8.2 Over Androclus en de leeuw
Een opvallende leeuw
Tussen de wilde dieren valt een reusachtige leeuw op. Die ene leeuw richt de ogen van allen op zich door de grootte van zijn lichaam, door zijn angstaanjagend gebrul en door zijn lange en golvende haren. Nu wordt de slaaf van een ex-consul binnengebracht. Hij heet Androclus en hij is veroordeeld tot de beesten omdat hij zijn strenge meester ontvlucht is. Wanneer de leeuw hem van ver ziet, blijft hij eerst plots als het ware verwonderd staan. Daarna gaat hij traag en rustig naar Androclus. Op dat moment beweegt hij zijn staart en hij likt met zijn tong de handen van de slaaf.
De reactie van Androclus
Androclus vreest eerst voor zijn leven, daarna vindt hij zijn moed terug te midden van de liefkozingen van het vreselijke dier. Plotseling herkent hij zelf de leeuw. Na de wederzijdse herkenning ziet het volk een blije en enthousiaste mens en (een blije en enthousiaste) leeuw.
Die wonderbare gebeurtenis wekt zeer luide kreten op bij het volk. De keizer ontbiedt Androclus en vraagt de reden waarom de vreselijke leeuw hem heeft gespaard. Op dat moment vertelt Androclus dit wonderlijk verhaal.
In de provincie Afrika
‘Mijn meester wordt voor een jaar als gouverneur naar de provincie Afrika gezonden. Daar ben ik door zijn dagelijkse zweepslagen gedwongen om te vluchten. Na een lange tocht verberg ik me in een duistere grot. Niet veel later komt deze leeuw naar dezelfde grot en toont mij jankend zijn bebloede poot. Ik bemerk een enorme doorn, die in zijn voet vastzit. Dadelijk trek ik de doorn uit en verzorg de wonde. Op dat moment legt de leeuw zijn poot in mijn handen en rust. Gedurende drie jaren leef ik met die leeuw in dezelfde grot. Op een dag verlaat ik de grot, ik word door soldaten gegrepen en uit Afrika naar Rome weggebracht naar mijn meester. Hij veroordeelt me dadelijk tot de beesten.’
Na het schouwspel
Na die woorden beginnen alle toeschouwers te roepen: ‘Laat die slaaf gaan!’ De keizer schenkt de vrijheid aan Androclus en de leeuw. Na dat schouwspel bindt Androclus de leeuw met een leren riem en gaat met hem van kroeg tot kroeg. Overal wordt aan Androclus geld geschonken, overal wordt de leeuw bestrooid met bloemen. Allen zeggen: ‘Deze leeuw is de gastheer van een mens, deze mens is de arts van een leeuw.’
naar Aulus Gellius, Noctes Atticae
REACTIES
1 seconde geleden