Hoofdstuk 2
Massa 1 liter ijs is kleiner dan massa 1 liter water. » Dichtheid ijs lijkt kleiner
Soortgelijke warmte = Veel warmte nodig om 1 kilo een graad warmer te maken.
Water heeft een groot oplosvermogen » In ons lichaam kunnen daardoor veel stoffen vervoerd worden. Bloed bestaat vooral uit water » bloed vervoert stoffen.
Absorberen = scheidingsmethode om
- geurstoffen
- kleurstoffen
- smaakstoffen
uit water te halen.
Adsorptiemiddel = Norit of Actieve Kool
Eigenschappen van water:
Grote dichtheid.
Groot oplosvermogen
Grote soortelijke warmte
Goed oplosmiddel
Hardheid
Sommige stoffen lossen goed op in water, andere niet » verschil in oplosbaarheid
Twee stoffen mengen krijgt;
- Oplossing » helder
of
- Suspensie » troebel
Suspensie is wit of gekleurd.
Oplosbaarheid = Maximaal aantal grammen van stof die je op kan lossen in oplosmiddel.
Zeer grote hoeveelheid van stof in water » stroperig » glucosestroop
Oplossing in alcohol » tinctuur
( jodiumtinctuur » 1% jood in alcohol )
Hardheid van water » hoeveelheid opgeloste kalk per liter – uitgedrukt in DH (Duitse Hardheidsgraden) 1 DH = 7.1 mg calcium per liter.
Water gaat nooit op dankzij Waterkringloop
Biologische reiniging van drinkwater » Micro-organismen die in staat zijn om schadelijke stoffen af te breken.
Drinkwaterverbetering » het zuiveren van water
Zuiveringsproces:
1. water opslaan in open waterresevoir
2. IJzersulfaat toevoegen » ontreinigingen worden ingekapseld
3. Vlokken laten bezinken
4. opgeloste afvalstoffen weg door blazen van ozon in water (chemische afbraak)
5. IJzersulfaat toevoegen » bij 4 konden weer zwevende dingen ontstaan
6. Filtreren door filterbedden » grint, zand, antraciet
7. Kleur,geur,smaakstoffen verwijderd door » Norit
8. Chloorbleekmiddel toegevoegd om besmetting te voorkomen.
Water vervuild door bijv. Lood, cadmium en kwik » vervuild door zware metalen
Controle of concentratie niet te hoog is.
Grens = ADI-waarde
ADI-waarde = geeft aan hoeveel mg van een stof je per dag per kg lichaamsgewicht mag binnenkrijgen.
Mengen van stoffen
- Oplossing
- Emulsie » wit of gekleurd » altijd troebel
Ontmengt -> Tweelagensysteem
Niet ontmengen? » Emulgator nodig
Emulgator heeft * lange staart » C & H atomen (hydrofoob)
* Kleine kop » O atomen (hydrofiel)
Zuurgraad / PH » getal tussen 0-14
PH < 7 – zuur
PH > 7 – basisch
Geen zuur of base? Neutraal » 7
Hoe zuurder, hoe agressiever
Hoe basischer, hoe agressiever
Universeel indicatorpapier » strookje om pH te meten.
Zure reinigingsmiddelen – gebruikt voor kakaanslag
Basische reinigingsmiddelen - gebruikt voor vettig vuil
Aangekoekt? Schuurmiddel
Bacteriën? Desinfectiemiddel
Oppervlaktespanning = Watermoleculen willen bij elkaar klitten.
Voor verschillende vezelsoorten, verschillende soorten wasmiddel nodig.
Verschillende soorten vuil:
• oplosbaar » drinken, suiker, zweetvlekken
• onoplosbaar » zand, klei etc.
• kleurstofvlekken » thee, vruchtensap
• eiwithoudende » bloed, vlekken in luiers
componenten: synthetische zeep, bleekmiddelen, enzymen, optische witmakers, wasversterkers.
Syntetische zeep:
Verlaagt oppervlaktespanning van water » oppervlakteactieve stoffen
Bleekmiddel:
Maakt kleurstofvlekken onzichtbaar
Enzymen:
Proteasen » enzymen die eiwithoudende stoffen afbreken.
Optische witmaker:
Hecht zich aan wasgoed » witter dan wit
Wasversterkers:
Ingebouwde ontharder » wassen met minder wasmiddel
Mengen van bleekwater en zure reinigingsmiddelen » chloorgas, ZEER GEVAARLIJK.
REACTIES
1 seconde geleden
F.
F.
dsit klopt niet helemaal, sommige begrippen en er missen belangrijke dingen
16 jaar geleden
AntwoordenA.
A.
Heey bedankt voor je samenvatting van Scheikunde!
15 jaar geleden
Antwoorden