Eindexamens 2024

Wij helpen je er doorheen ›

Vocabulaire Hoofdstuk 4

Beoordeling 4.8
Foto van een scholier
  • Vertaling door een scholier
  • 5e klas vwo | 579 woorden
  • 14 januari 2010
  • 5 keer beoordeeld
Cijfer 4.8
5 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Nieuw seizoen Studententijd de podcast!

Studenten Joes, Tess en Annemoon zijn terug en bespreken alles wat jij wilt weten over het studentenleven. Ze hebben het onder andere over lentekriebels, studeren, backpacken, porno kijken, datediners, overthinken, break-ups en nog veel meer. Vanaf nu te luisteren via Spotify en andere podcast-apps! 

Luister nu
Vocabulaire 4.B | F-N
1. à cette époque in die tijd
2. aboutir à leiden tot
3. l'acception de betekenis
4. l'administration de overheid
5. apitoyé par geraakt door
6. l'apogée het hoogtepunt
7. compromettre bedreigen
8. les contes de verhalen
9. écraser verpletteren
10. emporter meenemen
11. être à la disposition ter beschikking staan
12. évoquer oproepen
13. fulgurant bliksemsnel
14. les hommes d'affaires de zakenmannen
15. le littoral de kust

16. outre behalve
17. la péninsule het schiereiland
18. prêter attention à aandacht schenken aan
19. profond sterk
20. les revendications de eisen
21. s'éloigner zich verwijderen
22. s'occuper de quelqu'un zich met iemand bemoeien
23. sacré heilig
24. se succéder elkaar opvolgen
25. la signalisation routière de verkeersborden
26. le soleil couchant de ondergaande zon
27. les taches de vlekken
28. le traité het verdrag

Vocabulaire 4.B | N-F
1. aandacht schenken aan prêter attantion à
2. bedreigen compromettre
3. behalve, naast outre
4. bliksemsnel fulgurant
5. de eisen les revendications
6. elkaar opvolgen se succéder
7. geraakt door apitoyé par

8. heilig sacré
9. het hoogtepunt l'apogée
10. in die tijd à cette époque
11. de kust le littoral
12. leiden tot abourtir à
13. meenemen emporter
14. de ondergaande zon le soleil couchant
15. oproepen évoquer
16. het schiereiland la péninsule
17. sterk profond
18. ter beschikking staan être à la disposition
19. het verdrag le traté
20. de verhalen les contes
21. de verkeersborden la signalisation routière
22. de vlekken les taches
23. de zakenmannen les hommes d'affaires
24. zich met iemand bemoeien s'occuper de quelqu'un

Vocabulaire 4.C | F-N
1. allouer des livres geld verstrekken
2. assumer aanvaarden

3. bilingue tweetalig
4. célibateire vrijgezel
5. la constitution de grondwet
6. courageux moedig
7. le cuivre het koper
8. déchaîné onstuimig
9. la découverte de ontdekking
10. en l'honneur de ter ere van
11. environ ongeveer
12. être en position de concurrence elkaar beconcurreren
13. fonder oprichten
14. germanophone Duitstalig
15. mener à leiden tot
16. metre sur pied op touw zetten
17. la moitié de helft
18. nouer des relations relaties aanknopen
19. nourrir voeden
20. l'objectif het doel
21. l'orphelin het weeskind
22. pourtant, cependant toch, echter
23. prendre possession de in bezit nemen
24. ravi de blij mee

25. se réfugier vluchten
26. s'enfuir vluchten
27. se soulever in opstand komen
28. souhaiter wensen
29. la veuve de weduwe

Vocabulaire 4.C | N-F
1. aanvaarden assumer
2. blij met ravi de
3. het doel l'objectif
4. Duitstalig germanophone
5. elkaar beconcurreren être en position de concurrence
6. geld verstrekken allouer des livres
7. de grondwet la constitution
8. de helft la moitié
9. huidig contemporain
10. in bezit nemen prendre possession de
11. leiden tot mener à
12. moedig courageuz
13. ongeveer environ
14. de ontdekking le découverte
15. oprichten fonder
16. relaties aanknopen nouer des relations

17. ter ere van en l'honneur de
18. toch, echter pourtant
19. tweetalig bilungue
20. vluchten se réfugier
21. voeden nourir
22. vrijgezel célibataire
23. de weduwe la veuve
24. het weeskind l'orphelin
25. wensen souhaiter
26. in opstand komen se soulever
27. zich oprichten se soulever

Vocabulaire 4.D | F-N
1. agile lenig, soepel
2. atteindre bereiekn
3. audacieux dapper
4. la bâton de stok
5. le cimetière de begraafplaats
6. couramment vloeiend
7. la cueillette het plukken
8. décrocher afhaken, losmaken
9. dégager vrijmaken
10. les déguisements de verkleedkleren
11. dès vaanf

12. dévoiler onthullen
13. entamer beginnen
14. la paille het rietje
15. le piège de valstrik
16. la presqu'île het schiereiland
17. la prière het gebed
18. récolter oogsten
19. se dérouler plaatsvinden
20. les sentiers de paden
21. la superficie de oppervlakte
22. tandis que terwijl
23. veiller waken

Vocabulaire 4.D | N-F
1. afhaken, losmaken décrocher
2. de begraafplaats le cimetière
3. bereiken atteindre
4. dapper audacieux
5. het gebed la prière
6. lenig, soepel agile
7. oogsten récolter
8. de oppervlakte la superficie
9. de paden les sentiers
10. plaatsvinden se dérouler
11. het plukken la cueillette

12. het rietje la paille
13. het schiereiland la presqu'île
14. de stok la bâton
15. terwijl tandis que
16. vaanf dès
17. verkleedkleren les déguisements
18. vloeiend couramment
19. vrijmaken dégager
20. waken veiller

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.