Inhoud
1. Inleiding
2. Wat is het asielzoekersprobleem en hoe is het ontstaan.
3. De hoofdlijnen van het asielbeleid.
4. Argumenten voor de stelling;“Nederland heeft een streng maar rechtvaardig asielbeleid.”
5. Standpunten van politieke partijen over het asielbeleid.
6. Bronvermelding
Inleiding
Ik heb het onderwerp vluchtelingbeleid in Nederland gekozen.
Ik heb dit onderwerp gekozen omdat dit een vrij actueel onderwerp in de politiek is en zich niet alleen afspeelt in Nederland maar ook in andere landen van Europa.
Ik heb de volgende analysevragen:
Wat is het asielzoekers probleem en hoe is het ontstaan?
Wat zijn de hoofdlijnen van het asielbeleid
Argumenten voor de stelling;“Nederland heeft een streng maar rechtvaardig asielbeleid.”
Wat zijn de standpunten van de politieke partijen over het asielbeleid?
Wat is het asielzoekers probleem en hoe is het ontstaan?
Het probleem:
Dit probleem is een politiek probleem omdat het een zaak is die door de staat opgelost moet worden. Je zou kunnen denken dat het een persoonlijk probleem is omdat de asielzoekers er persoonlijk bij betrokken zijn, maar het is niet iets dat zij zelf op moeten lossen. Het is iets dat door de staat van het land waar ze asiel aanvragen voor hen opgelost moet worden.
Veel mensen denken dat er in Nederland te veel vluchtelingen toegelaten worden, dat er naast echte vluchtelingen ook veel economische vluchtelingen toegelaten worden. Het asielbeleid is er nu op gericht om alleen nog maar politieke vluchtelingen in Nederland toe te laten. Alleen politieke vluchtelingen en vluchtelingen die om humanitaire redenen niet terug gestuurd kunnen worden (omdat datgene wat ze in hun eigen land hebben meegemaakt zo traumatisch is dat ze niet terug kunnen) krijgen asiel.
Hoe is het ontstaan?
Nederland heeft migranten ontvangen. Zo vonden verschillende bevolkingsgroepen die vanwege hun geloof werden vervolgd en groepen op de vlucht voor oorlogsgeweld (zoals Belgen tijdens de Eerste Wereldoorlog) een thuis in Nederland. In de tweede helft van de twintigste eeuw ontving Nederland migranten uit alle delen van de wereld.
In de jaren zestig en zeventig maakte Nederland een periode van sterke economische groei door. Aan de groeiende vraag naar arbeiders werd het hoofd geboden door werknemers uit het buitenland op te nemen. Deze ‘gastarbeiders’ waren voornamelijk afkomstig uit de landen rond de Middellandse Zee, zoals mensen in de eerste helft van de jaren zestig uit Italië, Spanje, Portugal en Turkije en in de tweede helft van de jaren zestig en in 1970 uit Griekenland, Marokko, Joegoslavië en Tunesië.
In 1975 leidde de onafhankelijkheid van Suriname tot een immigratiegolf van zo’n 40 duizend mensen. Een enorm aantal Hindoestanen en Javanen besloot naar Nederland te gaan uit vrees voor een verwachte overheersing door de Creoolse bevolkingsgroep. Anderen vertrokken omdat ze geen vertrouwen hadden in de Surinaamse economie.
In de jaren tachtig en negentig kwamen veel immigranten naar Nederland in het verband van gezinshereniging. Het ging daarbij voornamelijk om Turkse en Marokkaanse vrouwen die samen met hun kinderen naar Nederland kwamen om zich bij hun echtgenoot te voegen. De immigranten uit Zuid-Europa kozen veel minder vaak voor gezinshereniging: een aanzienlijk gedeelte keerde \'na gedane arbeid\' weer terug naar het moederland.
Na de tweede helft van de jaren tachtig nam de gezinshereniging af doordat er steeds minder gezinnen overbleven om herenigd te worden. Hiervoor in de plaats kwam de gezinsvormende migratie: de kinderen van de immigranten lieten een (huwelijks)partner overkomen uit het land van herkomst (van de ouders).
In de jaren tachtig werd Nederland, evenals de omringende landen, indringend geconfronteerd met de vluchtelingenproblematiek. Grote stromen asielzoekers volgden uit allerlei delen van de wereld. Voortdurend en vaak onvoorspelbaar traden sterke politieke spanningen op, die grote volksbewegingen teweegbrachten. De omvang van deze stromen hield verband met het gebied waar deze spanningen ontstonden. De oorlogen en
volksverhuizingen die zich de laatste jaren hebben voorgedaan in Afrika (onder meer in
Rwanda, Somalië en Ethiopië, Eritrea) hebben voor Nederland tot een geringere stroom asielzoekers geleid dan de religieus/politieke probleemsituaties in sommige delen van Azië. Mensen die vluchtten voor de (streng) islamitische regimes.
Door deze grote groepen vluchtelingen naar Nederland moet Nederland wel eisen gaan stellen wie er wel en wie er niet een verblijfsstatus in Nederland mag krijgen, want anders wordt het één grote puinhoop in ons land.
De hoofdlijnen van het asielbeleid
De procedure:
De IND beoordeelt de asielaanvraag om te kunnen bepalen of iemand een echte vluchteling is. Volgens het Vluchtelingenverdrag van Genève en het aanvullende protocol van New York, moet een asielzoeker de asielprocedure(zie hieronder) doorlopen.
Stap 1 Aanmelding
Op één van de Aanmeldcentra (AC) van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) dient een asielzoeker zijn aanvraag in.
Stap 2 Registratie
Ambtenaren van de Vreemdelingendienst helpen de asielzoeker met het invullen van alle papieren. Reispapieren, paspoort en eventuele tickets worden ingenomen voor nader onderzoek.
Stap 3 Eerste gehoor
Een medewerker van de IND vraagt tijdens het eerste gesprek naar identiteit, reisroute en nationaliteit. Bij dit gesprek is een tolk aanwezig en mag er een (rechts)bijstandsverlener aanwezig zijn. De asielzoeker ontvangt naderhand een schriftelijk verslag van de vragen en antwoorden van dit eerste gehoor.
Stap 4 Eerste beoordeling
De IND beslist of de asielaanvraag in behandeling wordt genomen of dat het verzoek wordt afgewezen. Als het verzoek in behandeling wordt genomen, gaat de afhandeling verder in het AC of, als er meer onderzoek nodig is, in een Opvang- en onderzoekscentrum (OC).
Stap 5 Nader gehoor
Tijdens het tweede gesprek kan de asielzoeker asiel uitgebreid de aanleiding van zijn aanvraag toelichten. Ook kan hij alle bewijzen tonen die van belang zijn. Hij kan zich eventueel met een medewerker Rechtsbijstand Asiel en/of Vluchtelingenwerk voorbereiden op dit nader gehoor.
Stap 6 Verslag
Van het nader gehoor ontvangt de asielzoeker een verslag. Samen met de (rechts)bijstandverlener neemt hij het verslag door. Is hij het niet eens met de inhoud hiervan dan moet hij dit schriftelijk doorgeven aan de IND. De IND-medewerker zal rekening houden met de schriftelijke reactie bij de beslissing.
Stap 7 Voornemen en beslissing
De IND-medewerker neemt nu een negatieve of een positieve beslissing.
• Voornemen
Als de IND negatief wil beslissen op de asielaanvraag, ontvangt de asielzoeker van dit voornemen schriftelijk bericht.
In dit bericht staan de redenen van afwijzing. De asielzoeker krijgt, met ondersteuning van de (rechts)bijstandverlener, de gelegenheid zijn mening hierover aan de IND door te geven. De IND-medewerker zal deze bijdrage meewegen bij de uiteindelijke beslissing.
• Beslissing
De asielzoeker krijgt een afwijzing van zijn aanvraag als de IND nog steeds van mening is dat de aanvraag tot asiel niet terecht is.
Tegen deze afwijzende beslissing mag hij beroep indienen bij de rechter.
Stap 8 Verblijf of vertrek uit Nederland
• Verblijf
Een asielzoeker krijgt een verblijfsvergunning wanneer de IND vindt dat de asielaanvraag terecht is. Dit betekent dat hij in Nederland mag blijven.
• Vertrek
Als een asielzoeker geen beroep indient tegen de afwijzing van zijn asielverzoek of als de rechter zijn beroep heeft afgewezen, moet hij Nederland verlaten. Hij krijgt de gelegenheid zijn vertrek voor te bereiden. Zonodig biedt de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) steun bij het verlaten van Nederland.
Wat is er door de Vreemdelingenwet in 2000 veranderd bij de asielprocedure?
Een van de veranderingen is het afschaffen van de bezwaarfase in asielzaken. Onder de nieuwe vreemdelingenwet kan een vreemdeling na zijn negatieve beschikking alleen beroep aantekenen bij de rechtbank. Om toch het weerwoord van de vreemdeling in de beschikking te laten doorklinken, wordt de voornemenprocedure geïntroduceerd.
Deze voornemenprocedure moet worden gevolgd in alle gevallen waarin de IND een afwijzing van de aanvraag om (voortgezet) verblijf dan wel intrekking van de vergunning overweegt. De vreemdeling wordt van dat voornemen, onder opgave van redenen, schriftelijk op de hoogte gebracht. Vervolgens krijgt de vreemdeling de gelegenheid zijn zienswijze schriftelijk naar voren te brengen. Op die manier zal het standpunt van beide partijen in het dossier zijn neergelegd en kan de IND op basis van beide zienswijzen een beslissing nemen. Bij zaken die worden ingewilligd, is de voornemenprocedure niet van toepassing.
Voorwaarden wanneer iemand asiel aanvraagt:
Vreemdelingen kunnen, als zij vervolging in hun eigen land vrezen, asiel (bescherming) aanvragen in bijvoorbeeld Nederland. De Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) onderzoekt of de asielzoeker een vluchteling is volgens de omschrijving in het Vluchtelingenverdrag van Genève.
Het kan ook dat een vreemdeling om andere redenen bescherming vraagt in Nederland.
Een vreemdeling kan asiel aanvragen in Nederland als hij vreest voor vervolging in zijn land van verblijf vanwege zijn:
• Ras;
• Godsdienst;
• Nationaliteit;
• Sociale groepering;
• Politieke overtuiging.
Bovendien biedt zijn eigen regering hem geen bescherming.
Ook kan een vreemdeling asiel krijgen als:
• Hij door ernstige persoonlijke ervaringen zijn land heeft moeten verlaten;
Voorts kan een vreemdeling tijdelijk asiel krijgen als:
• Hij niet kan terugkeren naar zijn land omdat de situatie daar niet veilig is;
• De IND nog niet heeft kunnen beslissen op de asielaanvraag.
Argumenten voor de stelling:
De praktische opdracht gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
1 seconde geleden