Japan 123

Beoordeling 5.6
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • Klas onbekend | 1267 woorden
  • 24 maart 2004
  • 81 keer beoordeeld
Cijfer 5.6
81 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Nieuw seizoen Studententijd de podcast!

Studenten Joes, Tess en Annemoon zijn terug en bespreken alles wat jij wilt weten over het studentenleven. Ze hebben het onder andere over lentekriebels, studeren, backpacken, porno kijken, datediners, overthinken, break-ups en nog veel meer. Vanaf nu te luisteren via Spotify en andere podcast-apps! 

Luister nu
Inhoud
A. Lokationele Kenmerken

Waar ligt het land: In zuid-oost Azië.

Welk continent: Azië.

Welke buurlanden: China heeft veel buurlanden, dit zijn ze: Noord-Korea, Rusland, Kazachstan, Kirgizië, Tadzjikistan, de Volksrepubliek Mongolië, Afghanistan, Pakistan, India, Nepal, Bhutan, Birma, Laos en Vietnam.

Aan welke zeeën/oceanen: Bo Hai (Po Hai), de Huang Hai (Gele Zee), de Dong Hai (Oost-Chinese Zee) en de Nan Hai (Zuid-Chinese Zee). Deze zeeën grenzen weer aan de Grote- of Stille Oceaan. In de Zuid-Chinese Zee liggen de Chinese eilanden Hainan, Dong Sha, Zhong Sha, Xi Sha en Nan Sha.

Hoe groot is het land: De totale oppervlakte van China bedraagt 9.579.000 vierkante kilometer. Het is het op twee na grootste land ter wereld.


B. Gebiedskenmerken.

1. Fysische Kenmerken
Geologie: Gebergtes, Vlaktes: Er zijn veel hooggebergten en middelgebergten, ook zijn er bekkens en depressies.
Hoogste berg: Qomolangma. Ook bekend als Mount Everest, het hoogste punt van de wereld (8848 meter).

Rivieren: de grootste, Chang Jiang, stroomt naar de Oost-Chinese Zee.
De Huang He loopt ook naar de Oost- Chinese Zee.

Grondstoffen: vooral steenkool en ijzererts.

Klimaat: Doordat China zo groot is, zijn er verschillende klimaten:
In de droge Gobi-woestijn (noorden) groeit bijna niets. In de Takla-Makanwoestijn (noordwesten) groeit in sommige gebieden wel gras en regent het af en toe. Dat zijn de steppen. Er wonen nomaden: mensen die in tenten wonen en rondtrekken met hun vee.
De Noord-Chinese laagvlakte heeft aan drie kanten bergen. Daar kan het in de winter wel 40 graden vriezen, en ‘s zomers heel warm zijn. Daar wordt heel veel graan verbouwd.
Ook in het zuiden van China zijn veel bergen. Maar daar is het klimaat tropisch: altijd warm en veel regen. De grond is er erg vruchtbaar. Er wordt veel rijst verbouwd en de boeren kunnen soms wel drie keer per jaar oogsten.

In het zuidwesten ligt een beroemd gebergte: de Himalaya. Tussen deze bergen liggen hoogvlakten. Het is daar altijd koud en er wonen niet veel mensen. Tibet is zo'n hoogvlakte. De Tibetanen wonen op 3000 meter hoogte.

Bodem: een gebergte bodem, een rood- gele bodem en latosol (= tropische bodem).
Flora: oorspronkelijke plantengroei: De oorspronkelijke plantengroei in China is het naaldwoud, tropisch regenwoud en hooggebergtevegetatie.

2. Inrichtingskenmerken:
Grondgebruik (landbouw): De meeste mensen in China woonden op het platteland en werkten op akkers. De meeste boeren leefden op zorgvuldig bewerkte lapjes grond die eigendom van de familie waren.

De meeste karweien moesten met de hand worden gedaan. Ze vervoerden water in emmers of gebruikten irrigatie werktuigen die met de hand bediend werden.

In de heuvels van Noord China werden de gewassen geplant op smalle terrassen die uitgehouwen waren in de hellingen.

Water werd met door mensen bediende irrigatieapparaten uit bronnen en kanalen omhoog gepompt. China verbouwt de meeste tarwe en rijst ter wereld. De voornaamste akkerbouwprodukten zijn, graan, rijst, thee, sojabonen, katoen, zijde, tabak, pinda’s en fruit. De boeren houden vee, varkens, kippen en paarden. Het is altijd een probleem geweest om zoveel mensen te voeden en veel van de landbouwproduktie is erg arbeidsintensief en moet nodig gemoderniseerd worden.

Nederzettingen (Steden en Dorpen): Hoofdstad: Peking, andere grote steden: hongkong, chongqing, nanjing, shanghai.


Infrastructuur (verbindingen: wegen, (lucht)havens, spoorlijnen, pijpleidingen, kanalen etc): China gaat met harde hand de files te lijf. In Peking mogen alleen de happy few met hun auto de binnenstad in, vertelt verkeersdeskundige Bouke Veldman van onderzoeksbureau RAND Europe in Leiden. De iets minder gelukkige weggebruikers komen niet verder dan de eerste ringweg rondom Peking. De nog minder bevoorrechte automobilisten mogen alleen tot de tweede ringweg komen.

C. Bevolkings kenmerken

1. Demografie
Aantal inwoners: In China wonen ongeveer 1.4 Miljard mensen, dat is ongeveer een kwart van de wereld bevolking. In China wonen veel mensen in de steden langs de kust. Daar mogen kapitalisten komen, dus daar mogen ze alles zelf bepalen wat ze met hun bedrijven gaan doen. Die ‘open’ steden liggen aan de kust, want daar kan je het beste handeldrijven.

Bevolkings Dichtheid: In het zuid-oosten 200 of meer mensen per vierkante kilometer, in het westen en in het midden gemiddeld 30 mensen per vierkante kilometer.

Geboortecijfer: minder dan 18 per 1000 inwoners.

Sterftecijfer: minder dan 8 per 1000 inwoners.

Geboorte overschot: minder dan 10 per 1000 inwoners.

zuigelingen- en/of kindersterfte: 60 tot 100 per 1000 levendgeborenen.

levensverwachting: tussen de 65-75 jaar.

Verstedelijking: 3,0 tot 4,5% in jaarlijkse toenamen van de stedelijk bevolking in de periode van 1980-1988.

2. Economische Kenmerken
Beroepsbevolking: Landbouw (50%), industrie (24%), diensten (26%).

Analfabetisme: 15 tot 20% van de bevolking is analfabeet.

BNP/Inkomen/Welvaart:

BNP: 4.3 Miljard Dollar (1997 geschat)
Staatsschuld 131.0 Biljoen Dollar (1997)
Export: 182.7 Miljoen Dollar (1997 geschat), elektrische apparaten, kleren, schoenen, speelgoed, brandstof, leer, plastic (1997)
Import: 142.4 Miljoen Dollar (1997 geschat), mechanische apparaten, elektronische machines, brandstof, plastic, ijzer and staal, katoen (1997)

Werkloosheid: Stedelijke werkloosheid ruwweg 10%, substantiële werkloosheid en onvoldoende productieve werkgelegenheid in rurale gebieden.

Bezit van bijv. auto’s, telefoons, televisies, etc:
auto’s: minder als 5% van de bevolking heeft een auto.
televisies: 272 op de 1000 inwoners heeft er een.
Telefoons: 70 op de 1000 inwoners heeft er een.

Aantal artsen: 500 tot 2500 per vierkante kilometer
Energie verbruik: 500-2000 kg steenkoolequivalenten per inwoner

3. Ecologische Kenmerken
Milieu: De hoge economische groei, de toenemende urbanisatie en de bevolkingsgroei zetten het milieu in China onder grote druk. De milieudegradatie uit zich in de vorm van lucht-, water- en bodemverontreiniging, bodemdegradatie en verlies aan biodiversiteit. De economische kosten van deze vervuiling worden geraamd op 3%-8% van het BNP per jaar. Teneinde de jaarlijks met circa 15 miljoen mensen groeiende bevolking te laten wonen, eten en werken, zijn de afgelopen jaren bossen, moeraslanden en waterrijke gebieden ("wetlands") omgevormd tot steden, landbouw- en industriegebieden. De intensivering van de landbouwproductie leidt tot een verdere verslechtering van de bodem- en waterkwaliteit. De verwoestijning, ontbossing en inefficiënte irrigatie verergeren, naast de intensieve landbouw, de degradatie van de bodem. Recentelijk zijn plannen ontwikkeld om landbouwgrond weer om te vormen tot natuurlijke gebieden. Ook heeft de overheid van Peking een groot gebied buiten de stad geïdentificeerd, waar door middel van beplanting de grote stofstormen moeten worden tegengegaan.

4. Culturele Kenmerken
Vlag:


Godsdienst: Taoïsme, Budhisme, Moslim 2%-3%, Christen 1% (schatting), Ethnic groups Han Chinese 91.9%, Zhuang, Uygur, Hui, Yi, Tibetan, Miao, Manchu, Mongol, Bui, Koreaan, and andere 8.1%

Taal: Mandarijn, Kantonees, Shanghais, Fuzhou, Hokkien Taiwanees, Xiang, Gan, Hakka dialecten en Engels

Welke bevolkingsgroepen wonen er?: De eigenlijke Chinezen (Han) vormen ca. 92% van de totale bevolking, en wonen vooral in het dichtbevolkte oosten van China. China is al meer dan 2000 jaar Han-Chinees, met uitzondering van Xinjiang, grote delen van Yunnan, Tibet, Qinghai, Binnen-Mongolië en delen van Mantsjoerije. Binnen Han-China bestaan er ook nog grote culturele en taalkundige verschillen. Voorbeelden hiervan zijn de Hakka, de Tujias (wonend in Hunan, Hubei Sichuan), de Kantonezen, en de grootste Han-minderheid, de Zhuang (ca. 20 miljoen). De Zhuang zijn vooral te vinden in de zuidelijke provincies van China, en behoren tot de het Thaise Dai-ras en spreken een sino-Tibetaanse taal.
De resterende 8% bestaat uit ca. 55 groepen, waarvan de voornaamste zijn de Zhuang, Hui (Hoei), Uyguren (Oejgoeren), Yi, Miao, Man (Mantsjoes), Xizang (Tibetanen) en Menggu (Mongolen). De bevolkingsomvang van de minderheden varieert enorm, van ca. 20 miljoen Zhuang tot ca. 1500 Hezhe, die in het noordoosten wonen. De niet-Chinese groepen, sinds 1979 erkend als nationale minderheden, zijn vooral verspreid over het westen en zuidwesten van China, met name in de doorgaans dun bevolkte grensgebieden. In totaal worden ca. 60 miljoen mensen tot de minderheden gerekend. De politieke betekenis van deze 'nationale minderheden' is belangrijk, omdat ze strategisch belangrijke grensgebieden bewonen en in de regel tot de volken behoren die ook in de buurstaten wonen.

Bevolkings groepen: Chinezen, Japanners, etc. (of mensen die op vakantie zijn)

5. Politieke Kenmerken
Bestuursvorm: erg streng, een kind politiek

Staatshoofd: president Jiang Zemin

D. Relationele Kenmerken

Relaties met andere regio’s

Handel: vooral in elektronica

Migratie: het is vooral druk in het noord-westen en in andere delen niet zo druk
Guangdong, Zhejiang en Beijing zijn ook drukke plaatsen.

REACTIES

J.

J.

china is het op 4 na grootste land

11 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.