Geef je mening over deze nieuwe bachelor! 

Doe je vwo en overweeg je een universitaire bachelor? Doe dan mee aan dit korte onderzoek over een nieuwe studie en  maak kans op een cadeaubon van 25 euro.

Meedoen

Hoofdstuk 2

Beoordeling 5.3
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • Klas onbekend | 1399 woorden
  • 25 maart 2003
  • 10 keer beoordeeld
Cijfer5.3
10 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
ADVERTENTIE
AI, programmeren of data: wat past bij jou?

Bouw de apps van morgen, laat computers zelfstandig leren of verbeter de samenwerking tussen mens en technologie. Met de bachelor Informatica, Artificial Intelligence of Informatiekunde aan de UvA maak jij het verschil in de digitale wereld. Ontdek de mogelijkheden en kom naar de Open Campus Dag op 31 oktober!

Check de opleidingen!

EC Samenvatting H 2
2.1
- Indeling van bedrijven:
0 naar rechtsvorm
0 naar omvang
0 naar economische activiteit
- onder rechtsvorm of ondernemingsvorm verstaan we de juridische vorm die aan een onderneming wordt gegeven
- rechtsvormen zijn in 2 groepen in te delen:
0 onderneming voor die geen rechtspersoonlijkheid heeft à geen scheiding tussen bezittingen en schulden …. Bijv. van eenmanszaak en de vennootschap onder firma
0 onderneming met wel rechtspersoonlijkheid à bij naamloos en besloten vennotschappen zijn de aandeelhouders de eigenaar.. ze kunnen nooit persoonlijk aansprakelijk worden gesteld als het bedrijf failliet gaat
- de eenmanszaak:
eigendom ligt bij 1 persoon (hij kan wel personeel innemen)als het bedrijf failliet gaat liggen alle schulden bij hem/haar het personeel loopt alleen risico baan te verliezen. de scheiding tussen privé en bedrijfsvermogen ontbreekt zo loopt ze persoonlijk risico op
- de vennootschap onder firma:
eigendom 2 of meer personen (firmanten/vennoten) de scheiding tussen privé en bedrijfsvermogen ontbreekt zo lopen ze persoonlijk risico op.. mar als t bedrijf failliet gaat ligt de schulden over meer dan 1 pers.
- De naamloze vennootschap(NV):
eigendom bij aandeelhouders. Als bedrijf failliet gaat ligt schulden niet bij de aandeelhouders maar bij de professionelen bestuurders, de managers. Voor de aandeelhouders is het van belang dat de aandelen altijd verkocht kunnen worden op de effectenbeurs. Er is duidelijk scheiding tussen privé en zakelijk vermogen
- De besloten vennootschap (BV):
komt in veel opzichten overeen met de NV maar de NV is vrij handelbaar en de BV niet, bij BV bestaan slecht een beperkt aan aandeelhouders (familie bijv) die opgetekend zijn in een aandelenregister en overdracht van aandelen kan doorgaans alleen aan een beperkte groep plaatsvinden
- De omvang van bedrijven zijn te meten door bijv de hoeveelheid werknemers van een bedrijf , de grootte van de omzet, de gezamenlijke beurswaarde van de uitstaande aandelen
- Economische activiteiten zijn onder te delen in marktsector en quartaire sector….. de marktsector is weer onder te verdelen in die sectoren de primaire sector de secundaire sector en de tertiaire sector.
- Marktsector: bedrijven die op winst zijn gericht
- Quartaire sector : maatschappelijke dienstverlening zonder winstoogmerk. Zijn niet of nauw verbonden aan overheid bijv onderwijs en gezondheidszorginstellingen(zorgsector)
- Primaire sector: landbouw visserij en delfstoffenwinning
- Secundaire sector: industrie openbare nutsbedrijven( energie. Waterleiding enz) bouwnijverheid
- Tertiaire sector: commerciële dienstverlening zoals banken, horeca, transport bedrijven


2.2

- bedrijfskolom: de opeenvolging van economische activiteiten die nodig zijn om een bepaald product te maken
- oerproduct: melk moet gemolken worden vis gevangen graan geoogst enz het begin van de productie van een product
- eindproducten : het eindresultaat van de productie
- bedrijfstak: bestaat uit alle bedrijven die zich dezelfde fase in de bedrijfskolom bevinden
- twee soorten bewegingen binnen de structuur van de bedrijfskolommen en de bedrijfstakken:
0 verticale bewegingen: de bewegingen binnen 1 bedrijfskolomà te onderscheiden intergratie en differentiatie
0 horizontale bewegingen: bewegingen van de ene kolom naar de andere à te onderscheiden parallellisatie en specialisatie
- intergratie = het samenvoegen van twee of meer opeenvolgende fasen van de bedrijfskolom in 1 bedrijf. De bedrijfskolom word als t ware korter door dat bijv een aparte wolhandel en de schapenfokkers samen gaan werken in 1 bedrijf, voordeel hiervan is verminderde onzekerheid.
- Differentiatie = het afstoten van een bepaalde activiteit naar een voorgaande of een volgende fase in de bedrijfskolom. Tegenovergestelde van intergratie
- Parallellisatie = dat een bedrijf producten uit andere bedrijfskolommen die zich in hetzelfde stadium van bewerking bevinden in zijn assortiment opneemt. Een kleding winkel gaat bijv ook schoenen verkopen. Als een broodbakker ook gebakjes gaat bakken is dat nog wel Parallellisatie. Maar als de Parallellisatie erg ver gaat bijveen fotoshop gaat tv toestellen verkopen wordt dat ook wel branchevervaging genoemd
- Specialisatie = at een bedrijf zich gaat toeleggen op de productie van 1 op enkele producten binnen bedrijfstak. Tegenovergestelde van Parallellisatie

2.3

- concentratie: het verschijnsel dat beslissingen over de productie van goederen en diensten door een steeds kleinere aantal bedrijven worden genomen
- op welke manieren kunnen bedrijven het voor elkaar krijgen dat de ec-macht bij steeds minder bedrijven ligt?
0 grote bedrijven worden nor groter, kleine bedrijven geven zo de strijd op.(grote bedrijven hebben mogelijkheid te investeren, en om onderzoek te doen enz kleine bedrijven niet
0 zelfstandige bedrijven gaan op in nieuwe grotere onderneming. D.m.v fusies en/of overnames
0 zelfstandige bedrijven gaan met elkaar samenwerken zonder zelfstandigheid te verliezen(meest gebruikte vormen daarvan is kartel)
- fusie = als 2 min of meer gelijkwaardige partners besluiten op te gaan in een nieuw rechtspersoon
- overname= een onderneming de meerderheid van de aandelen van een andere onderneming verkrijg;à management van het overgenomen bedrijf gedwongen de besluiten van de nieuwe eigenaar uit te voeren( dit kan dm.v van toestemming gebeuren maar ook daar gedwongen karakter)
- concern = een bundeling van bedrijven die binnen een grotere eenheid als dochter of kleindochter hun plaats hebben
- motieven van schaalvergroting door fusies en overnames:
0 kostenvoordelen voordoen door dat bepaalde diensten samen worden gevoegd
0 risicospreiding optreden à als bedrijf groeit door bedrijven n overnemen die totaal andere producten maken. Is hij minder afhankelijk geworden van de grillen van de markt.
0 als de schaalvergroting verticaal in de bedrijfskolom plaatsvindt, d.w.z door intergratie, zal de toeleveringen(van grondstoffen of halffabrikaten) of de afzet van de producten beter kunnen worden gegarandeerd
0 de toegang tot de vermogensmarkt voor grote bedrijven gemakkelijker dan voor kleinere
0 grote bedrijven kunne meer geld vrijmaken voor research
- als bedrijven voor hun thuismarkt te groot worden kan een multinationale onderneming ontstaan = dat een onderneming zich in verscheidene landen vestigdingen heeft.
- De motieven voor de multinationale zijn de hiervoor genoemde motieven en:
0 het profiteren van lage lonen in het buitenland
0 het profiteren van de lage belastingdruk in het buitenland
0 het profiteren van lage transport kosten door dicht bij afzet markt en grondstoffen te vestigen
- het omzeilen van protectionistische maatregelen door de regering van een bepaald land
- Naast fusies en overname kunnen bedrijven met elkaar samenwerken bekendste vorm daarvan is kartel = een samenwerkingsvorm tussen juridische zelfstandige ondernemingen met het doel de concurrentie te beperken dit is immers alleen mogelijk als de aanbieders van hun product klein is, want door concurrentie zal de prijs van de product laag zijn anders wil de consument het niet kopen.
- Verschillende vormen van kartels:
0 prijskartel ondernemers maken afspraken over de prijs, zodat bijv bij boekhandels er geen concurrentie kan ontstaan
0 productiekartel = waarbij men afspreekt niet meer dan een bepaalde hoeveelheid te produceren het doel is prijshoog houden door bepekrt aanbod
0 rayon kartel = verdeelt afzet geografisch om ervoor te zorgen dat men elkaar niet voor de voet loopt
0 voorwaarden kartel = maakt afspraken over zaken als kortingen garantie en betalingsvoorwaarden
- Mededingingswet = verbiedt het bestaan van kartels en andere vormen van misbruik van ec machtsposities à wordt overgelaten aan de Nederlandse mededingingautoriteit ( die wil dus dat er wel concurrentie is)
- Mededinging betekent concurrentie

2.4

- bedrijven moeten verslag doen over hun activiteiten verplicht onderdeel daarvan is de jaarrekening die uit 3 onderdelen bestaat:
0 de balans
0 de resultatenrekening
0 een toelichting op beide
- balans = overzicht van de bezittingen, schulden en eigen vermogen van een bedrijf op bepaalde tijdstip
- opbouw balans:
activa balans per 1 jan(bedragen x 1 mln euro) passiva
- vaste activa : kunnen langer dan een jaar worden gebruikt(gebouwen machines)
- vlotte activa : kunnen doorgaans binnen een jaar in geld worden omgezet
0 voorraden
0 debiteuren : zijn vorderingen op afnemers
0 liquide : middelen zijn betalingsmiddelen die onmiddellijk gebruikt kunnen worden(banksaldo’s kasgeld)
- eigen vermogen :NV’s en BV’s bestaan uit aandelenvermogen ander deel van vermogen bestaat uit de reserves voor als een bedrijf een keer verlies heeft kan het via de reserves worden afgeboekt
- langlopende schulden: schulden die niet binnen een jaar hoeven afgetaald te worden (bijv hypothecaire leningen)
- kortlopende schulden: moeten wel binnen jaar worden afbetaald (belastingsschuld en crediteuren(= als een bedrijf goederen inkoopt hoeft hij meestal niet direct te betalen maar krijgt dan een schuld van de leverancier))
- balans is altijd in evenwicht. Voor de evenwicht zorgt de eigen vermogen à eigen vermogen is gelijk aan de bezittingen – de schulden
- solvabiliteit = verhouding tussen het eigen vermogen en het totale vermogen(uitgerukt in %) eigen…..: tot ….)
- liquiditeit = verhouding tussen vlottende activa en de kortlopende schulden (vlotte … : kort…)
- resultatenrekening : overzicht van opbrengsten en kosten en de daaruit voortvloeiende winst(of verlies) over een bepaalde periode
- resultaten rekening :
kosten resultaten rekening over 2003(x 1mln euro) opbrengst
- = alleen te meten over een periode ze worden ook daarom stroomgrootheden genoemd
- toegevoegde waarde = omzet – onderlinge leveringen

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.