18e en 19e eeuw: eerste tekenen van de vrouwen bewegingen.
De meningen over hoe en waar de vrouwen beweging ontstaan is zijn verdeeld.
‘volgens sommigen komen de eerste protesten van vrouwen uit de Engelse Bluestocking Societies en de Franse salons, die vroegen om meer onderwijs en gelijkheid aan de mannen. Andere wijzen economische en demografische gegevens aan als oorzaak, waarbij het dan om het recht op arbeid draait.
Hoe dsan ook in de 18e eeuw gingen vanuit de burgerij, de vrouwen om meer rechten vragen. Belangrijke namen in deze tijd zijn in Frankrijk, Olympe de Gouges (1755-1793) met haar Declaration des doits de la femme et de la citoyenne (verklaring over de rechten van de vrouw en burgeres) en in England Mary Wollstonecraft Godwin (1759-1797), die ook pleitte voor de rechten van de vrouw, met name recht op onderwijs. Hun ideeën waren in die tijd nog veel te revolutionair. Hun strijd speelt zich af ten tijde van de Franse revolutie. Het was pas halverwege de 19e eeuw dat er in veel landen vrouwen organisaties ontstonden.
Vrouwen uit betere milieus brachten beweging in de vrouwen emancipatie en lieten zich leiden door liberaal-humanistische overtuigingen. Het draait dan vooral om de bijstelling en verbetering van de huwelijks wetgeving, prostitutie wetten, bestrijding van het achollisme en voorlichting over geboorte beperking.
Maar er ontstonden ook hier en daar vereningingen op wat de drie pijlers an de 1e grote emancipatie golf zal worden, het recht op: kiesrecht, onderwijs en arbeid.
Halverwege de 19e eeuw waren er al enkele vrouwen die een opleiding konden volgen. Onder invloed van Florence Nightingale (1820-1910) was verpleegster een populair beroep.
In Nederland vroeg Aletta Jacobs in 1871 toestemming aan minister Thorbecke om medicijnen te mogen studeren.
Maar pas rond 1900 kwamen er grotere verschuivingen rondom de economische positie van de vrouw. Duizenden vrouwen gingen kantoorwerk doen en werden zo financieel onafhankelijk.
De eerste feministische golf
De eerste feministische golf vond plaats rond de eeuwwisseling. Vrouwen begonnen op te komen voor hun rechten. Het vrouwen kiesrecht is het belangrijkste item in hun strijd. Als vrouwen dit recht zouden verwerven, konden ze ook invloed uitoefenen op het recht op onderwijs en arbeid.
Het vrouwen kiesrecht.
Engeland.
De strijd om het kiesrecht laat zich het best illustreren in Engeland. Niet alleen omdat hij daar het kleurrijkst is, maar ook omdat de diverse stromingen daar aanwezig waren. Verscheidene plaatselijke bewegingen gingen zich in 1897 bundelen in de National Union of Women’s Suffrage Societies o.l.v. Millicent Garrett Fawcett (1847-1929) hun taktiek bestond vooral uit het organiseren van enorme demonstraties en het aanbieden van petities aan parlementsleden. Veel resultaten hadden ze niet. In 1903 werd door Emmeline Pankhurst (1858-1928) en haar dochter Christabel Pankhurst (1880-1958) de Women’s Social en Political Union (WSPU) opgericht. Deze militante Suffragettes (suffrage = kiesrecht) kregen veel aandacht van politici en pers. Zij klonken zich vast aan het hek van de parlements gebouwen, zorgden voor orde verstoringen en gingen in horgerstaking wanneer zij in de gevangenis terecht kwamen. Typerend voor de problemen waar veel vrouwen bewegingen mee te maken hadden was de eigen weg die een andere dochter van Emmeline Pankhurst insloeg, Sylvia Pankhurst (1882-1960): naar recht zij richtte zich vooral op de arbeiders vrouwen uit de East End in Londen en vond dat de strijd van de vrouwen ondergeschikt was aan de klassen strijd die het socialisme voor ogen stond. De strijd werd onderbroken door de eerste wereld oorlog. Vrouwen waren in 1914 bereiken strijdbijl te begraven en mee te werken voor het vaderland. Ze werden op grote schaal ingezet in het arbeids proces vooral in de munitiefabrieken maar ook in de mijnen. Hieruit bleek dat vrouwen zeer goed in staat waren om de zg. Mannelijke beroepen uit te oefenen. Op die manier had de oorlog een gunstig effect voor de vrouwen. In 1918 kregen Engelse vrouwen gedeeltelijk, in 1928 volledig kiesrecht.
Nederland en België.
De Nederlandse vrouwen beweging kwam pas na 1870 van de grond. Aletta Jacobs vervulde niet alleen een pioniersrol door zelfstandig toelating tot de universiteit te krijgen in 1871, maar bleef jaren lang een leidende figuur in de Nederlandse vrouwen beweging. Als eerste vrouwelijke arts vestigde zij zich in Amsterdam, waar zij veel aandacht besteedde aan de problemen van arbeiders klasse, de prostitutie en de voorbehoedsmiddelen, die zij als eerste introduceerde.
Zij was ook actief in de vredesbeweging voor het vrouwen kiesrecht.
De strijd om het5 kiesrecht begon pas goed toen Wilhelmina Drucker (1847-1925) in 1889 de socialistische Vrije Vrouwen Vereniging oprichtte en in 1894 de Vereniging voor Vrouwenkiesrecht.
Ook al bleef de strijd hier rustig vergeleken bij Engeland bij sommige vrouwen ging het er toch nog radicaal aan toe en in 1907 richtten zij de Nederlandsche Bond voor Vrouwenkiesrecht op, die elk militant optreden afkeurde. Ook voor het neutrale Nederland vormde de Eerste wereld Oorlog een onderbreking in de strijd en in 1919 kregen de vrouwen hun zin: actief en passief kiesrecht op dezelfde basis als de man (in 1922 werd dit in de Grondwet vastgelegd).
In België werden halverwege de 19e eeuw de eerste pogingen om te komen tot meer onderwjs voor vrouwen ondernomen door Zoé Gatti de Gamond en vooral haar dochter Isabelle Gatti de Gamond (1839-1905) , die hun werk bekroond zagen in de jaren tachtig. De eerste feministische organisatie was de Ligue Belge du droit des Femmes, opgericht in 1892 door Marie Popelin (de eerste Belgische doctor in de rechten aan wie de inschrijving aan de balie geweigerd werd) en Isala van Diest.
Ook in België ontstonden verengingen van uiteenlopende politieke kleur; met name de katholieke arbeiders vrouwen waren actief.
In 1905 ging een aantal vrouwen organisaties samen in de Nationale Vrouwenraad van België (Conseil National des Femmes Belges). Ook bestonden er scheidingen in vlaamse en waalse organisaties. In 1912 werd de Fédération Belge pour le Suffrage des Femmes gesticht die zich inzette voor het vrouwen kiesrecht, dat hun slechts beperkt werd toegekend in 1920-21 (alleen passief). In 1948 kregen vrouwen ook actief kiesrecht.
De eerste feministische golf in Nederland in de praktijk.
Het recht op onderwijs en arbeid.
De vraag naar onderwijs voor vrouwen werd zeer groot, net zoals de jongens wilden de meisjes na de middelbare school ook toegelaten worden tot vervolgopleidingen. De eerste vrouw in het onderwijs was Aletta Jacobs. In 1878 kwam zij in Groningen als arts van de universiteit. Zij gaf cursussen over hygiëne en zuigelingen zorg. Hierbij gaf ze ook nog gratis spreekuren waarmee ze de levens omstandigheden van arbeiders vrouwen wilde verbeteren. Zij was ook actief in de verbetering van de werk omstandigheden van vrouwelijk winkel personeel en ze bond de strijd aan tegen de prostitutie. In 1984 was ze mede oprichtster van de Vereniging voor Vrouwen kiesrecht. Jacobs was een internationaal feministe. Onderwijs voor vrouwen werd toegankelijker en hun situatie op de arbeidsmarkt verbeterde.
Vrouwen kiesrecht.
Het recht op onderwijs had de positie van de vrouw wel verbetert maar ze werden nog steeds als tweede rang’s burgers behandeld. Ook politiek wilden ze gelijke rechten als de man. Ze eisten kiesrecht. Ook hier speelt Alleta Jacobs een rol.
De vrouwenbewegingen gebruikten de volgende strijdmethode;
*Zij verstoorden vergaderingen.
*Zij stichtten brandt in openbare gebouwen.
*zij organiseerden manifestaties, waarbij ze vaak in aanraking kwamen met de politie.
Deze strijd methoden hadden effect; in 1917 kregen de vrouwen passief kiesrecht en in 1919 kregen de vrouwen actief kiesrecht. Dit was een grote overwinning.
Tussenperiode
Met de verovering van het vrouwen kiesrecht leek het of het belangrijkste doel bereikt was. Dit had tot gevolg dat de georganiseerde emancipatiestrijd enigszins in elkaar zakte, hoewel er wel verenigingen bleven bestaan.
Wel waren er individuele vrouwen die betwijfelden of hun politieke rechten werkelijk zoveel betekenden.
De belangrijkste van hen was Simone de Beauvoir (geb. 1908), die in 1949 ‘Le deuxième sexe’ (het tweede geslacht). Hierin schetst zij een indringende analyse van de positie van de vrouw in de moderne westerse maatschappij.
Zij stelde dat het biologische gegeven dat een vrouw kinderen baart geenszins inhoudt dat zij de mindere van de man is. Daarnaast beschreef ze trefzeker hoe christelijke moraal, opvoeding, psychologie en sociale factoren de vrouw tot een afgeleide van de man maken en ze hield een vurig pleidooi voor de vrouw als een zelfstandig persoon met een eigen identiteit. Daarbij wees ze erop dat de verovering van die eigen identiteit een lang en moeizaam proces van bewustwording en strijd zou betekenen. ‘Le deuxième sexe’, nu een van de handboeken van de vrouwenbeweging sloeg in 1949 helemaal niet aan. In Europa was men bezig met de wederopbouw, die in veel opzichten een herstel van de oude waarden zou betekenen, en pas in de jaren 60 werd het boek voor de Amerikaanse markt vertaald.
De tweede feministische golf.
De tweede feministische golf kwam rond de zestiger jaren op gang.
Veel arbeiders vrouwen hadden toch nog steeds een zwaar leven. Naast het huishouden en het opvoeden van de kinderen zorgde de vrouw ook nog voor extra geld in het laatje. Vrouwen maakten lange, eentonige werkdagen onder slechte condities. Dat kwam de gezondheid ook niet ten goede.
De toegenomen welvaart waardoor meer vrouwen betere opleidingen konden volgen, technische vooruitgang, bracht voor de huisvrouw meer vrije tijd met zich mee. Het gebruik van voorbehoedsmiddelen waardoor vrouwen verlost werden van de angst voor ongewenste zwangerschap, begon een realiteit te worden.
Toch voelden vrouwen zich nog niet gelukkig.
Vrouwen zaten toch nog gevangen in de rol die hun door de mannenmaatschappij werd opgedrongen. De rol van moeder en echtgenote. Van echte eigen ontplooiing was nog steeds niet voldoende sprake. Er waren dan al wel betere voorbehoedmiddelen verkrijgbaar, maar de seksuele voorlichting verliep slecht.
Nog steeds bestonden er veel sekse discriminerende wetten.
Vanuit de Verenigde Staten verbreidde zich het nieuwe feminisme, dat meer op de vrouw zelf dan op politieke rechten geconcentreerd was, zich snel naar andere landen.
Allerlei stromingen begonnen zich nu af te tekenen. Hun karakter verschilde per land. Over het algemeen kan men zeggen dat er drie groepen ontstonden. De gematigden, de socialisten en de radicalen.
De gematigden richtten in 1968 in Nederland de Man Vrouw Maatschappij op.
Deze organisatie heeft geen behoefte aan de totale verandering van de maatschappij; voor hen is het voldoende als vrouwen daadwerkelijk van de verworven rechten gebruik kunnen maken.
De noodzakelijke mentaliteitsverandering hiervoor zien zij als een geleidelijk proces, dat wel bevorderd maar niet afgedwongen kan worden.
Bewustwording van de eigen identiteit en economische onafhankelijkheid zijn voor hun essentieel. In dit kader strijden zij voor wetswijzigingen op het gebied van belasting- en huwelijksrecht, voor gelijke onderwijs kansen (Marie, word wijzer), tweede- kansonderwijs voor volwassen vrouwen (de Moeder van Marie kan meer; moedermavo), betaalde kinderopvang, deeltijd- banen en betere promotie kansen voor vrouwen. Ook het doorbreken van rolpatronen heeft hun aandacht, evenals de seksuele rol van de vrouw. Door middel van duidelijke publicaties brengen zij deze zaken onder de aandacht van een groot publiek.
De socialistische feministen voeren vaak op dezelfde gebieden actie als de gematigden. In hun visie is echter het kapitalisme de oorzaak van de onderdrukking van de vrouw. Totale verandering van de kapitalistische samenleving is hun doel. Een goed voorbeeld van sociaal feminisme is de in veel opzichten unieke Nederlands- Belgische actiegroep Dolle Mina. Deze marxistische vrouwen beweging is door Wilhelmina Drucker opgericht in 1969. ze protesteerden tegen de rol van de vrouw middels speelse acties. Aan deze vorm van protesteren hebben ze hun naam te danken.
Hun acties waren sensationeel. Deze vorm van protesteren imiteerden ze van de Provo’s (een actiegroep die protesteerden tegen de verburgerlijkte samenleving).
Leden van de Dolle Mina actie groep;
*studenten
*leden van een studenten beweging
*leden van de socialistische jeugd (SJ)
*leden van een linkse jongeren organisatie
Dolle Mina was succesvol en zorgde ervoor dat het feminisme bij de ‘gewone mensen’ bekend werd.
De brochure van Dolle Mina droeg de titel ‘Een rebelse meid is een parel in de klassenstrijd’ en beschrijft de strijd voor het socialisme en de klassenstrijd.
Een aantal acties van Dolle Mina waren;
*het nafluiten van mannen
*het gratis uitdelen van condooms aan leerlingen van de huishoudschool
*de actie ‘Baas in eigen buik’, die voor abortus pleitte
*het dichtbinden van urinoirs met behulp van roze linten
Opvallend is dat zich onder hen ook mannen bevonden, afkomstig uit linkse hoek.
In hun beginsel verklaring kwam te staan dat hun doel een socialistische samenleving was waarin vrouwen en mannen een volwaardig en gelijkwaardig bestaan zouden hebben.
Dit standpunt dat door alle socialistisch- feministen gedeeld wordt, brengt met zich mee dat de positie van de arbeidersvrouw en de positie van de vrouw in de Derde Wereld, die beiden dubbel onderdrukt worden, nl. als vrouw en door de kapitalistische werkgever of het neokolonialistische blanke Westen relatief veel aandacht krijgt. Het socialistisch feminisme is vaak sterk marxistisch beïnvloed.
De radicale feministen vonden dat het socialistisch feminisme veel tekortkomingen vertoonde. Ze vonden dat ze zich door hun eigen ideeën en ervaringen moesten laten leiden en niet door de verouderde overtuigingen van een man (Marx).
Niet het kapitalisme of de maatschappelijke structuur was de onderdrukker van de vrouw, maar de man.
Hun verzet tegen de machtspositie van de man, die hij ten koste van de vrouw heeft verworven en die hij niet gemakkelijk zal opgeven, werd extremer en radicaler.
Ze wijzen zelfs heteroseksualiteit af. Lesbisch zijn is voor hen een politieke keus.
Hun bevrijdingsbeweging moest solidair zijn en op een effectieve manier duidelijk zoden aan de dijk zetten. Alle ellende in de wereld wijten zij aan het mannelijke denken en handelen (masculinisme).
Binnen het radicaal feminisme ontstonden een aantal autonome vrouwenbewegingen; bv.
De radicale feministen vonden dat het socialistisch feminisme veel tekortkomingen vertoonde. Ze vonden dat ze zich door hun eigen ideeën en ervaringen moesten laten leiden en niet door de verouderde overtuigingen van een man (Marx).
Niet het kapitalisme of de maatschappelijke structuur was de onderdrukker van de vrouw, maar de man.
Hun verzet tegen de machtspositie van de man, die hij ten koste van de vrouw heeft verworven en die hij niet gemakkelijk zal opgeven, werd extremer en radicaler.
Ze wijzen zelfs heteroseksualiteit af. Lesbisch zijn is voor hen een politieke keus.
Hun bevrijdingsbeweging moest solidair zijn en op een effectieve manier duidelijk zoden aan de dijk zetten. Alle ellende in de wereld wijten zij aan het mannelijke denken en handelen (masculinisme).
Binnen het radicaal feminisme ontstonden een aantal autonome vrouwenbewegingen; bv.
Paarse September
Paarse September werd opgericht in 1972 en richtte zich vooral op homofiele en lesbische relaties. Volgens hen was de heteronorm de oorzaak van ongelijke machtsverhoudingen tussen mannen en vrouwen.
Door de acties van de radicale feministen ontstond het onderscheid tussen emancipatie en feminisme. Emancipatie betekent dat men streeft naar gelijke rechten en gelijke kansen. Feminisme betekent steeds meer de bevrijding van de onderdrukking door de man.
De verworvenheden van de tweede feministische golf
De uitgangspunten van de drie hoofdstromingen van het feminisme liggen ver uit elkaar, maar toch strijden alle feministen, ieder op hun eigen manier voor dezelfde zaak: de emancipatie van de vrouw.
1975 wordt door de Verenigde Naties tot het jaar van de vrouw uitgeroepen. In diverse landen - Scandinavië, Nederland, Frankrijk – wordt veel aandacht besteed aan de positie van de vrouw in de maatschappij. Er ontstaan emancipatiecommissies en door de overheid wordt nu ook erkend dat vrouwenemancipatie niet alleen een zaak is van politieke rechten. Er komt nu ook subsidie vrij voor het bewustwordingsproces van de vrouw. Op deze manier ontstaan de verschillende vrouwenpraatgroepen, waarin vrouwen in afwezigheid van mannen hun ervaringen met elkaar delen (separatisme). Zodoende bleek het dat het veel vrouwen ontbrak aan de meest elementaire kennis over hun eigen lichaam, hun eigen geschiedenis en de wijze waarop zij gemanipuleerd worden. Uit deze tijd stamt het vrouwenlijfboek, geschreven door een Newyorks vrouwencollectief. Aan de universiteit ontstonden de zogenaamde ‘vrouwenstudies’, die werden ondergebracht in vakken als sociologie, biologie, letteren en geneeskunde. Ook ontstonden er therapiegroepen. Vrouwen hadden een ander soort therapie nodig dan de therapievormen die door mannen ontwikkeld waren. Een therapie die de emancipatie bevorderde. Zo ontstond de radicale therapie, de feministische therapie en assertiviteitstraining, waarbij vrouwen aan hun schuldgevoelens werken. Praten werkt stimulerend en bevrijdend.
Zo begon de bloei van de vrouwencultuur. Overal in Europa en Amerika werden vrouwenhuizen en vrouwencafés geopend. Mannen werden hier niet toegelaten.
Vrouwen starten hun eigen uitgeverijen op en brengen verscheidene vrouwen- tijdschriften en boeken op de markt. De solidariteit onder de vrouwen werd steeds groter. Dit uitte zich in initiatieven als ‘vrouwen bellen vrouwen’ waarbij vrouwen in nood kunnen bellen naar andere vrouwen. Ook de Nederlandse Stichting Blijf van m’n lijf, die centra oprichten waar mishandelde en verkrachte vrouwen opgevangen worden, ontstaat. In deze periode strijdt de vrouwenbeweging voor het legaliseren van abortus. Dit is voor de feministen een hot item (baas in eigen buik).
Langzaamaan vervagen de grenzen tussen de verschillende feministische groepen.
Het feminisme in de jaren 80.
De vrouwenemancipatiebeweging heeft al veel vruchten afgeworpen. Er zijn veel meer mogelijkheden voor kinderopvang, waardoor vrouwen zich vrijer kunnen bewegen op de arbeidsmarkt. Universiteiten hebben hun vrouwenstudies en vrouwen kunnen naar gezondheidscentra die door vrouwen gerund worden. Ook seksuele voorkeuren zoals homoseksualiteit worden steeds meer geaccepteerd.
Met name ten aanzien van de seksualiteit werden veel taboes doorbroken. Men sprak van de seksuele revolutie.
Nu de protestfase voorbij is moet er gewerkt worden aan een nieuwe opbouwende fase. De verbeterde positie van de vrouw in de maatschappij is toch nog steeds zwak. Zodra de economische conjunctuur terugloopt zijn het toch nog de vrouwen die hier het makkelijkst de dupe van worden.
In 1982 wordt het Breed Platform van Vrouwen voor Economische Zelfstandigheid opgericht. Vrouwen verschijnen op de zogenaamde hogere posities. We treffen steeds meer vrouwen aan in de politiek en in andere beleidsposities, evenals in vakbonden en in het bedrijfsleven.
Na de overwinning van Baas in Eigen Buik richtten vrouwen zich nu tegen;
• aanranding en verkrachting
• ongewenste intimiteiten op het werk
• incest
• gewelddadige pornografie
Ook de integratie van buitenlandse vrouwen vormt een onderdeel van de huidige
Vrouwenbeweging.
Aan het eind van de jaren tachtig werd de ‘Wet van Gelijke Behandeling’
ingediend. Theoretisch gezien betekent dit dat mannen en vrouwen nu een gelijke positie in de maatschappij hebben. In Nederland is dat in principe in de praktijk ook zo, maar in sommige landen heeft de vrouw nog steeds een ondergeschikte positie.
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
A.
A.
het volgende gegeven feit vond ik in het werkstuk.
Deze marxistische vrouwen beweging is door Wilhelmina Drucker opgericht in 1969.
Het gaat er om dat wilhelmina Drucker de actie partij " dolle mina" heeft opgericht. Maar dat klopt niet want wilhelmina drucker komt uit de eerste feministische golf en was dus al lang dood in 1969. De dolle mina's zijn vernoemd daar haar ( Mina van WilhelMINA)
17 jaar geleden
AntwoordenP.
P.
Zeer goed werkstuk! Goed uitgebereid..
19 jaar geleden
AntwoordenL.
L.
Het was een prachtig werkstukkie.
Erg interessant van die Aletta Jacobs en jou cijfer is erg hoog!
Wij ware erreg onder de indruk van jou werkstukkie
en misschien gaan we het zellef ook wel over die ene vrouw doen.
Nou ja, veel plezier met die goeie cijfer van doe.
19 jaar geleden
AntwoordenL.
L.
harstikke tof werkstuk man.. kon hem zo plakken ik heb er een 9 voor gekregen.... heey bedankt he!
18 jaar geleden
Antwoorden