Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Karel ende Elegast door Onbekend

Beoordeling 7.4
Foto van een scholier
Boekcover Karel ende Elegast
Shadow
  • Werkstuk door een scholier
  • 4e klas vwo | 2758 woorden
  • 12 oktober 2007
  • 62 keer beoordeeld
Cijfer 7.4
62 keer beoordeeld

Boekcover Karel ende Elegast
Shadow

Karel de Grote (742-814), de illustere Frankische vorst die in 1165 zelfs heilig werd verklaard, is uit vele middeleeuwse verhalen bekend. Hoewel hij altijd de rol van monarch vervult, is het niet zo dat deze rol altijd op dezelfde wijze is ingevuld. Soms verschijnt hij als een daadkrachtig strijder en aanvoerder, soms als een twijfelaar en een enkele keer zelfs als e…

Karel de Grote (742-814), de illustere Frankische vorst die in 1165 zelfs heilig werd verklaard, is uit vele middeleeuwse verhalen bekend. Hoewel hij altijd de rol van monarch verv…

Karel de Grote (742-814), de illustere Frankische vorst die in 1165 zelfs heilig werd verklaard, is uit vele middeleeuwse verhalen bekend. Hoewel hij altijd de rol van monarch vervult, is het niet zo dat deze rol altijd op dezelfde wijze is ingevuld. Soms verschijnt hij als een daadkrachtig strijder en aanvoerder, soms als een twijfelaar en een enkele keer zelfs als een despoot die zich door slechte raadgevers laat misleiden. In Karel ende Elegast zien we hem in een opmerkelijke dubbelrol: de grote koning speelt – in opdracht van God nog wel – voor dief. Maar door aan het goddelijk gebod te gehoorzamen, krijgt Karel de gelegenheid om de trouw van twee van zijn vazallen te toetsen. Hij ontdekt dat hij de trouwe ten onrechte te zwaar gestraft heeft en dat hij de verraderlijke ten onrechte vertrouwt. Door deze ontdekking kan hij een aanslag op zijn leven voorkomen en ervoor zorgen dat ieder krijgt wat hij verdient.

Karel ende Elegast door  Onbekend
Shadow

Oefenen voor je mondelingen?

Komen je mondelingen er aan en wil je oefenen? Probeer onze Boekenquiz. We stellen je open vragen over de gelezen boeken.

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Karel ende Elegast

Geef hier de fabel van het verhaal:
1. Het oproepen door de engel
Als Karel slaapt, wordt hij gewekt door een engel. De engel verteld hem dat hij moet gaan stelen. Dit zou een grote schande zijn voor Karel als iemand erachter zou komen, omdat de orde doorbreken een doodzonde is. Maar de eerste oproep denkt hij dat hij droomt. Bij de tweede keer wordt hij bang, want twee is het getal van de duivel. Pas bij de derde keer gelooft hij de engel, omdat drie een heilig getal is.

2. De tocht door het woud

Dan trekt Karel zijn dure kleren en wapens aan. Hij kon zo door de poort heen, want die was open en iedereen sliep, want toen niet normaal was. Hierdoor concludeert hij dat God het wil. Als hij buiten staat weet hij de weg niet en gaat hij bidden.
Als Karel in het bos is komt hij tot zichzelf en gaat goed nadenken. In het bos komt hij Elegast tegen (hij bad tot God om Elegast te ontmoeten). Ze rijden eerst om elkaar heen, en dan mondt uit in een gevecht. Karel wint wat Elegast raakt ontwapend. Karel liegt over zijn identiteit tegenover Elegast. Hij zegt dat hij Adelbrecht heet en dat hij een vreselijke dief is die van rijk noch arm steelt en ook van kluizenaars. Ze worden ‘vrienden’ en gaan samen uit stelen. Elegast wil niet bij Karel gaan stelen; een teken van leentrouw. En dan besluit Elegast dat ze gaan stelen bij Eggeric (de zwager van Karel). Karel is hier blij mee.

3. Bij het kasteel van Eggeric
Als ze bij het kasteel zijn aangekomen wordt pas echt duidelijk hoe onhandig Karel als inbreker is. Hij wil een simpel ploegijzer gebruiken om een stevige, dikke muur te doorbreken.

4. De inbraak
Doordat Elegast heeft gemerkt dat Karel niet zo handig is met inbreken, besloot Elegast dat hij zonder Karel ging inbreken maar dat ze wel de buit zouden delen. Elegast heeft toverkruid ingenomen zodat hij de dieren kan verstaan en verneemt zo dat de koning in de buurt is. Hij loopt terug naar Karel. Maar Karel doet alsof het onzin is, dat hij daardoor de dieren kan horen. Elegast laat het Karel zelf proberen. Dan is Karel het kruid ineens kwijt doordat Elegast het heel snel van Karel afgepakt heeft, hierdoor blijkt dat Karel geen goede dief is. Elegast gaat weer naar binnen, nu om het zadel van Eggeric te stelen. Maar daarvoor moet hij in de slaapkamer van Eggeric en zijn vrouw zijn. Het lukt Elegast om het zadel te pakken, maar laat het zadel toch ineens rinkelen (wat onwaarschijnlijk is omdat Elegast ze in slaap had kunnen toveren). Hierdoor schrikt Eggeric wakker en zijn vrouw door haar man. Ze vraagt wat er is, maar Eggeric wil het niet vertellen. Na lang aandringen vertelt hij het toch. Hij zegt dat hij Karel wil vermoorden. Hierdoor wordt zijn vrouw erg boos en zegt dat hij het niet mag doen, waarop Eggeric zijn vrouw slaat. Ze begint te bloeden. Elegast vangt het bloed op dat naast het bed valt, met zijn rechter handschoen. Daarna tovert hij ze weer in slaap en gaat terug naar Karel. Hij vertelt alles aan hem. Karel beseft dat hij geluk heeft met Elegast en besluit hem later te eren. Daarom zegt hij tegen Elegast dat hij persoonlijk naar de koning moet gaan om het te vertellen. Maar Elegast wil dit niet, omdat hij niet mocht inbreken. Daarop zegt ‘Adelbrecht’ dat hij naar de koning zal gaan om het te vertellen. Zo kan de koning later langsgaan bij Elegast. Door dit nachtelijke avontuur beseft Karel waardoor hij door de engel op stelen is gestuurd.

5. De hofdag
Na een korte nacht geslapen te hebben staat Karel de ochtend na de inbraak weer op. Hij roept de Geheime Raad (een regionaal complot, dus veel ridders) bij elkaar en vertelt hen over de plannen van Eggerik. Hij kan rekenen op veel steun van de raad. De raad heeft een plan: zowel de deuren van de voor- als van de hoofdburcht worden uitnodigend opengezet; de metgezellen van Eggerik rijden niets vermoedend de voorburcht binnen; als alle deuren vervolgens gesloten worden, zitten ze in de val. Dan komt Eggerik met zijn gezelschap aan: het is duidelijk dat ze met boze opzet kwamen. Als Eggerik even later de poort binnen is gekomen, nemen ze hem gevangen. Karel confronteert hem met alle feiten. Eggerik ontkent alles. Hij daagt degene die hem van dit beschuldigd heeft uit. Dit is nou net wat Karel wilde, nu kan hij de opdracht geven om Elegast te laten komen. Hij stuurt mensen op pad om Elegast op de afgesproken plek voor de buit, te halen.
Even later komt Elegast aan, op het paard met het zadel van Eggerik. Hij groet iedereen behalve Eggerik. Elegast moet van Karel alles vertellen over Eggerik. Hij laat zijn rechterhandschoen met het bloed zien als bewijs. Eggerik zegt niet te willen vechten met een dief. Dan zegt Elegast dat hij net als Eggerik een hertog is, maar dat hij uit armoede is gaan stelen. Als Eggerik niet zou vechten, zou hij opgehangen worden door Karel, maar dat is oneervol voor hem. Daarom komt er toch een tweestrijd.


6. De strijd
Elegast en Eggerik gaan het paard op. Elegast bidt eerst heel lang tot God en Maria. Hij hoopt op steun. Hij heeft veel spijt van al het stelen en belooft het na het vechten niet meer te doen. Ook Karel bidt tot God om steun voor Elegast. Mocht Elegast winnen, dan herstelt Karel hem in ere en mag Elegast met Karels zus trouwen.
Eggerik bidt niet tot God, omdat hij toch al weet dat hij geen steun zal krijgen.
Als de strijd een tijdje bezig is, slaat Elegast Eggerik van zijn paard. Elegast zou Eggerik nu kunnen doden, maar hij wil eervol winnen en laat Eggerik weer op zijn paard zitten. Eggerik dreigde ook nog dat als Elegast niet op gelijke hoogte zou komen, dat hij Elegast en zijn paard zou doden. Als Eggerik weer op zijn paard zit, gaat de strijd nog een tijdje dood. Dan hakt Elegast Eggeriks hoofd er bijna helemaal af. Als hij dood is, laat Karel hem ook nog ophangen.

7. Het slot
Elegast wordt door Karel in ere hersteld.
Ook wordt de zus van Karel (de vrouw van Eggerik) uitgehuwelijkt aan Elegast.

Leg uit hoe het feodale systeem in elkaar steekt en welke rol de hofdag daarin speelt
God heeft bezit over alles. Hij heeft verschillende mensen, koningen/keizers, aangesteld om ieder een bepaald deel te besturen. En die keizers/koningen stelden dat weer leenmannen (leenheren) aan. En als laatste stelden die leenheren een leenman aan.
Bij de hofdag werd alles besproken en gekeken of er nog iets veranderd kon worden.

Leg uit waarom Karel pas bij de derde verschijning van de engel aan de oproep gehoor gaf
De eerste keer dacht Karel dat hij gedroomd had. De tweede keer werd hij bang want twee is het getal van de duivel. Pas bij de derde keer gehoorzaamde hij want drie is een heilig getal, het is het getal van de heilige drie-eenheid (de vader, de zoon en de heilige geest).


In regel 55 tot 76 geeft Karel een uitgebreide opsomming van wat hij in het leven allemaal bereikt heeft. Dat heeft een dubbele functie: Karel maakt iets aan de engel duidelijk en tegelijkertijd laat de verteller hem iets aan het publiek duidelijk maken. Leg uit
Dat hij een groot aanzien heeft en dat stelen niet bij hem hoort, dat het slacht is. Hij maakt de engel duidelijk dat stelen voor hem niet nodig is en laat zien dat hij machtig is.

In r 129 en 130 verzucht Karel dat hij er tegenop ziet om te moeten rijden in een landstreek die hem es vreemde ende onbekand.” Hoe is zijn onbekendheid met die landstreek te verklaren?
Door het feodale systeem werden zijn landstreken door andere mensen bestuurd namens hem. Hij kwam er maar een paar keer per jaar. Hij heeft verder geen vaste verblijfplaats en reist overdag (terwijl het nu nacht is).

Wat was het belangrijkste onderwerp uit de Karelepiek?
De heldendaden van Karel de Grote.
Trouw en verraad zijn de belangrijkste onderwerpen in de Karelepiek.

Leg uit waarom Karel in de middeleeuwen ook eeuwen na zijn dood nog zo populair was.
In de Middeleeuwen hadden ze een andere kijk op jet verleden dan wij. Er werd geen kwalitatief onderscheidt gemaakt en het was een belangrijke bron van inspiratie. Karel spande de kroon. Hij werd tot de personen genoemd die iets bovenmenselijks hadden. Hij hoorde tot de 9 besten.

Waar stond het bos als symbool voor in de middeleeuwen? Uit welke passage blijkt dat hier?
In de Middeleeuwen staat het bos symbool voor een oord van inkeer, het is een uitstekende gelegenheid om over jezelf en anderen na te denken. Er is alle gelegenheid om je eigen geest te verkennen.

Dit blijkt uit het stuk vanaf vers 193 tot vers 272. In dit gedeelte gaat Karel nadenken over wat hij nou eigenlijk aan het doen is.
A 18 Zowel Elegast als Adelbrecht beweren geestelijken te beroven. Leg uit waarom het publiek dat in het ene geval erger zal hebben gevonden dan in het andere.
Elegast steelt alleen maar van rijke mensen en adelijken, zij kunnen het toch wel missen.
Adelbrecht steelt van alles en iedereen, rijk noch arm, dat is veel erger.

Karel stelt aan Elegast voor om bij zichzelf in te breken. Elegast reageert furieus. Waarom deed Karel dit voorstel? Welke conclusie verbindt Kartel aan de reactie van Elegast?
Karel deed dit voorstel zodat hij niet de zware straffen kan krijgen, zoals onthoofding e.d.
Aan de reactie van Elegast kan Karel zien dat Elegast waarde hecht aan leentrouw. Hij wil niet van zijn meester stelen. Karel neemt zich voor om Elegast in ere te herstellen als hij er levend uit komt.

Karel brengt de kleur zwart onmiddellijk in verband met ongeluk. Noem voorbeelden van modern bijgeloof waarin de kleur zwart een rol speelt.
Zwarte katten - teken van ongeluk
Zwarte kraaien - teken van de dood

Vergelijk Elegast met Robin Hood. Let de tijd van ontstaan, de hoge afkomst van beide figuren en de manier waarop ze zich in leven houden.
- Ze wonen allebei in het bos.
- Ze strijden allebei tegen gezaghebbers.
- Ze stelen van de rijken en geven het aan de armen.

- Ze nemen allebei geestelijken te pakken.
- Ze zijn allebei trouw aan hun leenheer.

Noem de kenmerken van de chanson de geste.
- Mondelinge vertelkunst.
- Onder begeleiding van een muziekinstrument.
- Opgedeeld in strofen, de strofen zijn weer opgedeeld in verzen, met vaste lettergrepen Assonerende rijm.
- Verzen hebben een vast aantal lettergrepen.

Uit r 2 blijkt dat Karel en Elegast bedoeld is om beluisterd te worden. Zoek in hoofdstuk 1 en 3 nog twee regels waaruit je kunt opmaken dat het de bedoeling van de schrijver was, dat het verhaal hardop uitgesproken zou worden.
Vers 8: Luister – het is wonderlijk maar waar- …..
Vers 694: Luister goed, dan hoort u iets wonderbaarlijks.

Zoek in de encyclopedie de woorden troubadour, minstreel, sprookspreker en hofnar op Geef de betekenis van deze woorden.
Troubadours waren dichters van poëzie die bestemd was om gezongen te worden. De meeste troubadours bezongen de hoofse liefde.

Een minstreel was een middeleeuws zanger in dienst bij een heer of stad. De minstreel zong liederen en maakte muziek, veelal over actuele gebeurtenissen en roddels. Onderling werden ook verbale duels uitgevochten, minstrelen konden zaken ook zeer goed opruien.
De minstreel stamt uit de middeleeuwen maar ook nu nog zijn er zangers die zingend verhalen vertellen die meestal actueel zijn.
Sprookspreker: iemand overal waar het maar kon rondtrok om zijn gedichten voor te dragen. Zijn boodschap was vaak heel wat serieuzer dan de bijdrage van de kunstenmakers; soms kwam hij zelfs bestraffend uit de hoek. Toch was hij een graag geziene gast aan het hof. Natuurlijk rekende hij wel op een vergoeding, zoals hij in een van zijn gedichten laat weten.

Hofnar: Een grappenmaker aan het hof van een vorst of bij een rederijkerskamer.

Kies een sprookje van Grimm en geef aan welke motieven volgens jou wel eens heel oud zouden kunnen zijn. Beargumenteer je antwoord.
Sneeuwwitje en de zeven dwergen.
7 dwergen - zeven is een heilig getal
Verslaan heks - verslaan van het kwaad
Prins - de ‘goede’ red
Ze vlucht het bos in - bos is een oord van inkeer
Spiegel - over jezelf nadenken

Een ploegijzer was in de middeleeuwen een bekend inbrekersinstrument. Leg uit waarom Elegast toch begint te lachen als Adelbrecht het tevoorschijn haalt.
Een ploeg kon door inbrekers wel gebruikt worden om een gat te maken in een eenvoudige, lemen muur, maar het was niet geschikt om een sterke, dikke muur van een burcht te doorbreken.

Leg uit wat de engel bedoelde toen hij tegen Karel zei: “Je zult sterven als je niet gaat stelen.”
Het was de bedoeling dat Karel uiteindelijk bij Eggerik zou gaan stelen, zodat hij Eggerik’s plannen kon horen over dat Eggerik Karel wilde vermoorden. Zo kon Karel voorkomen dat hij vermoord zou worden.


Sinds Elegast zich bekend heeft gemaakt, is al enkele keren zijn onvoorwaardelijke trouw aan de koning gebleken, zelfs als Karel hem uitdrukkelijk op de proef stelde. Beschrijf waar en op welke manier Elegast zijn trouw bewijst
Hij wil niet bij de koning inbreken: vers 616-630.
Nadat hij de plannen van Eggerik heeft gehoord wil hij hem doden: vers 953.
Hij wil niet kwaadspreken over de koning: vers 993-1012

Ga na wat in dit hfdst. de consequenties zijn van het gebruik van het toverkruidje. Wat is het belang voor de voortgang van het verhaal? Wat is het belang voor de karaktertekening van Karel en Elegast?
Door het kruid hoorde Elegast dat de koning in de buurt is, dat zou erge consequenties kunnen hebben, maar hij gaat gewoon verder met stelen. Als hij niet door zou zijn gegaan met het inbreken zou hij ook nooit het plan van Eggerik gehoord hebben.
Het belang voor de karaktertekening is dat duidelijk is dat Karel geen dief is. Elegast is wel een topdief, want hij kan tijdens het praten het kruid uit Karels mond stelen. Hij bezit ook magische krachten.

In r. 891 staat de kernachtige typering Vrouwenlist is menigvoud. Dit is een oud en veelvoorkomend motief. Lees in het bijbelboek Rechters / Richteren hoofdstuk 14 en let speciaal op r 16 en 17. Wat is de overeenkomst met de passage in Karel en Elegast?
Als een vrouw echt iets wil weten van haar man, dan heeft ze allemaal trucjes in huis om het toch te weten te komen.

Zowel in r. 1243 als in r. 1373 wordt benadrukt dat zowel Eggerik als Elegast dezelfde hertogelijke status hebben. Waarom is dat zo belangrijk?
Dan zijn ze allebei gelijk aan elkaar en zal er verder geen verschil zijn in de kracht van de twee vechtenden, daarom is het nodig dat God ingrijpt.

Ook moesten allebei wel van gelijke status zijn om elkaar uit te kunnen dagen.
De wettigheid wordt hierdoor duidelijk.
En het verschil waarin zij elk met de positie omgaan wordt duidelijk.

In welke gevallen werd een gerechtelijk tweegevecht toegepast?
Voor machtsuitbreiding van de koning. Ook bij roof, moord, verkrachting en opstanden.

Elegast en Eggerik beslissen via een gerechtelijk tweegevecht wie er gelijk heeft. Waarom is het uitgesloten dat Eggerik de strijd wint? Voor wie het nog niet vermoedde, wordt in r. 1327 en 1328 nog eens duidelijk gemaakt dat Eggerik zal gaan verliezen. Leg uit.
Er is al bewezen dat Eggerik schuldig is en heeft verder nog vele zonden op zijn geweten. Ook bidt hij niet tot God. Elegast bad wel tot God en is niet schuldig in de zaak van Eggerik.

In r. 1295 wordt gesproken over vijf heilige wonden. Deze worden ook wel stigma’s genoemd. Zoek op wat er mee bedoeld wordt.
Dit zijn de wonden die bij Jezus aangebracht werden toen hij aan het kruis genageld werd. Dit zijn dus de gaten in zijn handen en voeten. En de vijfde wond is de wond in de zij om te kijken of hij al dood was.

Leg uit hoe de ontstaansgeschiedenis van Karel en Elegast van invloed is op het verhaal ( blz. 80 )
Sommige personages zijn zeer onevenwichtig opgebouwd. Dit kan leiden tot soms kleine inconsequenties. Elegast kan twee betekenissen hebben, nl: leenman in ere hersteld of magische tovenaar. Ook was er een verschil tussen de V en F.


Leg uit hoe het komt dat elk middeleeuws boek een uniek exemplaar is.
Omdat er altijd schrijffouten gemaakt werden en een kopiist bovendien vaak met opzet in een tekst veranderingen of verbeteringen aanbracht. Soms werden de verhalen ook op maat geschreven, met de persoon die het boek wilde soms met een kleine rol.

REACTIES

S.

S.

Weet je wel wat 'noch' betekent? "Hij zegt dat hij Adelbrecht heet en dat hij een vreselijke dief is die van rijk noch arm steelt.." Dan zeg je dat Adelbrecht een vreselijke dief is die niet van de rijken steelt en ook niet van de armen. Noch is een ontkennend woord.

11 jaar geleden

T.

T.

het was voor jou bedoeld, he. betweter! xoxo

10 jaar geleden

T.

T.

sorry simone maar jezus hoor

10 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Andere verslagen van "Karel ende Elegast door Onbekend"