Sonst bist du dran!
Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.
REACTIES
1 seconde geleden
N.
N.
ik heb het heel fijn kunnen gebruiken.
21 jaar geleden
AntwoordenT.
T.
geweldig uittreksel!!! hoef ik dat boekje nie te lezen ;) bedankt groetjes Tabitha
21 jaar geleden
AntwoordenP.
P.
kon je niet ff een langer verslag schrijven joh!!!
20 jaar geleden
AntwoordenS.
S.
ik heb het boek zelf ook gelezen en een boekverslag over gemaakt maar jij hebt het gewoon geweldig uitgelegt.
20 jaar geleden
AntwoordenI.
I.
slegt verslag maar maar kan beter
20 jaar geleden
AntwoordenN.
N.
jouw spelling is ook slecht, kan beter
8 jaar geleden
S.
S.
goed uittreksel, maar was dat het einde? het lijkt net of er nog iets achter komt, ik weet niet of dat het eind is!?
20 jaar geleden
AntwoordenG.
G.
Heej Wouter,
Ik vond het echt een saai boekje maar ik moest een boekverslag maken dus bedankt, Groeten Gerard
20 jaar geleden
AntwoordenS.
S.
thanks man
14 jaar geleden
AntwoordenY.
Y.
oke ff serieus er staan ontiegelijk veel comma's in deze samenvatting en het hindert me heel erg tijdens het lezen.. Leer nederlands.
14 jaar geleden
AntwoordenF.
F.
@you: fuck you vriend beter hou jeje bek en rot op
8 jaar geleden
A.
A.
slecht schrijf je niet met een g! let eens op jezelf ipv op een ander! dit verslag helpt mij enorm om morgen een boektoets te kunnen maken! dankjewel!
13 jaar geleden
AntwoordenW.
W.
jammer dat je niet kan retweeten
11 jaar geleden
H.
H.
fok you
8 jaar geleden
Peter
Peter
Hallo het word fok jou schrijf je met een foCK en niet met fok let er volgende keer op mafklapper
Gr Peter
2 maanden geleden
A.
A.
geweldig
8 jaar geleden
AntwoordenA.
A.
gewelfig
8 jaar geleden
Y.
Y.
gewoon super slecht
8 jaar geleden
AntwoordenPeter
Peter
Hou je mond dicht 🤫 litlle baby
2 maanden geleden
H.
H.
Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij
7 jaar geleden
AntwoordenW.
W.
[quote=henk;261123]
Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanval. Vervolgens is hij volkomen in de war en laat zich door een vreeemde man beschuldigen van het vernielen van autoantennnes en spiegels. De man brengt hem naar het politiebureau, waar hij zijn naam en adres moet opschrijven. Michel is echt ondersteboven. Thuis vertelt hij alles aan zijn ouders. Hij moet het van hen goedmaken met Arnold. Frau Hafner laat iedere leerling anoniem iets over geweld opschrijven, liefst over zichzelf. Er komen afschuwelijke dingen op papier te staan. Ook Michel schrijft op, dat hij iemand gras heeft laten eten. De hele klas is ondersteboven van het geschrevene, maar het heeft wel een goede uitwerking. Michel probeert zijn fout goed te maken door Arnolds sjaal uit de boom te halen, te wassen en te strijken. Gelukkig neemt Arnold het aan en zijn ze weer vrienden. Bertram blijkt een gewone jongen te zijn, die namen van meisjes en haren van meisjes verzameld. Klaus heeft problemen thuis, want hij komt op een dag met een blauw oog op school, daarom doet hij zo wreed met Arnold.Het boek begint midden in een situatie, in de toiletruimte. Michel, de hoofdpersoon, hoort kokhalzen en verstikkingsgeluiden. Michel ziet, dat Bertram en Klaus Arnold in de W.C. pot duwen, net zo lang, totdat er een leraar komt. Bertram en Klaus dwingen Michel om niets te zeggen. Michel vindt het wel vreemd, dat Arnold niets tegen de leraar zegt. Wanneer Arnold in de klas gaat zitten, houden de leerlingen hun neus dicht, omdat ze vinden, dat hij stinkt. De tekenlerares, Frau Rode, merkt wel, dat er iets aan de hand is, maar kan niet uitvinden wat. Michel loopt door het park naar huis, onderweg voert hij zijn brood aan de eenden. Hij ziet, dat Bertram en Klaus en zelfs Fanny Arnold weer te pakken hebben. Ze slaan hem, zodat zijn neus bloedt en het bloed op hun kleren komen. Dan worden ze nog agressiever. Opeens hebben ze in de gaten, dat Michel hen ziet. Ze dwingen hem nog een keer om niets over hen te zeggen, anders gaat hij eraan. Michel gaat zo snel mogelijk naar huis. Hij kan niets door zijn keel krijgen. Hij vraagt of hij op karate mag. De volgende dag zegt hij, dat hij buikpijn heeft, maar zijn moeder brengt hem met de auto naar school. In de pauze, in de garderobe zegt Bertram, dat ze Michel niet vertrouwen. Na schooltijd moet hij op de parkeerplaats met de groep samenkomen. Arnold wordt opnieuw gepest. Zijn sjaal wordt in de boom gehangen. Michel is van dit alles knap beroerd. De volgende dag vertelt Frau Hafner, dat ze in verwachting is. De klas is daardoor even wat prettiger. De vader en moeder van Michel bezorgen hem een leuke middag, maar hij geniet er niet van. Daarna komt het ergste. De volgende pesterij van Arnold, moet Michel zelf meedoen. Hij moet gras in de mond van Arnold stoppen, dat doet hij in een woedeaanva
7 jaar geleden
E.
E.
Zou iemand 5 belangerijke citaten uit het boek kunnen sturen met blz nummer erbij
4 jaar geleden
AntwoordenPeter
Peter
Ja regel 110
2 maanden geleden
Peter
Peter
Over groen gas ofzo in het boek, welke klas ze zitten, hoe de groep heet die arnold pest en iets over waarom mevrouw haffner ofzo in verwachting is
2 maanden geleden
Antwoorden