Netwerken

Beoordeling 5.5
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • Klas onbekend | 2560 woorden
  • 20 maart 2001
  • 146 keer beoordeeld
Cijfer 5.5
146 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
ADVERTENTIE
Maak kans op 50 euro Bol.com tegoed 💜

Scholieren.com wil weten hoe school écht is voor jou. Vul de vragenlijst in (7 - 10 min) en laat weten wat er beter kan. Wij luisteren — en je maakt kans op 50 euro 💶

Doe mee

* Inleiding:
Ons werkstuk hebben wij gemaakt over netwerken.
In eerste instantie zouden wij dit werkstuk samen met Valerie v.d. Berg maken maar omdat onze samenwerking niet goed verliep en zij het werkstuk uiteindelijk niet hoefde te maken, zijn we met z’n tweeën verder gegaan.
Hoewel de computerindustrie nog jong is, vergeleken met andere industrieën (zoals de autoindustrie en de luchtvaart), hebben computers in korte tijd spectaculaire vooruitgang geboekt. In de eerste 20 jaar van hun bestaan waren computersystemen in sterke maten gecentraliseerd, meestal in een grote zaal. Een middelgroot bedrijf of een universiteit had misschien 1of 2 computers, terwijl grote instellingen er hoogstens enkele tientallen hadden. Het idee dat er 20 jaar later miljoenen krachtige computers, kleiner dan postzegels, in massaproductie zouden worden gefabriceerd, kon men toen nog niet voorstellen. Het samengaan van computers en communicatiesystemen heeft grote invloed gehad op de manier waarop computersystemen nu worden georganiseerd. Het oude model van één computer die voorziet in alle rekenbehoeften van de organisatie, word nu snel vervangen door een model waarin een groot aantal afzonderlijke, maar onderling verbonden computers het werk doen. Deze systemen worden computernetwerken genoemd. We zeggen dat twee computers onderling verbonden zijn als ze in staat zijn informatie uit te wisselen. De verbinding hoeft niet uit koperdraad te bestaan; er kunnen ook glasvezels, microgolven en communicatiesatellieten worden gebruikt.
Een systeem met 1 besturingseenheid en vele slaven vormt geen netwerk, net zomin als een grote computer met op afstand opgestelde printers en terminals.
Dus een netwerk maakt het mogelijk dat verschillende computers met elkaar kunnen communiceren.

Hoofdstuk 1: Netwerken voor bedrijven en mensen.

Voor bedrijven:
Veel organisaties werken met een groot aantal computers die vaak ver van elkaar staan. Een bedrijf met veel filialen kan bijvoorbeeld in elke vestiging een computer hebben staan om voorraden bij te houden, de productiviteit te meten en de plaatselijke salarisafrekeningen te doen. Deze computers hebben in het begin afzonderlijk gewerkt, maar op een bepaald moment kan de bedrijfsleiding er toe hebben besloten ze met elkaar te verbinden, om zo in staat te zijn informatie over het gehele bedrijf te verspreiden. In iets algemenere term geformuleerd gaar het hier om ‘resource sharing’, het gezamenlijk gebruiken of delen van faciliteiten. Het doel ervan is alle programma’s, apparaten en vooral gegevens beschikbaar te stellen aan iedereen op het netwerk, onafhankelijk van de plaats van de faciliteit en de gebruiker.
Een tweede doel is het bereiken van ‘hoge betrouwbaarheid’ door het aanbieden van verschillende mogelijkheden. Alle bestanden kunnen bijvoorbeeld naar twee of drie machines gekopieerd zijn, zodat er een uitvalt (door een hardwarefout) de andere kopieën gebruikt kunnen worden. Bovendien betekent de aanwezigheid van meer dan een CPU dat de andere bij een storing het werk kunnen overnemen.
Een volgend doel is ‘geldbesparing’. Kleine computers hebben een veel betere prijs/prestatieverhouding dan grotere. Mainframes (computer ter grote van een kamer) zijn ongeveer tien keer zo snel als personal computer, maar ze kosten duizend keer zo veel. Dit heeft veel systeem ontwerpers ertoe gebracht systemen te bouwen die bestaan uit krachtige personal computer, een per gebruiker, waarbij de gegevens worden bewaard in een of meer gedeelde file- server-machines. In dit model worden de gebruikers clients genoemd en het geheel heet het client/server-model.

In het client/server-model heeft de communicatie in het algemeen de vorm van een aanvraag bericht van de client naar de server, waarin de client de server vraagt bepaald werkt te doen; de server doet het werk en stuurt het antwoord terug. Meestal zijn er veel clients die een aantal servers gebruiken.
Een ander doel van het gebruik van netwerken is ‘schaalbaarheid’: dit heeft tot mogelijkheid het prestatievermogen van het systeem op te voeren naar mate het werk toeneemt, simpel door alleen meer processors toe te voegen. Met centrale mainframes moet een systeem als het vol is, worden vervangen door een grotere, dit betekent hoge kosten en meer ongemak voor de gebruikers. Met het client/server-model kunnen naar behoefte nieuwe clients en servers worden toegevoegd.
Weer een ander doel van het opzetten van een computernetwerk heeft weinig met technologie te maken. Een computernetwerk kan een krachtig ‘communicatiemedium’ vormen tussen mensen die zeg ver van elkaar verbinden. Dankzij een netwerk kunnen twee of meer mensen die ver van elkaar wonen gemakkelijk samen een rapport schrijven. Het document worden on-line bewaard en als een persoon een verandering aanbrengt, kunnen die anderen de verandering onmiddellijk zien in plaats van een aantal dagen op een brief te moeten wachten. Een dergelijke versnelling maakt het samenwerken van wijdverspreide groepen mensen mogelijk in gevallen waar dat voorheen onmogelijk was. Na lange tijd kan het gebruik van netwerken voor het verbeteren van de communicatie tussen mens wel eens belangrijker blijken dan de technische doelen, zoals verhoging van de betrouwbaarheid.

Voor mensen
Sinds de jaren ’90 leveren computernetwerken diensten aan particulieren thuis.
Dit zijn drie van de interessantste diensten die nu beginnen te verschijnen, we bespreken ze hieronder.

1: Toegang tot informatie op afstand;
2: Communicatie van persoon tot persoon;
3: Interactief amusement;

Toegang tot informatie op afstand zou in veel vormen verschijnen. Een van de gebieden waarop dit al gebeurd, is toegang tot financiële instellingen. Veel mensen betalen hun rekeningen, beheren hun bankrekening en regelen hun investeringen electronisch. Home shopping, waarbij men de online catalogi van duizenden bedrijven kan bekijken, begint ook populair te worden. Sommige van de catalogi zullen binnenkort de mogelijkheid bieden een video van een produkt te bekijken door op de naam van een produkt te klikken.
Ook kranten verschijnen al een geruime tijd online. Een andere toepassing die binnen deze categorie valt, is de toegang tot informatiesystemen zoals het tegenwoordige Worl Wide Web. Dit bevat informatie over kunst, zaken doen, koken, overheid, gezondheid, geschiedenis, hobby’s, wetenschap, sport, reizen, kortom te veel om op te noemen. Bij alle genoemde toepassingen gaat het om interactie tussen een persoon en een database ergens anders. De tweede vorm van netwerk gebruik zou bestaan uit interactie tussen personen. Electronische post of e-mail word nu al door miljoenen mensen over de hele wereld gebruikt en is heel gewoon dat er naast tekst ook audio en video in e-mail voorkomt.
Onze derde categorie is amusement - en gigantische en groeiende bedrijfstak. De mogelijk belangrijkste toepassing op dit gebied is video on demand. Over een tijdje is het misschien al wel mogelijk een televisie programma dat ooit in een willekeurig land is gemaakt te kiezen, en het onmiddellijk op uw scherm te laten verschijnen.
Kortom, de mogelijkheid informatie, communicatie en amusement te combineren zal ongetwijfeld leiden tot de opkomst van een enorme nieuwe bedrijfstak gebaseerd op computernetwerken.

Hoofdstuk 2: Hardware van netwerken.
Je hebt verschillende netwerken, een paar staan hieronder en behandelen we om de beurt:
* Local area networks
* Agglomeratienetwerken
* Wide area networks
* Draadloze netwerken
* Internetwerken

Local area networks:
Een local area network word vaak ook wel LAN of lokaal netwerk genoemd, het is een netwerk binnen een gebouw of universiteit terrein met een doorsnee van enkele kilometers. LAN’s worden op grote schaal gebruikt om personal computers en werkstations in kantoeren en fabrieken te vebinden met het doel resources (zoals printers) gemeenschappijlijk te gebruiken en informatie uit te wisselen. LAN’s onderscheiden zichin drie kenmerken van andere soorten netwerken: 1) DE omvang, 2) DE transmissie techniek, 3) DE topologie.
1) LAN’s hebben een beperkte grootte, hetgeen betekent dat de transmissie tijd voor het ongunstigste geval begrensd en van te voren bekend is. Doordat deze grens bekend is, kan men bepaalde ontwerpen gebruiken die anders niet mogelijk zouden zijn. Het beheer van een netwerk word hierdoor ook vereenvoudigd.
2) LAN’s gebruiken vaak een transmissietechniek, bestaand uit een kabel waarop alle machines aangesloten zijn, zoals telefoonlijnen die vroeger in afgelegen gebieden werden gebruikt. Traditionele LAN’s kennen een snelheid tussen de 10 en 100 Mbps, hebben een korte vertraging (tientallen microseconden) en maken zeer weinig fouten. Nieuwere LAN’s werken vaak op hogere snelheden, tot enkele honderden megabits.
3) Voor broadcast - LAN’s zijn verschillende topografieën mogelijk. In een busnetwerk (een lineare kabel) is op een bepaald ogenblik altijd een machine de baas en deze mag zenden. Alle andere mogen niet zenden. Er is een arbitragemechanisme nodig om conflicten op te lossen wanneer twee of meer machines tegelijk willen zenden. Het tweede soort broadcast systeem is de ring. In een ring gaat alle bit op eigen gelegenheid verder en hij wacht niet op de rest van het pakket waartoe hij behoord. In het algemeen reist elke bit door de hele ring in de tjd die nodig is om een paar bits te zenden, vaak voordat het hele pakket is verzonden. Net als bij alle andere broadcast-systemen is er een regel nodig voor arbitrage bij gelijktijdige toegang tot de ring. Er zijn verschillende methodes in gebruik maar IEEE 802.5 ( de token ring van IBM) is een veel gebruikte.

Agglomeratienetwerken:
Een agglomeratienetwerk of metropolitan area network (MAN) is eigenlijk een grotere versie van een LAN en maakt meestal gebruik van een soortgelijke techniek. Een MAN kan een groep bij elkaar gelegen bedrijven of een stad bedienen en kan in particulier of in openbaar bezit zijn. Een MAN kan zowel met data als met spraak werken en het is zelfs mogelijk dat er een verbinding met lokale televisie bestaat. Een MAN heeft een of twee kabels en bevat geen switches om pakketten via een bepaalde uitvoerlijn te schakelen. Doordat er niet hoeft te worden uitgeschakeld, word het ontwerp vereenvoudigd.

Wide area networks:
Een wide area network of WAN strekt zich uit over een groot geografisch gebied, vaak een land of werelddeel. Het omvat een aantal machines die bestemd zijn voor het draaien van gebruikersprogramma’s (applicatieprogramma’s) Deze machines worden ook wel hosts genoemd. In de literatuur word ook wel de term eindsysteem gebruikt. De hosts zijn verbonden door een communicatiesubnet, ook wel kortweg subnet genoemd. Het subnet zend berichten van hosts naar hosts zoals het telefoonsysteem woorden van spreker naar luisteraar
brengt. Door de zuivere communicatie-aspecten van het netwerk (subnet) te scheiden van de applicatie-aspecten (de hosts) word het ontwerp van het hele netwerk aanzienlijk vereenvoudigd. Bij de meeste WAN’s bestaat het subnet uit twee afzonderlijke componenten: Transmissielijnen en Schakelelementen.
Transmissielijnen (ook circuits, kanalen, trunks, of hoofdlijnen genoemd) brengen bits van de ene naar de andere machine. De schakelelementen zijn gespecialiseerde computers die worden gebruikt om twee of meer transmissielijnen te verbinden. Wanneer er data op een inkomende lijn binnenkomen, moet het schakelelement een uitgaande lijn kiezen om ze door te sturen.

Draadloze netwerken:
Mobiele computers , zoals notebooks en personal digitals assistants ( PDA’s), vormen het snelst groeiende segment in de computerindustrie. Veel bezitters van zulke computers hebben op kantoor een bureaucomputer in een LAN of WAN staan en willen met hun thuisbasis verbonden blijven ook wanneer ze onderweg zijn. Aangezien vanuit een vliegtuig of auto geen kabelverbinding mogelijk is, bestaat er veel belangstelling voor draadloze netwerken. Er bestaan veel toepassingen voor draadloze netwerken. Een bekende is het draagbare bureau, mensen die onderweg zijn, willen vaak hun draagbare electronische apparatuur gebruiken om telefoon gesprekken, faxen, electronische post te maken en te ontvangen, files die zich op andere locaties bevinden te lezen, in te loggen op andere machines, enz. , ze willen dus overal mobiel zijn. Hoewel draadloze netwerken en mobiele computers vaak verband met elkaar houden, zijn deze twee terreinen niet identiek.
Draagbare computers zijn soms wel via een kabel aangesloten. Als een reiziger een portable computer b.v.: in de telefooncontactdoos van een hotel steekt, hebben we mobiliteit zonder draadloos netwerk.. Anderzijds zijn er ook draadloze computers die niet draagbaar zijn. Een belangrijk voorbeeld daarvan is een bedrijf in een oud gebouw waarin geen kabels voor een netwerk aanwezig zijn en dat zijn computers met elkaar wil verbinden. Er bestaan dus veel vormen van draadloze netwerken.

Internetwerken:
Er bestaan veel netwerken over de hele wereld, vaak met verschillende hardware en software. Mensen die op een bepaald netwerk zijn aangesloten, willen doorgaans communiceren met mensen die op een andere netwerk zijn aangesloten. Hiervoor moeten verschillende netwerken met elkaar verbonden worden, vaak met behulp van gateways die de verbinding maken en de benodigde vertaling verzorgen, zowel qua de hardware als qua software. Een verzameling onderling verbonden netwerken noemen een internetwerk of gewoon een internet. Het Internet is een bepaald wereldwijd internet dat op grote schaal wordt gebruikt om universiteiten, overheidsinstellingen, bedrijven en tegenwoordig ook particulieren met elkaar te verbinden. Subnets, netwerken en internetwerken worden vaak door elkaar gehaald. De combinatie va subnet en hosts vormt een netwerk. In het geval van een LAN vormen de kabel en de hosts een netwerk: er is eigenlijk geen subnet. Een internetwerk ontstaat wanneer verschillende netwerken met elkaar worden verbonden, naar onze mening ontstaat er bij het verbinden van een LAN en een WAN of het verbinden van twee LAN’s een internetwerk..

Hoofdstuk 3: Standaardisatie van netwerken.
Er zijn veel fabrikanten en leveranciers van netwerken, elk met hun eigen opvattingen. Zonder coördinatie zou er een volledige chaos ontstaan en zouden de gebruikers weinig kunnen doen. De enige oplossing is dat er bepaalde netwerkstandaards worden overeengekomen.
Standaards maken het niet alleen mogelijk dat verschillende computers met elkaar communiceren, maar ze vergroten ook de markt voor producten die zich aan de standaard houden, hetgeen lijd tot massaproductie, besparing bij de fabricage, VLSI-implementaties en andere voordelen die de prijs verlagen en het succes verder vergroten.
Standaards vallen in twee categorieën uiteen: De facto en de jure standaards.
De Facto (latijn voor ‘in feite’) standaards zijn toevallig tot stand gekomen, zonder enig formeel plan. De PC van IBM en zijn opvolgers zijn de facto standaards voor kleine kantoor computers, omdat tientallen fabrikanten er voor hebben gekozen de machines van IBM zeer nauwkeurig na te maken. UNIX is de facto standaard voor besturingssystemen op informatica-afdelingen van universiteiten.
Een de jure (latijn voor ‘bij wet’) standaard is formeel, legaal, als standaard aangenomen door een erkend standaardisatie lichaam. Internationale standaardisatie-instanties kunnen in twee categorieën worden verdeeld: Instanties die in het leven zijn geroepen door een verdrag tussen nationale overheden, en vrijwillige organisaties waaraan geen verdrag ten grondslag ligt.
Op het gebied van standaards voor computernetwerken zijn er eigenlijk twee organisaties, voor elk type een: Who’s who in de wereld van de telecommunicatie, Who’s who in de wereld van de standaards.

Conclusie + nawoord.
Computernetwerken kunnen voor een groot aantal diensten worden gebruikt, zowel door bedrijven als door particulieren. Voor bedrijven leveren netwerken van personal computers met gemeenschappelijk gebruikte servers vaak flexibiliteit en een goede prijs/prestatie- verhouding. Voor particulieren bieden netwerken toegang tot allerlei resources op het gebied van informatie en amusement. Netwerken kunnen grofweg worden verdeeld in LAN’s, MAN’s, WAN’s en internetwerken, elk met hun eigen eigenschappen, technieken, snelheden en specialiteiten. LAN’s beslaan een gebouw, MAN’s een stad, WAN’s een heel land of werelddeel. LAN’s en MAN’s zijn ongeschakeld (hebben geen routers), WAN’s zijn geschakeld.

Wij vonden het best wel moeilijk om het werkstuk te maken.
Het was een best wel ingewikkeld onderwerp waarover we ook niet zo veel informatie konden vinden. Zelf wisten we er haast niets vanaf maar met wat hulp van internet en een paar boeken uit de bibliotheek zijn we tot dit verslag gekomen.

Bronvermelding:

* in een dubbelboek: Internet (explorer 4), geschreven door Stefan Arts.
* Webdesign & HTML in de praktijk, geschreven door Peter Kentie.
* Computernetwerken, geschreven door Andrew S. Tanenbaum.
* Lokale netwerken (LAN’s), geschreven door Erik de Ruijter.
* Internet, via google, lycos, ilse zoekmachines, de precieze sites weten we niet.

REACTIES

J.

J.

He babes

Leuk werkstuk joh. Ik heb er veel aangehad


Doei!

Jonathan

22 jaar geleden

D.

D.

netjs hoor dames over netwerken!!

21 jaar geleden

J.

J.

=D

21 jaar geleden

O.

O.

mooi werkstuk ik ga t ook gebruiken bij Informatika. Groetjes

21 jaar geleden

H.

H.

Bedankt voor je werkstuk over netwerken :D

20 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.