Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Hoofdstuk 3, Eenvoudige betogen

Beoordeling 6.6
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 4e klas havo | 655 woorden
  • 13 mei 2008
  • 113 keer beoordeeld
Cijfer 6.6
113 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Taaldomein 2e fase
Hoofdstuk 3 Eenvoudige betogen


§1 Algemene theorie
Mensen hebben allerlei meningen, die ze kunnen uitspreken, wanneer je dit doet krijg je vaak een reactie terug en zul je, je mening(standpunt) moeten onderbouwen met argumenten.

1.1 Meningen en Standpunten
Een standpunt is een mening waarmee je naar buiten komt.
Standpunt als stelling: Wanneer je eerst je mening geeft en dan de argumenten..
Standpunt als conclusie: Wanneer je eerst de argumenten geeft en dan je mening.


1.2 Hoofdargumenten en subargumenten
Een hoofdargument ondersteunt het standpunt.
Een subargument ondersteunt een hoofdargument.
Een redenering kan worden samengevat in een argumentatieschema

1.3 Tegenargumenten en weerleggingen
Een tegenargument is een argument tegen een standpunt.
Een weerlegging is een argument tegen een argument.
Een weerlegging van een tegenargument is een argument tegen neen tegenargument.

1.4 Standaardstructuren en signaalwoorden
Je herkent een standpunt d.m.v.: Ik vind, volgens mij, mijn inziens, mijn standpunt is, dus en daarom.
Argumenten herken je aan: Ten eerste, bovendien, verder, om te beginnen, de volgende argumenten.

Als je zelf moet schrijven kun je veelal gebruik maken van signaal woorden die verbanden aangeven:
•opsomming

•tegenstelling
•conclusie/samenvatting
•voorbeeld/bewijs

§2 Lezen
Betogen zijn geschreven om te overtuigen, maar soms wil de schrijver je zo graag overtuigen dat hij argumenten gebruikt die niet waar zijn, dus kijk altijd of de argumenten kloppen om te beslissen of je het met de schrijver eens bent.

2.1 Een betoog analyseren
Niet alleen argumenten werken om te overtuigen, maar ook de juiste formulering draagt daar aan bij.

2.2 Samenvatten met behulp van een argumentatieschema
Je hebt 3 soorten samenvattingen:
Samenvatting 1: standpunt en hoofdargumenten
Samenvatting 2: Standpunten, hoofdargumenten en subargumenten
Samenvatting 3: Onderwerp, standpunt, hoofdargumenten en subargumenten

§3 Schrijven

3.1 Selecteren en ordenen van argumenten
Het is handig om argumenten te orden zodat je een overzichtelijke groep argumenten die op elkaar aansluiten.

3.2 Concept schrijven


3.3 Inleiding, slot en titel
Een inleiding bestaat vaak uit twee delen.
1 In het eerste deel maakt de schrijver duidelijk waar de tekst over gaat en wekt hij de interesse op van de lezer door:
•Vragen te stellen;
•Voorbeelden te geven;
•Een voorval te schetsen;
•Achtergrondinformatie te geven.
2 De inleiding eindigt vaak met het standpunt, en die de overgang naar de kern duidelijk maken.

Het slot is de laatste kans van de schrijver om zijn lezer te overtuigen van zijn standpunt.
Je maakt hierbij gebruik van:
•Korte samenvatting
•De conclusie

De titel van een betogende tekst moet belangstelling voor de inhoud opwekken en alvast iets van de mening van de schrijver loslaten.

Stappenplan voor het schrijven van een eenvoudig betoog
1. Formuleer een duidelijk standpunt

2. Bedenk zoveel mogelijk argumenten om dat standpunt te onderbouwen.
3. Breng een ordening in je argumenten. Maak een duidelijk onderscheid tussen hoofd- en subargumenten.
4. Wanneer je meer dan vier hoofdargumenten hebt, kijk dan of je er nog een paar kunt samenvatten.
5. Maak een schema met het standpunt, de hoofdargumenten en de subargumenten.
6. Schrijf de conceptversie. Reserveer voldoende ruimte voor veranderingen en aanvullingen.
7. Werk elk hoofdargument uit in een aparte alinea. Gebruik daarvoor je subargumenten en verdere toelichtingen en voorbeelden.
8. Gebruik signaalwoorden om het standpunt, de argumenten en de belangrijkste verbanden daartussen te verduidelijken.
9. Schrijf de inleiding. Introduceer in ieder geval het onderwerp en geef een heldere formulering van je standpunt.
10. Schrijf het slot. Geef daarin geen nieuwe argumenten. Zorg dat je je standpunt nog eens helder weergeeft. Vat eventueel de hoofdargumente4n samen. In een uitbreiding kun je eventueel op het gevoel van de lezer inspelen.
11. Laat iemand je tekst lezen om commentaar.
12. Schrijf de definitieve versie. Let daarbij ook op spelfouten, interpunctie en lay-out

§4 Spreken en luisteren

4.1 Betogende voordracht: Rekening met het publiek

A: Besteed veel aandacht aan de inleiding (is heel belangrijk)
B: Bedenk sterke argumenten
C: Zorg dat je argumenten nieuwswaarde hebben
D: Zorg tijdens het eigenlijke betoog dat de hoofdlijn duidelijk blijft
E: Maak werk van het slot
F: Werk met een spiekbriefje en houd strategische zinnen paraat.

4.2 Beoordelen van een betogende voordracht
Is belangrijk om er zelf iets van te leren en om de voordrager iets van te laten leren.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.