H.4 Voedsel

Beoordeling 6.7
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 3e klas vwo | 372 woorden
  • 11 april 2017
  • 8 keer beoordeeld
Cijfer 6.7
8 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
Methode

Scheikunde Samenvatting H.4 Voeding

Paragraaf 1 – voedsel

Een (groot) deel van ons voedsel levert onze bouwstoffen (voor nieuwe stoffen) en brandstoffen (energie).

Dagelijks heb je de juiste hoeveelheid voedingsstoffen nodig.

Te weinig → ziek

Te veel → overgewicht.

Paragraaf 2 – koolstofchemie

Alkanen

Alkenen

Alkyl

Methaan – CH4

Etheen = C2H4

Methyl – CH3

Ethaan – C2H6

Propeen = C3H6

Ethyl – C2H5

Propaan – C3H8

Buteen = C4H8

Butaan – C4H10

Penteen = C5H10

Pentaan – C5H12

Hexeen = C6H12

Hexaan – C6H14

Alkanen = CnH2n+2

n= 5 → C5H12 (Pentaan)

Alkenen = CnH2n (DUBBELE BINDING)

n= 5 →C5H10 (Penteen)

OH-groepen = een alcohol (Ethanol = Ethaan + OH)

Paragraaf 3 – noodzakelijke voedingsstoffen

Functies voedingstoffen:

- Eiwitten: fundament van alle cellen → opbouw celstructuur, aanmaak hormonen, neurotransmitters, enzymen, onderhoud spieren.

- Koolhydraten: energie voor het lichaam om te functioneren.

- Vetten: belangrijke energiedragers → bouwstoffen voor celmembranen.

- Mineralen: bouwstoffen → skelet, cellen, weefsel.

- Vitamines: werkzame organische verbinden, die nodig zijn voor elk orgasme → specifieke werking stofwisseling.

- Water: bouwstof, transportmiddel, oplosmiddel, lichaam op temperatuur houden.

Paragraaf 4 – afbraak van voedingsstoffen

Waarvoor zijn voedingsstoffen nodig?

- Koolhydraten en vetter zijn nodig als brandstof (energie).

- Een deel wordt afgebroken en omgezet in enzymen.

- Het transport door je lichaam.

Spijsvertering:

- Eiwitten reageren met water, waarbij aminozuren ontstaan.

- Koolhydraten reageren met water, waarbij meestal glucose ontstaat;

C12H22O5 + H2O → 2 C6H12C6 of C6H10O5 + H2O → C6H12O6

BietensuikerZetmeel

- Vetten reageren met water, waarbij glycerol en vetzuren ontstaan.

Paragraaf 6 – Additieven

Additieven: stoffen die aan ons voedsel worden toegevoegd.

Soorten additieven:

- Gezondheid bevorderende stoffen: deze stoffen hebben een gunstige werking op speciale lichaamsfuncties.

- Kleur-, geur- en smaakstoffen: deze stoffen maken ons eten aantrekkelijker. Ze hebben allemaal een E-nummer, als Europese goedkeuring.

- Conserveringsmiddelen: deze stoffen zorgen ervoor dat ze langer goed blijven.

- Emulgatoren: als een stof water en olie bevat, moeten ze er nog normaal uitzien, dus dan wordt er een emulgator toegevoegd.

(Papier)chromatografie: scheidingsvermogen die werkt op het verschil in adsorptievermogen en oplosbaarheid. Hiermee kun je de RF-waarde berekenen.

REACTIES

J.

J.

Goede samenvatting, heb er veel van geleerd, zoals de voorbeelden die gegeven werden die niet in het boek stonden. Heb een half Italiaanse docent dus moet het mezelf maar leren.

8 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.