§1 Stoffen
Er zijn 4 Stofeigenschappen, stofeigenschappen zijn eigenschappen waaraan je een stof kunt herkennen. Bijvoorbeeld:
- Kleur ( Koper is rood, aluminium is grijs )
- Geur ( Alcohol ruikt anders dan terpentine )
- Smaak ( Zout smaakt zout en suiker smaakt zoet )
- Brandbaarheid ( Benzine is brandbaar, water niet )
Sommige stoffen zoals spiritus, benzine, chloor en medicijnen kunnen ook erg gevaarlijk zijn:
- Als je ze inademt
- Als je ze inslikt
- Als ze op je kleren, huid of in je ogen komen
- Als er vuur bij komt
- Als je de stof mengt met een andere stof
Een gevarensymbool is een tekentje dat op de verpakking staat.
§2 Materialen
Materialen zijn stoffen waar voorwerpen van worden gemaakt. Veel gebruikte metalen zijn staal, aluminium en koper. Je hebt ook nog andere metalen zoals goud, zilver, chroom, zink, lood, messing, tin en brons. Voorwerpen die van metaal gemaakt zijn:
- Kunnen meestal verbogen of ingedeukt worden maar zullen niet snel breken
- Zijn niet doorzichtig
- Kunnen vaak slecht tegen bijtende stoffen
- Glanzen
- Geleiden elektriciteit
- Zijn goede warmtegeleiders
Ook zijn er veschillen tussen metalen:
- Sommige metalen worden niet aangetast door vocht en lucht ( Goud, zilver en ijzer wel )
- Sommige metalen zijn zacht en gemakkelijk te vormen ( Lood en staal niet )
- Sommige metalen zijn licht ( Aluminium, lood en kwik niet )
- Sommige metalen smelten bij een lage temperatuur ( Lood en ijzer niet )
- Sommige metalen worden aangetrokken door een magneet ( Ijzer, nikkel en goud niet )
Een legering is een mengsel van 2 of meer metalen. Dat kan je maken door twee metalen te smelten, dan goed te mengen en daarna weer hard te laten worden. Dit is handiger voor bepaalde toepassingen.
Glas kom je vaak tegen. Voorwerpen van glas:
- Zijn doorzichtig
- Worden niet aangetast door bijtende stoffen
- Kun je niet deuken of buigen maar zijn breekbaar
- Hebben een glas oppervlak dat je goed schoon kunt maken
Voorwerpen van een keramisch materiaal zijn gebakken in een oen waardoor ze hard maar ook breekbaar worden. Dit zijn b.v steen, tegels, dakpannen, borden, kopjes of schoteltjes dit:
- Kan je niet buigen of indeuken
- Is breekbaar
- Is goed bestand tegen hoge tempraturen
- Is vaak goed beschermd tegen bijtende stoffen
Corroderen is een andere woord voor het aantasten van metalen door water en zuurstof.
Hierdoor verdwijnt de metaalglans. Als ijzer corrodeert heet dat roesten.
§3 Massa en Volume
Een ander woord voor massa is gewicht. Dat meet je met een weegschaal of een balans in de eenheid gram of kilogram. 1ton = 1000kg, 1kg = 1000g, 1g = 1000mg
Het volume is de ruimte dat een voorwerp inneemt. Om het volume van een rechthoekig voorwerp te meten vermenigvuldig je alle lengten met elkaar. De uitkomst is dan in b.v cm3 . 1m2 = 100dm2, 1dm2 = 100 cm2, 1m3 = 1000dm3, 1dm3 = 1000cm3.
Het volume van voorwerpen met een onregelmatige vorm kan je uitrekenen via de onderdompelmethode. Dat gaat zo: je vult een maatglas met water tot een bepaalde hoeveelheid, b.v 50ml dan doe je er b.v een kiezelsteentje in. Nu komt het water tot 60ml. Het kiezelsteentje heeft dus een volume van 10ml = 10cm3
§4 Dichtheid
De dichtheid van een stof in het aantal gram per cm3 . Elke stof heeft zijn eigen dichtheid, als je de dichtheid van iets dus weet kan je er achter komen welke stof het is. Zo kan je de dichtheid bepalen:
- Neem een voorwerp of een hoeveelheid van die stof
- Bepaal de massa en het volume
- Deel de massa door het volume
Nu heb je de gram per cm3. Let er wel op dat de eenheden kloppen, meet dus ook in g en cm.
De formule voor dichtheid is dichtheid = massa : volume.
In symbolen is dat = m : v.
De formule voor massa is massa = volume x dichtheid.
In symbolen is dat m = v x
De formule voor volume = massa : dichtheid.
In symbolen is dat v = m :
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden