1. Inleiding
Dit werkstuk maak ik voor het vak Nederlands. Juist dit onderwerp is zo leuk omdat ik zelf veel dans. Maar ja, de eerste vraag die bij je opkomt bij het zien van zo’n werkstuk is: “Wat is dans?”. Nou, om eerlijk te zijn weet ik dat niet precies, ik kan wel zeggen wat dans voor mij is:
Dans is voor mij: het bewegen op een ritme, op muziek die iedereen kan horen of alleen jij.
Ik persoonlijk dans vooral omdat ik het leuk vindt en even alle zorgen om mij heen vergeet, een goedkope drug is het voor mij dus eigenlijk. Er is eigenlijk niks van dans wat ik voor zover ik weet niet leuk vindt, behalve dansen in de disco, dat is zo oncreatief, daar houd ik niet van!
Ik hoop dat je iets van dit werkstuk leert, ik behandel er een aantal dansstijlen in, maar ik hoop vooral dat je het leuk vindt om te lezen!!!
2. Het begin van ballet
Het ballet is eigenlijk begonnen in de 16e en 17e eeuw. Het werd gedanst aan de grote Europese hoven, bijvoorbeeld aan dat van Lodewijk XIV. Toen waren die balletten grote feesten, om naar te kijken en om te doen, iets wat eigenlijk niet veranderd is in al die eeuwen. Maar toen was zo’n feest wel wat meer dan alleen maar ballet, er was ook muziek, zang, paardenparades, optochten (wat ik best knap vind in een danszaal of tuin waar die dingen meestal plaatsvonden) en toespraken.
Het waren niet (altijd) aparte dansers, voor de dans, maar Lodewijk zelf deed ook graag mee, toen hij dertien was danste hij zijn eerste ballet. In 1653 danste hij zijn beroemste rol, de zonnegod Apollo (iets wat mij niet zo moeilijk lijkt voor iemand die zichzelf ‘le roi soleil’ = ‘de zonnekoning’ noemt) in ‘Le Ballet Royal de la Nuit’, dat wel meer dan 12 uur duurde, en dat allemaal op hoge hakken met zonnetjes erop! Je zal toch maar toeschouwer van zoiets moeten zijn!
In het in zijn tijd, op zijn paleis van Versailles moest alles heel netjes, precies en elegant, gewoon omdat dat nou eenmaal in het ‘gewone’ hofleven ook moest. Aangezien het ballet waar hij aan deed de voorloper van het klassiek ballet van nu is, is het niet zo verwonderlijk dat dat ook heel precies en elegant is. Omdat het ballet dus allemaal vooral bij deze Franse koning begon, zijn vrijwel alle ballettermen in het Frans.
3. Klassiek Ballet
Dit hoofdstuk gaat over Klassiek Ballet, één van de allerbekenste balletvormen in de wereld. De naam ‘Ballet’ komt van het spaanse woord ballo dat dans of bal betekent.
Ontstaan
Het klassiek ballet is uit het ballet van de Europese hoven ontstaan, wanneer precies is moeilijk te zeggen omdat dat heel geleidelijk aan is gebeurt, bovendien is het lastig te zeggen omdat het lastig te zeggen is wanneer het nou klassiek ballet is. Wel is het zo dat rond 1830 de kostuums van het klassiek ballet zoals ze nu nog zijn maar de tutu kwam pas begin 20e eeuw echt in de mode. Een tutu is een wijduitstaande, niet al te lange rok die uit vele stoflaagjes bestaat, het was meestal tule.
Romantisch ballet
Het romantisch ballet is ontstaan tijdens de industriële revolutie in de 19e eeuw. Het gaat altijd over dingen ver van onze wereld, over elfen, geesten en bosnimfen. Het was verre van feministisch; vrouwen werden erin gezien als tere wezentjes die veel (mannelijke) bescherming nodig hadden om te kunnen overleven. Maar het zat ook barstensvol fantasie. Het oudst bewaarde verhaal van een romantisch ballet is ‘La Sylphide’, de premiére was in 1832. Kijk voor het verhaal maar even in het volgende hoofdstuk.
Het Klassiek Ballet
Het klassiek ballet was een stuk moeilijker dan het romantisch ballet, dat kwam door de techniek die een stuk gedurfder was, het is (dan)ook van een latere datum dan het romantisch ballet. ‘Het Zwanenmeer’ is een prachtig klassiek ballet met een sfeer in de romantische stijl.
Op de tenen
Een tipisch onderdeel van het klassieke ballet zijn de spitzen, satijnen balletschoenen met linten en een harde punt, het zijn schoenen om mee op je tenen te lopen zodat het lijkt alsof je boven de dansvloer zweeft. De eerste die spitzen droeg was Marie Taglioni (1804-1884), ze was de eerste die geheel zelfstandig en pointe (op haar teenpunten) stond, zegt men, haar vader bedacht allerlei oefeningen om de voeten voor dit soort dingen te versterken.
Spitzen zijn behoorlijk duur, toch kost het maken van een paar niet veel tijd; een ervaren vakman maakt er eentje in tien minuten, onbegrijpenlijk, maar waar! Daarna moeten de verse spitzen nog in de oven bakken voor ze klaar zijn. Elke danser en danseres heeft zijn of haar eigen paar spitzen, nu ja, een heleboel als ze optreden. Een paar spitzen gaat in de handen (of voeten) van een solist niet lang mee, vaak maar één voorstelling, daarom hebben ze er ook zoveel.
De posities
Het klassieke ballet kent 5 basisposities voor de voeten, genaamd de eerste t/m vijfde, met bijbehorende armbewegingen en tendus (een tendu is een volledige uitstrekking van het speelbeen en de voet die daarbij hoort terwijl het topje van je tenen nog net op de grond blijft, tendus worden gedaan om de voeten sterker te maken, dit heb ik overigens niet overgeschreven, het zijn echt mijn eigen woorden), vanuit deze posities worden de plié’s geoefend die ook weer een basis zijn voor vele bewegingen. Een plié is een elegante soort van buiging van de knieën, de plié wordt gedaan als oefening voor je houding, voor het zachtjes oprekken van de beenspieren, als opwarming, een basis voor vele bewegingen en zo is het wel duidelijk dat plié’s uiterst nuttig zijn om te doen. Je hebt twee soorten plié’s; de demi plié en de grand plié; de kleine en de grote plié.
Bij de eerste positie sta je met je hielen tegen elkaar met uitgedraaide voeten in een van ongeveer 90° of iets meer.
Bij de tweede positie is dat hetzelfde maar dan met je voeten wat wijder uit elkaar, hoe ver is makkelijk te bepalen: je gaat in de eerste positie staan, je draait op je tenen je voeten recht naar voren (tweede positie van het jazzballet) en je draait op je hielen weer je voeten zo uitgedraaid als in de eerste positie.
Bij de derde positie ga je weer net zoals bij de eerste positie staan maar dan met één van je voeten tegen de bal van je andere voet.
Bij de vierde is het weer de positie van de eerste maar dan met één voet voor en eentje achter, de hiel van je voorste voet staat ongeveer voor de tenen van je achterste voet, en de hiel van je achterste voet staat achter de tenen van je voorste voet.
En bij de vijfde positie tenslotte is de positie van je voeten weer hetzelfde als de eerste (men is echt bijster origineel in het klassieke ballet), de ene, voorste voet staat tegen de tenen van de achterste voet aan.
Basisbewegingen
De pirouette is wel één van de bekendste bewegingen van het klassieke ballet. Als je leert een pirouette te maken, doe je dat vanuit de eerste positie, dat gaat zo:
1. je staat in de eerste positie
2. je maakt een tendu, naar welke kant heeft invloed op welke je opdraait
3. de voet waarmee je de tendu hebt gemaakt zet je achter je zodat je in een vierde positie staat
4. je zet je met je voorste voet af en draait op je achterste been naar achteren
5. als je landt, dan landt je weer in de eerste positie en in demi plié, waarna je je weer opstrekt.
Als je dat eenmaal onder de knie hebt, kan je moeilijker dingen gaan doen, variaties op die vorm van pirouette. Om het maken van een pirouette makkelijker te maken kan je gaan spotten, je kijkt naar een punt op (jouw) ooghoogte en blijft er in je draai zo lang mogelijk naar kijken, als je niet meer verder kan is het de bedoeling dat je je hoofd zo snel mogelijk weer omdraait en naar hetzelfde punt als vlak daarvoor kijkt, zo wordt je minder snel duizelig.
Ook basisbewegingen zijn des petites allegro (dit heb ik met mijn niet zo’n goeie kennis van de Franse taal een beetje geprobeerd duidelijk te maken en ik hoop dat het een beetje ergens op slaat), dat zijn kleine sprongen. Die worden (voor de verandering) gemaakt vanuit de basisposities. Als je dat leert begin je met de eerste positie:
Een petit allegro vanuit de eerste positie is nog niet zo moeilijk, je gaat in de eerste positie staan, je maakt een demi plié en je springt omhoog waarbij je je benen en voeten voluit strekt om weer in een demi plié uit te komen en weer uit te strekken.
Vanuit de tweede positie is dat eigenlijk precies hetzelfde, maar dan in de tweede positie.
Maar vanuit de derde t/m vijfde positie kan je petit allegro een changement, een wisseling, worden. De naam zegt het al, je wisselt van voorste been. Dat is dus bij alle posities (van drie t/m vijf) zo, verder gaat alles hetzelfde als bij de eerste en tweede positie.
Dan heb je nog de pas de chat, de kattensprong. Deze sprong is zo lastig uit te leggen op papier dat ik er maar een plaatje bij plak.
Pas de deux
Een pas de deux is een soort duet, het is prachtig om te zien maar vreselijk moeilijk om te doen omdat je je danspartner volledig moet vertrouwen en voor jezelf ook betrouwbaar zijn. Ook moet je ervoor zorgen dat ook dit, net als al het andere bij ballet er moeiteloos uitziet. De mannen moeten heel erg hard trainen om de vrouwen te kunnen liften, hoog op kunnen tillen in de lucht, of te vangen bij een horizontale lift. Zoals hier bij het ballet Spartacus. Een ander prachtig voorbeeld van een pas de deux is het duet tussen Aurora en Florimund in het ballet De schone slaapster.
4. Beroemde balletverhalen
Het werkstuk gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
1 seconde geleden
V.
V.
er staat een fout in woord nummer 1.258 klopt niet met de rest van de zin
18 jaar geleden
AntwoordenM.
M.
hee...je kent me niet maar ik wilde even zeggen dat ik ook een werkstuk moet maken over ballet alleen dan voor muziek en dat ik het een heel mooi werkstuk vond om te lezen!
groetjes
marlyne
22 jaar geleden
AntwoordenJ.
J.
Mooi werkstuk! Ik moet voor informatiekunde ook een werkstuk maken, en ik wilde het ook over ballet doen. Ik ga zeker stukken uit jou super-werkstuk gebruiken! Hij is echt goed!
liefs Jantien
22 jaar geleden
AntwoordenE.
E.
hey,
ik vind je werkstuk echt goed.
ik doe een dansopleiding in Heerenveen.
wat leuk dat je zoveel aan dans doet.
nog bedankt voor de info
liefs elisabeth.
22 jaar geleden
AntwoordenY.
Y.
Beste Anna,
Ik stuur nooit emailtjes naar vreemde mensen, maar nu moet ik even een uitzondering maken.
Ik ben een docente CKV (in opleiding) en ben al mijn hele leven een fanatieke balletdanseres. Ik was in mijn pauze bezig om te kijken hoe leerlingen op jouw leeftijd een werkstuk over dans zouden uitwerken.
En ik vond jouw werkstuk op scholieren.com.. ik was blij verrast met wat jij allemaal schreef. Ik hoop dat je er een geweldig punt voor gekregen hebt?
Het was naast alle zinvolle informatie ook erg goed geschreven.. wie weet is dat ook nog wel een toekomstperspectief? Schrijver van dansboeken?
Ik wens je veel succes met je opleiding!
Met vriendelijke groet,
Yvette Jongen, uit Wijlre, 34 jaar.
19 jaar geleden
AntwoordenP.
P.
een leuk werkstuk, heel intersant,
en wat je zegt het is egt heel erg zwaar.
ik zelf doe de vak opleiding dans maastricht. op het bonnefantecollege. ik vind het super leuk, maar ook heel zwaar. en niet alleen voor mijn lichaam ook fisiek is het heel erg zwaar.
moet je vaker doen zo'n werkstuk. ik zou graag meer willen weten over ballet.
veel suc7 en groetjes van pia ;)
16 jaar geleden
AntwoordenD.
D.
ik vind het een super tof werkstuk ik leer er veel van echt bedankt!! :)
9 jaar geleden
AntwoordenH.
H.
Geweldig werkstuk natuurlijk! Ik kwam hier plotseling terecht omdat ik die danscoach Coragonde/Cora (Sikkel?) zoek: ik heb haar n.l. vaak getekend (als kunstenaar) en wil haar daar nog iets van kunnen geven! (na 20+ jaar!) Weet iemand misschien nog iets van haar? Dan heel erg bedankt! Hans
6 jaar geleden
Antwoorden