Hoofdstuk 4: Literatuur uit de negentiende eeuw tot 1880
Ik heb 4.1 en 4.2, resp. De politieke en de sociaal-economische achtergronden weggelaten uit de samenvatting.
4.3; De culturele achtergronden
Nationalisme (voorliefde voor eigen vaderland) belangrijk. Volk werd beschouwd als organische eenheid met een gemeenschappelijke afstamming, cultuur en taal. Volkssprookjes werden verzameld. Nationalisme kwam ook in literatuur en literatuuronderwijs naar voren. 1863: onderwijswet van Thorbecke. Nederlandse taal- en letterkunde officieel en verplicht vak op HBS. Er werd gebruik gemaakt van bloemlezingen. Voorbeeld: Neerland’s letterkunde in de negentiende eeuw. Poëzie; (928 pagina’s gedichten uit de negentiende eeuw, samengesteld door J.P de Keyser.)
Nationale trots was gekrenkt, men streefde naar een nieuwe eigen identiteit, voorzien van een nieuw vaderlands gevoel. ? Verheerlijking glorieus verleden hielp hierbij.
Wetenschap: Belangrijke vernieuwingen vonden plaats. Charles Darwin’s (1809-1882) The Origin of Species (1859) veroorzaakte een revolutie. ? survival of the fittest, struggle for life.
Opvatting van Karl Marx (1818-1883) waren ook bedreigend voor de gegoede burgerij. Hij kritiseerde de vervreemding. O.a in zijn hoofdwerk Het Kapitaal uit 1867.
4.4; Romantiek en realisme
Romantiek: nadruk ligt op de weergave van het gevoel en de verbeelding. Realisme: nadrukt lift op een zo waarheidsgetrouwe weergave van de werkelijkheid.
4.4.1 De romantiek (algemene karakteristiek)
Romantische invloeden zijn te herkennen in de literatuur, schilderkunst en muziek van vele landen.
Belangrijke internationale romantische dichters en schrijvers:
Engeland: Samuel Coleridge, William Wordsworth, Lord George Gordon Byron, John Keats, Percy Bysshe Shelley, Walter Scott
Duitsland: Heinrich von Klesit, Novalis, Friedrich Heine, E.T.A. Hoffmann
Frankrijk: Victor Hugo
Schilderkunst: Caspar David Friedrich, Théodore Géricault, Eugène Delacroix, John Constable, J.M.W Turner
Muziek: Schubert, Mendelssohn, Schumann, Berlioz.
Breuk met het klassicisme: Door verval klassicistische systeem was de opkomst van het sentimentalisme mogelijk. I.p.v. het rationele werd het gevoel geidealiseerd. Zo direct mogelijk, zonder allerlei regels. Willem Bilderdijk (1756-1831) – De nachtegaal en de koekoek (gaat over botsing klassicisme en romantiek)
Gevoel:
Natuur was een zeer geliefde bron voor gevoelens. Beeldende kunst kon dit verduidelijken.
B.C. Koekkoek was een populaire romantische landschapsschilder.
1855: Landschap met eikebomen en ruïne
Natuur is tot ideaalbeeld gemaakt.
Romantische dichters en schrijvers proberen de gevoelens en emoties zo spontaan en natuurlijk mogelijk weer te geven. Lord George Gordon Byron (1788-1824) in Nederland bewonderd vanwege zijn veergave van gevoelens en stemmingen. Nicolaas Beets (1814-1903) groot bewonderaar van Byron in Nederland.
Gevoelens kunnen gevoelens van geluk zijn, maar ook van melancholie en smart. Ook liefde roept gevoelens op, en ruïnes, de maan, de nacht, de dood en het kerkhof.
Verbeelding: Ook verbeelding stond centraal voor de romantische kunstenaar. Beeld van de wereld was niet langer objectief, maar subjectief, het hing af van de individuele visie van de kunstenaar. De droom is een aspect dat duidelijk samenhangt met de verbeelding, was dus ook een romantische voorkeur. -> John Keats (1795-1821) – La Belle Dame sans Merci (1820) (zie boek blz 239-240 voor verhaal)
Romantische personages: Dolenden, zwervers vol verlangen. Dat verlangen wordt voor gesymboliseerd in de betoverend mooie, maar onbereikbare geliefde.
Engagement: Romantische kunstenaar kwam vaak in conflict met de omgeving. Hij zette zich af tegen de zelfgenoegzame burger wiens conventionele gedrag gehekeld werd. Soms toonde de romanticus een voorkeur voor sociaal engagement. Engeland: Shelley, Byron. Nederland: Multatuli
Weltschmerz: Voor de romanticus was er een kloof tussen ideaal en de werkelijkheid. ? Leidde tot gevoel van onvrede met eigen tijd, een lijden aan het bestaan. De natuur, het verleden, de religie en in sommige gevallen de humor kon het lijden verlichten.
Piet Paaltjens (pseudoniem van Francois HaverSchmidt: 1835-1894) gebruikte humor als wapen tegen het lijden aan het bestaan. 1867: Snikken en glimlachjes. Spot en ironie, onverwachtse combinaties, absurde situaties, woordspelingen, stijlbreuken, pathetische uitroepen.
Personages: Dolenden met een groot onvervulbaar verlangen, idealisten, en wereldverbeteraars zoals Max Havelaar in de roman van Multatuli, of lijders aan Weltschmerz.
Romantisch levensgevoel: Niet alleen personages in literatuur, maar ook echte mensen die leden aan het bestaan. Er was in de 19e eeuw dus ook sprake van een romantisch levensgevoel.
4.4.2 De romantiek in Nederland en Vlaanderen
In eerste decennia van de 19e eeuw in Nederland: sociale cultuur: gemeenschappelijke activiteiten waren gewoner dan individuele. -> intensief gezelschapsleven.
Literatuur: eind jaren ’30: literaire genootschappen
Belangrijke onderwerpen voor genootschapsdichters: Vaderlandsliefde, huiselijkheid.
Hendrik Tollens (1780 – 1856) vooraanstaand dichter. 1819: De Overwintering van de Hollanders op Nova Zembla (bekroond door de ‘Hollandsche Maatschappij van fraaije kunsten en wetenschappen’)
Historische Roman:
1827: David Jacob van Lennep (1774-1853) – Verhandeling over het belang van Hollands grond en oudheden voor gevoel en verbeelding (In navolging van Sir Walter Scott (1771-1832) pleitte hij voor een Hollandse historische roman)
Vaste motieven historische avonturenroman: De reis, de liefde, de ontsluiering van een geheim, gevaarlijke situaties en een geheimzinnige onbekende redder
Aarnout Drost (1818-1834) meende dat een kleurrijk decor en een spannend verhaal een middel waren en geen doel. Een historische roman diende volgens hem ook uitdrukking te geven aan een visie op mens en maatschappij. Daarom onderscheidt men ook historische ideeënromans.
Bekende Nederlandse historische romans:
Aarnout Drost: Hermingard van de Eikenterpen.
Jacob van Lennep: De Roos van Dekema
J.F. Oltmans: Het slot Loevestein, De schaapherder
T. Bosboom- Toussaint: Het Huis Lauernesse, Mejonkvrouwe de Mauléon, de Lycester-cyclus.
Vlaanderen: Hendrik Concience (1812 –1883): 1838: De leeuw van Vlaanderen. (zie boek blz 243-244 voor verhaal)
1837: tijdschrift De Gids voor het eerst verschenen in Amsterdam, met als drijvende kracht E.J. Potgieter (1808-1875) Hij hield zijn tijdgenoten de zeventiende eeuw als voorbeeld van bloei en daadkracht voor. (in o.a. Jan, Jannetje en het jongste kind en in Het Rijksmuseum te Amsterdam.)
Dominee-dichters: In Leiden richtten studenten zich op buitenlandse voorbeelden als lord Byron en Victor Hugo, en vertaalden ook werk van de deze dichters. Maar die bewondering duurde niet lang omdat er ook aan een maatschappelijke loopbaan moest worden gedacht. Nicolaas Beets (1814-1903) werd de belangrijkste van de 19e-eeuwse dominee-dichters, die de poëzie van de jaren ’30 tot de jaren ’80 domineerden.
De samenvatting gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
N.
N.
ej nerd
waarom heb je multatuli weg gelaten als het zo belangrijk is?
gegroet
17 jaar geleden
Antwoorden