De kikker en de pad

Geachte juffrouw en medeleerlingen ik ga jullie proberen een beetje wijzer te maken over kikkers en padden. Ik ga beginnen met het uitzicht van de groene kikker, de bruine kikker en de pad HET UITZICHT Groene kikker: het is een plaatselijk voorkomende schuwe kikker met lange achterpoten en grijze kaakblazen. Overwintert van half oktober tot eind april meestal in een modderbodem onder water . Bruine kikker: talrijk voorkomend: Het is een zeer variabele kikker met stompe snuit. Overwintert van half oktober tot in maart. De bruine kikker is onze talrijkste kikker. Hij leeft in allerlei natte leefomgevingen en komt zelfs in steden voor. Deze kikker komt in het voorjaar het eerst uit zijn
overwinteringsplaats te voorschijn komt. Zijn dril ( dit leg ik straks wel uit) schijnt zelfs vorst te kunnen doorstaan. Kikkers overwinteren veelal op de bodem van het water waarin of waarbij ze gedurende de rest van het jaar ook leven . Volwassen kikkers zijn voorzien van zuurstof gedurende de winterslaap door middel van de huidademhaling. Gewone pad: het is de algemene pad waarover ik ga spreken ; Het is een fors dier met WRATTIGE HUID en goudkleurige ogen met horizontale pupil. Overwintert van half oktober tot begin maart. Padden overwinteren gewoonlijk op het land; Zij graven zich in in gebieden met tamelijk losse aarde of kruipen weg onder bladerhopen. Padden zijn veel ruwer met wrattige huid en hij heeft opvallende bulten achter op de kop. Kikkers en padden leven over het algemeen in vochtige gebieden maar sommige padden kunnen we buiten de paartijden ook in drogere gebieden aantreffen. Padden verdragen over het algemeen meer de drogere omstandigheden dan de kikkers maar beide zoeken toch water op voor de voortplanting. Deze soort zoekt het water al op in maart om te paren . TIJDENS DE TREK NAAT HET WATER WORDEN VEEL PADDEN EN KIKKERS DOOR HET VERKEER DOODGEREDEN
ADEMHALING Padden en kikkers zijn amfibieën(dit zijn dieren die op de grond en in het water leven.Deze beschikken over hun leven over drie ademhalingssystemen. Huidademhaling , kieuwen en longen
Slechts één systeem komt men zowel bij larven als bij volwassen dieren tegen: DE HUIDADEMHALING daarnaast hebben de larven nog kieuwen en de volwassen dieren longen . Larven ? kieuwen
volwassen ? longen
Bij de kikker - en paddenlarven ontwikkelen zich de uitwendige kieuwen in een vroeg stadium tot inwendige kieuwen. Deze liggen beter beschermd maar de mondholte is daardoor nogal klein zodat de larven zich met piepkleine diertjes voeden. VOORTBEWEGING Op het land kunen kikkers en padden springen ,kruipen of lopen. Bij het springen buigt de kikker zijn poten en zo maakt hij zich klaar voor een sprong. Hij strekt zijn lichaam recht uit om ver te kunnen springen (zie foto) Sommige soorten kunnen tevens klimmen of graven waarvoor de dieren vaak speciale organen bezitten .Boomkikkers hebben schijfvormige zuignapjes aan de vingertoppen waarmee ze zich aan bladeren van struiken en bomen kunnen vasthechten. Ook de buik heeft kleefkracht. Bij het zwemmen gebruiken volwassen kikkers en padden vooral hun lange achterpoten waarvan de tenen doorgaans met een zwemhuid onderling verbonden zijn. Denk maar aan zwemvliezen
Als een kikker zwemt trapt hij met zijn achterpoten. Hij trekt het water naar zich toe met zijn voorpoten. Met één flinke trap van de poten duwt de kikker zijn hele lichaam naar voren. Hij trekt zijn poten snel weer in. Na een poosje komt hij naar boven om lucht te happen. De pad kan zijn ogen onder water openen. Larven zwemmen met behulp van golvende roeibewegingen van de staart. Een kikker moet ook kunnen uitblazen. Ze rusten niet graag in de volle zon. Als er nergens schaduw is graven ze een holletje en verschuilen ze zich inde modder om te slapen. Bij het slapen zijn de pupillen spleetjes. De pupillen verwijden als het donker is en vernauwen als het licht is. VOEDSEL Padden en kikkers hebben een ruime voedselkeuze . Gewoonlijk wordt alles wat beweegt en niet te groot is als een geschikte prooi erkend. De tong wordt meestal als grijporgaan gebruikt voor de voedselopname.
VERDEDIGING TEGEN VIJANDEN Amfibieën vormen een gemakkelijke prooi voor reptielen, vogels , zoogdieren en roofvissen. In de eerste plaats worden vele soorten tegen deze aanvallers beschermd door het bezit van opvallende kleuren.Zo vallen ze dikwijls niet op in hun natuurlijk milieu
De huid van sommige kikkers kan van kleur veranderen. Soms is ze donker en soms is ze licht. Als een boomkikker in de modder ligt wordt zijn lichaam bruin van kleur en als hij op een groen blad gaat zitten wordt hij groen van kleur en hij wordt donkerder zoals je op de foto kan zien.Hij neemt dikwijls de kleur van de omgeving aan om niet op te vallen. Verder kunnen ze zich ingraven of zich uit de voeten maken VOORTPLANTINGSGEDRAG Vroeg in het voorjaar zoeken ze het water op om zich voort te planten. Bij kikkers en padden vindt uitwendige voortplanting plaats. De mannetjes van kikkers en padden omklemmen in de voortplantingstijd alle voorwerpen die ongeveer de maat van een vrouwtje hebben. Het mannetje roept alleen KWAAK KWAAK tijdens de paartijd. Bovendien lokken ze de vrouwtjes met een lokroep. De mannetjes kikker zet een dikke keel op .Door zijn keel te laten trillen veroorzaakt hij een kwaakgeluid. Zo roept de kikker zijn vriendinnetje. Soms valt het voor dat ze per vergissing een mannetje omklemmen dan laat deze een afweerroep horen waarna hij onmiddellijk weer losgelaten wordt. Hoe meer het mannetje zijn keel laat trillen hoe groter de kaakblaas wordt. Het kwaken klinkt hoe langer hoe luider. Vele andere mannetjes zijn ook op zoek naar een vrouwtje. Als meer mannetjes hetzelfde vrouwtje willen gaan ze vechten. De sterkste wint. Hier zie je een gevecht tussen twee mannetjes (foto) EEN GELUKKIG PAARTJE Hier zie je een mannetje bovenop zijn vrouwtje. Zo blijven ze een hele tijd zitten totdat het vrouwtje eitjes kan leggen. Ze paren het liefst op een vochtige plek. Terwijl het vrouwtje haar eieren legt trapt ze met haar achterpoten. De luchtbellen die ze hierdoor maakt vormen een schuimlaag rond de eitjes. Deze laag zorgt voor de bescherming(zie foto) De eieren van kikkers en padden worden gewoonlijk als vormloze massa’s (dril) afgezet in het water. VAN EITJE TOT KIKKER De eitjes zijn heel klein. Toch gebeuren er allerlei dingen binnenin. De eitjes worden larven. Hier zie je wat met de eitjes gebeurt.(foto tonen +uitleggen ) Kikkervisjes zijn de larven van een kikker
Padden visjes zijn de larven van padden KIKKERVISJES Kikkervisjes lijken wel op E.T. Padden visjes zijn zwart je kunt dus niet zien waar hun ogen of hun mond zitten. Pasgeboren kikkervisjes hebben heel veel voedingsstoffen in hun grote witte buik. Als die op zijn eten ze algen of andere kleine diertjes zoals op de foto een garnaal. Als een kikkervisje onraad bespeurt steekt het zijn buik in de lucht. Zo lijkt het net of hij dood is. VAN KIKKERVISJE TOT KIKKER VAN PADDEN VISJE TOT PAD Het kikkervisje en het paddenvisje krijgen eerst achterpoten en hun kop wordt groter. Daarna krijgen ze voorpoten en wordt hun lichaam langer. Nu kunnen zij naar de oever van de rivier zwemmen. hun huidskleur verandert geleidelijk. De staart wordt korter en korter(zie foto) Het padden visje is een volwassen pad geworden en het kikkervisje een volwassen kikker. Nu kunnen ze op de oever komen.
KIKKER OF PAD Kikkers en padden lijken erg veel op elkaar maar hebben toch heel wat verschillen
Hoe kunnen we ze uit elkander houden? Kijken jullie mee? Beste juffrouw en klasgenootjes, ik denk dat jullie nu een beetje wijzer geworden zijn van mijn spreekbeurt. Ik hoop dat jullie genoten hebben en ik dank jullie voor de aandacht.