer. Harry en Ron gaan eerst naar Professor Smalhart die misschien wel is zou kunnen helpen. Harry, Ron en Smalhart gaan samen naar de wc waar Jammerende Jenny zat. Harry zag 2 slangen op een van de kranen. Hij riep in Sisselspraak “ga open” er verschijnt een grote pijp, Harry, Ron en de professor sprongen er in en lieten zich begeleiden naar de Geheime kamer. Alleen Harry komt echt in de Kamer, hij ziet Ginny liggen en in een andere hoek kwam Marten Vilijn aangewandeld. Hij was degen die de kamer heeft opengemaakt, 50 jaar geleden. MARTEN ASMODOM VILIJN, de letters veranderde in “mijn naam is Voldemort”. Marten stuurde de Basilisk in Sisselspraak op Harry af. Harry kreeg hulp van Felix de feniks en de sorteerhoed, Het zwaard van Grifoendor bleek in de sorteerhoed te zitten, de basilisk werd afgeleid door Felix, maar harry is al zwaargewond en hij wist dat hij doodging, Felix begon te huilen, zijn tranen drupte in de wonde van Harry. De tranen helen de wond. Harry stak de basilisk in zijn ogen en de basilisk gaat dood, dan pakt Harry een afgebroken giftand en steekt deze in het dagboek.Voldemort gilt en verdwijnt. Ginny ontwaakt en vertelt aan Harry dat zij de erfgenaam is van Zwaderich. Via het dagboek werd ze beinvloedt door Voldemort. Alle versteende leerlingen en Mevrouw Norks komen weer tot leven. Dobby wordt vrijgelaten.