Longkanker

Inhoud Inleiding
Wat zijn de kenmerken van longkanker? Wat is longkanker? Hoe ontstaat longkanker? Welke stoffen veroorzaken longkanker? Hoe kan het in de toekomst voorkomen worden? Welke onderzoeken worden er verricht? Nawoord
Begrippen
Literatuurlijst
Wij doen dit werkstuk over longkanker omdat het ons een interessant onderwerp lijkt. Wij vonden het leuk om dit werkstuk te maken, en nu weten we veel meer over longkanker. Wij wisten dat er veel mensen aan longkanker sterven en dat het een volksziekte is. In 1992 stierven in Nederland 7356 mannen en 1440 vrouwen aan longkanker Bij mannen komt dit overeen met 35% van de kankersterfte, bij vrouwen met 9% (Borstkanker staat op de eerste plaats met een aandeel van 22%). Bij de mannen staat Nederland hiermee op de 3e plaats in de wereld, alleen in Schotland en België ligt de sterfte nog hoger. Nu blijkt dat de sterfte bij mannen sinds 1987 over de top heen is maar dat bij vrouwen de sterfte door longkanker toch nog steeds blijft stijgen. Longkanker is in Nederland de meest voorkomende soort kanker bij mannen. Maar ook bij vrouwen wordt deze ziekte steeds meer ontdekt. En een recent onderzoek heeft uitgewezen dat juist bij vrouwen longkanker stijgende is. Dat heeft alles te maken met het feit dat vrouwen later dan mannen op grote schaal zijn gaan roken. In totaal wordt jaarlijks bij 9000 mensen longkanker vastgesteld. En vooral roken is daarvan de oorzaak. Van alle mensen die longkanker hebben heeft 90% gerookt en 3% is te omschrijven als passief roken. Ook is het belangrijk dat je niet blootgesteld wordt aan
bijvoorbeeld asbest. Dat is ook een kanker verwekkende stof. Als je astma of een andere longaandoening hebt is de kans dat je longkanker krijgt ook veel hoger. Kenmerken zijn soms moeilijk te vinden. De meest voorkomende klachten zijn: vaak terugkerende longontsteking, aanhoudende heesheid, een fluitend geluid bij ademhaling of een zeurende pijn in de borststreek. De conditie verslechtert ook wel een beetje. Hoofdpijn, sufheid of pijn in het lichaam zijn ook kenmerken. Bij longkanker is vaak het probleem dat de klachten, vooral in het begin, niet verontrustend zijn. Longkanker wordt dan ook vaak pas 'ontdekt' als het al erg laat is. Longkanker in stadia I en II worden relatief minder vaak 'ontdekt' dan stadium III en IV. De stadia waarin het bijna te laat is om nog een behandeling te geven. De klachten die een longtumor geven zijn heel sterk afhankelijk van de plaats van de tumor in de longen. Ligt een tumor midden in een long dan kan iemand daar lang niets van merken. Pas als de klachten echt chronisch worden en iemand heel veel gaat afvallen, zich heel moe voelt en bovendien een algemeen lusteloos gevoel heeft en bijv. ook niet echt zin in eten heeft dan zou dat wel eens kunnen duiden op longkanker. Maar dan praten we al snel dus over stadium III of IV. Een tumor meer in het begin van de longen wordt sneller opgemerkt omdat die sneller klachten veroorzaakt. Klachten op een rijtje zijn: • Bloed bij het opgehoeste slijm; • Hardnekkige prikkelhoest; • Kortademigheid; • Heesheid; • Een fluitend geluid bij het ademen; • Een zeurende pijn in de borststreek. Een kwaadaardig gezwel in de long, uitgaande van het longweefsel zelf (primaire longkanker). Ook kan (secundaire) longkanker ontstaan door uitzaaiing vanuit een gezwel elders in het lichaam. Het vele jaren achtereen intensief gebruiken van tabak, vooral het roken van sigaretten, kan bijdragen tot het ontstaan van longkanker, maar longkanker kan ook optreden bij niet-rokers. Niet alleen passief roken (het inademen van lucht die door anderen uitgeademde rook bevat), maar ook luchtverontreiniging en inademing van o.a. asbest verhogen de kans op longkanker. Verschijnselen zijn: een hinderlijke prikkelhoest, het opgeven van slijm (sputum), soms gepaard met streepjes bloed. Eigenlijk ontstaat longkanker door de celdeling die maar doorgaat. Dit is noodzakelijk om te groeien. Deze celdeling wordt geregeld en gecontroleerd. De informatie hiervoor ligt vast in onze genen. Genen zijn een soort eenheden met informatie die wij van onze ouders hebben geërfd. Dit materiaal, ook wel DNA, komt vrijwel in elke lichaamscel voor. Soms staat zo een lichaamscel bloot aan schadelijke stoffen. De zogenaamde 'repareer'-genen verhelpen deze problemen. Als zo een cel nou eens onherstelbaar beschadigd is dan raakt de celdeling ontregeld en dat kan leiden, tot een gezwel of tumor. Een tumor of gezwel dat dicht bij een (slag)ader komt kan dan verspreid worden in het hele lichaam. Het bloed en/of lymfe zorgen dus eigenlijk voor de uitzaaiing. Zo ontstaat longkanker in de longen en wordt het eventueel verspreidt naar de dikke darm of andere organen. Longkanker ontstaat in de longen. Het is dan ook bewezen dat roken een hoofdoorzaak is. 90% van alle gevallen komt door roken. Ook is bewezen dat passief rokers, ofwel meerokers, een verhoogde kans op longkanker hebben. De oorzaken hangen af van het land of de cultuur waarin men leeft. In Noord-Amerika en Japan is luchtverontreiniging een hoofdoorzaak. Dit komt wel in Nederland voor, maar niet in de hoeveelheden als in Noord-Amerika of Japan. Als je gezond eet, dat wil zeggen veel groenten en fruit, heeft dat ook een beschermende werking tegen longkanker. Uit een recent onderzoek is gebleken dat bij rokers minder longkanker voorkomt als zij regelmatig groente en fruit eten. Longkanker is niet erfelijk en niet besmettelijk. Wel is het zo dat in een familie waar veel gerookt wordt, een grotere kans op longkanker is. Ook is longkanker niet besmettelijk. Als een longkanker patiënt slijm ophoest is dat niet gevaarlijk voor medemensen. Ontwikkeling en uitzaaiing van kanker

Longkanker begint wanneer epitheelcellen in het ademhalingskanaal zich in de wilde weg beginnen voort te planten. Deze cellen dringen binnen in het omliggende weefsel en vormen een opeenhoping die een tumor wordt genoemd of, indien verhard, een carcinoom. Kankercellen kunnen de bloed- en lymfvaten binnendringen en hierin door het hele lichaam worden meegevoerd tot ze ergens blijven steken, zich nestelen en nieuwe tumoren vormen. De metastase, de uitzaaiing van kanker naar andere delen van het lichaam, is het meest vernietigende kenmerk van de ziekte. De voornaamste stoffen die longkanker veroorzaken zijn: Nikkel, Arseen en Asbest. Radon is ook een kankerverwekkende stof. (Radon is een radioactief gas). Roken [genotmiddel], het gebruik van smeulende tabak (en/of eventueel marihuana e.d.) als genotmiddel. Roken is zeer schadelijk. Wie een sigaret rookt ademt een mengsel van de volgende giftige stoffen in: A. Nicotine, een sterk verslavend vergif dat hoge bloeddruk en arteriosclerose veroorzaakt. . B. Teer, een mengsel van een groot aantal stoffen die de slijmvliezen en de trilharen die op die slijmvliezen voorkomen, prikkelen. C. Koolmonoxide, het gas dat o.a. kolendampvergiftiging veroorzaakt. Bij de roker heeft deze stof het effect dat een gedeelte (ca. 10%) van zijn rode bloedlichaampjes continu niet in staat is zuurstof te vervoeren. Rokers zijn dus meer kortademig. D Prikkelende gassen die de luchtwegen irriteren, waardoor deze vernauwen. Roken verhoogt de kans op o.a. longkanker, chronische bronchitis (rokershoest) en aandoeningen van hart en vaatstelsel. Het passief roken - dwz. het aanwezig zijn in een ruimte waar gerookt wordt (en dus het inademen van tabaksrook)houdt eveneens een duidelijk risico in: echtgenoten van zware rokers blijken een duidelijk verhoogde kans te hebben op kanker van de ademhalingsorganen, terwijl het passief roken de longfunctie en het koolmonoxidegehalte in het bloed zeer duidelijk ongunstig beïnvloedt. Voorts beïnvloedt roken tijdens de zwangerschap de ontwikkeling van het kind. Eigenlijk zijn er meerdere mogelijkheden om longkanker in de toekomst te voorkomen: - veilig ademen - verbieden van roken in bepaalde ruimtes. - veilig drinken, drink altijd drinkwater wat schoon is. - gewoon leven. Dus niet alleen van chips en cola. NIET ROKEN! Omdat stoppen met roken moeilijk is, is het van groot belang dat
je er niet aan begint. Ook tijdens de behandeling is het van belang om niet te roken. Tot nu toe is er geen effectieve screeningsmethode gevonden voor bevolkingsonderzoek. Ook sputumonderzoek bij zware rokers bleek geen gunstig effect op de sterfte door longkanker te hebben. Misschien dat regelmatige controle dmv foto 's bij een aantal risicogroepen wel zinvol is. Dit is nog in onderzoek. Er wordt een röntgenonderzoek verricht. Daarbij maken ze thoraxfoto's. Deze foto's worden van de longen gemaakt. Ze maken er twee. Er wordt een CT-scan gemaakt. CT betekent Computer Tomografie. Daarbij wordt millimeter voor millimeter een zeer gedetailleerde foto van het lichaam gemaakt. Dat is voor het bekijken van de longen en de lymfeklieren in het gebied rondom de longen. Er wordt ook een isotopenscan gemaakt. Hierbij krijgt de patiënt radioactieve vloeistof via de arm naar binnen. Na enige tijd is deze stof in de longen gekomen. En daarna worden er foto’s gemaakt met een speciale camera. Een sputumonderzoek wordt ook gehouden. Hierbij word opgehoest slijm onderzocht onder de microscoop. Bronchoscopie en bioscopie zijn ook van de partij. Bij bronchoscopie wordt er naar de luchtpijpvertakkingen gekeken. Bij bioscopie wordt er naast het kijken naar de vertakkingen een stuk weefsel weggehaald. Als men niet goed bij de tumor kan kijken dan wordt er longpunctie verricht. Dit is dus een vervanging van bronchoscopie. Hierbij wordt er huid van de borstkas verwijderd en een naald in de tumor gestoken die een stukje weefsel opzuigt voor nader onderzoek. Als laatst heb je nog de Thoracotomie. Hierbij kan, als dat nodig is nadat er een stukje weefsel is weggehaald, het hele weefsel weggehaald worden. Dat gebeurt dan onder één narcose. Roken is nummer één van de oorzaken van longkanker. En dan roken 1 van de 3 Nederlanders nog ook. In rook zitten namelijk schadelijke stoffen. Als je rook inademt ook wel bekent als over de longen roken krijg je veel van die giftige stoffen binnen. Ook ligt de hoeveelheid giftige stoffen aan wat voor soort tabak je rookt. In tabak zitten fijne teerdruppels en ook koolmonoxide. De fijne teerdruppels blijven op je longblaasjes zitten en na een tijdje komt er een laagje teer op je longblaasjes
Door dat laagje kan er minder zuurstof in je bloed worden opgenomen. Koolstofmonoxide zorgt er voor dat je bloed zuurstof minder goed vervoert. Koolstofmonoxide wordt ook wel de kolendamp genoemd. In de teerdruppels zitten 17 stoffen die longkanker kunnen veroorzaken. Nicotine is een van die stoffen. Nicotine is de verslavende stof. Ook als je niet rookt kun je de giftige stoffen binnen krijgen. Als je bijvoorbeeld vaak ergens komt waar veel gerookt wordt. Dan adem je de rook in die daar uitgeblazen is. Dat noemen we passief roken. Er zijn ook organisaties die jongeren helpen om niet te gaan roken. Bij ons op school is er ook zo een organisatie genaamd Actie tegengif. Mensen gaan namelijk steeds eerder roken! Ze willen weer stoppen als ze last krijgen van longkanker, hartziekte of vaatziekte krijgen. Meestal is het dan te laat! 1. astbest = Het onbrandbare deelstof
2. astma = aanvalsgewijs optreden, de belemmering van de ademhaling
3. carcinoom = kankergezwel
4. chronisch = I slepend verlopend II voortdurend
5. arseen = I chemisch element II een zeer giftige stof
6. koolmonoxide = een zeer giftig maar reukloos gas
7. stadium = tijdperk in een voorgaande ontwikkeling
8. recent = I van jonge datum II de laatste tijd III pas gebeurt
9. tumor = met gezwel
10. luchtverontreiniging = luchtvervuiling
Deze bronnen hebben wij gebruikt: • Internet = www.google.com (longkanker) • Encyclopedie = de ziektes van de mens • Je lichaam (boek) = vertaling van your body, geschreven door Caroline Arnold, Lynn Breeze en Tim Clark
Ik hoop dat u het een leuk en interessant onderwerp vind! Hierbij beëindigen wij ons werkstuk over longkanker