Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Waterdieren

Beoordeling 5.1
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • groep 8 | 1056 woorden
  • 3 mei 2005
  • 105 keer beoordeeld
Cijfer 5.1
105 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
De inleiding: Stekelbaarsjes
De grote eet de kleine
Kreeftsoorten
Kikkers
Bloedzuigers
Het water word ziek Stekelbaarsjes: Het mannetje van het stekelbaarsje bouwt in het voorjaar onder water een nestje van plantedelen. Als het nestje klaar is mag er niemand in de buurt komen. De grote vis werd zelfs weggejaagd. Maar als er een vrouwtje in de buurt kwam jaagde hij het vrouwtje niet weg, dan lokt hij de vrouwtje naar hem nest (player). Vlak voor de ingang van het nest gaat het stekelbaarsje op zijn zij liggen dan gaat het vrouwtje het nest binnen en legt haar eitjes in de nest. Nu gaat het mannetje naar het nest en spuit homvocht uit zijn lijf over de eitjes. Homvocht= vocht die de eitjes beschermt. Als hij dat doet worden de eitjes bevrucht. Als de eitjes bevrucht zijn dan waakt het stekelbaarsje als een waakhond, als er een vrouwtje komt word zij ook weggejaagd. Na een week of twee komen de jonge stekelbaarsjes uit de eitjes, ze blijven nog in de nest. Daar hebben ze genoeg voedsel kleine diertjes enz. deze kleine diertjes noemen we samen plankton. De jonge stekelbaarsjes groeien snel en dan kan vader stekelbaarsje uitrusten. De grote eet de kleine: Kleine diertjes kun je niet zomaar zien. Je kunt ze zien met een microscoop. De kleine diertjes leven in ontelbare dus ze weten niet hoeveel diertjes in de sloot leven. De kleine diertjes noemen we planktondiertjes ze ten van kleine plantjes. De kleine diertjes hebben ook vijanden ze worden gegeten door grotere dieren bijv: door watervlooien en watervlooien worden opgegeten door larven, jonge visjes en kevertjes en die dingen worden weer opgegeten door grotere vissen. Sommige planktondiertjes verdwijnen in de bek van alle grootste waterdieren net als bij grote dieren en planten bij ons worden ze opgegeten het werkt zo: muis eet de paddestoel uil eet de muis uil gaat dood en uil word humus. Maar kleine diertjes worden geen humus. Dus planten en dieren hebben elkaar nodig.
Kreeftsoorten: Watervlooien hebben hun naam gekregen, omat ze veel springen, in hun naam heb je ook vlooien, maar ze hebben niks met echte vlooien te maken. In sommige sloten zie je wolken rondhuppen, maar in andere sloten niet. Dat komt doordat watervlooien van water houden waar veel voedsel in zit: kleine beestjes en bacteriën, water waar allemaal van die beestjes in zitten is het water heel erg vervuild. Sommige van die sloten krijgen dan een grijs of een groene kleur. Watervlooien filteren de bacteriën en algen. Alle watervlooien bij elkaar zijn net een zeefje. Als de beestjes zijn gefilterd dan word de water ook weer schoon. Ze worden opgegeten (watervlooien) door de vissen. Op deze manier kan je ook je aquarium schoonmaken of een vijver. Je gooit er heleboel watervlooien in en dan zie je over een paar dagen het resultaat wel. Watervlooien hebben een soort antennes op zijn kop daarmee bewegen ze zich mee. Als de antennes naar beneden vallen dan maken ze een sprongetje. Als ze de sprieten stil zijn dan vallen ze naar beneden Kikkers: Kikkervisjes krijgen voorpootjes na een paar weken als ze geboren zijn. Na 5 weken gaan ze op een echte kikker lijken. De kikkervisjes komen uit de ei van een bruine kikker soms kun je die kikkers niet inde water vinden, want ze kunnen ook op het land zijn. Dieren die ook op het water en op het land kunnen leven noemen we amfibieën. Het grootste deel brengen ze niet op water maar op land. Als ze eitjes gaan leggen dan gaan ze wel de water in om de eitjes neer te leggen. Als hij het op het land legt dan drogen de eitjes uit. Er zijn bruine en groene kikkers. De groene kikker is de neef van de bruine kikker. De groene kikker is een stuk groter dan de bruine kikker. De groene kikker valt ook meer op dat komt omdat hij harder kan kwaken, vooral als het warm is. De bruine kikker legt soms eitjes in Maart. Eerst legt hij ze op de bodem, maar dan drijven ze gauw dat is slechter voor de eieren, want boven het water is het warmer dan in de bodem. De groene kikker legt haar eitjes stuk later dan blijven ze op de bodem Bloedzuigers: Er zijn ook andere dieren zoals bloedzuigers dat is een lang, dun diertje het likt op een regenworm. Als je de bloedzuiger in de emmer doet dan zuigt hij zich vast aan de emmer. Bloedzuigers kunnen niet leven inde water, allen een paardenbloedzuiger niet. Bloedzuigers zijn niet gevaarlijk, maar als ze in je lichaam komen dan vind je het wel eng, dan moet je het verbranden. De bloedzuigers voeden zich niet met bloed, maar met slakken. Vroeger dachten ze dat paardenbloedzuigers dat ze de slakken binnen kregen als ze water uit de sloot dronken. Bloedzuigers houden ze vast door hun zuignap. Ze hebben die zuignappen aan de voorkant en achterkant. De grootste zuignap zit aan de achterkant de zuignap aan de voorkant kan je bijna niet, omdat hij heel klein is. Vroeger gebruikten de mensen de bloedzuigers om bloed bij mensen af te nemen. Daarvoor werd een ander bloedzuiger gebruikt, geen sloot bloedzuiger Het water wordt ziek: Veel water word erg vervuild. Vroeger was de water ook heel erg vuil, maar niet zo erg. De kleine diertjes (planktondiertjes) die in de water leven konden toen wel tegen afval. Ze verteerden het afval en maakten nieuwe stoffen ervan. Het ging fout toen de mensen nieuwe dingen gebruikten. Om die nieuwe spullen zijn veel fabrieken nodig, die houden een heleboel afval over. Als dat weggespoeld word dan komt het allemaal in de water terecht. In ziek water kunnen natuurlijk geen planten of dieren leven, ze krijgen geen lucht en dan gaan ze dood. Veel van die doden planten of dieren worden niet verteerd. Het ergste is dat er in veel afval gif zit. Dat gif komt in de planktondiertjes terecht. Nu snappen mensen dat het zo niet langer kan. We moeten minder afval maken. En hoe moeten we dat doen.? - Door zuiniger met ons spullen om te gaan. - Door het licht niet overal te laten branden - Door niet meer water te gebruiken dan nodig is - Door niet van alles door de gootsteen te spoelen. Dat kan best moeilijk zijn, maar het moet lukken

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.