Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Hoofdstuk 8, par 1, 2, 3

Beoordeling 7.6
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 2e klas vwo | 644 woorden
  • 15 mei 2011
  • 92 keer beoordeeld
Cijfer 7.6
92 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
1. Geluid maken en horen

Geluidsbronnen

Voorbeelden geluidsbronnen: Rommelen van de donder, het ruisen van de zee, pratende mensen, harde muziek.

Natuurlijk geluidsbronnen zijn de stemmen van mensen.

Gemaakte geluidsbronnen zijn door de mens gemaakt. Denk bijvoorbeeld aan computergeluiden, muziekinstrumenten  etc.

Geluid ontstaat door trillingen in  een geluidsbron:
- Bij je stem trillen je stembanden.
- Bij een luidspreker trilt de conus.

- Bij een gitaar trillen zijn snaren.

Van geluidsbron naar je oren
Bij een luidspreker gaat het zo:

De conus trilt. Daardoor wordt de lucht rond de conus afwisselend samengeperst en iets 'verdund'. Deze bewegingen gaan in alle richtingen van de luidspreker vandaan.

Je kan geluid alleen maar horen als er een tussenstof is (medium). Hierdoor verplaatsen de trillingen zich van de geluidsbron naar je oren.

Geluid kan zich via allerlei stoffen verplaatsen. Je stem hoor je bijv. niet alleen van buitenom (via de lucht) maar ook van binnenom (via de schedel).

Geluid heeft tijd nodig om zich te verplaatsen. In de lucht is de snelheid per seconde 340 meter.


Rekenen met de geluidssnelheid
afstand = (geluids)snelheid x tijd 

s = v . t


Geluid horen
Het trommelvlies trilt mee als de geluidstrillingen hem bereiken.
- Het trommelvlies beweegt naar buiten als de luchtdruk lager wordt.
- Het trommelvlies beweegt naar binnen als  de luchtdruk hoger wordt.

De gehoorbeentjes brengen de trillende beweging van het trommelvlies over op de vloeistof in het slakkenhuis. Het geluid wordt versterkt. In het slakkenhuis worden de trillingen door de gehoorcellen 'vertaald' in elektrische signalen. Als je hersenen de signalen ontvangen hoor je geluid.


2. Toonhoogte en frequentie

Snaarinstrumenten
Als je een snaar laat trillen geeft hij een bepaalde toon. De hoogte van die toon hangt af van:



  • de dikte van de snaar; hoe dunner de snaar, hoe hoger de toon.
  • de lengte van de snaar; hoe langer, hoe lager.
  • de spanning van de snaar; hoe hoger de spanning, hoe hoger de toon.

Een stemvork kan worden gebruikt om een instrument te stemmen.

Frequentie
Het aantal trillingen per seconde wordt frequentie genoemd. De frequentie wordt gemeten in Hertz. Hoe hoger de frequentie, hoe hoger de toon. 

Frequentie en trillingstijd
Als je een stemvork aanslaat en er een stift aan vast bindt, waarna je die over een beroete glasplaat trekt, ontstaat er een golfspoor. De tijd die voor 1 trilling nodig is, wordt de trillingstijd genoemd. Als de frequentie van de trilling 55 Hz is, maakt de stemvork 55 trillingen per seconde. 1 trilling duurt dan 1/55 seconde.

Trillingstijd = 1 : frequentie
T = 1 : f

voor de frequentie geldt dit;
f = 1 : T 

De oscilloscoop
Met de oscilloscoop kan je de trillingen van een geluid weergeven door deze op te nemen. Er komt dan een golfspoor op het beeldscherm te staan.

Het frequentiebereik van je gehoor
Geluid met hele hoge of hele lage tonen kun je niet horen. De meeste mensen van jouw leeftijd kunnen tonen horen tussen de 20 Hz en de 20 000 Hz. Deze tonen liggen binnen het frequentiebereik van jouw gehoor. Als je ouder wordt, wordt die kleiner. 

Met een toongenerator kun je de frequentie van een toon zelf instellen.



3. Geluidssterkte

De amplitude van een trilling.
Als de maximale uitwijking of amplitude van een trilling groter wordt, neemt de geluidssterkte toe. 

De decibelschaal
Hoe sterk een geluid is kan je weergeven op de decibelschaal. Een decibelmeter is een apparaat waarmee je de geluidsterkte meet. Daarmee kun je nagaan hoeveel geluid een auto maakt. De geluidssterkte moet daarbij op een vaste afstand van de uitlaat worden gemeten. 

De dB(A)-schaal
De pijngrens is de geluidssterkte waarbij je oren pijn beginnen te doen.

De gehoordrempel is de geluidssterkte die je nog kunt horen.

Rekenen met decibellen
Als het aantal geluidsbronnen 2 x zo groot wordt, neemt de geluidssterkte met 3 dB toe.

Je kunt deze regel alleen gebruiken als alle geluidsbronnen (ong.) even veel geluid maken en op (ong.) dezelfde afstand staan.

Extra

Het audiogram
De audiogram kan testen of je gehoor beschadigd is. De toon wordt steeds lager en op een gegeven moment moet je aangeven of je de toon niet meer hoort.

REACTIES

M.

M.

Hoi, heel erg handig, ik ben namelijk mijn boek kwijt geraakt vandaag op school, en ik heb morgen een repetitie!
Bedankt!

9 jaar geleden

P.

P.

Oef Mere toch, dat is niet goed. Hoe ben je nou weer je boek kwijt geraakt. Veel succes!

6 jaar geleden

J.

J.

Dit is veel handigerdan alle paragrafen van dit hoofdstuk te lezen. Thnx!

6 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.